vrijdag 30 juni 2017

Mykonos - Afscheid van Panormos

Verschrikkelijke nacht! De brandende zon van gisteren heeft ervoor gezorgd dat ik een kleine zonnesteek heb opgelopen. De oververhitting ging over in barstende hoofdpijn en ondanks de airco kwam er geen verkoeling. Vandaag laatste dag in het bloedhete Mykonos dus uit de zon blijven is de boodschap. Na het ontbijt pakken we de koffers en genieten we in de schaduw nog wat van deze mooie setting. Zelfs hier is het 38 graden en het duurt dan ook niet lang of de oververhitting slaat opnieuw toe. De lokale bevolking noemt Mykonos ook wel 'Het eiland van de wind' maar de voorbije dagen deed het weer deze uitspraak geen eer aan. 


Rond 1 uur gaan we voor een laatste maal lunchen in het restaurant van ons hotel om vervolgens te wachten tot 3 uur wanneer het busje van Thomas Cook ons komt ophalen. Het was een super vakantie! Griekenland blijft toch een topper met die prachtige zee, blauwer dan blauw, pittoreske baaien met dobberende bootjes, de fotogenieke witte dorpjes, die diepgewortelde cultuur, dat heerlijke zonnetje, de prachtig bloeiende bougainville, dagverse vis op het menu en zo kan ik nog wel even door gaan. En dan vooral de Cycladen, die zien eruit zoals het Griekenland van de ansichtkaart.


Wanneer we terug mijmeren over de laatste veertien dagen en de balans opmaken, kunnen we met stelligheid zeggen dat Naxos ons het meest kon bekoren. Het ruige binnenland, de historische tempels en smalle straatjes werden afgewisseld met fruitbomen, panoramische vergezichten en gezellige restaurantjes. De boulevard in Naxos Stad met uitzicht op de Tempel van Apollo en de haven waar het naarmate de zon verder in de zee zakte steeds gezelliger werd, is uitermate geschikt om het vakantiegevoel vast te houden. Hier kan je nog het échte Griekenland voelen, ruiken en proeven! Bovendien zijn de mensen hier ook super vriendelijk.


Santorini is mooi en zeker uniek door de stad Thira, die op de rotsen werd gebouwd maar is veel te toeristisch en te artificieel geworden in vergelijking met 30 jaar geleden. De bussen voornamelijk Aziatische toeristen die dagelijks het eiland overspoelen, hebben ervoor gezorgd dat de authenticiteit volledig verdwenen is. In Thira vind je bijna nergens nog een typisch Grieks restaurantje. Alles is afgestemd op de buitenlanders, de pizza- en hamburgertenten overheersen. De afdaling naar de oude haven is een ervaring, 500 treden naar beneden via een smalle, geplaveide straat. Een aanrader voor iedereen die naar Santorini gaat. 


Op Mykonos is er buiten de betoverende hoofdstad met zijn authentieke schoonheid niets te zien. De stad zelf is gezellig, heeft een ontwapenende charme met een paar unieke plekjes. In Klein Venetië spatten de golven tegen de kade en maken het tot een unieke plek om te vertoeven. Maar volgens ons is Mykonos meer geschikt voor een dagtripje vanuit één van de andere eilanden, tenzij je een zon, zee, strand type bent want dan is Mykonos een paradijs met tal van prachtige baaien waar je nog rustig kan zonnen. 


donderdag 29 juni 2017

Mykonos - Delos

Na een zalige nacht, genieten we uitgebreid van het ontbijt omdat we nog moeten overleggen wanneer we wat gaan doen vandaag. Er is geen zuchtje wind en de temperatuur is om 9 uur al ver de 30 voorbij. Vandaag is het de warmste dag van onze vakantie en uitgerekend nu besluiten we naar Delos af te reizen. De dame van de receptie verklaart ons gek want het wordt vandaag ‘lava hot’ zegt ze, maar zo zijn we nu eenmaal. Het is onze laatste dag en dat willen we toch niet missen. Wanneer we terug op de kamer komen, neem ik de uurregeling voor de boten naar Delos er even bij. Wat blijkt, er zijn er minder dan we dachten. Het is of de boot van 10 uur of die van 17 uur. Daartussen is het blijkbaar siësta voor de veerboten. We kijken op de klok en het is half 10, paniek, zouden we dit nog halen? We aarzelen geen moment en vertrekken richting haven waar we de auto parkeren. Van daaruit moeten we wel nog even stappen naar het eind van de wandeldijk. Net op tijd, moe en oververhit komen we aan bij de ticket balie. Het is 2 voor 10! Wanneer we op de boot zitten, worden de trossen gelost en zetten we koers naar het buureiland Delos. De vaartijd bedraagt ongeveer 40 minuten. Het is zalig op de boot want hier is wel een windje. Naast mij zit een Italiaanse dame die zo klaar is voor de catwalk. Haar blauwe sandalen met torenhoge hakken passen helemaal bij de Griekse sfeer, ware het niet dat we op weg zijn naar een archeologische site waar de wandelpaden er waarschijnlijk niet zo mooi bijliggen. 

 

In de 7e eeuw v. Chr. werd Delos heiligverklaard en werden er tal van tempels, theaters en paleizen gebouwd, waar we nu de opgravingen van kunnen zien. Het eiland is sinds het begin van onze jaartelling onbewoond en is de enige grote archeologische site in het hart van de Cycladen. Hier werden Apollo (god van muziek en licht) en zijn broer Artemis geboren en het is een bezoekje meer dan waard wanneer je wat meer over de geschiedenis van Griekenland wil weten. Thomas Cook biedt deze uitstap ook aan voor 50 euro maar wij betalen slechts 26 euro, toch een klein verschilletje. We hebben wel geen gids bij natuurlijk maar dat vinden wij juist leuker, dat we vrij kunnen rondlopen en alles zelf kunnen ontdekken. We krijgen een plan aan de ingang en dat is geen overbodige luxe want de site is verschrikkelijk groot. Delos is opgedeeld in zes grote delen waarvan het eerste het heiligdom van Apollo is. Daar starten we en we passeren het Agora van de Competaliasts, wat veel weg heeft van een rond altaar en het Artemision met drie zuilen die het heiligdom van Artemis aangeven. 

 

Bij de leeuwen van Naxos die alle vijf statig over de site uitkijken, blijven we even hangen. Dit zijn wel replica’s. De echte leeuwen worden tentoongesteld in het museum om ze te beschermen tegen de weersomstandigheden. Desalniettemin is dit toch één van de hoogtepunten van de site. Er is nergens schaduw dus het is best wel een hele opgave om er in rond te lopen. Het is op z’n zachts gezegd zeer intensief. We slaken een zucht van verlichting bij elk zuchtje wind dat er passeert al is dat miniem want het is zo goed als windstil. In het midden van de site was er vroeger een prachtig meer maar daar zie je nu jammer genoeg niets meer van. Het water is opgedroogd en alles is overwoekerd door planten. Indrukwekkend vond ik vooral ‘the lake house’. Oorspronkelijk was het huis twee verdiepingen hoog maar nu rest ons enkel nog de onderste verdieping. De hoge zuilen binnenin omringen een prachtige in mozaïek betegelde vloer. De grandeur van de plaats spreekt boekdelen over de rijkdom destijds. 

 

Mama die eigenlijk niet in de zon mag komen, besluit op het terras van het enige café op de site te blijven zitten terwijl papa en ik het oosten van de site gaan bekijken. Een steile weg over ruw terrein leidt ons naar de Dorische tempel van Isis die hoog boven op de berg Kythnos staat. Van hieruit hebben we een prachtig zicht over de volledige site en de zee. Het zweet loopt in beekjes van onze rug en benen. Laat het nu dat zijn wat die vervelende kleine vliegjes die hier wonen zo lekker vinden. Mijn enkels zijn hun favoriete jachtterrein en binnen de kortste keren sta ik vol met beten die verschrikkelijk jeuken. Ik haat die rotbeesten! 

 

Om half 2 vertrekt de boot terug naar het vasteland dus komen we terug naar beneden om mama op te pikken. Samen slenteren we voorbij de vele fundamenten van talrijke heiligdommen, alsook het monument van Carystius. Dit valt op omdat het hoog op een sokkel staat en het lijkt wel een bloot achterwerk volgens papa, ook al zegt hij het op een andere manier. 


De zon staat pal boven ons dus is er nergens schaduw op de boot. Mama gaat beneden zitten terwijl ik en papa toch de zon trotseren en met de haren in de wind boven op het dek genieten van de zilte zeelucht. Wanneer we Mykonos naderen, zien we in de verte de vijf windmolens al verschijnen. De kleine witte huisjes die mooi afsteken tegen de felblauwe lucht worden stilaan groter en de kleurcontrasten met de prachtige bougainville en oleanders worden zichtbaar. Wanneer we iets na twee voet aan wal zetten, hebben we allemaal honger. We besluiten opnieuw naar Popolo te gaan voor een lekker broodje en hun overheerlijke appeltaart. Daarna slenteren we nog wat tussen de boetiekjes in de smalle straatjes want hier is het een pak frisser - 40 graden ipv 50 graden in de volle zon! We hebben dorst dus halverwege onze wandeling naar de auto zetten we ons op een terrasje aan de waterkant. Wat is fijner dan op een Grieks eiland langs de kade bij een taverna een glas te drinken terwijl de visjes in het kristalheldere zeewater vrolijk ronddartelen? De plaatselijke don corleone kijk toe of alles wel naar wens verloopt.

 

Vanavond dineren we bij Kalosta want het is onze laatste avond en dan mag het wat sjieker. We reserveerden een plaatsje om half 8 op hun prachtige terras met uitzicht over de baai van Panormos. In tegenstelling tot vorige keer is de tapenade niet zo lekker want er zit parmezaan in. Gelukkig zijn de voorgerechtjes wel lekker - groenten loempia en inktvisringen. Als hoofdgerecht nemen we alle drie de souvlaki van kip, een echte Griekse grill schotel om in stijl af te sluiten. Tegen dat we teruggaan naar de kamer is er eindelijk een zuchtje wind maar het is toch de airco in de kamer die ons weer goed doet ademen.

woensdag 28 juni 2017

Mykonos - Ano Mera en de vuurtoren

Vandaag hebben we een auto besteld. Ook al had ik een fiat panda gevraagd en was dat zeker geen probleem voor de verhuurder, toch komt ze af met een subaru. Op zich geen probleem want het is ook een klein autootje, geen overbodige luxe op deze smalle wegen. Na het ontbijt vertrekken we in de richting van Ano Mera, het enige echte dorp op Mykonos, met uitzondering van Mykonos stad, waarvoor het eilandje zo populair is. Ten opzichte van de meeste Griekse eilanden heeft Mykonos minder typische toeristische trekpleisters en dat ontdekken we al snel.


Overal op het eiland zien we de spierwitte huisjes tegen een felblauwe lucht. Grappig is dat al deze huisjes dezelfde vorm hebben, namelijk die van een kubus. Het lijken wel prefab woningen die neergezet en vervolgens geschilderd worden. Behalve de vele witte huisjes zien we hier ook verschillende molens die het eiland typeren. Mykonos afficheert zich als een kosmopolitisch eiland, maar de jaren waarin het door Jacky Onassis en de rest van de internationale jetset werd bezocht liggen alweer ver achter ons. Ook de trendy homoscene heeft al lang elders een onderkomen gezocht.


Waar Mykonos-Stad omschreven kan worden als een moderne badplaats, is Ano Mera eerder traditioneel te noemen. Cultuurliefhebbers zijn aan het goede adres bij het 16e-eeuwse klooster Panagia Tourlianis met zijn indrukwekkende klokkentoren en marmeren fontein. Het werd in 1542 gesticht door twee monniken en in 1767 gerestaureerd. Het bezit een collectie hele mooie Byzantijnse iconen. Het klooster had eerst een andere naam maar nadat in de omgeving van Tourlos op mysterieuze wijze een icoon van de Heilige Maagd Maria werd gevonden, veranderde men de naam in Panagia Tourliani (de heilige Tourlos). Bij het binnenkomen van het dorp ligt het klooster aan de linker kant. We moeten 1 euro inkom betalen aan een oude Griekse vrouw met een grappige keukenshort aan. Ze valt er een beetje uit de toon maar is onmisbaar voor de inkomsten van het klooster. Men zou denken dat ze daar niet rijk van wordt maar als je ziet hoeveel volk er door de deur komt en samentroept op het binnenplein, zou je versteld staan. 

 

Er is geen zuchtje wind en al snel zijn we oververhit want nergens is er een schaduwrijk plekje. We wandelen naar het grote dorpsplein, het kloppende hart van Ano Mera. Hier zijn er allerlei traditionele tavernes en gaan we op een typisch terrasje zitten met blauwe tafeltjes en dito rieten stoeltjes. Water smaakt nergens zo goed als hier! Het is verfrissend en gezond. Daarna slenteren we wat door de weinige straatjes die het dorp rijk is en krijgen het gevoel dat de tijd hier heeft stilgestaan. Het is een van de weinige onbedorven stukjes van het eiland, maar op veel plekken hoor je de hele tijd het gezoem van de nabijgelegen hoofdweg van Mykonos stad naar de zuidoostelijke stranden.


We stappen terug in de auto en rijden vervolgens naar Agios Sostis in het noorden van Mykonos. Hier bevindt zich een strandje, vernoemd naar een nabijgelegen kerkje. Jullie vragen jullie waarschijnlijk af, wat gaat de familie Stiphout daar doen? Wel, op internet heb ik gelezen dat ook al ben je geen zon zee strand liefhebber, je er zeker naartoe moet om te lunchen bij Kikis Tavern, het kleinste maar mooiste restaurant ter wereld. Agios Sostis Beach is vrij ongecultiveerd en vroeger heel erg rustig maar nu dus niet meer, waarschijnlijk omdat iedereen op internet gelezen heeft dat het er zo goed is bij Kiki's. Wanneer we er aankomen staat er een rij van wel 20 mensen te wachten. De eigenaar vertelt ons dat we de eerste shift al mogen vergeten. Hier twee uur wachten zien we niet echt zitten dus besluiten we terug te rijden naar Ano Mera. 

 


Wanneer we de splitsing tegenkomen waar de weg zich rechts naar Mykonos stad en links naar Ano Mera afbuigt, maak ik de verkeerde beslissing. Een uurtje geleden stond ik hier bijna 4 min alvorens ik naar links kon vanwege het vele verkeer en de steile helling waarop je moet wachten. Deze keer denk ik slimmer te zijn en draai naar rechts want dat is met het verkeer mee en dat gaat sneller. Wat verderop ga ik dan omkeren. Het noodlot slaat toe, ik zie niet dat er een diepe put is naast de weg en met een smak komt de voor- en onderkant van de wagen tegen de grond terecht. De knal is enorm maar de auto rijdt nog. Aangekomen in Ano Mera zien we niet echt iets aan de auto en er lekt ook geen olie uit. 


Helemaal van mijn melk, parkeer ik de auto en wandelen we terug naar het dorpsplein om iets te gaan eten. Onze keuze gaat naar To Steki tou Proedrou op het centrale pleintje waar we een mooi uitzicht hebben op de kerktoren. We worden ontvangen door 2 oude Griekse mannen waar menig ober in een hippe tent wat kan van leren. De kaart bevat alle Griekse specialiteiten, homemade door moeder de vrouw die de ganse dag in de keuken staat. Een aanrader voor ieder die lekker Grieks wil eten.

 

Vanaf verschillende plekken op het eiland heb je bijzondere uitzichten. Neem bijvoorbeeld de Armenistis vuurtoren aan de noordwestkant van Mykonos. Vanaf dit punt kijk je niet alleen uit over de prachtige blauwe Egeïsche zee, maar zie je ook het buureiland Tinos liggen. Het landschap is woest, ongerept en heel erg mooi. Een eenzame bloem, als je een distel zo kan noemen, bloeit tussen de rotsen. De vuurtoren zelf is volledig verlaten en vervallen maar heeft toch iets machtig. Wanneer we terug naar de auto wandelen die wat op een helling staat, zie ik er aan de onderkant een serieus stuk plastiek uithangen. Al snel is duidelijk dat de beschermplastiek aan de onderkant van de auto volledig gescheurd is en loshangt. Mijn maag draait om - dat ziet er niet goed uit! Papa relativeert en zegt dat hij dat wel kan vastmaken zodat ze dat niet zien maar wie weet wat er nog geraakt is. Onze franchise is 300 euro maar of dat ook geldt voor de onderkant van de wagen, dat betwijfel ik. We besluiten terug naar ons hotel te rijden en te zien of we er iets aan kunnen doen als de zon wat is gaan liggen want nu is dat onbegonnen werk.

 


We passeren nog even langs het grote waterbekken, niet ver van Panormos waar het water gedurende de winterperiode wordt opgevangen om de hete zomer op Mykonos te overbruggen. Het is enorm en er is er verder op het eiland nog één. Volgens de taxichauffeur die ons de eerste dag naar het hotel bracht, is dit bekken tegen het einde van de zomer zo goed als leeg. We kunnen het ons nu niet echt voorstellen. 


Terug in het hotel worden de emoties me wat te veel en komen de tranen. Nu is het mama die relativeert, we zijn niet in een ravijn gereden, we leven nog … maar toch. Ik besluit mijn zinnen wat te verzetten en neem een duik in het zwembad. De verfrissing doet deugd maar het voorval blijft in mijn hoofd hangen. Na overleg, besluiten we toch het verhuurbedrijf te bellen en ons van den domme te houden. De eigenaar Nikos komt persoonlijk kijken en ik heb een knoop in mijn maag wanneer hij zich bukt voor de auto. Hij zegt droog ‘oh dat is gewoon de bescherming, geen probleem jullie kunnen daar gewoon mee rijden zene’. Ik sta perplex - typisch Grieks zeker? Hij stelt zelfs voor om zijn wagen te nemen en dan rijdt hij met de onze terug. Deze is echter splinternieuw en een groter model dus besluiten we dat maar niet te doen. We vragen wat er gebeurt als we het plastiek helemaal verliezen, ‘tja dan is het weg hé’, zegt hij. Onbegrijpelijk! Wanneer hij weg is, probeert papa met een touwtje de plastieken beschermplaat vast te maken en wat omhoog te trekken. Dat lukt! Toch al iets geruster, gaan we ‘s avonds opnieuw eten in het restaurant van het hotel. Ik ben toch blij dat we met de verhuurder gesproken hebben zodat ik niet heel de nacht hoef te piekeren.  


dinsdag 27 juni 2017

Mykonos - Mykonos Stad

Nooit meer zoveel alcohol voor mij pfffff. Eerste deel van de nacht was verschrikkelijk. Gelukkig dan toch in slaap gevallen. Vanmorgen zalig doucheke en nu kan ik er weer tegen. We hebben ook geluk wat het ontbijt betreft want dat wordt geserveerd in buffet vorm en er is keuze genoeg! Vandaag nemen we de plaatselijke bus naar de hoofdstad, zonder twijfel het hoogtepunt van Mykonos. Voor ons vroege vogels, rijdt de eerste al veel te laat, namelijk pas om 11 uur maar het is niet anders. De dame van de receptie begrijpt er niets van. ‘Ga toch zwemmen ipv in een warme stad rond te lopen’, zegt ze. ‘Dat is echt niet goed voor je ouders’. Tja als je een jaartje ouder wordt, dan moet je natuurlijk wat oppassen maar wij zijn geen zwemmers en willen iets zien. 

De bus brengt ons binnen de 15 min naar de oude haven. Van hieruit is het slechts 5 min wandelen naar het pittoreske stadje dat gekenmerkt wordt door witte huisjes, felgekleurde balkons, eindeloos veel kerken en koepeltjes. Het centrum is een labyrint van straatjes, nauwelijks een paar meter breed en gelukkig verkeersvrij, al veegt menig Griek daar zijn voeten aan. De bedoeling was dat piraten in dit labyrint zouden verdwalen. De luiken en deuren van de fris witte huisjes staan strak in de blauwe, rode en groene verf. Hier en daar overspannen druivenranken de smalle straatjes. Bougainville licht op onder de zonnestralen.

 

De smalle kronkelige straatjes zijn volgepropt met boetiekjes maar de drukte valt nog mee in vergelijking met de hoofdstad van Santorini. We wandelen tot bij de bekende windmolens van Mykonos die vroeger gebruikt werden voor het malen van graan en die een rol speelden in de film ‘The Bourne Identity’. Deze liggen aan het water op een klein heuveltje en zijn de hoofdattractie van het eiland. Mij vallen ze een beetje tegen, misschien had ik er wat te veel van verwacht. De setting is nogal rommelig en vuil.  De taberna ernaast heet 'Zorbas', hoe kan het ook anders. Van hieruit hebben we wel een mooi zicht op het haventje, dat ook wel Little Venice genoemd wordt. Hier werden de huisjes tot vlak bij de waterrand gebouwd. We drinken er iets op een hip terrasje want van al dat slenteren hebben we dorst gekregen. Het lijkt wel de Champs Elysée, iedereen wil langs hier passeren. Het is dan ook een mooie setting want de huisjes staan hier bijna met de voeten in het klotsende water. 

 

De bijzondere kunstenaarswijk Alefkandra vinden wij supergezellig. Er zijn veel kleine galerijtjes met prachtige kunstwerken. Het is in deze wijk dat we op zoek gaan naar Restaurant Popolo  (Drakopoulou 18). Volgens een blogster die ik volg, is het één van de beste restaurantjes om te lunchen op Mykonos. Het is wel even zoeken want het ligt in een klein straatje. Er staan niet zo heel veel tafeltjes dus de meeste mensen nemen een sandwich mee om ergens op een leuke locatie op te eten. Wij besluiten toch hier te eten aan een tafeltje in het smalle straatje. De broodjes worden vers gemaakt door de super vriendelijke uitbater. Wij dicteren wat er op onze sandwich moet en ook al wijkt dat mijlenver af van wat er op zijn kaart staat, hij maakt er geen probleem van. Bovendien is de prijs-kwaliteit prima.  Ik kan iedereen de sandwich met kip aanraden, krokant stokbroodje, heerlijk malse kip, sla, tomaat en voor de liefhebbers ook nog mayonaise! Als dessert nemen we nog de home made appeltaart en geloof me, die is ’to die for’!!!!

 

Katten, in Griekenland zie je ze overal! In de souvenirwinkeltjes op de kalenders 'cats of greece' maar ook in het echt. Meestal liggen ze te slapen op de witgekalkte muurtjes of stoepen. Ze vormen een mooi decor voor op de foto.

 

We passeren de kerk van Paraportiani, een prachtig voorbeeld van de architectuur van de Cycladen en zeker één van de meest gefotografeerde plekjes van het eiland. Het kerkje is volledig wit en doet pijn aan de ogen. Er is maar één accessoire dat je nooit maar dan ook nooit mag vergeten als je naar Mykonos gaat en dat is je zonnebril. De zon reflecteert op de witte huisjes en het is gewoon onmogelijk om je ogen open te houden zonder. 

Het is weer bloedheet dus zoeken we geregeld verfrissing in één van de talrijke barretjes. Allemaal verkopen ze heerlijke verse fruitsappen. Mama kiest voor verse aardbeien en papa voor verse ananas. Ik hou het maar bij water want mijn maag is nog niet bekomen van die cocktails van gisteren. De prijzen zijn hier aanzienlijk duurder dan op het vorige eiland Naxos. Toen betaalden we 3 euro voor verse fruitsap, nu 11 euro. 

Via de haven wandelen we terug naar de bushalte. Hier zien we het cliché van de vele ansichtkaarten: op het water dobberen bontgekleurde vissersbootjes en op de kade liggen gele netten. Op de pier een mooi wit kerkje waaraan de Griekse vlag vrolijk wappert. De haven wordt uiteraard ook omringd door tavernes met terrassen vol wankele houten tafels en stoelen. De mascotte van het eiland, Petros de pelikaan heeft zich vandaag niet laten zien maar de plaatselijke zwaan neemt met graagte zijn plaats in en paradeert wel sierlijk in het water voor iedere fotograaf die hem opmerkt. 

 

Eenmaal terug boven op onze berg zetten we ons nog even op ons terras met uitzicht over de baai. Wat is het hier toch mooi!  Vanavond eten we gewoon in het restaurant van ons hotel met zicht op het zwembad. De kelner raadt ons de kip in de oven aan met verse kruiden uit hun tuin en aardappeltjes in de schil. Wat een goede keuze! Het lijkt wel of de kippen hier allemaal bio zijn want ze zijn iedere keer zo mals, niet te geloven! 

Hopelijk straks een betere nacht …. aan den drank zal het deze keer niet liggen zene! 


maandag 26 juni 2017

Overzet van Naxos naar Mykonos

Vandaag nemen we afscheid van het prachtige eiland Naxos. Het eiland dat ons hart van bij het begin heeft gestolen. We nemen ons laatste ontbijtje op het terras terwijl de zon langzaam maar zeker heviger en heviger begint te schijnen. Vandaag weer geen zuchtje wind. Om half 11 brengt Marileta ons in haar oude volkwagentje naar de haven waar we afscheid nemen van haar. We installeren ons nog even op het terrasje met zicht op de Portada voor een laatste versgeperst appelsiensapje. Ondertussen ga ik aan de havenmeester vragen waar we straks moeten aanschuiven. Hij is vriendelijk doch kordaat en zegt dat ik de bordjes in het oog moet houden, daarop komt de naam van de boot. Die van ons vertrekt pas om 12u10 dus moeten we tegen 12u daar zijn. Uiteraard gaan we iets vroeger - om 10 voor 12 ga ik de havenmeester opnieuw vragen waar we moeten zijn. Hij zegt al zuchtend: ‘you are too early madam. I will change the signs in a minute’ en ik zie hem denken ‘stomme toerist’. Vijf minuten later worden de bordjes inderdaad gewisseld en kunnen we aanschuiven. De Terra Jet arriveert stipt op tijd en voor we goed en wel op onze stoel zitten, is hij al terug vertrokken. Grieken hebben alle tijd van de wereld maar niet als het op boten aankomt. Daar kan De Lijn nog wat van leren! De boten zijn redelijk luxueus en de stoelen lenen zich uitstekend voor een middagdutje. 


Wanneer de scheepshoorn luidt, weten we dat de laatste etappe van onze reis ingaat. We arriveren op Mykonos na ongeveer 2 uur varen. We gaan onmiddellijk op zoek naar een taxi die ons naar het Albatros hotel in Panormos brengt, een gezellig familiepension, zeer mooi gelegen aan een prachtige baai. We hebben een gezellige kamer met een grote douche deze keer en van op ons terras een adembenemend zicht over het water. Al snel is duidelijk dat het een echt zonnekloppers hotel is want buiten strand en hotels is er hier niets, zelfs geen winkeltjes.  Het is ondertussen 3 uur voorbij dus in het hotel kunnen we ook niet meer eten. Gelukkig is er één restaurant in Panormos waar het aangenaam zitten is en waar het eten lekker is. Vers brood met tomatensalsa als voorgerecht en dan heerlijke gegrilde gamba’s. We moeten wel een beetje geduld oefenen hier want snel zijn ze niet. Kali Orexi! Smakelijk eten ….

 

Na het eten gaan we aan de receptie alvast een auto reserveren voor twee dagen. De dame aan de receptie blinkt niet uit in klantvriendelijkheid en met moeite beantwoordt ze mijn vragen. Ik krijg dan ook zelf de hoorn in de hand gedrukt om met de autoverhuurder af te spreken. Wanneer ik haar een kaart van het eiland vraag, geeft ze me die maar wel met de woorden: ‘If you don’t need, please bring back’ - tja als ik ze niet nodig had, dan kwam ik ze ook niet vragen natuurlijk. Een beetje misnoegd gaan we terug naar de kamer om wat te relaxen op ons eigen terrasje. Mama doet snel een wasje zodat ze dit nog kan ophangen maar let daarbij niet op onze pa die met zijn verrekijker de horizon afschuimt. Hij krijgt dan ook prompt een grote badhanddoek voor zijn neus. Ik sla het tafereel geamuseerd gade en kan mijn lach niet inhouden, vooral omdat onze pa eerst niet reageert. Hij vindt het wel raar dat het wit wordt voor zijn ogen maar het duurt even voor hij beseft wat er gebeurt. We zitten hier niet alleen want het krioelt hier van kleine rood zwarte kevertjes maar ze laten ons gelukkig met rust.

 

‘s Avonds gaan we nog even naar de bar voor een lekkere cocktail want meer is er hier niet te beleven. Een cocktail kaart hebben ze niet, maar 'ik kan alles maken wat je wil', zegt de lieftallige dame achter de bar. Ik vraag haar me te verrassen met iets zoets. Ik krijg wat me werd beloofd, een zoet rood drankje met een maraschino kers. Het blijkt een 'Sex on the Beach'. Lekker! De tweede cocktail die ze me serveert, is blauw van kleur en iets minder zoet maar zeker niet minder lekker. Het is een 'Blue lagoon'. De gezellige bar blijft verder leeg dus de dames achter de bar zijn blij met onze aanwezigheid en bieden ons nog een drankje aan van het huis. Dat is er net iets te veel aan. Het zweet breekt me uit en ik ben blij dat ik kan gaan slapen. Tja meestal ben ik bobette en dus niet gewend om veel alcohol te drinken! 

 


zondag 25 juni 2017

Naxos - Kalantos, het mooie Westen

Geen geur van versgebakken brood vanmorgen want ons bakkertje is dicht. Hij geniet van een welverdiende rustdag volgens Marileta maar wij vinden dit niet zo leuk. We wandelen iets buiten het dorp naar een andere warme bakker. Deze is me te slim af wanneer ik een boter croissant vraag want hij steekt deze in de microgolf - gevolg een taaie lap in plaats van lekkere vettige boter. Gelukkig hebben we ook nog vers brood dus honger ga ik niet hebben. 


Na het ontbijt halen we ons autootje op bij Avis, een splinternieuwe witte fiat panda met slechts 22 km op de teller. Wij zijn de eersten die hem mogen gebruiken. We rijden naar het benzinestation want onze tank is volledig leeg. Dat heb je met nieuwe auto's zeker? Daarna zetten we koers naar de Bazeos Tower. Deze toren te midden van een weids landschap dateert al van de 17de eeuw. Op het binnenplein staat een oude boom met daaronder drie stoeltjes in de schaduw. Ze lijken er wel voor ons gezet. De inkom is 5 euro want er is momenteel een kunsttentoonstelling. Kunstenaars van over de hele wereld stellen hun werk tentoon, de een al bizarder dan de andere maar dat is KUNST zeker? We klimmen helemaal tot boven in de toren van waaruit we een prachtig zicht hebben over het omliggende landschap. Verschillende koeienbellen hangen hierboven aan een wasdraad te bengelen in de wind en het lijkt wel of er een hele kudde geiten in de buurt is. Wanneer we naar beneden kijken, over de velden zien we effectief een geitenhoedster die ervoor zorgt dat haar kudde mooi samenblijft. De echte geiten hebben echter geen belletjes aan. 

 


Hier in de buurt zou er een prachtig klooster zijn, het Monastery of Christ the Lightgiver, dus rijden we even tot daar. Wanneer we de wegwijzers zien, merken we dat de weg ernaartoe over een mulle zandweg met stenen gaat dus besluiten we de auto onder een boom te zetten en te voet verder te gaan. Halverwege ziet mama het niet meer zitten. De zon brandt op haar huid en ze besluit terug te gaan. Papa en ik gaan verder maar wanneer er een auto naar beneden komt met twee Griekse dames, vragen we hen of het nog ver is. Ze vertellen ons dat het klooster vandaag gesloten is. Zondag rustdag, tja bij ons is dat natuurlijk ook zo. Bovendien is het nog een flinke klim in de brandende zon. Ik trek mijn stoute schoenen aan en vraag hen of ze ons een lift terug kunnen geven. Er ligt zoveel rommel op hun achterbank dat ze even bezig zijn om alles opzij te schuiven maar toch maken ze er geen probleem van. Ondertussen is het 12 uur voorbij en besluiten we opnieuw bij Duetto in Filoti te gaan lunchen, want de dochter des huizes was zo super vriendelijk gisteren. Deze keer laten we ons niet verleiden door promoties op de kaart en nemen we een Griekse sla en een pita. Voor 15 euro zijn we gesteld. Honger moet je hier echt niet lijden, zelfs als je krap bij kas zit.


Na de lunch rijden we naar Kalantos, het kleine vissershaventje waar we gisteren eigenlijk naar op weg waren. Opnieuw verwonderen we ons over de prachtige natuur hier in het Zuiden van Naxos. Kleine struikjes hangen halvelings over de weg, het lijkt wel of ze het asfalt opeten. De kleuren die overheersen zijn bruin en geel. Hoe dichter we op onze bestemming komen, hoe kleurrijker de omgeving wordt. Langs de weg wisselen witte, roze en rode oleanderstruiken elkaar af wat opnieuw voor een prachtig kleurenpalet zorgt dat mooi afsteekt tegen de kale rotsen en de eeuwenoude olijfbomen. Slechts af en toe komen we een wagen tegen maar dat zijn dan vooral Grieken, geen toeristen hier in ‘the middle of nowhere’. Dit is een gebied waar de weinige inwoners vooral schaapherders zijn. Schapen zien we echter niet wel veel geiten die langs de weg tussen de bosjes zitten te grazen of liggen te slapen. Het is dan ook op het heetst van de dag dat wij er passeren.

 

Het laatste stukje van de weg is niet meer geasfalteerd, we moeten over een grindweg om tot in de vissershaven te geraken. Het uitzicht compenseert het ongemak ruimschoots. Hier komen enkel de inwoners zelf genieten van het mooie strand en er zijn dan ook geen toeristische voorzieningen. Een café wordt uitgebaat vanuit een oude caravan en de dame spreekt geen letter Engels. Nero kennen we dus drinken we alle drie een fris glas water. 


Op de weg tussen Kinidaros en Kourounochori worden we getrakteerd op een prachtige marmerberg. Hier worden de stukken marmer stuk voor stuk uitgesneden en de witte berg steekt mooi af tegen de groene omgeving. Het landschap verandert voortdurend, dan weer rode, dan weer witte en soms bijna zwarte rotspartijen. Adembenemend! 

 

We eindigen onze dag in Kouros waar we de site gaan bezoeken. Deze is zo goed als verlaten maar achteraan in de ‘Garden of paradise’ zoals ze het aanduiden op een houten bord, bevindt zich een cafeetje. Dat is een belevenis op zich! De vrouw die er woont (althans dat denken we toch) doet ons een beetje denken aan ma flodder en haar man ja daar hebben we eigenlijk geen woorden voor. Van hun kledij kan je soep koken en hun tafeltjes en stoelen zijn nog nooit afgekuist. Ze verkopen allerlei zelfgemaakte dingen, zoals honing, olijfolie, raki etc maar eerlijk gezegd zou ik hier niet gerust in zijn qua hygiëne. Papa bestelt een zelfgestookte likeur van de bladeren van de citrusboom. Dit likeurtje wordt geserveerd in een klein glaasje en hij krijgt er een glas water bij. Dat eerste zal alle bacteriën wel doden maar dat laatste besluiten we wijselijk niet op te drinken. Het likeurtje op zich is wel superlekker. Jammer dat ik er niet van kan drinken maar ga dat niet riskeren met al die haarspeldbochten.  De kouros die er ligt stelt niet veel voor, een naakte jonge man wiens voeten ontbreken.


Rond zes uur arriveren we terug in Naxos stad en dat komt goed uit want vanavond hebben we om 7 uur gereserveerd bij Vassilis Garden, één van de betere taberna’s van de stad, gelegen in Old Market Street. Hier staat sinds 1951 dezelfde familie in de keuken. We installeren ons op hun kleine binnenkoertje waar kleurrijke bloempotten gevuld met geraniums het geheel opvrolijken. De bediening is super vriendelijk en we krijgen vooraf eerst nog wat lookbrood. Verder op het menu heerlijke vis en mijn langverwachte stoofpotje van konijn met tomaten, ui en heerlijk geurende kaneel. Wat is het toch zalig om buiten te kunnen eten! Een aanrader wanneer jullie in Naxos weg van de drukte van de benedenstad lekker willen eten. 

 

Wanneer we daarna terug naar de wandelboulevard gaan, kijken we nog eenmaal naar de verlichte poort van de Apollotempel. In de verte branden de lichtjes van de andere eilanden. Aan ieder restaurantje spreekt er wel iemand ons aan maar eentje zegt, of beter zingt altijd hetzelfde ‘See you later alligator’. We lachen hem opnieuw vriendelijk toe maar weten zeker, hier zullen we nooit eten want vanavond is de laatste avond in Naxos. We passeren nog even onze favoriete ijsbar als afsluiter van deze prachtige dag. 


zaterdag 24 juni 2017

Naxos - Vissersdorpjes en mooie stranden

Vandaag gaan we na het ontbijt op stap naar de andere kant van het eiland waar vooral de mooie stranden en de kleine vissersdorpjes te vinden zijn. Maar eerst willen we een kleine omweg maken naar Galini omdat zich daar diverse kloosters bevinden. Ons autootje rijdt gezwind door de bochten en onze gps wijst ons de weg. We denken er dan ook niet bij na wanneer deze ons een steile helling doet afrijden. Helemaal beneden stopt de weg in het dorp en zitten we vast. Omkeren is dus de boodschap maar dat is niet simpel op een helling van meer dan 30%. Nadat ik eindelijk gedraaid ben, moet het ergste nog komen. We moeten die steile helling ook weer terug naar boven. Er komt stoom uit ons autootje en de versnellingen stinken geweldig maar het lukt onze Herbie toch om met drie man in de auto terug boven te geraken. Onze gps herpakt zich en stuurt ons vervolgens het dorp in via een andere weg. Hier is het niet steil maar wordt de weg alsmaar smaller en smaller.  Opnieuw rijden we ons vast in het dorp. Op een kleine zandweg probeer ik te draaien en rij daarbij bijna tegen een hangijzer. Gelukkig hebben we het net gezien. We geven het op en besluiten gewoon helemaal naar het zuiden te rijden, naar zee voor wat koelte want de zon is vandaag nog heviger dan gisteren.


Ons autootje brengt ons naar Agia Anna, één van de populairste badplaatsen van het eiland. Deze populariteit heeft het te danken aan het prachtige, goudgele strand dat een kilometer lang is. De meeste toeristen komen zonnen en zwemmen bij de kleine pier, waar allerlei vissersbootjes en jachten aanleggen. Wanneer we er toekomen, parkeren we op de plaatselijke parking, als enigen, want alle anderen parkeren gewoon ergens op straat zelfs onder een verbodsbord! Politie hebben we hier dan ook nog niet gezien maar we willen toch het risico op een boete niet lopen. Het strand van Agia Anna is duinachtig en er groeien veel ceder bomen. Links van het dorp, kijkend naar de zee, bevindt zich een klein schiereiland. Op dat schiereiland staat het kapelletje van Agia Anna en hieraan heeft het strand en het dorpje zijn naam te danken. Jaws komt hier loodrecht uit het water, het strand opgezwommen maar het lijkt de zwemmers niet te deren. Overal zien we bruingebrande toeristen op de bloedhete stenen zonnen en kinderen zwemmen in het mooiste blauwe water dat ik ooit heb gezien. Vijftig tinten blauw en helderder dan helder.

 

We hebben dorst en besluiten in een van de talrijke strandbarretjes iets te gaan drinken. Terwijl het heerlijk zoete verse fruitsap wordt geperst, gaan mama en ik even met onze voeten het water in. Een zalige verfrissing! Het is hier mooi en heel erg typisch. Overal hangen weer inktvissen te drogen. 


Via het mulle zand rijden we daarna nog even verder tot in Plaka maar hier is het veel te toeristisch naar onze zin. Ondertussen is het één uur voorbij en krijgen we honger. We besluiten even terug de bergen in te rijden om in het binnenland, weg van de drukte, een kleinigheidje te gaan eten.


Het eiland Naxos is in vergelijking met de omringende eilanden bergachtig. Toch zien we op de vreemdste plekjes dorpen en kerken. Zelfs als er helemaal niets groeit en er alleen maar rotsen zijn, krijgen ze het voor elkaar om er toch een dorpje te bouwen. Wel mooi al die witte huisjes tegen die kleurrijke achtergrond. In het dorpje Vivlos zien we drie molens waarvan de wieken reeds lang verdwenen zijn. Jammer dat ze dat hier niet meer restaureren, het zou het landschap onmiddellijk nog pittoresker maken. 

 


Wanneer we terug in Filoti arriveren, parkeren we de auto op dezelfde parking als gisteren. Deze keer gaan we lunchen dus kiezen we een schaduwrijke plek uit onder de bomen. Onze ogen zijn weer groter dan onze buik en mama laat zich verleiden door de promotie van de dag. Gyros plat voor slechts 5,5 euro. Wij volgen haar voorbeeld. Daarenboven brengt de gastvrouw ook nog een hapje van het huis, heerlijk lookbrood met tzatziki. Van op ons terrasje slaan we de plaatselijke bevolking gade. De oude generatie op dit eiland heeft zo zijn eigen dagelijkse ritueel. Dat is heel simpel: s ‘ochtends vertrekken naar het café, tussen de middag naar huis om een dutje te doen om later weer terug te komen. Gezien het feit dat ze hun eigen stoel hebben is er altijd plek. En dan babbelen ze erop los. Lekker chillen op het terras; wat een heerlijk leven!!


Na de lunch zetten we koers naar Kalantos, een klein vissershaventje met dito strand helemaal in de Zuidelijkste punt van het eiland. De weg er naartoe is adembenemend mooi. Overal in de berm gele brem terwijl we al slingerend de hoge berg oprijden. Maar dan begint er plots een oranje lichtje te branden en we weten niet wat er mis is want benzine hebben we nog genoeg. De gps zegt dat we nog 45 min moeten rijden dus we durven het risico niet te nemen en keren terug. Dit gebied is zo onherbergzaam en verlaten, stel dat we ergens echt in panne vallen. Het lichtje blijft branden maar we geraken toch heelhuids terug in Naxos. We brengen de wagen binnen en laten hen weten dat er toch iets aan scheelt. Uiteraard vertellen we hen niks van ons onverantwoord gedrag van deze morgen. De dame laat ons weten dat dat normaal is bij deze auto. Het lampje betekent dat er ergens in 1 van de 4 banden niet genoeg lucht meer zit. Ik geloof er niets van maar we zijn er in ieder geval vanaf. We gaan naar een ander verhuurbedrijf om een auto te bestellen voor morgen. 


Rond half 7 trekken we opnieuw naar de haven voor onze dagelijkse portie ijs want vanavond gaan we maar iets kleins eten. Dat is echter buiten restaurant ‘Mapu’ gerekend. Papa wil al geruime tijd kokeretsi gaan eten en dat staat daar tijdens het weekend op de kaart. Het is een Grieks gerecht van de ingewanden van een geit of een lam, waarin men de lever, het hart, de nieren en de longen verwerkt. Deze ingewanden worden eerst in grove stukken gesneden en vervolgens gekruid. Hierna worden de stukken aan een spit geregen en overtrokken met een darm. De kokoretsi wordt vervolgens boven houtskool geroosterd. Papa vindt het lekker maar de geur alleen al maakt me misselijk om nog maar te zwijgen van hoe het er uit ziet. Gelukkig wordt er een bord heerlijk ruikende pasta voor mijn neus gezet en ook mama’s gefrituurde inktvis ruikt lekker. Het zit hier vol met Grieken en dat is niet verwonderlijk want het eten is lekker, de porties zijn enorm en de rekening heel democratisch - 26 euro voor alles, onbegrijpelijk! We krijgen het, net als de eerste dag weer niet allemaal op, zelfs niet als we de plaatselijke kat ook blij maken. Als toetje krijgen we van het huis een soort flan en daar neem ik een raki met honing bij. Al geruime tijd wil ik dat eens proeven maar het verrast me toch. Het drankje wordt warm geserveerd en ook al ruik en proef je een lichte toets van honing, het is toch de raki die de bovenhand heeft. De geur prikkelt in de neus en wanneer ik de eerste slok neem, voel ik het zo tot in mijn tenen. Nu begrijp ik waarom de dienster me vraagt of ik graag zat wil worden. In licht benevelde toestand wandel ik terug naar het appartement om te bloggen. Hopelijk staan er niet al te veel fouten in maar dan nemen jullie het me niet kwalijk, toch?  

 

vrijdag 23 juni 2017

Naxos - Pittoreske bergdorpjes

Zalig een bakkerij naast de deur! Ik word wakker van de heerlijke geur van vers brood dat door het open raam naar binnen komt. Vandaag heeft onze bakker lekkere croissants dus wanen we ons even in Frankrijk. Na het ontbijt halen we ons autootje op, een Fiat Panda en trekken we de bergen in richting Ano Sagri. Door de drukke hoofdstraat rijden we Chora uit. Eerst is er wat grauwe industrie maar al snel wordt de weg geflankeerd door agaven en bloeiende cactussen. Even voor Kato Potami slingert de weg een helling op. Het maakt niet uit welke kant we opkijken, al is het recht omhoog: altijd is er minstens één kerkje te zien. 


Net buiten het stadje Sangri zien we al de wegwijzers naar de Tempel van Demeter. Demeter is de godin van de oogst dus is het logisch dat deze tempel te midden van de uitgestrekte velden van Naxos ligt. De tempel werd gebouwd in de 6de eeuw voor Christus. In de daaropvolgende eeuwen werd de tempel geplunderd vanwege zijn marmer. Tot enkele jaren geleden was er weinig te zien op de site maar recent werd ontdekt dat veel van de stenen en zuilen nog steeds op de site aanwezig waren. Duitse archeologen hebben de tempel gereconstrueerd. We parkeren de auto beneden aan een oneffen stenen wandelpad bezaaid met oleanders, dat tussen het groen naar boven slingert.  Er is geen schaduw en de zon brandt op dit vroege uur al hard. De instructieborden zijn door diezelfde brandende zon helaas onleesbaar maar er zijn slechts twee richtingen, de ene weg leidt ons naar het museum met archeologische vondsten, de andere naar de tempel zelf. Onderweg wanen we ons, voor de tweede keer vandaag, in Frankrijk door de vele krekels die ons tjirpend verwelkomen. De tempel zelf is vrij klein maar daarom niet minder mooi. Hij ligt tegen een achtergrond van glooiende heuvels en olijfbomen. Het krioelt hier op de site ook van de sprinkhanen. 

 

Als we de vruchtbare Tragea-hoogvlakte bereiken, verandert de omgeving weer drastisch van karakter. Hier liggen verschillende dorpjes verspreid tussen de olijven- en citrusplantages. Aan het eind van de hoogvlakte klimt de weg naar Filoti, een prachtig bergdorp tegen de hellingen van de Zas, met 999 meter de hoogste berg van Naxos. De publieke parking ligt lager dan het dorp en mama krijgt het koud en warm wanneer ze de helling ziet maar we hebben geen keuze want boven in het dorp mag je nergens parkeren. Wanneer we de helling oprijden, is het even of we rijden in het niets om dan met de snuit naar beneden steil de diepte in te gaan. Beneden parkeren we de auto in de schaduw van een olijfboom en wandelen dan het gezellige dorp in. Op de schaduwrijke terrassen van de taberna's in de hoofstraat slijten oude mannen hun dagen. We zetten ons in Taverne de Plataan, genoemd naar de meer dan 100 jaar oude plataan in het midden van het dorpsplein. 

Na deze verfrissing beginnen we aan de zoveelste klim naar de top van een dorp want het is steeds daar dat de kerk gebouwd wordt. Zo ook hier, de kerk van de Heilige Moeder van Filiotissa uit de 18e eeuw. Onder het goedkeurend oog van een oude dame, koopt onze pa een kaarsje om te branden. Zou hij zich bekeerd hebben? Wanneer we terug naar de auto wandelen, zien we veel kale bergtoppen en in de verte de Tragea Hoogvlakte. Aan de overkant op een onmogelijk spitse rotspunt een wit kerkje, in de diepte daarachter glinstert de zee. 

 

Eens we Filoti uit zijn, klimt de weg meteen stevig tegen een steile helling vol terrassen op. Hagedissen vluchten de berm in, die vol staat met prachtige bloemen. Het is windstil en bloedheet zelfs in de luwte van de bergen.

We zijn op weg naar Apiranthos, wederom een mooi bergdorp dat gebouwd is op de hellingen van de berg Fanari, op 800 meter hoogte. Apiranthos is helemaal autovrij en we laten dus de auto aan de rand van het dorp achter en slenteren dan heerlijk door de smalle steegjes omhoog. De pittoreske huisjes zijn tegen elkaar aan gebouwd en de traditionele architectuur van de huisjes met bruggen en bogen is schitterend. Apiranthos noemt men ook wel "het marmeren dorp", omdat bijna alle steegjes geplaveid zijn met marmeren stenen. Mama zegt dat het hier ‘vals steil’ is maar we denken dat ze ‘vals plat’ bedoelt. Het levendige centrum van het dorp is hoger gelegen, nabij het dorpspleintje met zijn karakteristieke plataan. Hier besluiten we een hapje te eten. Omdat deze regio bekend staat om de productie van zuivelproducten, besluit papa een assortiment kazen te bestellen. De bekendste is de 'Arseniko', een lokale kaas die met schapen- en geitenmelk gemaakt wordt. Mama en ik gaan voor de zelfgekweekte haan in tomatensaus. Wij krijgen onze schotel met gemak op maar papa heeft zich toch wat mispakt aan die kaas. Hij wordt dus ingepakt in een servetje en meegenomen. Dat belooft met die warmte - hopelijk rij ik niet van misselijkheid de afgrond in!  

 

Op weg naar Koronos, passeren we opnieuw een mooi kerkje waar we even halt houden omdat we overal belletjes horen. Hier moeten dus geitjes zitten. De geitenhoeder en zijn hond, die vinden we snel maar de beestjes zelf staan te grazen tussen het groen en laten hun met moeite zien. Het dorp ligt in een diepe kloof met tegen beide wanden druiven. Het is ons onmiddellijk duidelijk waarom in deze omgeving nog veel ezels worden gebruikt. Het is een traditioneel bergdorp en veel van de inwoners zijn behalve landbouwer ook veehouder. In het dorp zijn opnieuw veel smalle steegjes en trapjes. Met uitzicht op de zee in de verte, drinken we iets op een schaduwrijk terras. 

Net buiten Koronos slingert de weg verder omhoog naar Koronida maar daarna moeten we terug naar beneden, in de richting van Apollonas. De duizelingwekkende afdaling gaat deels over haarspeldbochten en een smalle, slechte weg vol met putten. Op een heuvel, ten westen van Apollonas, ligt het kolossale standbeeld van een 'Kouros' dat maar liefst elf meter lang is. Ooit moet het heel indrukwekkend geweest zijn toen hij nog rechtop stond.

Van hieruit is Apollonas zichtbaar, een badplaats gebouwd op een schiereiland die doorloopt tot in een baai. Het ligt tussen de bergen ingeklemd op een kleine vruchtbare vlakte. We besluiten er nog een laatste glas te gaan drinken alvorens terug naar Naxos stad te rijden. In de baai liggen wat vissersboten en een paar locals zwemmen er in het heldere water, dat een gouden gloed heeft door de laaghangende zon. Het is hier echt prachtig. 

 

De terugweg naar Chora, langs de desolate noordkust, is minder spectaculair dan de bergrit van deze morgen maar toch is het een mooie route. Apollonas verdwijnt al snel in de diepte. Na het ronden van de ruige Noordkaap klimt de weg nog even door tot 300 meter, daarna gaat het voortdurend op en af over hellingen boven de kust. In de diepte liggen verlaten baaien met water in de mooiste schakeringen blauw.

Rond half 8 bereiken we de stad en we zijn dus net op tijd want om 8 uur wordt de haven autovrij gemaakt. Alsof we nooit ergens anders gewoond hebben, vinden we met gemak ons appartement. Nadat we de wagen geparkeerd hebben, wandelen we nog even naar de haven voor een ijsje terwijl we op een bankje de zon opnieuw zien zakken in de zee

donderdag 22 juni 2017

Naxos - Naxos Stad

Zalig geslapen in ons nieuw appartementje. Wanneer het zonnetje ‘s morgens door het raam schijnt, breekt er alweer een nieuwe dag aan. Papa en ik gaan alvast naar de plaatselijke bakker voor lekker vers brood. Op ons kleine terrasje ontbijten we nog in de schaduw maar er is weer geen zuchtje wind. Dat wordt vandaag bakken en braden. Eindelijk eens iets anders dan omelet! De yoghurt in Griekenland is romiger dan bij ons.

 

Na het ontbijt gaan we op ontdekking in de stad. Naxos stad is de hoofdstad en de bewoners van het eiland noemen deze Chora, een naam die overigens op de meeste Cycladen eilanden voor de eigen hoofdstad gebruikt wordt. Naxos stad is een prachtige, traditionele stad, die rondom een lage heuvel is gebouwd. We verdwalen in de kleine straatjes waar wederom de kleuren wit en blauw overheersen. Naxos komt stilaan tot leven. In de wirwar van straatjes moeten we vaak bukken om ons hoofd niet te stoten. Overal zien we kleine winkeltjes met leuke hebbedingen en vooral mooie sandalen. Ik laat me dan ook snel verleiden. Ook hier moeten de eilandbewoners leven van de toeristen maar ze proberen de klanten niet naar binnen te trekken zoals op Santorini en dat is een hele verademing. Het lijkt net of het ze niet uitmaakt of je er bent of niet. Je wordt eerder gezien als een bewoner dan als een toerist. Er hangt een rustige, fijne sfeer. De Griekse eilandbewoners zijn verzot op katten en het krioelt er hier dan ook van. Een plaatselijke dame komt ze zelfs lekkere hapjes brengen, daarom misschien dat ze in tegenstelling tot vroeger, niet echt meer komen bedelen voor een stukje eten wanneer je op een terras zit te eten. Ze zijn er dus nog, maar we hebben er geen last van. 

 

We besluiten om deze dag als echte eilanders te leven. Rustig, niet gehaast en totaal niet op de tijd letten, een zalig gevoel. Papa koopt ook nog snel een hoedje om de brandende zon te trotseren. Na een lekkere verse fruitsap op een met druiven overdekt terrasje beginnen we aan de klim naar het 13de-eeuws Venetiaans kasteel boven op de heuvel. Wederom trappen, en veel trappen! Behalve een deel van de imposante muren staan er ook nog een paar poorten en torens overeind. De huizen in het kastro zijn iets hoger dan in de rest van de stad en veel deurposten zijn uit marmer gemaakt. Boven de deuren zitten vaak nog de in marmer uitgehouwen wapenschilden van de patriciërsfamilies die er woonden. Boven op de toren hebben we een prachtig zicht op de haven. 

 

 

Op het heetst van de dag zoeken we verkoeling in het archeologisch museum. De collectie is zeer de moeite waard. Naast vazen uit de Myceense- en Geometrische periode, de bekende Romeinse olielampjes en delen van kourossen is er op de binnenplaats een mooi mozaïek te zien.


We passeren een leuke taverne waar de Griekse mama nog zelf in de keuken staat om haar specialiteiten te bereiden. Nadat we in alle potten hebben mogen kijken, beslissen we wat we gaan eten. Twee keer de kip uit de oven en de geit in tomatensaus. De heerlijke doch simpele bereidingen smaken voortreffelijk.  Het prachtige uitzicht over de haven krijgen we er gratis bij. Ook hier weer zeer goedkoop. Slechts 24 euro! Bovendien krijgen we opnieuw een stukje fruit als dessert. Geen watermeloen deze keer maar wel nectarines. Taverna Boulamatsis is wat ons betreft zeker een aanrader wanneer je op Naxos vertoeft. Om onze maaltijd te laten verteren, stoppen we nog even bij Aktaion, waar ze heerlijk artisanaal ijs verkopen. 


De zon wordt alsmaar heviger en het is bloedheet. Terwijl de locals verdwijnen, wordt er opnieuw een lading toeristen gedropt met de veerboot. Om ons leven als eilandbewoner kracht bij te zetten, gaan we deze namiddag, net als die locals, siësta houden en keren we terug naar ons appartement waar we in de schaduw wat uitrusten en zelfs een uurtje onze ogen sluiten in de koelte terwijl menig ander toerist ligt te bakken in de zon op een van de mooie strandjes die Naxos rijk is. De boog moet niet altijd gespannen staan!


Tegen vijf uur trotseren we opnieuw de hete zon en gaan we op zoek naar ‘To Steki Tou Valetta’, een echte ouzeria waar naar verluid de oude Grieken nog met hun komboloi zitten te spelen. De vrouw van de superette bij ons in de straat wijst ons de weg maar erg nauwkeurig is ze niet. Na een wandeling van bijna een uur komen we aan bij de taverne die gewoon aan de haven op het einde van de boulevard is gelegen. We maakten een omweg om U tegen te zeggen! We merken meteen dat het een locatie is waar bijna uitsluitend Grieken komen. Het interieur is zo fel verlicht met TL-lampen dat de doorsnee toerist er liever voor bedankt maar op het terras is het iets gezelliger. De mama van Valetta, de eigenaar, zit er een ouzo te drinken, de huiskanarie zingt dat het een lieve lust is en er hangt wat octopus te drogen aan een waslijn. We besluiten om scordalia en taramasalata te bestellen. Deze smaakt zoals het moet en de taramasala heeft hier zelfs geen roze kleur. Het wordt dus puur en zonder kleurstof geserveerd. Op de grill liggen enkele armen van de octopus en die willen we ook wel proeven. Lekker maar onze mezze waren toch beter. 


Tegen achten loopt een stroom mensen het schiereilandje Palatia op. Het is min of meer verplicht om hier de zonsondergang te bekijken dus volgen wij ook naar de top van de heuvel. De lucht kleurt dieprood terwijl een catamaran een zilverspoor achter laat in het diepblauwe water. Meteen wanneer de zon onder is, stroomt het eiland weer leeg. We trekken terug de stad in, door het labyrint van smalle, met grote platte stenen geplaveide straatjes. De warmte van de dag hangt nog tussen de huizen. Van zodra de zon onder is, komt Naxos terug tot leven. De terrasjes zitten vol, café’s bieden cocktails aan tegen happy hour prijzen en de geur van lekker eten dringt in onze neusgaten. Voldaan keren we huiswaarts. 

 

woensdag 21 juni 2017

Overzet van Santorini naar Naxos

Ons laatste ontbijt in Alia Hotel is geen verrassing, zoals steeds omelet op het menu.  Vandaag begint de tweede etappe van onze reis en nemen we de boot naar het eiland Naxos, het grootste en het meest vruchtbare eiland van de Cycladen. We nemen afscheid van Lief en Xavier en stappen om 9 uur in onze bestelde taxi. Hij ruikt nog naar nieuw en de chauffeur rijdt gezwind de berg over die ons scheidt van de haven. Daar aangekomen, zoeken we de ticket balie, waar we onze online reservatie bezegeld zien met onze effectieve tickets voor de overtocht naar Naxos.


Het zijn de grote veerboten met dito schoorsteen die alle eilanden met elkaar verbinden. Ze zijn de pendelbus voor reizigers, maar ook het logistieke bolwerk voor de Grieken zelf. Auto’s, dieren en vrachtwagens, alles gaat aan boord. We staan op tijd aan de juiste gate maar er is nog geen boot in zicht. Plots wordt er geroepen dat we allemaal moeten volgen. Diegene die laatst arriveerden, zijn nu bij de eersten en wij bengelen achteraan. Typisch Grieks! Gelukkig is er plaats genoeg aan boord. Dat zal in het hoogseizoen wel anders zijn. Even is er verwarring met de koffers want die moeten we achterlaten op het benedendek. Voor elk eiland werd er een rek voorzien. Gelukkig zie ik nog net op tijd dat we onze koffers op het verkeerde rek gezet hebben. We gaan naar Naxos en niet naar Paros! Boven zoeken we ons plaatsje op maar we kunnen deel E niet vinden. ‘Geen probleem’, zegt de steward. ‘De boot zit toch niet vol dus jullie mogen gaan zitten waar jullie willen’.  De Champion Jet trekt een schuimspoor door de Egeïsche Zee. Wanneer er na een uurtje water eindelijk een stukje land in zicht komt, krijgt de nieuwsgierigheid de overhand. Een nieuw avontuur dient zich aan…


Bij het binnenvaren van de haven, klinkt het geluid van de scheepshoorn. Het is dát geluid, wat het eilandhoppen zo leuk maakt.  Naxos is een oorspronkelijke Venetiaanse nederzetting met een imposant kasteel, dat we al van ver zien. Op de kade wachten kamerverhuurders de passagiers op, zoals gebruikelijk op de Griekse eilanden. Wij hebben echter al een appartement geboekt dus banen we ons een weg door de massa op zoek naar onze gastvrouw Anna. De pittige dame heet ons welkom op haar eiland en troont ons mee naar een klein autootje waar we met moeite de koffers in krijgen. Airco heeft ze ook niet maar gelukkig is het niet al te ver rijden. Ze tatert de hele weg dus we zijn blij wanneer we bij Marileta apartments aankomen. Daar krijgen we echter opnieuw een uitleg over het eiland, de stad en waar we alles kunnen vinden. Daarna neemt ze ons mee naar de studio. Hier is het lekker fris ook al staat de airco nog niet aan. Het is niet erg groot maar alles is er en de bedden zien er prima uit. We frissen ons wat op en wandelen dan naar de oude stad op zoek naar een restaurantje. We passeren een kleine gezellige taverna ‘Mapu’ waar ze typische Griekse gerechten serveren. Wanneer we de kaart bekijken, zijn we aangenaam verrast. Hier is het nog echt goedkoop. We betalen slechts 26 euro voor ons gedrieën en we krijgen het niet op! Bovendien wordt er na de maaltijd nog een heerlijke watermeloen op tafel gezet van het huis. Met ons buikje meer dan vol, wandelen we in de richting van de haven om het echte Naxos te gaan ontdekken. Helemaal anders dan Santorini, een eiland waar alles een beetje artificieel is en mega toeristisch. Vanaf de eerste aanblik vinden we Naxos geweldig, het lijkt een eiland naar ons hart. Hier zien en proeven we nog het echte Griekenland. Het is bloedheet en even wanen we ons ook in België, waar het dezer dagen snikheet is. De koele zeewind is verdwenen en de zon brandt. Mama besluit eerst een hoedje te gaan kopen alvorens onze tocht verder te zetten. 

 

De prachtige wandelboulevard is bezaaid met restaurantjes en gezellige bars. Helemaal ten einde zien we het bekendste monument van Naxos stad, de Portara, gelegen op het schiereilandje Palatia. Deze rechthoekige tempel werd gebouwd in de zesde eeuw voor Christus. Een lange trap leidt naar de imposante poort uit de oudheid. Wie zei nu weer dat we het trappen lopen gehad hebben? Gelukkig zijn onze beentjes al getraind. Het schiereilandje was ooit een heuvel bij Naxos stad, maar deze verdween nadat de zeespiegel aanzienlijk steeg. Het eilandje is nu verbonden met Naxos-stad door een smalle dam. Wanneer we de top bereiken, hebben we een prachtig uitzicht over de zee en over Naxos-stad. Met een ijsje in de hand wandelen we terug naar onze studio waar we op het terrasje nog wat nagenieten van de late avondzon.