zondag 11 juli 2021

Roadtrip Zeeland

Eindelijk laat de Zeeuwse Rivière zich van haar beste kant zien want we worden wakker met een stralend zonnetje en een blauwe lucht. Marleen heeft een parkingplekje gevonden net buiten de stadskern van Zoutelande waar ik de auto even ga zetten want nu het parkeerbeleid van Zoutelande helemaal gewijzigd is en overal 2€ per uur wordt gerekend, loopt dat wel op. Daarna wandel ik, met de zilte zeelucht in mijn neus, even tot aan de molen. Het is nog heel erg rustig in de straten en ik geniet van die stilte. Wanneer ik bij de kerk kom, wordt het mistig en eens op de zeedijk trekt de hemel helemaal dicht. Het verlaten strand heeft plots iets spookachtig. De schaapjes voor ons appartementje kijken me, hoe kan het anders, schaapachtig aan en vinden alles best. 


Onder het motto ‘it is not the destination, it is the journey’ doen we vandaag een roadtrip naar het Noorden van Zeeland. Het enige voordeel van de vele regen gisteren, is het effect op de natuur. Het lijkt wel of alles veel groener is dan anders. Ook de kleuren van de bloemen lijken veel heviger dan anders.  De uitgestrekte velden vol papaver in verschillende tinten, zijn indrukwekkend. We genieten van het weidse landschap. Heel grappig zijn de bomen die over de weg naar één kant gebogen zijn vanwege de wind die hier bij momenten heel erg waait. 


Stadswallen, grachten, bastions en ravelijnen waren ooit bedoeld om de vijand buiten de stad te houden. Tegenwoordig zijn stadswallen mooie plekken om te wandelen. Tussen het groen, met uitzicht op de stad én het water. We starten in Westkapelle een typisch dijkdorp. De huizen met rode daken zijn allemaal verzamelt rond een kerktoren. Kerktoren, is misschien geen goed woord want de toren heeft namelijk geen puntdak maar het bovenste gedeelte van een vuurtoren. Het is een merkwaardig en markant gebouw die ‘kerkvuurtoren’. De kerk zelf werd verwoest door een brand in 1831. 


Het dorp Aagtekerke ligt op het voormalige eiland Walcheren in de provincie Zeeland. Het dorp is vernoemd naar de Heilige Agatha. Het stadje zelf ligt niet aan zee dus hier is het erg rustig. Met uitzondering van enkele mannen in zwart pak, is er niemand op straat. Iedereen zit in de kerk. Aan de rand van het dorp staat een grote oude molen zij aan zij met een mini molentje. Oostkapelle is een typisch Zeeuws ringdorp met in het midden een kerk en daarrond wat huizen. Ook hier zijn de mooie huisjes met voortuin vol bloemen een lust voor het oog. We besluiten alvast een koffietje te drinken. De stuurse ober kan maar twee tafeltjes tegelijkertijd aan dus wanneer ik hem roep, krijg ik te horen dat ik geduld moet hebben. Hij heeft geluk want vandaag heb ik dat maar ook al is het best een gezellig terrasje, we besluiten toch maar ergens anders te gaan lunchen. Vrouwenpolder is het volgende dorp op onze route en laten ze daar nu ook een tof terrasje hebben. Bij restaurant de Boekanier ploffen we neer en bestellen we onze lunch. 


Na de middag, bezoeken we in Ouwerkerk het waternoodmuseum, gevestigd in de vier caissons die zijn gebruikt voor het sluiten van het laatste dijkgat. De watersnoodramp gebeurde in de nacht van 1 februari 1953 en zal altijd een litteken blijven in de Zeeuwse samenleving. Wat het water deed die nacht en de verschrikkelijke gevolgen voor de bevolking en de omgeving wordt in het museum op een pakkende manier voorgesteld. Wanneer de dijken braken, zorgden de overstromingen voor dood en ellende. Ik probeer het me voor te stellen: het is nacht, het is koud en aardedonker en er heerst een doodse stilte. Het water dringt je huis binnen en stijgt in een razend tempo, de machteloosheid is enorm. Hier krijgen de slachtoffers een gezicht, we horen hun persoonlijke verhaal. De getuigenissen grijpen me naar de keel. Zelfs na 8 maanden stonden er nog delen onder water en het was een hele klus om alle modder weg te werken. Nederland ligt voor meer dan de helft onder de zeespiegel en voor ieders veiligheid zijn de Deltawerken gebouwd om herhaling van de ramp te voorkomen. Een bezoek, van begin tot eind indrukwekkend, waar we vaak stil van werden. 

Wanneer we buiten komen, moeten we even bekomen. Het landschap is heel uitgestrekt en we staan echt op de plek waar in 1953 het drama zich afspeelde. Moeilijk te geloven dat deze enorme stenen caissons daadwerkelijk versleept werden naar deze plek. Ze werden met zand verzwaard zodat ze niet gingen drijven. 

We eindigen onze roadtrip in Zierikzee, één van de gezelligste stadjes van Zeeland. Al van ver zien we de Dikke Toren opduiken. Het is zondag en alle winkeltjes zijn dicht waardoor het ook hier lekker rustig is. Het is een verademing om langst de oude haven te struinen. Dit is de rijkere buurt van Zierikzee en dat zie je aan de prachtige huizen met veel sierlijke details op de gevels. Ja hier wonen geen arme stakkers. Overal is er ook kunst in het dorp zoals de blauwe handen gemaakt van visnetten, op zich niet spectaculair maar de blauwe kleur trekt wel onze aandacht. 


Aan de Zuidhavenpoort staat het standbeeld dat we daarnet in het waternoodmuseum hebben gezien. Op de sokkel lezen we ‘beproefd maar niet gebroken’. We hebben nu een heel andere kijk op het sierlijke bronzen vrouwenbeeld met een klein kindje dat zich vastklampt aan haar rok. Het haventje waar ze naar kijkt, straalt ongelooflijk veel rust uit en het is moeilijk te geloven dat ook hier ooit alles onder water stond. 


Via de Zeelandbrug, die maar liefst 5022 meter lang is en gebouwd werd net voor ik geboren ben, rijden we terug naar Zoutelande. 


zaterdag 10 juli 2021

Goes

Vandaag rijden we naar Goes, een stadje ontstaan in de tiende eeuw aan de rand van een kreek. Vroeger was Goes een vestingstad met maar liefst acht stadspoorten, grachten rondom en stadswallen. Ik ben al vaak in Goes geweest maar dan uitsluitend om te winkelen. We maken nu een mooie wandeling via prachtige parken met grote vijvers en komen op plekjes waar ik nog nooit geweest ben. Een groot deel van het Zeeuwse land was vroeger water en ook nu is water nooit veraf. Op het wapen van Goes neemt een gans een prominente plaats in en we zien ook af en toe wat ganzen door de stad lopen. ‘De Engelse vertaling van gans is goose. Er wordt beweerd dat de naam Goes daar vandaan komt.


Het gezellige stadje heeft een imposante kerk, pittoreske straatjes en een mooi haventje. Dat laatste bereiken we wanneer we uit het  smalste straatje van de stad komen, namelijk het Vuilstraatje. Het heeft haar naam niet gestolen want fris ruikt het er niet. De Stadshaven van Goes is echt een plaatje! De jachthaven ligt midden in de stad en heeft de mooiste pakhuizen op de kade staan. In het oog springen de gevels van wat nu restaurant Karel V is, met een historische trapgevel en ’t Soepuus.


Her en der in de stad zien we ook wat graffiti opduiken. In de namiddag is het tijd voor een kleine zonde … heerlijke carrotcake op een gezellig terrasje … wat kan het leven toch mooi zijn.





vrijdag 9 juli 2021

Zoutelande - Veere

Eergisteren mijn tweede Corona prik gekregen dus kan ik met een gerust hart vertrekken naar Nederland. De zon schijnt en de lucht is blauw wanneer ik de auto instap maar hoe dichter Zeeland nadert, hoe grijzer het wordt. Gelukkig maakt de prachtige omgeving de rit de moeite waard, wat een bloemen pracht onderweg. 


Wanneer ik bij Marleen in Zoutelande aankom, is het nog best frisjes maar het weer is toch al iets verbeterd. We besluiten een voormiddag Veere in te plannen. Parkeren hier kost een fortuin. Voor 3,5 uur geeft de parkeermeter maar liefst 12€ aan. En ik die dacht dat België duur was …  Zeeland heeft voor mij altijd al en speciaal plekje gehad. Vooral de ongedwongen gezelligheid die er heerst maakt het een prettige provincie om voor een dagje of meer naartoe te gaan. Zeker als je in een grote stad woont, voelt het in Zeeland echt alsof je op vakantie bent. 


Het prachtige dorpje is zo goed als verlaten. Of we zijn vroeg, of Corona heeft de dagjes toeristen daadwerkelijk afgeschrikt. Al moet ik zeggen, wanneer we hier rondlopen, lijkt Corona volledig uit de wereld. Niemand draagt hier een mondmaskertje, zelfs de winkelbediendes niet. Wanneer wij gemaskerd binnenwandelen, hebben we dan ook veel beziens. Maar beter het zekere voor het onzekere nemen want de cijfers stijgen hier dagelijks. Ook in de restaurants is er geen masker te zien. Gelukkig schijnt de zon en hoeven we niet binnen te zitten.

Wie Veere zegt, zegt stokrozen …. Als je eenmaal het stadje hebt bezocht in de zomerperiode, vergeet je de aanblik nooit meer. Overal zijn de bloemen uitgezaaid en geven het toch al pittoreske stadje een nog romantischere uitstraling

We eten aan de kleine jachthaven op een ondertussen zonovergoten terras. Alleen als je ziek bent, ben je niet welkom staat er in het Zeeuws op een bord geschreven. Het Zeeuws is een grappig taaltje en als je het leest valt het wel mee maar soms als we de mensen in hun dialect horen praten, kon het evengoed Chinees zijn. Het is heel apart en we moeten vaak lachen met de grappige tongval. Zeeland bestaat uit heel veel verschillende streken, waardoor het Zeeuws ook overal verschillend is. Één Zeeuwse taal bestaat dus niet en het dialect verschilt van eiland tot eiland.


Via de kaai wandelen we voorbij de mooie historische Schotse huizen in de richting van de brug. De Schotse huizen getuigen van de bloei in de wolhandel tussen Schotland en Veere. De meeste huizen hebben boven de deur nog het jaartal waarin ze gebouwd zijn, voornamelijk uit de 16 en 17de eeuw. In de eeuwenoude geschiedenis moesten echter heel veel Veerse huizen sneuvelen. Vaak werden van de woningresten hiermee muren opgetrokken die nu nog als tuinmuur dienen en dus zo een tweede leven kregen. De smalle straten met kinderkopjes maken het historische gevoel compleet. 


Wanneer we over de brug bij de jachthaven naar de vroegere stadswal wandelen hebben we een prachtig zicht op het wondermooie stadje. Voor we het weten is de 3,5 uur voorbij en moeten we terug naar de auto. Onderweg heb ik gekust met een hondendrol waardoor er een penetrante geur vanonder mijn voeten komt. Gelukkig komen we voorbij het water zodat ik even kan pootjebaden.


We rijden opnieuw naar Zoutelande voor een strandwandeling. Bløf heeft het stadje enkele jaren geleden op de kaart gezet en sindsdien is het er mega druk maar vandaag valt het best mee. Het strand is niet meer verlaten zoals vroeger maar over de koppen lopen hoeft gelukkig ook niet. Het strand is bovendien breed genoeg en het zijn vooral de hoge duinen die deze kust uniek maken. De karakteristieke paaltjes en de kleine strandhuisjes zorgen ook voor een gezellige sfeer. Ze noemen het hier niet voor niets de Zeeuwse Rivièra.


Het kwallen seizoen is duidelijk aangebroken want heel het strand ligt er vol van. De blauwe glibberige beestjes zijn niet in staat zichzelf voort te bewegen en zijn afhankelijk van de zeestroming, die bepaald wordt door de wind. We kijken gefascineerd naar de prachtige blauw-paarse beestjes waarin mooie patronen zichtbaar zijn. Elke kwal ziet er anders uit en we krijgen er geen genoeg van. Al snel voelen we onze kuiten. Onze wandeling brengt ons bijna tot in Vlissingen en na 3 uur wandelen in het natte zand zijn we blij wanneer we ons in het zonnetje kunnen zetten op ons terras. We eten buiten met het geluid van de blatende schaapjes op de achtergrond. Wat mij nu voor het eerst opvalt is dat de beestjes zo een lange staart hebben. Dat is mij dus nog nooit opgevallen. Ik dacht dat schapen een mini staartje hadden maar nu de beestjes volledig kaal geschoren zijn, zie ik dus dat hun staart bijna tot aan de grond komt.