zondag 24 april 2016

Dagje Rotterdam

Om half 9 word ik nietsvermoedend opgepikt door Saartje & Tanni voor een verrassingsuitstapje voor mijn 50st verjaardag naar een voor mij nog onbekende bestemming. Ik krijg prompt een oranje hoed op mijn hoofd en dito boa rond mijn hals. Dat verraadt alvast dat we naar Nederland trekken. In hun zelfgemaakte gedichtje lees ik inderdaad dat ons dagje een beetje 'oranje getint' zal zijn. Aan de achterkant van het gedicht worden er foto's getoond van onze geheime bestemming maar ik ben er definitief nog nooit geweest want geen enkele foto komt me bekend voor. Spannend vind ik dat!

Volgens de gps zouden we na een goed uur onze bestemming bereiken maar na dat uurtje doet de gps blijkbaar moeilijk want ik zie tot drie maal toe dezelfde afslag passeren. Tanni en Saartje worden zenuwachtig en ik hoor hen zeggen dat als we te laat zijn, ze voor plan B moeten kiezen. Te laat? Te laat waarvoor? We moeten dus ergens op tijd zijn? Ik probeer me in te beelden waarvoor reservaties nodig zijn maar slaag er niet echt in. Ik denk aan restaurants maar het is nog maar 10 uur dus dat is toch iets te vroeg om te gaan eten? Soit, rustig zak ik onderuit en geef ik me terug over aan het verrassingseffect. Om 10 over 10 arriveren we toch op onze bestemming - in the middle of nowhere. Veel pakhuizen, water en boten. We zitten duidelijk in de haven. De auto wordt geparkeerd en we trotseren de koude wind. Plots zie ik een plakkaat met daarop 'waterbus'. Blijkbaar zitten we in Rotterdam en varen we van de Heijplaat naar de Erasmusbrug. Aan boord is het rustig want buiten de schipper en twee bemanningsleden zijn we de enige opvarenden. Rotterdam - Here we come!

Na 25 min varen op de Maas, arriveren we aan onze stopplaats de Erasmusbrug, een 800 meter lange hangbrug met één schuine 139 meter hoge stalen pyloon met een knik erin. Daarom wordt de brug ook de zwaan genoemd. De skyline van Rotterdam is vanop het water alvast heel erg spectaculair. Wanneer we terug met beide voeten op de grond staan, gaan we eerst een lekkere chocolademelk drinken bij café / restaurant Prachtig. Tania is hier reeds enkele keren geweest en is dus de uitgelezen persoon om te gidsen.

Ze neemt ons mee naar de Markthal, het foodwalhalla van Rotterdam en zeker één van de mooiste overdekte markten van Europa. Hier is het genieten van eten en drinken in alle mogelijke vormen. We ruiken de meest heerlijke kruiden en zien tongstrelende gerechtjes die we ter plaatste kunnen nuttigen. Bovendien zijn er buiten de kraampjes centraal in de hal ook her en der kleine horeca zaakjes, zoals een lekkere tapabar, het eerste restaurant in Nederland van Jamie Oliver etc ...


Aan de binnenkant van de boogvormige hal is een indrukwekkend kunstwerk te zien, gemaakt door Arno Coenen. Het bestaat uit levensgrote afbeeldingen van de verse producten die in de markthal verkocht worden. Uiteraard moeten we hier alvast iets eten ook al is het nog lang geen middag. Bij een klein, artisanaal bakkerijtje zie ik pasteis de nata liggen. Ze zijn nog heerlijk warm vanbinnen en krakend vers. Zalig! Saartje neemt 4 sprookjesachtig uitziende cupcakejes mee voor Noa. Mmmm hier kunnen we uren rondlopen maar het zonnetje schijnt nog dus gaan we terug naar buiten.

Na al dat lekkers wil Tania ons nog graag de zogenaamde kubuswoningen van architect Piet Blom laten zien. De kubuswoning is een woning in de vorm van een houten, gekantelde kubus die met één punt op een betonnen zeshoekige kern staat. In deze stam bevindt zich de entree en het trappenhuis. De kubus zelf telt drie verdiepingen en enkel in de kern zijn verticale wanden te vinden, alle andere wanden lopen schuin. Van buitenaf ziet het er heel erg vreemd uit en we kunnen ons niet inbeelden hoe te leven in een huis waar de ramen zo geplaatst zijn dat het zien van de horizon onmogelijk is en waarbij je dus enkel de grond of de lucht kan waarnemen. We besluiten dus om even binnen te gaan in de kijkwoning. Al snel zijn we het erover eens dat we hier niet zouden willen wonen. Dit vraagt toch best wel om een stevige portie aanpassingsvermogen. De bewoners worden gedwongen tot creativiteit bij de inrichting want standaard meubelen en kasten zijn niet te gebruiken. Binnen krijgen we een beetje claustrofobie dus we besluiten maar snel opnieuw naar buiten te gaan. De zon schijnt nog maar de wind is wel ijzig koud. Dat noemen ze letterlijk een frisse neus halen!

We wandelen via de prachtige boulevard aan de haven terug in de richting van de Erasmusbrug want Tania weet daar een leuk Turks restaurantje. Wanneer we aankomen, vindt er net een fotoshoot plaats van een Rotterdams bruidspaar. We hebben wat medelijden met de bruid die daar met kippenvel staat te poseren in haar, overigens prachtig maar mouwloos kleedje. Binnen ziet het er een beetje Grieks uit met veel wit blauwe accenten. De kaart is niet overdreven groot maar we vinden elk toch iets dat we graag willen eten. Alles wordt vers bereid en de porties zijn meer dan voldoende. Na een lekkere lunch wandelen we over de Erasmusbrug naar Kop van Zuid, een nieuwe wijk gelegen aan de zuidoever van de Maas. Hier zien we ook weer heel gedurfde architectuur met vele wolkenkrabbers. Dit voormalige havengebied was ook de plek waar de schepen van de Holland-Amerika lijn vertrokken. Duizenden landverhuizers namen hier afscheid van Nederland. Een icoon in dit verband is Hotel New York dat gevestigd zit in het voormalige directiegebouw van de Holland-Amerika lijn.

We laten dit aan ons voorbij gaan en wandelen naar een andere, meer alternatieve foodmarkt. We vinden hier echter niet onze gading en wandelen terug het water over naar de andere oever. Sarah heeft gelezen dat er een erg lekker ijssalon zit in het centrum van Rotterdam, adres is Meent 69a. Wij gaan dus op zoek. We wandelen in sneltempo door de winkelstraat en zien De Ijssalon aan onze linker zijde liggen. Jammer genoeg kunnen we hier geen echte coupes eten maar er staan wel wat tafeltjes en stoeltje dus vleien we ons neer. Ze hebben alle klassiekers zoals vanille, pistache, aardbeien en chocolade maar ook bijzondere smaken zoals snickers, oma's appeltaart, stroopwafel en zo veel meer.

Saartje wil graag het yoghurtijs en ik ga voor Lotus speculaas. Tania heeft er geen zin in tot ze het meest smeuïge ijs ooit heeft geproefd. Al snel staat ook zij aan te schuiven voor een lotus ijsje. Gelukkig voor mij is zij na twee hapjes al helemaal voldaan. Het mijne is net op en ik was me net aan het bedenken 'dat smaakt naar meer'. Wat zijn wij toch compatibel niet? Na deze zalige verwennerij wandelen we terug in de richting van de waterbus want de laatste die om 17u45 vertrekt, mogen we niet missen. Bij café restaurant Prachtig drinken we nog een laatste glas om te toasten op een super leuke dag onder vriendinnen alvorens terug te varen naar Heijplaat. Zonder twijfel, voor herhaling vatbaar. Dank u wel PRACHTVRIENDINNEN voor deze geweldige dag!

 

dinsdag 19 april 2016

Barcelona - dag 5

Onze laatste dag is aangebroken en opnieuw is de hemel staalblauw gekleurd. Heerlijk! Eindelijk eens een vakantie zonder regen! Een laatste keer genieten van een geweldig ontbijt met pan con tomate. We pakken de koffers en checken uit. Daarna trekken we de stad in naar Palau Guell. Het is nog vroeg dus de ticketverkoop is nog niet gestart. Tijd genoeg dus om de buitenkant even te fotograferen. Maar dat is buiten de Chinezen gerekend. Onbeschaamd zetten ze zich voor onze lens zonder zich iets aan te trekken van het feit dat wij er wel eerst waren. Palau Guell was de eerste grote opdracht van Gaudi. Barcelona's huisarchitect bouwde het paleis in opdracht van zijn goede vriend Eusebi Guell. Op de centen hoefde niet te worden gelet. Dit herenhuis wordt gekenmerkt door de 2 grote poorten, waar destijds de paardenkoetsen konden binnenrijden. Het geheel is zeer luxueus ingericht en deed destijds dienst als ontvangsruimte voor belangrijke gasten. Mede vanwege het spectaculaire interieur werd het bouwwerk in 1999 op de werelderfgoedlijst van Unesco gezet. Vooral het indrukwekkende dakterras laat een onuitwisbare indruk na.

Gaudi ontwierp verschillende schoorstenen in kleurrijke mozaïek. Het lijken stuk voor stuk kleine kerstboompjes. Alleen jammer dat het paleis in een drukke wijk is gebouwd. Het uitzicht is dan ook niet echt de moeite. Inge en Thomas verlaten ons omdat ze gaan lunchen met een vriendin die in Barcelona woont. Wij wandelen naar de Mercado de Santa Catarina, de markt waar de plaatselijke bevolking hun inkopen doet. De geuren en kleuren zijn geweldig en we genieten van het mensjes kijken. We drinken nog iets in een plaatselijk barretje en trekken dan de Gotische wijk in op zoek naar de kerk van Santa Maria del Mar. Het is één van de mooiste kerken ter wereld en het icoon bij uitstek van de Catalaanse Gotische architectuur. Deze 14de-eeuwse kerk is het centrum van de nieuwe stad, die naast de zee werd opgetrokken. De enorme snelheid waarmee de kerk gebouwd werd, maakt van Santa Maria del Mar een zeldzaam voorbeeld van pure Gotische architectuur. Het adembenemend sobere interieur is werkelijk prachtig. Na dit bezoekje gaan we lunchen. Papa wil niet in de zon zitten dus nemen we binnen plaats. T'is dat ik onze pa zo graag zie zene ... Na de lunch dwalen we verder de kronkelende straatjes door tot aan de oude haven, Port Vell. Her en der zien we bedelaars de ene al inventiever dan de andere. Ik was gecharmeerd door een oudere dame die zat te vissen met een colablikje aan een touw. Ik begin er spontaan van te glimlachen en ik krijg ook een big smile in ruil wanneer ik er een centje in gooi. Aan de haven wandelen we over de voor de olympische spelen aangelegde wandelpromenade "Rambla del Mar", naar de overkant van het water. Van hieruit bekijken we de skyline van Barcelona. Het is hier druk, heel druk maar dat maakt het ook zo gezellig om hier te kuieren. Koppeltjes liggen aan de zijkant van de promenade in elkaars armen, bejaarden zitten op een bankje wat te keuvelen en toeristen fotograferen de mooie jachthaven.

Het winkelcentrum Maremagnum is immens maar daar is het heel wat minder druk. Iedereen geniet van de laatste dag mooi weer want morgen wordt er regen verwacht. Terug aan de overkant botsen we op Cristóbal Colón, of zoals de meesten hem kennen Christoffel Columbus.´s Werelds beroemdste ontdekkingsreiziger zette na zijn verre tocht naar Amerika (hoewel hij zelf in de veronderstelling was China te hebben bezocht) voet aan wal in de haven van Barcelona. Niet zo gek dus dat de Barcelonezen besloten hem in een monument te vereeuwigen. Het monument, dat 60 meter hoog is en wordt gesierd door een beeld van Columbus die naar Amerika wijst, bevat een leuke extra: een lift! We besluiten toch maar naar boven te gaan en dat is zeker de moeite waard want het uitzicht is fenomenaal. We passeren nog even bij Escriba, de beste bakker van Barcelona voor wat lekkers en gaan daarna nog een laatste lekkere sangria drinken in ons hotel alvorens naar de luchthaven te vertrekken. Deze keer geen gesleur met koffers in drukke metro's want we hebben een taxi busje gereserveerd. Op slechts 20 min staan we al in El Prat, de reusachtige en indrukwekkende luchthaven van Barcelona. Bewaking is er nauwelijks in tegenstelling tot Brussel. Thomas haalt alvast de boarding passen en na het inchecken kunnen we nog wat eten, drinken en rondhangen in de vele winkeltjes. Om half 10 stijgen we op en amper 1,5 uurtje later staan we in Zaventem. Nog nagenietend van ons leuke city tripje rijden we terug naar huis.

 

maandag 18 april 2016

Barcelona - dag 4

Feest! Greta is vandaag jarig dus beginnen we alvast te vieren aan het ontbijt. Ze krijgt geschenkjes en kaartjes en veel sms'jes. Na het ontbijt, staat de beroemde heuvel Montjuïc, die hoog boven Barcelona uittorent, op het programma. Vanuit vrijwel ieder stadsdeel van Barcelona zie je deze kalksteenheuvel liggen. Jammer genoeg is de funicular in herstelling maar dat houdt ons niet tegen. We nemen de metro naar Parallel waar we overstappen op een bus die hetzelfde traject aflegt als de funicular. Eenmaal boven maken we een mooie wandeling. We passeren eerst het olympisch stadion. Zoals de naam laat vermoeden was dit het hoofdstadion voor de Olympische spelen in 1992. Het ‘Estadi Olímpic Lluís Companys’ heeft een capaciteit van 55.000 toeschouwers en is nu de thuishaven van Espanyol Barcelona. Vlakbij heb je ook het Olympisch zwembad en de erg opvallende communicatietoren. We wandelen verder naar Poble Espanyol. Dit openluchtmuseum is ontworpen door de modernistische architect Puig i Cadalfalch en werd gebouwd voor de Wereldtentoonstelling in 1929. De intentie van het stadsbestuur was om na de Wereldtentoonstelling Poble Espanyol weer af te breken, maar het idyllische dorp was onder de lokale bevolking en toeristen zo in trek dat men besloot om het staande te houden.

Dit 49.000 vierkante meter grote dorp brengt de belangrijkste kenmerken van de architectuur van de verschillende regio's in Spanje samen. De straten, pleinen en 117 gebouwen zijn tot werkelijke grootte gereproduceerd. We zijn hier wel niet alleen want een hele bende schoolkinderen loopt ons voor de voeten bij de ingang. We besluiten dus maar eerst iets te gaan drinken en alvast te klinken op Greta's verjaardag. De tinto verano's worden op tafel gezet en de zon schijnt dus meer moet dat niet zijn. Nadien dwalen we door de straatjes en pleintjes van het aangelegde dorp. Overal is er wel iets dat we kunnen proeven: sangria, nougat en verschillende olijfolies. Boven op de top bevindt zich het Monasterio de Sant Miguel, van waaruit we een prachtig zicht hebben over Barcelona.

We lunchen in Betanzos, een restaurantje met gerechten uit de streek van Coruña. Het is een vreemd fenomeen wanneer er iemand op een leeg terras gaat zitten, duurt het meestal niet lang of het terras zit vol. Wij zetten de toon en even later komt de ouderlingenbond van Nederland voorbij die ons voorbeeld volgt. De rollatortjes worden allemaal achter elkaar op een rijtje geparkeerd naast het terras. Één dame wordt er demonstratief naast gezet. Zij eet niet mee dus bewaakt ze de rollators. Een garçon brengt haar wel een koffietje. Heel grappig al kan er bij de dame in kwestie geen lachje af.

Na de lunch dalen we af naar het reusachtige paleis Palau Nacional. Dit was het hoofdpaviljoen van de Wereldtentoonstelling dat in 1929 plaatsvond in Barcelona. Door de bemoeienis van verschillende architecten is het paleis een mengelmoes tussen verschillende stijlen geworden, vaak aangeduid als een combinatie van Neoklassiek en Neobarok. Nu huist hier het MNAC museum. Hier zetten we ons even op de trappen in het zonnetje en eten we een ijsje om een beetje te rusten en te genieten van de rand animatie. Enkele Afrikanen trachten hun sjaals en hét hebbeding van deze tijd, een selfie stick aan de man te brengen, een muzikant fleurt de boel een beetje op. Beneden ons bevindt zich de mooie fontein Font Magica. Jammer genoeg werkt deze tijdens de dag niet en 's avonds heeft niemand van ons nog de fut om tot hier te komen. Beneden aan de fontein zien we las Arenas, een winkelcentrum dat is ondergebracht in de vroegere arena. Gruwelijke taferelen krijgen we hier dus niet meer te zien maar de originele buitenmuren zijn bewaard gebleven. De binnenkant is een architectonisch hoogstandje.

Het shopping center kent 6 verdiepingen en een glazen lift brengt ons voor 1 euro naar boven. Het is te zeggen, de jeugd want iedereen die boven 65 is, mag gratis de hoogte in. Van op het dakterras kunnen we 360 graden over de stad kijken. Op het ronde platform zijn er tal van restaurantjes en het ruikt er heerlijk. Jammer dat we al gegeten hebben. Vermits papa een echte Gaudi liefhebber is, nemen we de metro naar Casa Vicens want daar staat het eerste huis dat Gaudi ooit bouwde in opdracht van tegelfabrikant Manuel Vicens i Montaner. Wanneer we ter plaatse komen, blijkt dat het huis volledig in de steigers staat. De typisch Spaanse onderkant, gemaakt van goedkope natuursteen is dus niet meer zichtbaar. Hoe hoger het gebouw, hoe Arabischer en uitbundiger en dat zien we nog nét aan de zijkant. Zo jammer maar er is ook goed nieuws. Tot voor kort was dit huis in handen van privé bezit en dus niet toegankelijk. Vanaf eind 2016, na de restauratiewerken zou het wel opengesteld worden voor het publiek. We zullen dus nog eens een keertje moeten terugkomen. We nemen de metro naar de Plaza Catalunya want Greta wil dit plein graag nog eens een keertje terugzien. Bijna alle grote straten van Barcelona komen hierop uit. Het is er dan ook druk en het plein is vergeven van de duiven. Van hieruit wandelen we opnieuw de Rambla af in de richting van ons hotel.

We hebben nog tijd genoeg dus gaan we 's avonds te voet naar het restaurant. Dit ligt aan het eind van de mooie promenade langs het water. Onderweg passeren we eerst de 7 meter lange rivierkreeft, oftewel Escamarla in het Spaans. De rivierkreeft staat op het dak van voormalig café Gambrinus als mascotte voor alle visrestaurants om hem heen. Met zijn grote scharen en lachende gezicht verwelkomt hij je in de haven aan de boulevard van Moll de la Fusta. Tijdens de opknapbeurt van de haven voor de Olympische Spelen van 1992 is de rivierkreeft, ontworpen door Xavier Mariscal, hier geplaatst. Het beeld is gemaakt van staal met daaroverheen glasvezel met koperkleurige verf die hem voltooit. Een beetje verder is ook Barcelona’s hoofd te zien. Dat beeld is van Roy Lichtenstein en werd ook voor de Spelen hier geplaatst. In het vijftien meter hoge beeld zijn 4 gezichten te zien. Ons eetadresje voor vanavond, de 7 portes werd Greta aangeraden door een vriendin dus we hebben vooraf gereserveerd. De ober, niet bepaalt Mr. Simpatico, begeleidt ons naar de tafel en geeft ons de menukaart. De prijzen zijn op z'n zachts gezegd duur - vooral de zarzuela waar papa nu al de ganse vakantie van droomt, is niet te betalen - die kost zo maar eventjes 45 euro! Het restaurant is ook gekend voor zijn geweldige paella dus besluiten enkele van ons om die maar te proberen. Alles is wel heel erg lekker en naarmate de avond vordert, wordt onze strenge ober ook een beetje vriendelijker. Voor diegenen die het kennen, hij doet ons een beetje denken aan de zatte ober van "diner for 2". Voldaan beginnen we terug aan onze wandeling naar het hotel. Barcelona leeft in de late uurtjes want nu pas komen de Spanjaarden massaal op straat om te gaan eten.

 

zondag 17 april 2016

Barcelona - dag 3

Weer ontbijt in het hotel en daarna de metro in richting Vallcarca naar het beroemdste park van Barcelona. Wanneer we de metro uitkomen, worden we niet zo vriendelijk ontvangen door de plaatselijke bevolking. Op een mega spandoek staat te lezen "Refugees welcome, tourists go home". Kan me wel indenken dat het niet zo leuk is wanneer je stad wordt overspoeld door een massa spleetoogjes maar ik schrik er toch wat van. We laten het echter niet aan ons hartje komen en starten met de steile klim naar boven. Inge en Thomas nemen de trappen terwijl wij het ons iets gemakkelijker maken en de roltrap nemen. Eenmaal boven blijkt dat de poort gesloten is. Na een telefoontje met de toeristische dienst kom ik te weten dat Park Guell wel open is maar waarom de poort boven gesloten blijft, is ook voor de man aan de telefoon een raadsel. We dalen dus terug af naar een andere ingang. We hebben on line tickets gekocht en hebben nog een half uurtje alvorens we de monumentale zone kunnen betreden. In het park genieten we alvast wat van het zonnetje en de vele dwergpapegaaien die boven ons hoofd er duchtig op los kwetteren. Daarna is het tijd om Gaudí´s rijke fantasiewereld te betreden. Van het uitgestrekte platform hebben we een prachtig uitzicht over de idyllische tuinstad. We vleien onze bibs neer op de wereldberoemde golvende bank vol met mozaïeksteentjes.

Hier kunnen we wel uren van het zonnetje genieten maar er is nog zo veel te ontdekken. Via de zuilengaanderij wandelen we vervolgens naar de hoofdingang. Daar beklimmen we de wereldberoemde trappen met de hagedis. Zo arriveren we onder het grote platform dat gedragen wordt door prachtige zuilen. Via de mooi aangelegde tuin wandelen we opnieuw naar beneden. Dit park is wat mij betreft, zo uniek dat je het écht moet gezien hebben. De vele natuurelementen, de sprookjesachtige taferelen en de mooie wandelpaden maken het de ideale plaats om even tot rust te komen in de drukke stad. Bovendien ligt Park Guëll op een heuvel, waardoor je ook een mooi uitzicht hebt over Barcelona.

Iedereen begint wat honger te krijgen dus nemen we de metro naar de Passeig de Gracia waar we een restaurantje zoeken dicht bij Casa Batllo. Het wordt restaurant Txapela. We hebben slechts een uurtje maar de garçon verzekert ons dat dat geen enkel probleem is. Één voor één worden de lekkere tapa's op tafel gezet. Wanneer de Chinezen naast ons hun eerste tapa maar niks vinden, zet de lieve garçon het bordje maar op onze tafel "on the house". Ja, wij lusten dat wel dus geen probleem! Na de lunch is het tijd voor een bezoek aan Casa Battlo. Ook hiervoor kocht ik al tickets on line zodat we niet moeten aanschuiven. Gaudí’s meest sprookjesachtige werk zou in de Efteling niet misstaan. Het is een ode aan de Catalaanse patroonheilige Sant Jordi (Sint-Joris) en dat komt onder meer tot uiting in de pastelkleurige drakenstaart op het dak. Sant Jordi is dezelfde heilige als Sint-Joris, die traditioneel met een draak wordt afgebeeld. In de balkonnetjes kun je de schedels van de slachtoffers van de draak herkennen en de schoorsteen verwijst naar de speer waarmee Sint-Joris de draak doodde.

Gaudí ontwierp dit kleurrijke gebouw voor de rijke aristocraat Josep Batlló, die zelf in de onderste verdiepingen van het huis woonde. De appartementen daarboven werden verhuurd. Wanneer ik door het huis dwaal, kan ik maar één ding denken: "Wow wat vind ik dit prachtig". Nog helemaal in de ban van dit adembenemende gebouw, gaan we iets drinken. Iedereen is het er over eens dat Gaudi echt een briljant architect was. Dus besluiten we nog maar even verder te doen. Aan de overkant van de straat ligt namelijk La Pedrera. Koraalrif, duinlandschap of zandstrand? In de volksmond wordt Gaudí’s Casa Milà La Pedrera (De Steengroeve) genoemd. We maken kennis met een modernistisch hoogstandje. De kenmerkende voorgevel van La Pedrera bestaat uit grote stukken kalksteen. Deze zijn puur decoratief, ze bieden geen ondersteuning aan het gebouw zelf. Eenmaal binnen zijn er negen verdiepingen en een prachtig dakterras, waar de beroemde schoorstenen van Gaudí te vinden zijn.

Na een goed uurtje staan we terug buiten - allemaal in de ban van Gaudi. We nemen de metro terug naar het hotel waar we aan onze vriendelijke receptioniste vragen of ze een goed restaurantje weet dat niet te ver van ons hotel ligt. Ze beveelt ons La Fonda aan. Gisteren stond er een lange rij mensen aan te schuiven hier en heb ik nog luidop gedacht "amai dit is precies the place to be". We besluiten het te wagen en we hebben geluk want er is nog een tafeltje vrij. Het is dan ook nog veel te vroeg voor de Spanjaarden want die gaan pas rond half 10 aan tafel. Het eten is super lekker en vooral het zelfgebakken brood is heerlijk. De twee mannen nemen ook nog een dessertje. Wanneer we terugwandelen over de Rambla is het aanzienlijk frisser dan gisteren maar wel veel rustiger. Vanavond speelt Barcelona tegen Valencia dus de meeste Spanjaarden zitten waarschijnlijk in het stadion of voor de televisie. Bij het hotel aangekomen staat er dit keer geen terras meer buiten en alle ramen zijn vergrendeld met tralies. Waarschijnlijk uit voorzorg tegen eventuele herrieschoppers. We kruipen in ons bedje en hopen dat we vannacht niet wakker worden door hevige voetbalfanaten

 

zaterdag 16 april 2016

Barcelona - dag 2

Lang leve de oordopjes! We hebben zalig geslapen. We ontbijten in het hotel om 8u30 en dat beklagen we ons niet want alles maar dan ook alles is er en dat voor slechts 9 euro! Na het ontbijt nemen we de metro naar de Sagrada Familia. Als er één basiliek is die je in je leven gezien moet hebben, is het deze wel. Gaudi's meesterwerk en laatste rustplaats, heb ik van mijn eerste bezoek in 1996 al in mijn hart gesloten. Hier kan ik elke keer weer opnieuw in rondlopen alsof het de eerste keer is. Hij is uniek in zijn grillige en complexe vorm. Telkens ontdek ik weer iets anders en dat maakt een bezoek zo boeiend. We hebben geluk want het zonnetje schijnt en de lichtinval is werkelijk prachtig.

Na dit prachtig staaltje architectuur wandelen we via de Avenida Gaudí, naar el Hospital de la santa Creu i Sant Pau. Dit ziekenhuis is het grootste modernistische complex van Catalonië. Het bestaat uit een hoofdgebouw en 27 paviljoenen. Ondergrondse galerijen verbinden de verschillende ziekenzalen met elkaar. Het ziekenhuis werd tussen 1902 en 1930 aangelegd. Sinds 1997 staat het op de Werelderfgoedlijst. Bij de ingang en tijdens ons hele bezoek is het er extreem rustig. Mijn gok is dat nog niet veel mensen over dit prachtige complex weten of dat het nog in vele gidsen als ‘gesloten wegens werkzaamheden’ vermeld staat. Hoe dan ook, wij vonden het vreemd dat we bijna geen toeristen tegen kwamen want dit imposante complex dat vroeger als ziekenhuis diende, is echt adembenemend mooi.

De doordachte ligging, verlichting, ventilatie en inrichting van de kamers maakten van het Hospital de Sant Pau een unieke plaats in de wereld, een nieuw ziekenhuis model dat het belang van de open ruimtes en zonlicht introduceerde in de behandeling van patiënten. In de ondergrondse tunnels, die nu volledig leeg zijn, tracht men de sfeer van vroeger een beetje terug te brengen door op de witte wanden dokters en patiënten te projecteren alsof ze daar nu nog rondlopen. Een beetje 'creepy' maar wel heel goed gevonden. Vervolgens nemen we de trap om bij het grote plein in de buitenlucht te komen. Hier begint ons parcours langs alle paviljoenen. Een onvoorstelbaar schouwspel van kleuren, materialen en vormen. En dat voor een ziekenhuis! De heerlijke, zoete geur van de bloesems van de sinaasappelbomen dringt diep in onze neusgaten. Met tegenzin verlaten we deze oase van rust in het midden van de drukke stad en gaan we op zoek naar een leuk restaurantje op de mooie Avenida de Gaudi.

We passeren Bar Viktor, een authentiek uitziend Spaans barretje waar vooral het terrasje in de zon onze aandacht trekt. We bestellen allerhande tapa's en komen nadien tot de vaststelling dat Viktor er helemaal alleen voor staat. Tot overmaat van ramp vult het terras zich zienderogen. De man krijgt het warm en loopt de benen van onder zijn lijf maar slaagt er in om alles warm op tafel te brengen. Na de lunch trekken we terug richting Rambla's voor een wandeling in de Gotische wijk. Hier is Barcelona’s rijke geschiedenis nog in elk hoekje voelbaar. In haar kronkelende middeleeuwse steegjes en op de vele charmante pleintjes, kan je gezellig flaneren en de oorspronkelijke sfeer van de stad opsnuiven. Vele historische gebouwen in de gotische wijk zetten bovendien hun deuren open voor het publiek, zoals onder meer de Romeinse Tempel van Augustus. Deze ligt verborgen tussen de Kathedraal van Barcelona en het Plaça Sant Jaume. Bij mijn vorige bezoek heb ik dit gemist want je loopt er zo voorbij. Om de tempel te vinden moet je eventjes de smalle Carrer del Paradís inlopen. Dit weet natuurlijk nog niet iedereen, waardoor deze plek nog heerlijk rustig is. Het is een smalle donkere straat die wellicht niet uitnodigt om in eerste instantie naartoe te gaan. Zodra we de bocht voorbij zijn, komen we bij de ingang van het Centre Excursionista de Catalunya. Eenmaal binnen, zien we een prachtige middeleeuwse hal met een vorstelijke trap naar de eerste verdieping. Aan onze rechterkant zien we de binnenplaats met de overblijfselen van de Romeinse Tempel van Augustus. Deze constructie vormde ooit een belangrijk onderdeel van het Romeinse Forum, dat bij de huidige Plaça Sant Jaume lag. De tempel werd gebouwd in de 1e eeuw voor Christus en, zoals de naam al doet vermoeden, was gewijd aan de verering van de keizer Augustus. Terwijl de anderen de kathedraal bezoeken, dwaal ik nog wat door de straatjes op zoek naar leuke tafereeltjes. In een doodlopend straatje ontdek ik een mozaïekmuur met kleine tegeltjes gemaakt dankzij de inwoners van Barcelona die vrijwillig foto's instuurden om dit kunstwerk te kunnen maken.

Wanneer de anderen terug komen, zien we in de verte de kleurrijke markt van Santa Caterina. Jammer genoeg is ze net gesloten maar er is wel een gezellig terrasje waar we nog een laatste tinto verano drinken en een heerlijk dessertje eten. Daarna snel naar het hotel om ons om te kleden voor het diner. We hebben gereserveerd bij Sensi Bistro, de lekkerste tapa bar van Barcelona maar misschien mag ik er niet al te veel reclame voor maken want het is er niet erg groot binnen. Het was weer even zoeken want het restaurant ligt verscholen in een doolhof van straatjes waar de meeste toeristen niet komen. Maar wie zoekt die vindt! De uitbaters houden er van de mensen te verrassen en hebben dus het liefst carte blanche. De knappe garçon voorziet ons van een verrassingsmenu en iedereen is het er over eens "dit zijn tapa's om duimen en vingers bij af te likken". Doordat we ons laten verrassen, komen er tapa's op tafel waarvoor we zelf initieel niet zouden kiezen. De lekkerste tapa voor mij was zonder twijfel de Pastel de confit de pato (timbaal van eend). Thomas was helemaal weg van de zeebaars ceviche met kokosmelk, avocado en tomaat. En onze pa ... ja die lust alles al heb ik een vermoeden dat hij de verse truffel ravioli met parmesant crème ook heerlijk vond. Na het eten wandelen we terug naar het hotel door de kleine kronkelende straatjes van de Gotische wijk want de temperatuur is nog zalig.

 

vrijdag 15 april 2016

Barcelona - dag 1

We staan in de startblokken voor alweer een citytripje naar Barcelona. Bij mij is het slechts een half jaartje geleden maar dat is niet echt een straf want deze stad verveelt nooit. Door de nasleep van de aanslag op Zaventem 22 maart hebben we flink wat kopzorgen. Ryanair schrapt al de vluchten dus moeten we hals over kop op zoek naar een nieuwe vlucht. Gelukkig is er nog plaats met Brussels Airlines. Wanneer alles omgeboekt is, besluiten de luchtverkeersleiders te gaan staken. Opnieuw kopzorgen. Op hoop van zegen vertrekken we vroeg in de ochtend richting luchthaven. Om 7u komt de taxi ons al oppikken. Er werd ons namelijk meegedeeld dat we minstens 4u vroeger op de luchthaven moeten zijn. Bij aankomst staat er al een lange rij maar iedereen schuift geduldig aan. Na een uitgebreide controle, kunnen we onze koffers afgeven. Deze worden niet zoals gebruikelijk op een transportband gezet maar door enkele sterke mannen manueel weggebracht. Benieuwd of ze op de juiste bestemming zullen geraken. Chapeau voor Zaventem dat alles zo vlot kan lopen na amper twee weekjes. Na een vlucht van 1u40 min landen we in El Prat de luchthaven van Barcelona. Vorig jaar kwam ik in een andere terminal toe met Ryanair, waar we de trein konden nemen tot op Plaza Catalunia maar de terminal waar we nu arriveren, heeft geen trein. We nemen dan maar de metro naar het centrum maar dat is wel een heel gedoe want we moeten enkele keertjes overstappen. Ons hotel Chic & Basic is gelegen aan het einde van de Ramblas, tegen de haven. We zijn verrast wanneer we naar binnen gaan. De lobby is geïnspireerd door de jaren 60 met een gezellige receptie en een Fiat 600 als centraal pronkstuk. De gangen en kamers zijn heel kleurrijk. Echt heel erg charmant!

Na het inchecken is het al half 6 voorbij en besluiten we wat rond te dwalen in de buurt van de Ramblas. De Catalanen weten lekker eten erg te waarderen en hun liefde voor de lokale keuken valt meteen op. Het is dan ook niet verwonderlijk dat je Europa’s grootste markt voor etenswaren in Barcelona kan terugvinden, gelegen in het midden van La Rambla. Die markt, La Boqueria, is door haar overvloed aan lekkers en door haar prachtige architectuur een niet te missen bezienswaardigheid. Foodies kunnen hier in één van de tapa bars naar hartenlust genieten van lokale lekkernijen. In deze bruisende overdekte markt voelen, proeven, horen en ruiken we volop die typische Catalaanse sfeer. Uiteraard wordt er hier al een kleinigheidje gegeten maar dat is niet voldoende om onze honger te stillen dus trekken we naar Plaza Real voor het avondmaal. Vroeger was dit pleintje het mekka van de drugsverslaafden maar nu is het helemaal opgeknapt en straalt het heel veel charme uit. Het voelt heel Mediterraans aan doordat het helemaal vol staat met palmbomen.

Het terras van het restaurantje dat we uitkiezen zit vol en het wordt toch ook een beetje frisjes dus besluiten we een tafeltje binnen te nemen. François wordt al onmiddellijk aangesproken - die kent toch overal iemand hé! De man in kwestie is niet te spreken over het eten hier maar we laten ons niet ompraten en gaan lekker zitten. Gelukkig maar want het eten is super lekker! Niet dat ik daaraan twijfelde want in september ben ik hier met Gina ook geweest. Na het diner maken we nog een wandeling langs het water. Elke cm van de lange promenade wordt ingenomen door Afrikanen die namaak artikelen verkopen. De politie stond er bij en keek er naar. Vreemd want op een bord staat geschreven dat handel drijven hier verboden is. Bovendien staat er ook op te lezen dat al wie iets koopt van deze mannen een boete van 50 euro moet betalen. Rond 10 u keren we terug naar het hotel voor hopelijk een goede nacht, al twijfel ik daar sterk aan want ons raam sluit niet goed af en het lawaai van buiten is binnen heel goed hoorbaar.