zaterdag 17 april 2021

Met de waterbus naar Bazel

Het is nog lekker fris wanneer we, corona-gewijs elk met onze eigen wagen, aankomen in Antwerpen. Aan het ponton van’t steen nemen we de waterbus richting Hemiksem, om op een ontspannen manier een dagje Havenland te beleven. Voor slechts 2,5 € varen we via de Schelde langs de polders van Kruibeke naar onze bestemming. Daar aangekomen moeten we nog enkele minuten wachten alvorens met het veer over te steken naar Bazel, gehonoreerd als één van de mooiste dorpen. Het veer vaart de ganse dag op en neer en ik heb medelijden met de schipper. Slechts tien minuten duurt het om van de rechter- naar de linkeroever te varen, geen uitdagende job dus. 


Wanneer we de boot verlaten, wandelen we door een gecontroleerd overstromingsgebied. In de natte grond werden grachtjes uitgegraven en met die grond werden de stroken ertussen opgehoogd. Bij een indrukwekkende lindeboom gekomen, zien we een Maria kapelletje hangen. Het is een oud gebruik dat teruggaat tot de voor-christelijke periode toen Freya, de godin van de liefde, gerechtigheid, huiselijk geluk en vruchtbaarheid, bij de lindeboom vereerd werd. Geliefden uit alle windstreken komen hier nog steeds samen bij een kunstwerk waar ze hun liefdesslotje kunnen ophangen. Zo niet het kibbelende koppel dat ons met de fiets passeert. Ze rijden ons bijna van onze sokken. 


Via de Arcade, een kunstwerk van Gijs Van Vaerenbergh, klimmen we omhoog over de hoge Schelde dijk, waarna het prachtige dorp aan onze voeten ligt. We wandelen over de oudst bewaarde smeed- en gietijzeren hangbrug van het continent. Ze werd gerestaureerd waardoor ze nu niet meer echt hangt maar de kleuren zijn wel nog identiek aan de originele kleuren uit 1825: blauw voor de hemel, groen voor de aarde. Het kasteel van Wissekerke is idyllisch gelegen in een prachtig park met rondom een mooie vijver. We passeren de oude duiventoren en komen zo via de monumentale poort in de dorpskern. 


Bij het Hofke van Bazel, staat er een kleine Foodtruck dus houden we even halt voor een theetje. In Corona tijden is het niet zo evident om een plasstop in te lassen maar de vriendelijke uitbater maakt er geen probleem van wanneer we vragen om even van het toilet gebruik te maken. Een sterrenrestaurant zonder sterallures. We kuieren wat rond in het dorp waar de inwoners gevoel voor humor hebben: ook alle standbeelden dragen hier een mondmasker. De Sint Pieterskerk domineert de dorpskern en het blijkt ook nog een mooie kerk te zijn. Wanneer we achteraan pal in het midden van de kerk gaan staan en naar het hoofdaltaar kijken, merken we op dat het koor sterk naar links afwijkt. Dat is geen toeval ... het scheve koor is een symbool voor Christus die aan het kruis zijn hoofd ‘neigde’. 


In het park lunchen we en drinken we een glas wijn. Twee Bourgondiërs op een bankje, genieten van de zon, de rust, de vogeltjes en het uitzicht op het sprookjesachtige kasteel. Na de lunch moet er wat mij betreft toch nog iets zoets volgen dus keren we nog even op onze stappen terug, opnieuw naar het Hofke van Bazel voor een lekker ijsje. Pas daarna zetten we onze wandeling verder. Via de nieuwe ringdijk komen we in een mooi natuurgebied waar slikken, schorren, visvijvers en poelen elkaar afwisselen. Het is super aangenaam vertoeven in dit gevarieerd landschap. In de natuur kom ik steeds tot mezelf. Het zachte gekwetter van de vogels verjaagt het lawaai in mijn hoofd. Vooraleer we terug aan boord gaan van het veer, adem ik nog snel even wat Bazelse lucht in om mee te nemen naar huis. Dat is onderdeel van het geluksgevoel ... 


Wanneer we opnieuw onze mooie stad in het vizier krijgen, is dat gelukzalige gevoel er nog steeds want ik hou van mijn stad. We hebben geluk dat er op het Steenplein nog een bankje vrij is met zicht op het water dus zetten we ons nog even neer in de vroege avondzon en schenken we ons nog een glas wijn in om te klinken op deze mooie dag.