maandag 13 november 2017

Amsterdam - Oost en de Pijp

Vanmorgen hetzelfde lekkere ontbijt als gisteren maar iets meer volk in het restaurant. Het weer is prachtig dus wordt het grote terras vrijgemaakt, de verwarmingselementen worden aangestoken  en de tafeltjes worden schoongemaakt voor de eventuele bezoekers die vanmiddag willen komen lunchen. We blijven toch maar lekker binnen om te ontbijten en genieten van het heerlijke brood, beleg en zoete zondes. We sluiten af met een gezonde smoothie en wat rood fruit.


Met een goed gevuld buikje,  checken we uit en vertrekken we voor een wandeling door Amsterdam Oost en de Pijp. Dit is waarschijnlijk de meest veelzijdige wijk waar veel straatnamen herinneren aan het koloniale verleden. Het beginpunt van onze wandeling bevindt zich vlak bij het hotel dat midden in het bruisende Oosterpark ligt. Hier komen alle culturen samen. Het monument ‘de schreeuw’ herinnert aan de moord op Theo van Gogh in 2004. Het gras is dankzij de regen van gisterenavond zompig en modderig en dat is te merken aan mijn schoenen. Dat begint al goed!  



We wandelen in de richting van de Pijp, ooit een ware volksbuurt maar tegenwoordig ook erg hip. De huizen hier zijn prachtig dus we kijken onze ogen uit. Ze dateren bijna allemaal uit de 19de eeuw. Zo ook het kabouterhuis. Dit zijn eigenlijk drie huizen gebouwd in 1884 waarbij de architect zijn fantasie de vrije loop liet. Het is een chalet stijl maar het meest opvallende zijn de kabouters die met een bal spelen. Hier zien we veel traditionele Turkse bakkerijen, Surinaamse supermarktjes en Midden-Oosterse lunchrooms. Ja in deze oude volksbuurt leven vandaag de dag mensen uit alle werelddelen zij aan zij. Zoals steeds is iedereen hier mega vriendelijk. 


Iets verderop arriveren we aan de Albert Cuypmarkt waar altijd wel iets te beleven valt. De vele marktkramers zijn bezig met het opstellen van hun kramen. Te midden van de markt zien we het standbeeld van André Hazes, waarschijnlijk de beroemdste inwoner van de Pijp. Het beeld werd in 2005 ingehuldigd op de dag dat zijn as de lucht werd ingeschoten met tien vuurpijlen. Nog altijd komen fans af en toe een biertje of een bos bloemen neerleggen bij het standbeeld van een van de grootste volkszangers die Nederland ooit gekend heeft. 



Op een website las ik dat ze hier net om de hoek in de Gerard Doustraat, waar André Hazes trouwens geboren werd, de lekkerste macarons van Amsterdam verkopen. Ja ik beken, ik ben een macaron junkie en ga er dan ook naar op zoek in elke stad. Bij Poptasi zouden ze helemaal zijn zoals ze moeten zijn: licht crunchy van buiten, chewy vanbinnen en natuurlijk gevuld met een heerlijke lichte crème. Wanneer we bij het adresje aankomen zien we al van ver de pastelkleurtjes, eigen aan macarons maar jammer genoeg is de slogan ‘Dangerously delicious’ van de vitrine verwijderd en zit er nu een ander artisanaal bakkertje met Baltische specialiteiten. We zijn er binnen gestapt en vinden het maar raar om terug buiten te stappen zonder iets te verbruiken. We zetten ons dus in de gemakkelijke fauteuils en drinken iets warms. Geen overbodige luxe want we zijn zo wat verkleumd. De zon staat hoog aan de hemel, de lucht is blauw maar de temperatuur is toch beneden de 7 graden, redelijk fris dus. De warme chocolade smaakt me niet echt want de slagroom is totaal niet gezoet. Ook de taarten op de toonbank doen mij niet echt het water in de mond krijgen. Omdat het winkeltje wat afgelegen ligt, is er niet veel passage en bijgevolg heeft ze, zo denken wij, nog niets verkocht. Wanneer we willen opstappen vraagt ze dan ook of we eens iets willen proeven. Annick antwoordt bevestigend en ze krijgt prompt een flink stuk van de zelfgebakken chocolade babka, een soort gebak uit gistdeeg. Volgens Annick was het lekker maar ook niet erg zoet. Niets voor mij dus! 


We hebben honger gekregen en onze voeten doen pijn van al dat stappen de twee voorbije dagen dus nemen we de tram naar ons lunchadresje. Bij het verlaten van de tram, kan ik nog net op tijd wegspringen wanneer een fietster mij bijna omverrijdt. Amsterdam is werkelijk de stad bij uitstek voor de fiets. Iedereen, klein, groot, dik, dun, oud en jong doorkruist er de stad mee en de meesten zitten dan ook nog eens te bellen waardoor ze niet echt goed opletten. 


Op het Javaplein bevindt zich het Badhuis. Dit is een van de laatst gebouwde badhuizen in de stad en is nu een knus en trendy bar-restaurant. De douches zijn al lang verdwenen en hebben plaatsgemaakt voor retro meubeltjes en een open haard. Alleen de tegelwand achter de bar herinnert nog  aan de plek waar vrouwen zich wasten. We gaan voor het typische broodje kroket om ons weekend Amsterdam op traditionele manier af te sluiten.



Na de lunch snuiven we nog even de multi culturele sfeer op aan De Dappermarkt. Deze markt is al meerdere malen uitgeroepen tot beste markt van Nederland. Waarom? Dat is ons een raadsel. Ben je op zoek naar goedkope spullen dan zit je hier wel aan het goede adres. 


We wandelen terug naar het hotel om onze bagage op te halen en nemen vervolgens de trein naar Bergen op Zoom. Ons weekendje Amsterdam zit er op maar we hebben ervan genoten! Johnny Jordaan zong er al over, Geef mij maar Amsterdam’ en dat kan ik beamen. Ik hou van deze stad met zijn smeltkroes aan culturen, de vele shopping straten en de mega vriendelijke mensen. 


zondag 12 november 2017

Amsterdam - De Jordaan

Om acht uur zitten we als eersten aan het ontbijt in PARK, het café-restaurant van ons hotel. We kiezen een tafeltje aan het raam met een waanzinnig uitzicht op het Oosterpark. Bij het zien van het ongelooflijk uitgebreide buffet, komt het water ons al in de mond. We nemen onze tijd om te genieten van al dat lekkers alvorens we onze lange wandeltocht door het mooiste stukje van Amsterdam aanvatten.


Na het ontbijt wandelen we naar de tram via de Stadhouderskade. Hier staan er veel oude bomen met prachtige herfstkleuren. Hier zitten ontelbaar veel groene parkieten wat ons echt wel verbaast want deze papegaaiachtige vogels verwacht je toch eerder in een tropisch land dan aan een Amsterdamse gracht. Ik maak me de bedenking dat de beestjes het hier toch koud moeten hebben.


Vandaag kuieren we door de Jordaan met mooie vergezichten over de vele bruggen en grachten. Het is de bekendste volksbuurt van Nederland met een rijke en vooral roerige geschiedenis. In de eerste helft van de 17e eeuw werd de wijk gebouwd om alle arbeiders een dak boven het hoofd te kunnen bieden. Zij kwamen namelijk in grote getale naar de stad om te profiteren van de vele banen die de Industriële Revolutie teweegbracht. Maar die toestroom bleek uiteindelijk een keerzijde te hebben voor de bloeiende volksbuurt. In de 19e eeuw werden bouwvallige huizen gesloopt, maar er kwamen geen nieuwe huizen bij. Arbeiders bleven maar naar Amsterdam komen en doordat ze weinig tot geen geld hadden, kwamen ze al snel in de Jordaan terecht. Gezinnen werden steeds groter. Kortom, de Jordaan raakte overbevolkt en verpauperde. Vandaag de dag is het een hippe buurt waar de jongere generatie graag een huis wil kopen.



Het is plots beginnen regenen dus besluiten we één van de vele koffiehuisjes binnen te stappen. Bij 2 coffee is het heel gezellig en de koffie is er heerlijk. Achter de hoek van dit toffe tentje zit een verzorgingstehuis waar het Jordaan museum gevestigd is dus besluiten we daar even langs te gaan. Wanneer we er binnen komen, ruiken we die typische geur van een verzorgingstehuis en draait onze maag maar we proberen toch even wat op te steken van de Jordaan cultuur, de vele oproeren, het leven op straat en de artiesten. Echt indrukwekkend is het gelukkig niet want we kunnen er niet snel genoeg weg zijn.


Heel opvallend is dat hier in Amsterdam talrijke reigers opduiken in het straatbeeld. Ze zijn bovendien ongelooflijk tam en we kunnen ze bijna gewoon aanraken. De Jordaan staat bekend om zijn vele hofjes. Ze vinden is een ander paar mouwen want vaak liggen ze verscholen achter een onopvallende deur of poort. Wanneer we een kijkje gaan nemen in het karthuizerhofje, komen we in een heel andere wereld terecht. Het werd oorspronkelijk gebouwd voor arme weduwen maar tegenwoordig kunnen ook particulieren het huren. Hier heerst rust in de stad. 



Op het Johnny Jordaanplein zien we de iconen van het Jordaanse levenslied. Hier overheerst bij de standbeelden van de bekendste zangers uit de Jordaan het ‘Geef mij maar Amsterdam’ gevoel. Tijdens onze zoektocht naar de 9 straatjes, passeren we ontelbaar veel bruggetjes op de Prinsengracht, Herengracht en Keizersgracht. We lopen geregeld een rondje want de wegbeschrijving in ons boekje over Amsterdam is niet echt duidelijk. We hebben geluk dat we in Amsterdam zijn want er bestaan geen vriendelijkere Nederlanders dan Amsterdammers. Bijna iedereen die ons ziet staren op ons plan, spreekt ons aan met de vraag waar we naar op zoek zijn. Met de glimlach sturen ze ons de juiste richting uit. De authentieke straatjes worden gekenmerkt door leuke, aparte en veelal hippe winkeltjes met veel vintage spullen, in mooie historische panden. Ook zijn er veel kleine, knusse cafeetjes en eetzaakjes.


Ondertussen is het al 1 uur gepasseerd en we krijgen een hongertje. De meeste gezellige lunch restaurantjes zitten helemaal vol. Zo ook de adresjes die in ons boekje 100% Amsterdam vermeld staan. Maar we zien plots een Aziatisch restaurantje dat heel modern en gezellig is ingericht. Dat blijkt een super goede keuze want bij Nooch hebben ze geweldige gerechtjes. Bovendien is de muziek hier geweldig want Eryka Badu schalt door de luidsprekers. Heerlijk om met haar zwoele klanken te genieten van een smakelijke Pad Thai. Buiten valt de regen weer met bakken uit de hemel maar wij hebben er geen last van. We willen graag naar het Museumplein maar hebben geen idee hoe we daar moeten geraken. De dame van het restaurant legt ons haarfijn uit wat de beste weg is. 



Bij aankomst aan het Stedelijk Museum, ook wel ‘de badkuip’ genoemd, staan we versteld van hoe groen het hier is. Op het zompige grasveld voor het museum spelen enkele tieners voetbal. De zon komt tevoorschijn en schijnt op de nieuwe vleugel van het museum dat wat mij betreft perfect past bij het oude gebouw. Er is een directe, naadloze overgang tussen beide gebouwen op elke verdieping. De begane grond, waar zich de entree, de museumwinkel en het restaurant bevinden, is voorzien van een glazen buitenwand. Het interieur werd ontdaan van alle decoratie en heeft witgeverfde muren, waardoor het ideaal is om kunst tentoon te stellen. We kochten reeds kaartjes via internet en kunnen dus zo naar binnen. Eigenlijk had ik het kunnen weten, moderne kunst is echt niet aan mij besteed want al snel begin ik me te ergeren aan de werken die hier hangen. Annick en ik bekijken elkaar regelmatig en denken hetzelfde: ‘Man, man, man dat noemen ze dan kunst’! Heel lang blijven we hier dus niet. Op het Museumplein zien we het symbool van de stad, de rood-witte letters van ruim 2 meter hoog die samen driedimensionaal ‘I amsterdam’ vormen. Het blijkt voor vele toeristen een onmisbaar fotomoment.


We wandelen verder naar het Vondelpark. Dit prachtige park is een groene long midden in de stad. Het is nog steeds droog dus besluiten we gewoon verder te wandelen. Tulpen uit Amsterdam, ja wanneer je je in de Nederlandse hoofdstad bevindt, kan je niet om de tulpen heen. We passeren een heuse tulpenmarkt waar we werkelijk alle mogelijke tulpen kunnen ontdekken. Dat er zo veel verschillende soorten zijn, daar staan we van versteld. 



Tijdens deze koude winterdag, bereiken we de ultieme ‘chillmodus’ met een kop warme choco bij de pop up ‘Eventjes’. Hier wanen we ons in een sfeervolle woonkamer waar iedereen al in kerststemming is. Twee prachtige kerstbomen sieren het gezellige bistrootje en de heerlijke chocolademelk wordt geserveerd met een lekkere macaron. Meer kan ik niet verlangen! Ondertussen is de avond gevallen en zijn de grachten mooi verlicht. Heel fijn om zo naar onze volgende bezienswaardigheid te wandelen. 


Ik ben al zo vaak in Amsterdam geweest maar nog nooit bezocht ik het Anne Frank Huis en daar komt nu verandering in. We hebben ons ticket online geboekt om zeker te zijn. In dit huis schreef Anne Frank gedurende de Tweede Wereldoorlog het inmiddels wereldberoemde dagboek. Ruim twee jaar zat Anne Frank met haar familie ondergedoken in het achterhuis van het pand aan de Prinsengracht 263, waar Anne’s vader, Otto Frank, zijn bedrijf had. Ook de familie Van Pels en Fritz Pfeffer hadden hier hun schuilplek. De toegang tot het achterhuis was verborgen achter een draaikast die speciaal voor dit doel was gemaakt. Het kantoorpersoneel hielp de onderduikers met eten en bracht 'nieuws van buiten'. Op 4 augustus 1944 werd de schuilplaats verraden en de onderduikers werden gedeporteerd naar verschillende concentratiekampen. Alleen Otto Frank overleefde de oorlog.


De kamers in het Anne Frank Huis, alhoewel er geen meubels meer in staan, ademen nog steeds de sfeer uit de onderduikperiode. Citaten uit het dagboek, foto's, filmbeelden en originele voorwerpen van de onderduikers en de helpers illustreren de gebeurtenissen die zich hier hebben afgespeeld. Het geruite dagboek en andere originele geschriften van Anne Frank zijn hier te zien. Het boek komt helemaal tot leven door dit bezoek aan het achterhuis. Wij zijn alvast heel erg onder de indruk en vinden dit museum een ‘must’ wanneer je Amsterdam bezoekt. 



Het is zeven uur voorbij wanneer we buitenkomen en besluiten snel iets te eten in de omgeving van het museum. We stappen binnen in het Italiaanse restaurantje op de hoek. Dit gezellige eettentje is zo authentiek ingericht dat we ons op slag in de wereld van Don Corleone wanen. simpele papieren servieten, flessen chianti op de toog en muren bedekt met allerlei prullaria uit Italië. Laura Pausini zingt de longen uit haar lijf en zorgt voor die typische Italiaanse sfeer. Na een lekkere maaltijd, rijden we terug met de tram naar ons hotel. 


Jammer dat we vandaag geen stappenteller bij hadden want we hebben op dag twee zeker meer dan genoeg stapjes gezet. Als we vannacht niet goed slapen, dan weten we het niet meer. 



zaterdag 11 november 2017

Amsterdam - Centrum

Het blijft bijzonder om de halve wereld over te reizen om de mooiste plekken te ontdekken, maar ook in Europa, bij onze noorderburen bij voorbeeld zijn er leuke steden te ontdekken. Annick is jarig geweest en daarom hebben we een weekendje Amsterdam geboekt. Wie Amsterdam zegt denkt coffeeshops en de walletjes maar de stad heeft zoveel meer te bieden. Tal van musea, monumenten en niet te vergeten de meest fotogenieke grachtengordel van ruim 100 km lang. Op citytrip in Amsterdam is eigenlijk ook een beetje een reis rond de wereld: Hier kan je meer dan 180 nationaliteiten proeven in gezellige restaurants. Wist je trouwens dat Amsterdam meer fietsen dan inwoners telt? De stad is met z’n wirwar aan hippe buurten, 19de-eeuwse wijken en drukke winkelstraten dan ook hét speelterrein voor de hedendaagse wereldreiziger. 


We nemen de Intercity van Roosendaal naar de Nederlandse hoofdstad want met de trein reizen is zoveel relaxter dan met de auto en bovendien niet veel duurder. Bij aankomst in Amsterdam centraal zijn we gelijk in het levendige hart van Amsterdam maar om naar ons hotel te gaan, moeten we de tram nemen. Het Arena hotel ligt in het stadsdeel oost en is een perfecte locatie om te genieten van de ruimtelijkheid die de natuur biedt, zonder Amsterdam te hoeven verlaten. Het Oosterpark is tegenwoordig de voortuin van Hotel Arena en is naast een prachtig stukje natuur ook een bloeiende plek waar zich vele talrijke barretjes en restaurants bevinden. Meer dan een eeuw geleden werd het pand van Hotel Arena oorspronkelijk gebouwd als weeshuis. En nog niet eens zo heel lang geleden was het nog een populaire plek voor backpackers en damslapers. Wanneer we het monumentale pand binnen wandelen zijn we aangenaam verrast. De lobby met statige trap in gietijzer, is prachtig. De kamer is nog niet klaar maar we kunnen wel onze bagage achterlaten.  We nemen tram 9 terug naar het centrum want vandaag gaan we gewoon lekker shoppen. Het is droog dus kuieren we wat rond in de vele winkelstraten. We geraken al snel ondergedompeld in de borrelende smeltkroes van culturen. En in dat borrelen tout court, de favoriete bezigheid van menig Amsterdammer tijdens het weekend. Wij houden het bij een lekker theetje op een verwarmd, overdekt terras.



Af en toe bereikt de wietgeur die hier hangt onze neusgaten en hebben we het gevoel dat we mee high worden. Weed of hasj roken mag hier gewoon in het openbaar, maar op het drinken van alcohol staan hoge boetes! Begrijpen wie begrijpen kan. In de vele souvenir winkels kan je ook allerlei producten kopen met cannabis. Van kauwgum tot muffins tot sigaretten. Misschien een ideetje voor het komend kerstfeest! 


Als je zelf niet uit een grote stad komt, kan Amsterdam overweldigend zijn. Na al dat stadsgeweld voelen we toch de behoefte opkomen aan een flinke dosis rust dus besluiten we terug te keren naar ons hotel. We aperitieven op onze kamer met een lekker glaasje merlot en chips. 


We kozen voor vanavond een Thais restaurantje uit om Annick’s verjaardag te vieren en dat is gelukkig niet zo ver van ons hotel. Wanneer we bij Thaicoon op het Beukenplein 10 binnen stappen, lijkt het even of we zijn ergens in Bangkok. Het is lekker druk in het kleine restaurantje en even chaotisch als in de Thaise hoofdstad. De ober is een slungelige jongeman die niet echt luistert naar onze bestelling maar gelukkig komt het goed. We krijgen wat we besteld hebben. De porties zijn hier immens en mijn buikje zit al bijna vol na het voorgerecht. Slechts 15 min nadien staat ons hoofdgerecht al op tafel. Met pijn in het hart moet ik toch best wat laten liggen. Op minder dan 1,5 uur staan we terug op straat. 



Onze eerste dag Amsterdam is voorbijgevlogen!