zaterdag 6 maart 2021

De Hobokense polders

De voorbije dagen heb ik de neiging om ‘s morgens luidkeels het nummer van Diana Ross, ‘A brand new day’ te zingen. Waarschijnlijk omdat we eindelijk weer af en toe de zon terug te zien krijgen. Met de woorden, ‘Everybody look up and feel the hope that we’ve been waiting for’ in gedachten, rij ik mijn afspraak tegemoet. Viv heeft weer een leuke wandeling gevonden om ons hoofd effe leeg te maken. We treffen elkaar in Hoboken, waar ze in gesprek is met een inwoner. De vriendelijke man legt haar uit waar de wandeling begint en bezorgt ons zelfs een plannetje. Goedgemutst, starten we aan de AS Adventure wandeling in de Hobokense polder. De route is bewegwijzerd met witte plaatjes met het logo van AS, dus dat moet lukken. 


Ik ben een beetje sceptisch want Hoboken associeer ik vooral met industrie en niet echt met natuur maar het blijkt een verrassing van formaat. De route ligt namelijk vlak aan de Schelde, in een toch wel uitgestrekt natuurgebied. Ik wil gewoon variatie maar Viv wil koeien zien. Het Polderbos zou namelijk de thuis zijn van een aantal Galloway runderen. Een steen waarop staat ‘Polderbos voor iedereen’, heet ons welkom. Het eerste bosweggetje dat we inslaan, ligt onder de modder maar dat kan de pret niet drukken. Het is uitkijken dat we niet uitglijden en ik maak me wel even de bedenking dat ik er niet echt op ‘geschoeiseld’ ben met mijn leren bottekes, maar dapper ploeteren we erdoor.


Wanneer we bij een grote waterplas aankomen, ben ik dat snel vergeten. Wat is het hier mooi, zo vroeg in de ochtend.  De bomen aan de overkant weerspiegelen in het stilstaande blauwe water en ook al horen we op de achtergrond lawaai van de fabrieken, tot onze verbazing wordt dit overstemt  door het gefluit van de vele vogels. Dit zorgt voor een verrassend rustig decor. Hier voelen tal van dieren zich thuis. Waarschijnlijk zit het water vol met kikkers, vissen en salamanders maar het zijn vooral de trekvogels die een enorme aantrekkingskracht hebben op de liefhebbers. Wanneer de tijd rijp is, komen ze hier broeden.


Al snel merken we dat er hier werkelijk een grote verscheidenheid is aan landschappen. Aan de zijkant van een grote plas wat verderop zien we rietkragen en moerassen, daarna kruisen  we grasland en even later wandelen we door het bos. Bij de vogelkijkhut ‘De Roerdomp’, lezen we op een informatiebord dat we hier wel eens de ijsvogel zouden kunnen spotten. Van achter een roestige kijkwand zien we echter enkel zwanen, wat eenden en in de verte spotten we een blauwe reiger. Ook niet slecht voor een mooie winterdag. Vele vrijwilligers houden dit natuurgebied in ere en wanneer wij aankomen in de hut is er net een interview bezig met één van hen. Het enthousiasme horen we in zijn stem wanneer hij praat over de vele vogels die hier voorkomen. 


Een vlonderpad leidt ons door een moerassig gebied en voorkomt natte voeten. Ooit stond hier Japanse duizendknoop dat werd uitgegraven tot op grondwaterniveau. Via een poortje komen we dan eindelijk bij de begrazingszone van de Galloway koeien en Viv’s hartje begint al wat sneller te slaan. We kuieren over het open grasland maar er is geen koe te bekennen. Toch zien we her en der, in onze ogen, verse uitwerpselen. Het kost ons zelfs een beetje moeite om deze te ontwijken, waarschijnlijk omdat we zo in gesprek zijn dat we niet echt opletten. We speuren de horizon af, waar zijn die logge, lieve beesten nu naartoe? Enkele vrouwen passeren ons en we horen hen zeggen dat de koeien op stal staan. Het zou nog te vroeg zijn om ze al buiten te zetten. Het heeft vannacht inderdaad nog gevroren ...


Een beetje teleurgesteld klimmen we over de hoge dijk en komen we bij het water. De aanblik van de prachtige Schelde maakt veel goed. Af en toe passeert er een vrachtschip en dat zet het water in beweging. Met onze ogen toe, lijkt het wel of we horen het ruisen van de zee. We zetten ons op een bankje in de zon, en genieten nog wat na van al dat moois. Wat wil een mens eigenlijk nog meer? Als Corona mij één ding heeft geleerd, is het wel  genieten van alle kleine gelukjes die op mijn pad komen. Ook in eigen land kan het prachtig zijn!


Na een wandeling van 8km komen we terug bij de auto en we zijn het er beide over eens, dat het toch wel heel bijzonder is om vast te stellen dat een groene wandeling zo dicht bij het stadscentrum van Antwerpen mogelijk is. De geluiden van de stad op de achtergrond namen we er met veel plezier bij. We komen zeker nog eens terug om de koeien te zien.