zondag 5 december 2021

Gransdorf

De laatste dag in het vredige Gransdorf is alweer aangebroken. Na het ontbijt gaan we voor een laatste wandeling door het dorp via het schnappsbruggetje omhoog de berg op. Er waait een koude wind en het druppelt een beetje maar eens boven zijn de weergoden ons toch weer iets beter gezind en stopt de regen. Papa moet hier toch even rusten dus halen we de schnapps en de koekjes boven. 


Aan het kerkhof verwonderen we ons erover dat alle graven hier er zo mooi verzorgd bijliggen. Ook hier is er een kerstsfeer want op sommige graven liggen er zelfs kerstkransen, en niet zo’n kleintjes. Werkelijk geen enkel graf ligt er verwaarloosd bij. We nemen even een kijkje in de kerk maar deze is verlaten. Deze ochtend hebben de kerkklokken wel geluid maar nu is de rust hier weergekeerd. 


Via een modderig weggetje wandelen we opnieuw naar beneden om vervolgens aan de molen opnieuw drank en koeken boven te halen. Ondertussen is de zon doorgebroken en ziet het landschap er plots veel mooier uit. In de verte staan wat ezels in de wei en we hebben best nog wel wat koekjes over dus besluiten we ze even te verwennen. Niet te veel natuurlijk want al die suiker is niet goed voor die beestjes. De ezel heeft de reputatie een van de schattigste dieren te zijn om in een wei naast je huis te zetten en dat kan ik beamen. Zijn ze niet super cute?  Iedereen zegt ook dar ezels dom zijn, zeer dom zelfs maar volgens mij zijn ze echt wel bij de pinken. Aanvankelijk zijn ze een beetje bang maar al snel kunnen we hun vertrouwen winnen. 


Terug in het hotel, schuiven we onze beentjes onder tafel voor een laatste maaltijd. Lekkere frietjes met gebraad in roomsaus. Honger gaan we vandaag niet meer hebben denk ik. Hopelijk kunnen we volgend jaar opnieuw terugkeren zonder al te veel moeilijkheden. Al bij al was het ondanks het kleine gezelschap een super leuke ‘break’ in deze onzekere Corona tijd. 

zaterdag 4 december 2021

Bitburg - Gransdorf

Het was een bewogen start van ons anders evidente weekend naar Gransdorf. Vanwege de alweer stijgende cijfers van de Corona besmettingen, haakten heel wat van de vrienden af maar de harde kern laat zich door het kut virus niet afschrikken. De avond voor vertrek kondigt de Duitse regering echter aan dat de maatregelen in Duitsland verstrengd worden. Vanaf zaterdag is niet enkel een vaccinatiebewijs nodig maar ook een negatieve test. Even zien we Gransdorf in het water vallen maar na een telefoontje met Frau Näckel, die ons vertelt dat we bij aankomst een zelftest kunnen doen, is er terug hoop. Nog snel even naar de apotheek dus. Op onze gebruikelijke eerste stop begint de vakantie pas echt met een overheerlijke witte chocolademelk met speculoos. Heerlijk!


Rond de middag komen we aan in Bitburg.De anders overvolle Bitstube waar we lunchen is nu helemaal leeg. Slechts een ander koppeltje zit er te lunchen en voor de rest hebben we de zaal voor onszelf. Lekker rustig! Allé voor ons toch. Of dat koppel zo blij was ons te zien, durf ik te betwijfelen. Na de lunch wandelen we wat door het dorp. Hier hebben ze echt hun best gedaan om de kerstsfeer tot leven te brengen. De weliswaar, kleine kerstmarkt staat al en overal hangen lichtjes en zijn de kerstbomen versierd. Duitsland is het land waar de kerstboom vandaan komt en het is dus niet zo vreemd dat de Duitsers meer dan wie ook toeleven naar kerst. De versieringen en lichtjes komen uit de opslag en in de kleine kraampjes kan je overal lebkuchen kopen.  In de straten is er echter niet echt veel volk en de Duitse gemutlichkeit is ver te zoeken want in elke winkel moeten we ook ons mondmaskertje opzetten. 


Bij aankomst in Gransdorf staat er geen enkele auto op de parking en ook binnen is alles verlaten. Birgit staat ons wel al op te wachten en meldt ons dat we de Corona test uitstellen tot morgenvroeg want de maatregelen gaan pas in op zaterdagochtend. Begrijpen wie begrijpen kan …. Wij liggen er niet van wakker want niemand staat te springen om zo’n stok in zijn neus te krijgen. We worden hartelijk ontvangen met een lekkere borrel. Ondanks de Corona bezuinigen ze hier nog steeds niet op het eten. We krijgen eerst een assortiment gerookte vis en als hoofdgerecht kip met rijst of frietjes met een champignonroomsaus.  Eten met een mondmaskertje, het is niet simpel, vraag dat maar aan onze pa. Ja Corona zorgt voor hilarische situaties. Het dessert bestaat uit een pruimentaart met vanillesaus. Het is nog vroeg wanneer we onder de wol kruipen. 


De volgende ochtend trekken we met onze zelftest en een bang hartje naar beneden maar daar krijgen we te horen dat we eerst mogen ontbijten. En wat als we positief zijn? ‘Ja dan waren jullie dat gisteren ook’, zegt Birgit. Er zijn nog 3 andere gasten die ons in de ontbijtruimte vervoegen. De oudjes hebben geluk want wanneer je 3 keer gevaccineerd bent, hoef je de zelftest niet te doen. De anderen testen gelukkig allemaal negatief.


Met een gerust hartje trekken we naar buiten in kerst outfit. Een mens moet eens zot doen in deze tijden. We besluiten richting kalkoven te wandelen maar in tegenstelling tot andere jaren doen we de wandeling achterstevoren. Het is zalig buiten, heerlijk temperatuurtje en de mist hangt als een dekentje over de velden. Die  staan vol met uitgebloeide en verdorde zonnenbloemen en geven het landschap een vreemde aanblik. Toch heeft het wel iets … Onze pa ziet er meer een douche in en nu ik de foto zie, ja het heeft er wel wat van weg.


In de verte zien we enkele hertjes dartelen. Onderweg stoppen we iets vaker dan anders zodat papa wat op adem kan komen. Erg vinden we dat niet want uiteraard zijn er heerlijke koekjes en drank. Wel jammer dat we onze ‘drankmeester’ niet bij hebben maar een shotje amaretto is ook wel lekker. De mannen houden het toch maar bij de echte jenever maar voor de dames is dat veel te sterk. De koekjes werden dit jaar gebakken door Dee Dee en zijn ook super lekker. Wat wil een mens nog meer? 


Omdat we rond half 1 terug moeten zijn en we de lange weg door tijdsgebrek niet meer kunnen doen, maken we een short cut en komen zo op een paadje waar we nog nooit gewandeld hebben. Onder de bomen staat een uitnodigende bank maar ze staat op losse schroeven want Sylvia en ik gaan bijna onderuit. Door de short cut moeten we het laatste stukje via de grote baan maar gelukkig is er niet veel verkeer in het dorp. Van al dat stappen heb ik het behoorlijk warm gekregen maar zoals steeds heeft Inge het koud. Er zijn nog zekerheden in deze onzekere wereld. 



Tijdens de lunch begint het zachtjes te regenen maar daarna is het opnieuw droog. Toch kiezen de meesten voor een kegel namiddagje ipv een wandeling.  We spelen het spel in twee groepen en het is de jonge generatie die het wint van de oudjes. Ons avondeten bestaat uit de schattige beestjes die we vanmiddag gezien hebben maar gelukkig heeft Birgit voor mij vis voorzien. 


zaterdag 18 september 2021

Barcelona - dag 6

Onze laatste volledige dag is aangebroken! Wat gaat de tijd toch snel … Na het ontbijt nemen we de metro richting Ramblas. Wanneer we een muurschildering passeren met een varken, denken Tania en ik net hetzelfde … de woorden ‘cochon’ zinderen nog even na. Vandaag bezoeken we het laatste maar zeker niet het minste Gaudí gebouw, namelijk Palau Guell. Het is het enige gebouw waar Gaudí vanaf het begin tot het einde aan heeft meegewerkt én het eerste gebouw waarmee hij de aandacht van de pers trok. Dit unieke herenhuis nabij de Ramblas, gebouwd voor de familie Guell, wijkt enigszins af van de andere gebouwen; hier geen golvende bewegingen, maar rechte lijnen en haakse hoeken. We zijn de eerste bezoekers van vandaag dus is het nog lekker rustig. 


De ontvangstkamers en zalen moesten rijkdom uitstralen en dat is gelukt! Op de andere plekken waar de gasten van de familie Guell niet kwamen, kreeg Gaudí de vrije hand. Dit duale in vormgeving is dan ook goed te zien in dit schitterende stadspaleis. Het huis is wel erg donker, met uitzondering van de vertrekken aan de voorkant waar toch een beetje natuurlijk licht door de ramen valt. De koepel boven de grote ontvangsthal doet denken aan een sterrenhemel en is wel heel bijzonder.


Op het dakterras, dat door de inwoners van Barcelona ook wel sprookjesterras wordt genoemd, zien we net zoals in Casa Mila schoorstenen en luchtinlaten, allen rijkelijk versierd. Ze zijn allemaal verschillend van kleur en vorm en nog steeds ben ik onder de indruk wanneer ik hier rondloop. Gaudi’s speelse vormen en decoraties zijn onnavolgbaar. 


Het zonnetje schijnt ondanks de voorspellingen van regen voor vandaag dus trekken we nog eens naar Plaza Real. Op het plein is er een kleine ambachtelijke markt en ons oog valt op een kraampje met prachtige zelfgemaakte juwelen. De man is nog maar net bezig zo vertelt hij en weet nog niet of het succes zal hebben. Wij zijn onmiddellijk fan en kopen beide een juweeltje van hem. Zijn dag is nog maar net begonnen en kan al niet meer stuk. We zetten ons op een terras vanwaar we het hele plein kunnen overzien en bestellen een vers fruitsapje. Hier heerst er een gezellige sfeer en we vinden het zalig, al dat geroezemoes. Hoog in de palmbomen kwetteren de parkieten dat het een lieve lust is.


Tania heeft zin in een bocadillo met jamon dus gaan we op zoek naar een lekker bakkertje voor deze plaatselijke lekkernij. We besluiten door te wandelen naar zee om het daar op een bankje op te eten maar Sylvia stuurt ons een whatsapp met de melding dat we zeker langs Palau de la Música moeten gaan als we dat nog niet gedaan hebben. We zoeken dus snel even het adres en besluiten, ondanks dat we geen tickets on-line gekocht hebben, even te gaan kijken. En we hebben geluk want we mogen nog binnen. Het is een prachtig oud theater ontworpen door Lluis Domènech I Montaner. Het is lastig om het gebouw langs de buitenkant te fotograferen want het staat in een smalle straat. Het balkon op de eerste verdieping komt daardoor niet echt goed tot zijn recht. De gevel bestaat uit rode stenen en wordt ondersteund door verschillende sierlijke pilaren. Verder is er veel gebruik gemaakt van ijzer, mozaïek, glas in lood en geglazuurde tegels. 

We betreden het gebouw via de ontvangsthal met aan weerszijden een grote trap met bladgouden balustrades en indrukwekkende lantaarnpalen die leidt naar de eerste verdieping. De concertzaal is een waar kunstwerk. De omgekeerde koepel is het eerste wat opvalt en deze is zo indrukwekkend dat we er even stil van worden. De koepel weegt maar liefst één ton en zorgt ervoor dat er op een natuurlijke manier licht naar binnen valt, zeker op een zonnige dag als vandaag. Ook de bühne laat ons enkele tellen naar adem happen. Hoe langer we blijven kijken, hoe meer we genieten van dit adembenemend interieur.


Tegenover de concertzaal ligt de Lluís Millet Hal met prachtige ramen die leiden naar het balkon. Het staat vol met pilaren in mozaïek die bloemen symboliseren. Ik hou enorm van deze plek en wil hier best nog even blijven maar uiteraard is dit een gegeerd plekje en moeten we plaats ruimen voor de anderen. Van op de tweede verdieping hebben we een goed zicht op het immense orgel van de concertzaal. Daarnaast staan bustes van Richard Wagner en Josep Clavé. Die laatste klinkt misschien niet zo bekend in de oren maar hij is een beroemd koorregisseur.  Wat een magische plek, onbegrijpelijk dat ik dit nog nooit gezien heb ondanks de vele bezoekjes aan Barcelona.


Wat zijn we blij met deze tip want Palau de la Música is echt wel één van de mooiste concertzalen ter wereld. Het biedt plaats aan maar liefst 2000 toeschouwers en het staat niet voor niets op de UNESCO Werelderfgoedlijst. Door het binnenvallend licht hangt er een sacrale sfeer. We maken ons de bedenking dat we wat graag een concertje zouden meepikken hier. In ons achterhoofd horen we Ed Sheeran zingen: ‘Feel that summer breeze in Barcelona - Los otros, viva la vida - Siempre vida Barcelona’. Misschien zouden ze wat muziek kunnen spelen op de achtergrond, dat zou zeker een meerwaarde zijn in deze muziektempel.


In de winkelstraat staat een jazz bandje te spelen en er is nog een plek op één van de bankjes dus besluiten we hier onze sandwich op te eten. Het groepje heeft veel bekijks want in een mum van tijd staat er een meute volk en omstaanders beginnen spontaan te dansen. Ook wij hebben moeite om stil te blijven zitten. 


Al slenterend komen we in de Joodse wijk waar we bij het museum komen. Het is bijna 3 uur en het museum sluit voor een uurtje haar deuren. We besluiten daarom eerst ergens een stukje taart te gaan eten. In het bakkertje waar we onze bocadillo gekocht hebben, is er carrotcake. Daar kunnen we niet aan weerstaan en als klap op de vuurpijl, nemen we er nog een stukje appeltaart bovenop. Het is onze laatste dag dus dan mag dat! Het is in ieder geval een trefzekere manier om een suikertekort op te lossen. Stipt om 4 uur staan we terug aan het museum. We zijn, buiten 2 Engelse vriendinnen de enige bezoekers. Net als in vele andere Spaanse steden was er in de Middeleeuwen ook in Barcelona een wijk waar de joodse gemeenschap woonde. De wijk wordt in het Catalaans 'Call Jueu' genoemd, van een woord van Latijnse afkomst, dat 'steeg' betekent en lijkt op het Hebreeuwse 'kahal' (gemeenschap). De wijk bestaat dan ook uit smalle straatjes en steegjes. Binnen haar grenzen moeten zich eind 13de eeuw 6 synagogen hebben bevonden. De grootste was de officiële ontmoetingsplaats, school en medisch centrum van de gemeenschap. De joodse gemeenschap van Barcelona vond een einde in 1391, toen vele joden werden gedwongen om zich te bekeren tot het Christendom. Diegenen die weigerden, zo’n 300, vonden de dood. 


Wanneer we buitenkomen, regent het een beetje maar een goede Belg laat zich door een regenbui niet snel afschrikken. Al bij al druppelt het maar een beetje en dat deert ons niet. We mogen zeker niet klagen wat het weer betreft. We wandelen verder door de oude stad terug naar ons hotel waar we alvast de koffers pakken voor morgen. Ik hoop dat ik geen overgewicht heb … en dan bedoel ik niet mezelf maar de koffer. 


Rond half 7 trekken we opnieuw naar de Koreaan achter de hoek waar we voor de tweede dag op rij de enige toeristen zijn. We gaan deze avond voor de Koreaanse BBQ. Midden op de tafel is een soort elektrische bakplaat ingebouwd waarop we de kip kunnen bakken. Vergezeld van een kom noedels smaakt dit heerlijk. We betalen nog minder dan gisteren, namelijk 32€. Het bevestigt maar weer eens te meer dat goed eten niet duur hoeft te zijn. Gelukkig en voldaan keren we terug naar onze B&B waar we onze laatste nacht ingaan. Door de gretigheid om alles in te halen, is naar ons gevoel deze vakantie veel te snel om. Het deed echt deugd om even weg te zijn uit de dagelijkse sleur. 


vrijdag 17 september 2021

Barcelona - dag 5

Onze luxe kamer bleek vannacht toch zo geen luxe te zijn. Tania ligt al van 5 uur wakken omdat de metro onder onze kamer raast en ik sta op met opnieuw pijn in de heup dus mijn ongemakken gaan toch gepaard met een slechte matras. Ik heb ook het gevoel geen oog dichtgedaan te hebben maar blijkbaar is dat toch een foutieve inschatting want ik heb, volgens mijn roomie, heel wat gesnurkt vannacht. Ook de buren hadden er last van want Tania hoorde een man heel hard ‘cochon’ roepen. Gelukkig zien we niemand bij het ontbijt en hoef ik dus ook niet met rode kaken rond te lopen. We zijn wel blij met het summiere maar oh zo lekkere ontbijtje van B&B BacHome Terrace. De mini croissantjes die hebben we echt wel gemist. Hier zien we ook weer een lachend gezicht aan de ontbijttafel. De vaste medewerker die de tafels afruimt, is immers altijd goedgezind. Het is een Aziaat dus misschien heeft dat er ook iets mee te maken, tenslotte komt hij sowieso uit een land van de glimlach. Voor we vertrekken, informeren we toch nog even of er toevallig nog een andere kamer vrij is maar jammer genoeg is dat niet het geval.


Vandaag gaan we verder op Gaudí expeditie. De nummer één highlight van Barcelona, ontworpen door de bekende architect, is de prachtige Sagrada Familia. Deze basiliek is het symbool van Barcelona, van buiten al indrukwekkend, maar van binnen nog een stuk mooier. Sinds in 1882 de eerste steen werd gelegd wordt er nog altijd voortdurend aan de Sagrada Familia gebouwd. Eigenlijk alleen tijdens de Spaanse burgeroorlog (1936-1939) hebben de werkzaamheden tijdelijk stilgelegen. De huidige opleverdatum is vastgelegd in het jaar 2026. Dat zou dan precies 100 jaar zijn na de dood van de architect, Antoni Gaudí (1952-1926). Het gebouw bezorgt me nog steeds kippenvel.


Gaudí ging er oorspronkelijk van uit de kerk in 10 jaar te kunnen bouwen. Na een paar jaar zag hij echter in dat dat onmogelijk zou zijn. Daarbij bleef hij het basisontwerp zodanig veranderen tot de stijl niet gotisch meer te noemen was. Tijdens de bouw zou Gaudí daardoor zo bezig zijn met de werken, hij stond erop om van alle details op de hoogte gehouden te worden, dat hij na 1914 geen andere opdrachten meer aannam. De kerk zou dan ook zijn laatste opdracht zijn. Tegen het einde van zijn leven woonde hij zelfs enige tijd op de bouwplaats. Na de dood van Gaudí bleek hij een aantal ontwerpen, maquettes en tekeningen te hebben nagelaten, die zijn opvolgers als leidraad konden gebruiken. Toch was dat vanwege de bijzondere wijze waarop Gaudí werkte niet makkelijk. Toen bij een brand tijdens de Spaanse burgeroorlog in 1936 ook nog een groot deel van zijn ontwerpen verloren ging werd het bouwen volgens zijn visie haast onmogelijk. Daardoor verschillen beide gevels enorm van elkaar maar beide kunnen ons echt wel bekoren. De geboortefaçade is gelegen aan de noordoostkant en werd als eerste gebouwd in een Catalaans modernistische stijl. Gaudí had de leiding over de werkzaamheden totdat hij overleed in 1926. Op dat moment was de geboortefaçade al vergevorderd. De gevel is rijk versierd met natuurscènes. De passiefaçade bevindt zich aan de zuidwestkant van La Sagrada Familia en is ook wel bekend als de lijdensfaçade. Deze zijde is een halve eeuw later gebouwd dan de geboortefaçade en heeft daarom een veel modernere stijl. Het is bekleed met veelhoekige sculpturen en vooral de sculptuur van Jezus aan het kruis springt het meest in het oog. Er komt echter nog een derde façade maar daar wordt momenteel nog heel erg hard aan gewerkt. Deze bevindt zich aan de voorkant, op het zuidoosten en men heeft al wel een begin gemaakt met de fundering voor de schelpachtige torens die aan deze zijde komen maar veel zien we er nog niet van. Het is de bedoeling dat de gloriefaçade de hoofdingang wordt van de gehele Sagrada Familia. Daartoe dient er een brug te komen over Carrer de Mallorca, die vervolgens via prachtige trappen uitmondt op straatniveau. Helaas is er 1 groot probleem: er staan op dit moment appartementen op de plek waar de trappen moeten komen. Om de Sagrada Familia in zijn geheel af te maken zullen deze moeten worden gesloopt. Dit is een lang en ingewikkeld politiek proces en er is veel weerstand van de huidige bewoners. Met dit in het achterhoofd is het maar de grote vraag of de Sagrada Familia daadwerkelijk in 2026 af zal zijn.


Het is een zonnige dag waardoor het licht mooi naar binnen valt door de prachtige glasramen. Welke kleur je ook verkiest, ergens in de kerk vind je ze terug. Aan de ene kant de koude kleuren groen en blauw (mijn favoriet) en aan de andere kant de warme kleuren zoals oranje, geel en rood. Volgens Gaudi is zonneschijn 'de beste schilder van de natuur' en dat kunnen we enkel maar beamen. Hier kan ik uren naar kijken. Daarom besluiten Tania en ik gewoon vrij rond te lopen en we spreken een uur af dat we elkaar terug zullen treffen. Zo kunnen we elk op ons eigen tempo deze prachtige kerk bewonderen.Elke keer ik hier kom, is er wel iets veranderd en daarom verveelt het nooit.


Het interieur van de Sagrada Familia is adembenemend mooi. Het kent geen rechte lijnen en alles is gebouwd met als doel de architectuur van de natuur na te bootsen. Dat betekent veel geometrische vormen. Het schip van de kerk is zeer indrukwekkend, met tientallen zuilen die het dak van de kerk dragen maar eruitzien als een oerwoud van bomen en takken. De kleuren en het licht zijn magisch en de ruimte straalt een zekere rust uit die alleen door het geflits van de camera’s en het rumoer van de toeristen verstoord wordt.


De apsis, een veelhoekige overwelfde ruimte achter in de kerk, is gelegen op de crypte, die als allereerste onderdeel van de Sagrada Familia is gebouwd. In deze crypte ligt Antoni Gaudí begraven. De binnenkant van de apsis is versierd met engelenhoofden en in het midden van het altaar, aan een troonhemel hangt Jezus aan het kruis. Deze troonhemel is versierd met wijnstokken en druiven. Opmerkelijk daarbij is dat Jezus naar boven kijkt, terwijl het gebruikelijk is dat Jezus naar beneden of opzij kijkt. Dit is bewust gedaan met als reden dat Jezus naar boven kijkt om steun te vragen aan God. Het is een cliché maar de schoonheid van de Sagrada Familia beschrijven, is echt onmogelijk. Je moet dit wonder met eigen ogen aanschouwen. Vandaag is het vooral Tania die onder de indruk is van deze prachtige kerk. We waren er om half 10 en gaan pas om 12 uur naar buiten … dat zegt genoeg denk ik.


Bij het buitenkomen, beseffen we pas hoe warm het weeral is vandaag. We wandelen via de Avenida Gaudí naar het oude ziekenhuis Hospital de la Santa Creu i Sant Pau. Dit is het grootste complex uit het Catalaans modernisme ter wereld. Meer dan een eeuw lang deed het complex dienst als ziekenhuis voor met name de armere inwoners van Barcelona, maar in 2014 werd het terrein na grootschalige herstel werkzaamheden voor bezoekers geopend. Iedereen gaat naar Barcelona voor Gaudi maar een andere grote modernistische architect was Lluís Domènech i Montaner, en het Hospital de la Creu i Sant Pau is een van zijn werken. 


Het is een complex van prachtige Moorse gebouwen en paviljoenen. Het entreegebouw, dat dienstdeed als administratief paviljoen, is heel modernistisch met torentjes, torenspitsen en kleurrijke tegels. Het bewaakt de ingang van een prachtige tuin. Alle gebouwen zijn onderling met elkaar verbonden door ondergrondse galerijen, die geschikt zijn voor het verplaatsen van ziekenhuisbedden. Het is hier dat Antonio Gaudi in 1921 overleed nadat hij een paar dagen eerder onder de tram was gelopen.


Wat mij betreft is dit echt een pareltje en een must see wanneer je in Barcelona bent. Ook binnen is het een plaatje. De vertrekken hebben prachtige plafonds en de ramen hebben fleurig glas-in-lood versieringen. Wie zich afvraagt waarom voor zoveel pracht en praal werd gekozen, terwijl zich in een ziekenhuis doorgaans geen al te vrolijke taferelen afspelen, kan zich misschien vinden in de filosofie waar Domènech i Montaner stellig in geloofde, namelijk dat zieke mensen eerder beter zouden worden als ze zich in een mooie omgeving bevinden. Zeg nu zelf, zouden jullie hier ook niet voor kiezen?


Onze lunch op de Avenida de Gaudí bestaat uit enkele tapas: kipkroketten en gamba’s in look. Een smekende bedelende man irriteert ons mateloos maar hij weet van geen ophouden. We negeren hem en uiteindelijk druipt hij af. Er zijn best veel daklozen in de stad die proberen een centje bij te verdienen door hun onvolmaaktheden tentoon te spreiden. ’s Avonds besluiten we niet al te ver meer te wandelen want het was een vermoeiende dag. Daarom gaan we eten bij de Koreaan om de hoek. We zijn de enige toeristen daar tussen de Spaanse Koreanen. We nemen plaats aan een tafel die zich in een soort put bevindt.  Alles gaat hier digitaal. Het eten wordt afgebeeld op een computerscherm (superhandig) en je bestelt ook via deze weg. Enkele seconden later staat het al voor onze neus. Bestek krijgen we niet dus alles gebeurt met chopsticks en laat ik daar nu echt geen fan van zijn. Tania lukt het wonderwel maar ik krijg geen grip op de rijstkorrels. Heel frustrerend. Lekker is het echter wel!




donderdag 16 september 2021

Figueres - Barcelona

Onze laatste dag in Figueres dus na het ontbijt trekken we nog even de stad in. Het heeft flink geregend deze nacht dus alles is mooi opgefrist. Zalig temperatuurtje vind ik. Eerst flaneren we wat over de Ramblas, een groot plein omringd door bomen. Gisteren zaten alle bankjes vol maar vanmorgen is het zo goed als verlaten. Aan het eind van de Ramblas is er een portret van Dali getekend op straat dat weerspiegeld in het glanzend oppervlak van een paal. Om de hoek ligt het Teatre Municipal met een vreemd standbeeld ervoor. 


We kuieren verder door de smalle straatjes en komen zo bij een abstract en surrealistisch beeld, helemaal in de stijl van Dali. Je kan het niet missen wanneer je naar het museum van Dali loopt. Het is sierlijk en krachtig tegelijkertijd. We werpen nog een laatste blik op het impressionante museum en draaien de hoek om naar de Iglesia de San Pedro. In deze vroeg gotische kerk werd Dali gedoopt en kan je zo binnenwandelen maar het is er donker en ik krijg er een beklemmend gevoel. Geen leuke vipe hier. Aan de achterkant is er een mooi hek. Veel is er in de stad eigenlijk niet te beleven, met uitzondering dan van het Dali museum dus we besluiten om uit te checken. 


Vandaag verlaten we namelijk het binnenland van Catalonië want de laatste dagen van onze reis spenderen we opnieuw in Barcelona. Van zodra we in de auto zitten, begint het lichtjes te regenen maar hoe meer we Barcelona naderen, hoe zonniger het wordt. Wanneer we 1,5 uur later in de stad van Gaudí toekomen, is het opnieuw 27 graden en staat de zon hoog aan de hemel. We trotseren het drukke verkeer in de stad en vinden redelijk snel het station waar we onze auto bij Europcar inleveren. Vervolgens nemen we de taxi naar B&B BacHome Terrace. Daar aangekomen worden we hartelijk ontvangen en krijgen we als VIP’s een mooiere kamer dan de vorige keer. We drinken nog een lekkere chocomelk op het terras en trekken dan de stad in om te shoppen. When in Barcelona … shopping must be done! Tania wil graag een mozaïek hagedis die ze gezien heeft vorige week. Gelukkig hebben ze die nog. We lunchen veel later dan gewoonlijk bij Mono, een Japans restaurant dat heel hoog aangeschreven staat. De noedels met rundvlees zijn geserveerd onder een dakje van omelet en zijn heerlijk. Alleen het witte sausje dat schuilgaat onder het dakje van ei, kan ons niet bekoren maar dat kunnen we er gelukkig wat afscheppen. Ik hou van de Catalaanse taal, maar ik begrijp er niets van en de serveerster blijkt geen andere taal te spreken.  Vreemd toch dat sommige jonge mensen echt geen Engels verstaan.


De straatgeluiden maken mijn dag goed. Muzikanten vind je hier overal, op straat en in de metro en daar hou ik wel van. Barcelona is absoluut een plek om dingen te voelen. Zelfs wanneer je er gewoon rondloopt, voel je de magie en de vriendelijke sfeer.  Barcelona is levendig en intens, maar toch ontspannend en gastvrij. Na al dat shoppen rusten we even uit op de prachtige banken van de Passeig de Gracia met zicht op de meest fantastische huizen. Dit is de duurste straat van Spanje, zowel om te winkelen als om te wonen en werd geïnspireerd op de Champs Elysée in Parijs. Het is een walhalla voor wie dol is op dure merken als Chanel, Dior, Rolex en Prada. Maar ook als je iets minder te besteden hebt, kun je hier zoals ze zeggen ‘shop till you drop’. Ketens als H&M, Zara en andere grote merken zijn er namelijk ook. Alvorens naar het hotel terug te gaan, stoppen we bij Mauri voor lekkere taartjes die we vervolgens op ons dakterras op smullen. 




woensdag 15 september 2021

Ripoll - Besalú

Ook deze ochtend kan er bij onze ober geen lachje af. Het is dat wij graag ontbijten want anders zouden we hier niet al te lang vertoeven. Op de achtergrond geen leuke muziek maar een TV die een saaie nieuwuitzending brengt. Dat is wel typisch Spaans natuurlijk want de Spanjaarden eten het liefst in de nabijheid van het scherm. Ons verblijf in Figueres, stelt ons in de gelegenheid om een stukje van het binnenland te ontdekken en daar hopen we nog het echte Spanje te zien. Na het ontbijt rijden we naar Ripoll, de wieg van Catalonië, gelegen midden in de Pyreneeën en ingeklemd tussen de bergen. We rijden door de woeste natuur van het prachtige gebergte naar het National Park Garrotxa Volcanic. Tienduizenden jaren van erosie hebben hier de lavabergen veranderd in glooiende, vruchtbare heuvels. De vulkanen zijn al eeuwen geleden uitgedoofd maar er zijn maar liefst 30 beboste heuvels overgebleven. Ja ook wij trokken onze wenkbrauwen op bij het horen dat Catalonië zo’n veertig uitgedoofde vulkanen heeft en hoewel ze al 11.000 jaar niet meer actief zijn, is een uitbarsting niet uitgesloten. Gezwind rijdt ons Peugeotje door de bochten. Af en toe tergend langzaam omdat een of andere toerist op de rem gaat staan. Verschrikkelijk vervelend vind ik dat! Ja ik beken, ik heb een zware voet maar ik denk niet dat Tania schrik heeft gehad. Het is een uurtje rijden maar door de oogverblindende omgeving lijkt het of we er snel zijn. 


Na de vele haarspeldbochten komen we aan in Ripoll, niet het allermooiste stadje maar wel het meest historische. Reden van ons bezoek is het Santa Maria’s Monastery. Dit benedictijnenklooster is de ‘bakermat’ van Catalonië en een belangrijk religieus en cultureel centrum, met een grote en majestueuze romaanse kerk. We parkeren de auto boven in het dorp want daar moeten we geen parking betalen. Ondertussen kennen we al het klappen van de zweep. Wanneer we uitstappen, zijn we verbaasd want ook al schijnt de zon, het is maar 17 graden en dat zijn we niet meer gewoon. Het is dus best frisje maar het is dan ook nog redelijk vroeg in de ochtend en we zitten in de bergen, dat zal er ook wel iets mee te maken hebben. Het klooster is één van de mooiste voorbeelden van Catalaanse-Romaanse architectuur en uitgeroepen tot UNESCO Werelderfgoed. Het is gebouwd in de 9e eeuw en werd gesticht met als doel de omringende valleien te bekeren tot het christendom. De grote aardbeving van 1428 trof ook deze kerk en mede als gevolg van plundering en brandstichting verviel de kerk tot een ruïne.


Het prachtige portaal bleef min of meer gespaard. De 12e-eeuwse portalada van het klooster is dus het meest opvallende kenmerk van het complex. De indrukwekkende toegangspoort staat nu achter een dikke glazen wand. Deze deuropening die de gelovigen en nieuwsgierigen verwelkomde, is een van de grote sculpturen van de Europese romaanse stijl. Het is volledig gebeeldhouwd met scènes uit het Oude Testament. Op een foldertje wordt ieder deel van de poort uitvoerend beschreven. Wanneer we door de deur gaan, komen we in de kerk. Boven het altaar bevindt zich een mozaïek van de maagd Maria.


Het mooiste gedeelte, wat hadden jullie gedacht, is uiteraard de kloostertuin omringd door prachtige bogen die versierd zijn met figuratieve kapitelen. Beneden zijn ze bewerkt met typische Romaanse taferelen en boven hebben ze versieringen met bladmotieven in een meer gotische stijl. In het midden staat een klaterende fontein. Het is hier erg rustig zo laat in het seizoen dus  we nemen onze tijd en genieten van een zen momentje. Wanneer we na ons bezoek terug buiten komen, is de temperatuur plots terug de hoogte ingeschoten. We zetten ons dan maar even op een terrasje. Een fris drankje om af te koelen, wordt vergezeld door een lekkere appelkoek van bij de plaatselijke bakker. We zijn op vakantie dus dan mag een zonde op tijd en stond zeker niet ontbreken. We laten het smaken en kijken gewoon wat mensjes van op het terras. We doen eigenlijk niets liever. Ondanks dat de temperatuur opnieuw de hoogte in ging, zijn er hier heel wat mensen die aangekleed zijn alsof het putteke winter is. Bergvolk, het is toch een ras apart hoor!


Het lieflijk ogend dorpje Besalu dat aan de rand van het Garrotxa vulkaangebied ligt, is onze volgende stop. Het is één van de oudste dorpen van Catalonië en een monumentaal voorbeeld van de Catalaanse middeleeuwen. De Placa Major is een plaatje, halve cirkelvormige bogen omringen bijna het hele plein en geven het een unieke uitstraling. Niet ver van de Placa Major staat de Sant Julia, een 12e-eeuwse kerk gebouwd in Romaanse stijl. Het mooiste aan dit kerkje is haar bijzondere ingang, die bestaat uit zes bogen.


We kunnen er echter niet naar binnen dus lopen we verder naar de grote kerk van het dorp, Sant Vicenç, een 13e-eeuwse katholieke kerk. Het Placa Prat waar de kerk op staat is het grootste plein van Besalú. We besluiten hier een hapje te eten en zetten ons op een zonnig terras met zicht op de 15meter hoge klokkentoren en bestellen zalm. Het is echt ongelooflijk tof om vis te kunnen bestellen zonder schrik te hebben voor de prijs. De vis is hier altijd heerlijk vers en ook nu weer hebben we gegeten voor slechts 30€, inclusief drank. 

Na de lunch gaan we op zoek naar de prachtige 11de-eeuwse Romaanse versterkte brug, de ‘Puente de Besalú’. Wat meteen opvalt, zijn de twee torens aan weerszijden van de brug. Deze dienden als stadspoorten en om de stad te verdedigen. Wat ook opvalt is dat de brug niet recht loopt maar een beetje heen en weer gaat. Dit is zo omdat men destijds de natuurlijke rotspartijen in de rivier gebruikt heeft als fundamenten. Van hier hebben we een mooi uitzicht op de stad.


Op goed geluk wandelen we nadien de stad in en gaan we op ontdekking. Overal zien we smalle straatjes, verborgen pleintjes, oude huizen met dikke muren en af en toe met kleine balkonnetjes met mooi uitzicht op de omgeving. Besalú is van oorsprong een erg Joodse stad. De Joodse wijk is dan ook redelijk omvangrijk en van groot belang. Het Middeleeuws Joods badhuis waar in de middeleeuwen de joden zich kwamen reinigen, kunnen we niet bezoeken en dat vinden we wel jammer. Hiervoor moest je vooraf reserveren. Een artistiek detail in de stad zijn de stoelen van een Italiaanse kunstenaar. 

Rond 6 uur komen we aan in Figueres waar we zoals de voorbije dagen de parking van het hotel inrijden. Er is echter geen plekje meer vrij. Misnoegd rijden we dan maar naar de publieke parking waar ze maar liefst 25€ per dag vragen. In het hotel maken we hier melding van, waarop de dame achter de receptie ons hautain aankijkt en beweert dat er nog plek genoeg is. Wat blijkt, enkele meters verder is er nog een parking van het hotel. Wat verveeld gaan we de auto terug halen om deze in de andere hotel parking te zetten, die trouwens even klein is maar wel dichterbij. 

Wanneer we s’ avonds gaan eten is het nog steeds 25 graden. De tinto verano smaakt heerlijk in combinatie met een dampende pan paella. Een beetje tipsy vraagt Tania de rekening in het Nederlands waarop ik de slappe lach krijg maar de ober heeft haar begrepen want even later kunnen we afrekenen. Wat verderop gaan we nog even langs de gelateria voor een pistache ijsje. Ook ik ben een beetje boven mijn theewater denk ik want ik kan plots geen Engels meer. Ik vraag ‘een potje ijs’. In tegen stelling tot de ober van daarnet, begrijpt de ijscoman mij niet. We eindigen met elk een bol cocosijs. Niet wat we initieel wilden maar uiteindelijk toch lekker. 


dinsdag 14 september 2021

Musea Salvator Dali Figueres - Port Lligat

Zalig geslapen in onze luxe kamer al is het bed niet zo geweldig als in de twee vorige hotels. We trekken rond 9 uur naar het ontbijt dat jammer genoeg niet in het indrukwekkende restaurant geserveerd wordt maar ergens in een kleine ruimte op de eerste verdieping met een ober die tegen zijn goesting werkt. Er kan geen lachje af. Op het buffet ontbreekt het echter aan niets dus wij zijn happy en klagen niet. Wel jammer dat het sinaasappelsap hier uit een fles komt. 


Vandaag staat in het teken van onze favoriete schilder Salvator Dali. Hij werd in 1904 in Figueres geboren en hoewel hij na zijn jeugd de stad verliet en na omzwervingen langs Parijs en Madrid vanaf 1929 twintig kilometer verderop in het kustdorpje Cadaqués ging wonen, bleef hij een sterke band met Figueres houden. Toen hij eenmaal een gevierd schilder was en het hem ook in financieel opzicht voor de wind ging, kocht hij een oud theater in zijn geboorteplaats om te laten verbouwen tot zijn eigen museum.  Dalí bleef tot halverwege de jaren tachtig veranderingen en uitbreidingen doorvoeren. Na bijna 40 jaar kijk ik er naar uit om me opnieuw onder te dompelen in zijn excentrieke leven. Het museum ligt net om de hoek van Hotel Durant. Van buitenaf ziet het er al heel bizar uit. Het gebouw heeft een rozerode kleur met meer dan duizend goudkleurige knopen die zijn lievelingsbroden voorstellen. Op het dak staan gigantische eieren als absurde kantelen en een geodetische koepel. De toren aan het museum werd in 1983 toegevoegd en is dus nieuw voor mij. 


Wanneer we het museum binnenkomen, staan we meteen voor één van zijn bekendste werken, de Taxi Plujós, zijn oude Cadillac. Ooit had hij de lumineuze gedachte: “Nu heb ik zo’n dure auto, maar als het regent kan ik de regendruppels niet op mijn hoofd voelen. Daar moet ik wat op vinden”. Hij ontwierp daarom een regeninstallatie voor in de auto. In het museum kon je vroeger met een druk op een knop deze installatie in werking stellen. Vandaag lijkt dit echter verdwenen. Zijn wagen staat er nog wel maar het ziet er allemaal een beetje anders uit, minder chaotisch dan in mijn gedachten. Vanuit deze patio wandelen we verder naar de grote hal met daarboven de indrukwekkende koepel.


In de grote zaal van het museum zien we het immense schilderij ‘Lincoln in Dalivision’ met daarop Dali’s vrouw Gala die uitkijkt over de zee. Althans dat zie je als je dicht bij het schilderij staat.  Van veraf verandert Gala in een portret van Abraham Lincoln. Het is een optische illusie en een voorbeeld van Dali’s fascinatie voor het dubbele beeld. Indrukwekkend hoe Dali dit heeft kunnen schilderen. Het is geen geheim dat Dalí ook een beetje een obsessie had voor Mae West, een Amerikaanse actrice en wereldwijd sekssymbool. Ze speelde een rol in, of inspireerde verschillende van zijn schilderijen gedurende zijn leven. De Mae West-kamer is dan ook een eerbetoon aan de zwoele actrice. De kamer is gebaseerd op zijn originele schilderij “The Face Of Mae West” en bevat vier objecten: een rode sofa, twee schilderijen en een gigantische pruik. Vroeger kon je op een ladder kruipen en door een vergrootglas kijken waardoor alle objecten samensmolten en je het gezicht van Mae West kon aanschouwen. Corona zorgt er echter voor dat dit niet meer kan. 


We weten bij momenten niet waar eerst te kijken. In elk hoekje is er wel een speciaal object. Een telefoon met kreeft als hoorn, een piano omringd door een soort mummie, een vlezige inktvis, je kan het zo gek niet bedenken.  We vinden het wel jammer dat sommige kunstwerken op vrij donkere plekken hangen waardoor we ze niet altijd goed kunnen zien. De gekke maar geniale kunstenaar houdt ons heel het bezoek in de ban van zijn surrealistische wereld. Zijn kunst richt zich op het onderbewuste en de dromen en laat de grenzen van de logica ver achter zich. Dit is echt genieten.

Ook de plafonds houden we nauwlettend in het oog want die zijn ook telkens heel spectaculair. Ondanks de drukte vinden we het zalig om hier rond te wandelen. Het voelt een beetje als een persoonlijke rondleiding door de wilde en creatieve geest van de kunstenaar zelf. Behalve de mooie schilderijen zijn er ook prachtige foto’s van de grootmeester zelf. 


We verlaten het museum met een wow gevoel en gaan vervolgens met een klein hartje naar de garage maar we hebben geluk, er is geen auto naast ons komen staan dus ik kan mits nog wat gemanoeuvreer en aanwijzingen van Tania toch gemakkelijk uit de parking rijden terwijl zij haar oogjes sluit omdat de helling redelijk steil is. We gaan verder op onze Dali expeditie en rijden naar Cadaques. Het eerste stuk rijden we van rond punt naar rond punt, heel vervelend want steeds opnieuw van 100 naar 70 en dan naar 40 km per uur vertragen is vermoeiend. Het laatste stuk van de weg is gelukkig uitdagend met veel haarspeldbochten. De mist hangt laag over de bergen en belemmeren soms het prachtige uitzicht over de baai die onder ons ligt. 


Wanneer we in het schilderachtige vissersplaatsje aankomen, parkeren we op de grote parking aan de rand van het dorp en wandelen we in de richting van de baai. De kleine huisjes stralen rust uit … hier tikt het klokje net iets trager dan elders. Alles hier is zo schattig, de witte huisjes, de dobberende bootjes en de kleurenpracht van de bloemen.  Niet alleen Dalí maar ook Picasso vond hier zijn inspiratie. Vroeger leefde men in Cadaqués van de visserij en de wijncultuur, maar nu zorgt het toerisme voor de nodige inkomsten. Aan de kade valt ons ‘La Casa Blaua’ op. Het werd gebouwd in 1910 en is een gebouw van de architect Salvador Sellés Baró. Het is versierd met blauwe keramiek en kunstig smeedwerk aan de balkons en vensters. Momenteel is er een restaurant gevestigd en we besluiten om maar onmiddellijk plaats te nemen aan het enige tafeltje dat nog vrij is in de schaduw. We bestellen gamba’s. Ik ga toch voor alle zekerheid maar eens kijken hoeveel speling we hebben want het is al twee uur en om drie uur moeten we in het museum van Dali zijn. Plots lees ik op de tickets dat we een half uur voordien ons moeten aanmelden. Lichte paniek slaat toe wanneer we aan de dame vragen hoe ver het is. Blijkt dat we de berg over moeten en toch op een goed half uur moeten rekenen en we moeten nog eten! Stel je nu voor dat we dat zouden missen door mijn stomme fout. We schrokken ons eten binnen, rekenen af en wandelen in sneltempo terug naar de auto. Volgens de gps 1,5 km dus dat is haalbaar. Van de stress luister ik niet naar mijn co-piloot en rij ik nog even verkeerd maar gelukkig kan ik even verder terugdraaien. We zetten onze auto op een gratis parking en beginnen aan de wandeling naar  Port Lligat waar Dali een aantal vissershuisjes tot een uiterst ludieke woning en atelier heeft omgetoverd. Via een steile weg lopen we naar beneden richting een inham waar de bootjes op het strand liggen.


Het is geleden van 1980 dat ik hier nog geweest ben. Toen leefde Dali nog en was het onmogelijk om zijn huis binnen te dringen … en geloof me, dat hebben we geprobeerd.  Uren heeft onze pa hier rondgelopen in de hoop een glimp op te vangen van de meester himself maar zonder resultaat. Na zijn dood werd het woonhuis een museum en om zeker te zijn dat we binnen konden, hebben we dus op voorhand online tickets gekocht. We zijn 10 min later op onze bestemming maar de dame aan de kassa doet niet moeilijk.  We hebben het toch even warm gekregen want als er nu 1 plek is die we niet willen missen dan is het deze wel. Dit museum stond al lang op mijn bucketlist. Hier maken we kennis met een ander facet van Dali’s mysterieuze persoonlijkheid. Stipt om 15 uur gaan we het persoonlijke universum van de legendarische kunstenaar binnen met slechts 8 personen. Wat een bijzondere plek!  Alles is nog in originele staat. De kleine ruimtes lopen in elkaar en maken er één groot exuberant geheel van. Ok wij zijn Dali fans maar ook als je geen kunstliefhebber bent, is een bezoek zeker de moeite waard. De rondleiding in het huis zelf is kort want per verdieping krijgen we 10 min en dat wordt nauwlettend gecontroleerd.  Zodra we het huis van Salvador Dalí betreden, komen we terecht in zijn ongelooflijke wereld vol verbeelding en fantasie. De uitzonderlijke Catalaanse kunstenaar zag zijn huis niet zomaar als een woning maar als een levend wezen, dat meegroeide naarmate zijn eigen leven zich verder ontwikkelde. In de hal van het echtpaar worden we verwelkomd door een grote witte opgezette beer. Hier staat ook een lippenzetel maar dan een groene versie. Elke kamer in het huis is klein maar functioneel ingericht. Op het eerste zicht is het ovale salon, niets bijzonders maar door het ronde, koepelvormige plafond ontstaat in het midden van de ruimte een bijzonder akoestisch effect.


Zijn schilderijen en sculpturen zijn te zien in alle ruimtes van het huis. Het is een onvergetelijke vlucht uit de werkelijkheid, een reis naar de fascinerende wereld van Dali. In zijn atelier zien we nog onafgewerkte schilderijen omdat Dali het huis halsoverkop verliet de dag dat zijn echtgenote Gala stierf. Hier schilderde hij zittend op een stoel op panelen die hij in de grond liet zakken met een katrol. We zien een spiegel die op een gekke manier aan de muur is bevestigd. Blijkbaar zorgt die ervoor dat het eerste zonlicht in de zitkamer valt. Op het hoogste niveau bevindt zich de ruime slaapkamer van het echtpaar Dalí. De gedrapeerde blauwe stof wordt bekroond met een koningsarend. De grote ramen zorgen voor veel licht in de ruimte.


Achter het huis en enigszins tegen de heuvel op ligt de patio, een beschutte tuin met veel wit, olijfbomen, grote plantenbakken in de vorm van kopjes. Eenmaal in de tuin mogen we zolang rondlopen als we willen en die is ook echt indrukwekkend! De vele surrealistische scheppingen, waaronder het fallusvormige zwembad zijn op zijn minst gezegd heel apart. Het wordt omgeven door popart. Voor een kopie van de bekende lippenbank, omringd door Pirelli-banden, staat een fontein gemaakt van likeurflesjes in de vorm van stierenvechters. Dit is de omgeving waar zich een belangrijk deel van Dalí's sociale leven afspeelde. Hier ontving hij zijn gasten.


We hebben genoten van deze plek, die een zekere rust uitstraalt. Bovendien ligt het huis op een prachtige plek aan een baai.

Salvador geloofde dat hij de redder van de schilderkunst was, en voelde zich verheven boven zijn tijdgenoten. Een beroemde quote van hem: Ik wil alleen Salvador Dali zijn en verder niets. Hij had een choquerende en narcistische persoonlijkheid, was dominant en geen allemansvriend maar toch wordt hij hier op handen gedragen door de plaatselijke bevolking. Meer dan 3 uur later staan we terug in het kleine haventje en wandelen we terug de berg op richting auto. ‘s Avonds eten we Chinees want we hebben even genoeg van de tapas. 




maandag 13 september 2021

Girona

Wat hebben we vandaag geleerd? Nooit of te nooit je haar wassen met shampoo van het hotel! Wat een bewogen ochtend! Het is tijd om mijn haar te wassen en vermits er shampoo in de douche hangt, denk ik dat ik die evengoed kan gebruiken. Dat had ik beter niet gedaan. Mijn haar klit aan elkaar en ik krijg het niet meer uitgekamd, het lijkt wel of er lijm ingewreven is. Bijna een uur probeer ik het iets of wat te fatsoeneren maar ik heb echt en coupe ontploft. Veel tijd om er bij stil te staan heb ik niet want we starten vandaag onze volgende etappe. Na het ontbijt checken we uit en rijden we richting binnenland naar Girona. Mysterieuze wolken glijden als sneeuw voorbij en de zon brandt weer volop. Het is 10 uur en al 28 graden. 


Het zoeken naar een parkeerplaats gaat niet zo vlot. De parking die we voor ogen hadden aan de rand  van de stad is geen optie want in tegenstelling tot de inwoners van Girona mogen toeristen er slechts twee uur staan. We hebben niet veel keuze dus rijden we een parkeergarage binnen die, zo zal later blijken, peperduur is maar we staan wel veilig en met onze bagage in de auto is dat misschien niet zo slecht. 


Girona is een kleurrijke stad, gelegen in een dal dat het hart van elke liefhebber van Spanje sneller doet slaan. Het is de stad waar Game Of Thrones werd opgenomen. Heb je geen flauw idee wat Game Of Thrones is? No worries, ook zonder deze serie is Girona een betoverend stadje! We zitten nog steeds op de trein der traagheid dus gaan we eerst iets drinken. We zijn in het land van de appelsienen dus een vers sapje smaakt hier lekkerder dan elders. Daarna willen we de stad verkennen maar dat is buiten de ober gerekend. Na meermaals teken doen om af te rekenen, stap ik dan maar zelf naar binnen en reken af aan de toog. Moe gaan ze hier niet worden, mijn God!  Net aan het terras bevindt zich het iconische standbeeld genaamd El Cul de la Lleona dat dateert uit de 12e eeuw. Het beeld stelt een leeuwin voor die in een paal klimt. De legende is dat als je de trap oploopt die naar het standbeeld leidt en de leeuwin op de billen kust, je zeker op een dag naar Girona zal terugkeren. Uiteraard hadden wij komische taferelen verwacht, maar het monument is in verval. Het trapje is afgesloten en er hangt een politielint om zijn hals. Wij hebben de leeuwin dus niet gekust, maar hopen zeker ooit terug te keren naar Girona!


Boven op een heuvel stijgt de kathedraal Santa Maria boven alles uit. Ze hebben er erg lang over gedaan om te bouwen, in 1015 zijn ze begonnen en in 1960 werd het laatste beeld geplaatst. Er zijn maar liefst 90 trappen naar boven dus een hele beproeving, maar ook nu heb ik helemaal geen last. Boven gekomen, zien we in de verte de besneeuwde toppen van de Alpen. De barokke façade is indrukwekkend en ook het interieur is prachtig. De kathedraal bevat het breedste gotische schip van de wereld, met een breedte van 22,98 meter. De glasramen zijn zo kleurrijk en geven de kerk een mooie gloed.


Ik weet niet waarom maar ik vind het altijd geweldig om te vertoeven in een kloostertuin en dan zeker eentje waarrond een zuilengalerij gebouwd werd. Het heeft iets mystieks en rustgevend. Ook deze kloostertuin vind ik prachtig en het geeft ons even de tijd om wat te rusten in de schaduwrijke gang eromheen. Even voelen we ons zen in de drukke stad. Jammer dat er geen kabbelend water te horen is van een fontein of echte beplanting is in de tuin zelf, dat zou alles nog wat mooier maken. 


Achter de kleurige gevels langs de Riu Onyar gaat het oude, maar levendige Girona schuil. De schilderachtige joodse wijk El Call is het oudste deel van de historische stad, gebouwd op de hellingen aan de rechter oever van de Riu Onyar. Oude gebouwen en talrijke smalle steegjes, pleintjes en trappen die dateren uit de 8e en 9e eeuw geven de wijk zijn specifieke sfeervolle karakter. Dit stadsdeel ademt een middeleeuwse sfeer uit. Hier woonden ooit de Sefardische Joden, totdat zij in de vijftiende eeuw door de Spaanse koning werden verdreven. De middeleeuwse sfeer staat in schril contrast met de moderne uitstraling.


Er zijn talloze hippe barretjes en wie de schaduw in de smalle straatjes wil ontvluchten, steekt een van de voetgangersbruggen over om daar te genieten van de zon en een andere unieke attractie van de stad. Het stadsbeeld van Girona wordt namelijk gevormd door indrukwekkende, kleurrijk hangende huizen over de Onyar rivier, die dwars door de stad stroomt. We worden verblind door het kleurenpallet van de huizen, ook al zijn er enkele aan een verfbeurt toe. Ze zijn uniek en we kunnen moeilijk onze blik afwenden. Zo mooi vinden we het. Even wanen we ons in Venetië. We maken ons wel de bedenking dat bij slecht weer, de bewoners wel eens natte voeten kunnen oplopen.


Er zijn veel bruggen over de Onyar rivier maar de opvallendste brug is de rode, stalen Pont de Peixateries Velles, ofwel de Eiffel brug, en jawel deze is inderdaad gebouwd door Gustav Eiffel, net voor hij de Eiffeltoren ontwierp. Van hier hebben we een prachtig zicht op de gekleurde huizen die weerspiegelen in het water. Jammer dat er zoveel wind is waardoor de weerspiegeling niet zo duidelijk is. De zon zorgt wel voor een gouden gloed. We lassen even een foto momentje in en terwijl ik wat experimenteer, bestudeert Tania het heldere water. Ze is verrukt over het feit dat ze hele grote karpers in het water ziet zwemmen. 


We gaan lunchen op de Plaça de la Independència, een plein met een prachtige zuilengalerij. Bij de pizzeria ruikt het heerlijk naar verse look en dus ploffen we neer op het terras. Ik ga voor een verse pasta en Tania geniet van een pizza met flinterdunne bodem. Een echt geluksmomentje volgt even later op de Ramblas bij een bezoekje aan het Italiaans ijssalon. Zo een simpel maar heerlijk toetje, we kunnen er echt moeilijk aan weerstaan.


We sluiten onze city trip in Girona af bij de Basilica de Sant Feliu.  Deze is een streling voor het oog, zowel buiten als binnen. De barokke gevel doet niet vermoeden dat de basiliek binnenin volledig gotisch is.  Opmerkelijk zijn de fresco’s aan het plafond en de prachtige sarcofagen. Blij dat we toch nog even de moeite hebben genomen om deze te bezoeken. Rond half 7 rijden we verder naar onze eindbestemming, Figueres. 


Bij aankomst in de geboorteplaats van de grote surrealistische schilder Salvator Dali, kunnen we niet naast hem kijken, want hij is overal aanwezig. Op sommige huizen zien we zijn afdruk en overal staan ​​bordjes die je de juiste richting naar het museum wijzen. In zijn boek ‘Mijn leven als genie’ staat één korte zin die de briljante schilder Salvador Dalí goed typeert: “Het enige verschil tussen mij en een gek is dat ik niet gek ben”. Dalí was behalve een fenomenaal kunstenaar en voorman van het surrealisme ook een poseur die ervan genoot om zijn bewonderaars te choqueren. Met zijn perfect gemodelleerde krulsnor en gehuld in koninklijke gewaden leefde hij als een dandy die, ook als hij niet aan het schilderen was, keer op keer een ode bracht aan het absurde.


We gaan op zoek naar het hotel Duran waar we 3 nachten zullen verblijven in de voetsporen van de beroemde schilder. Er is een parking maar wanneer we die inrijden, raakt Tania lichtjes in paniek. De plekjes zijn klein en veel speling is er niet. Ik moet haar gelijk geven, een fijne parking is het niet maar we hebben geen keuze want het hotel ligt midden in het drukke stadscentrum van Figueres en er is nergens anders een parkeerplek. Wanneer we eenmaal staan, gaan we inchecken. Het hotel zou naar verluidt één van de mooiste hotels van de stad zijn en inderdaad het straalt wel een zekere klasse uit. We zijn ook aangenaam verrast wanneer we de kamer zien. Deze is redelijk ruim, heeft twee afzonderlijke bedden en een mooi gerestaureerde marmeren badkamer. Dali bracht hier veel tijd door met vrienden, al drinkend in de achterkamer tussen de vaten wijn. Hij logeerde vroeger in kamer 101 en Gala in kamer 102. Dalí had een blijvende vriendschap met de eigenaar, Durán, zoals blijkt uit de vele foto's van de kunstenaar aan de muren van het hotel.


De binnenstad heeft een klein levendig centrum met een mooie Ramblas met platanen. Rondom dit plein zijn er verschillende restaurantjes en dat komt goed uit want Tania heeft nog een hongertje. We doen vandaag een reis rond te wereld want na de Italiaanse lunch zetten we ons nu op het terras van Café Paris. De tapas zijn ondanks de naam van het restaurant wel gewoon Spaans. Tania bestelt de kip en ik ga voor de tortilla maar de verhoopte tapas vallen redelijk groot uit. En voor de mensen die willen weten hoe coupe ontploft eruit ziet, hierbij een foto. Met een overvolle maag trekken we terug naar het hotel.