maandag 31 oktober 2022

Zwolle

Het begin van de herfst is een zalige periode om de natuur in te trekken. Het weer is wel nog niet herfstachtig want de temperatuur is de voorbije dagen nog niet onder de 20 graden geweest. Vandaag is het net iets frisser maar met een aangename 19 graden zijn wij meer dan tevreden. Ik hou van de herfst, het seizoen van de vergankelijkheid. De bloemen verdwijnen, de bladeren aan de bomen verkleuren en de dagen worden korter. We trekken naar de Veluwe, een prachtige streek in Nederland in de nabijheid van enkele Hanzesteden. Morgen trekken we de natuur in maar vandaag brengen we een bezoekje aan Zwolle. We parkeren de wagen aan de rand van de stad en wandelen naar het bruisende centrum. Zwolle heeft een stervormige plattegrond en is omringd door grachten. Een stad aan het water heeft altijd toch dat beetje extra.


We starten onze wandeling door de stad aan de Sassenpoort, voornaamste overblijfsel van de middeleeuwse ommuring van Zwolle. Ze dateert uit 1407 en herinnert aan de gouden tijden van de Hanze. We wandelen onder de poort door en merken al meteen wat graffiti kunst op.


Zwolle is de stad van Herman Brood, hij woonde er een tijdje en de stad heeft hem ook omarmd. Er is zelfs een museum over hem. In de straten van de middeleeuwse binnenstad van Zwolle hangt een levendige sfeer. Vroeger maakten kooplieden van het Hanzeverbond hier de dienst uit, tegenwoordig zijn het studenten, ondernemers en creatievelingen die voor de dynamiek zorgen. In de verte zien we de peperbus opduiken, een 75 meter hoge klokkentoren. Het is het boegbeeld van Zwolle en onderdeel van de Basiliek van Onze Lieve Vrouw Tenhemelopneming.  Wanneer we verder door de straten wandelen, merken we een gebouw op met een ellipsvormig aanhangsel op het dak. Het blijkt het gebouw van de Fundatie te zijn. Het is een beetje zoals ons havenhuis, oud gecombineerd met modern, maar dan vind ik onze diamant toch meer stijl hebben. 


Wanneer we het Zwolse Balletjeshuis passeren, gaan we toch even binnen in het historische pand uit 1845 om meer te weten te komen over de ambachtelijk gemaakte snoepjes. Vroeger, toen suiker nog een schaars product was, namen de inwoners van Zwolle een snoepje in de mond en dronken dan hun thee of koffie. Het balletje werd vervolgens op een schoteltje gelegd en bewaard voor een volgend kopje thee. Zo ging het snoepje tot wel een week mee. Tot op vandaag worden de snoepjes gemaakt in de kelder van het winkeltje. We zijn zo gecharmeerd door het verhaal, dat we een zakje kopen. 


Vanavond logeren we in de Wever Lodge, een gezellig hotel dat ons een beetje doet denken aan een gezellige blokhut in Oostenrijk. Het landschap is hier prachtig want de lodge is gesitueerd net naast een natuurgebied. 


Ik ben sinds jongs af aan al gek op kaarsen. Ze brengen een warmte met zich mee, sfeer en fijn licht. Ik ben dan ook aangenaam verrast wanneer ik binnenstap in de gezellige lounge. Ons geduld wordt wel wat op de proef gesteld maar na een kwartiertje komt er dan toch een dame naar ons toe die ons incheckt. s’ Avonds dineren we in de lodge en een glaasje wijn mag natuurlijk ook niet ontbreken. We love it!

woensdag 19 oktober 2022

San Pedro del Pinatar - Toro de la Horadada

Onze laatste dag is aangebroken. Morgen reizen we terug naar het koude België en daar kijken we echt niet naar uit. Gelukkig is het hier nog steeds prachtig weer om die laatste dag nog even te genieten. We besluiten het rustig aan te doen en nemen een laat ontbijtje op het terras. Daarna rijden we naar de jachthaven van San Pedro del Pinatar. De boten die hier aangemeerd liggen, zijn niet van de minsten. Het is hier lekker rustig.


Onderweg stoppen we even aan de zoutvlaktes om de flamingo’s te bewonderen. Echt roze zien ze niet maar wat een prachtige beesten zijn dat toch. Ze lijken ook geen schrik te hebben van mensen.


In de late namiddag gaan we nog een ijsje eten op de wandelboulevard van Torro de la Horadada. Met uitzondering van het ijssalon is er geen mens te bekennen hier. Het stadje lijkt wel uitgestorven en ook op het strand zien we slechts enkele eenzame zonnebaders. 


Pluk de dag, we kennen het allemaal maar vergeten het vaak. Wij gaan het er nog eens goed van pakken voor die laatste avond. We gaan dineren in Meson El Granaino. Aan de buitenkant lijkt het een gewoon café en eerlijk is eerlijk, ik zou hier niet direct binnen stappen. Ingrid is er echter al geweest en is er gerust in. Het décor is typisch Spaans: papieren tafellakens, klassieke donkere inrichting, veel kitsch aan de muur en een tv die staat te spelen zonder geluid. Op de radio muziek met veel gebabbel ertussen. Op de achtergrond tatert er ook nog een papegaai duchtig op los. De sfeer is dus ontspannen, niet te stijf en best gezellig maar af en toe zet het beestje het op een krijsen en dat gaat door merg en been. Hij wil een beetje aandacht denk ik. Wanneer de dampende pan zarzuela op tafel wordt gezet, maakt mijn hart een sprongetje. Wat ruikt het geweldig! De smaak evenaart de geur. Wanneer we de rekening krijgen, ben ik nog meer verrast. Voor 2 pannen zarzuela, frietjes, brood en drank betalen we maar 35€. Een échte aanrader!


Ons weekje Spanje zit erop en met meer dan 900 km op de teller geven we morgen ons autootje weer. Ik werd opnieuw verrast door de prachtige natuur, de sfeervolle dorpjes en het lekkere eten. Wat mij betreft is dit stukje Spanje dé ideale plek voor een paar dagen genieten van de Spaanse zon.

I will be back (als Ingrid dat nog wil) 😘

dinsdag 18 oktober 2022

Moraira - Calpé

Het was een rumoerige nacht volgens Ingrid maar ik heb er dankzij een slaappil en oorstoppen geen last van gehad. Voor het eerst deze vakantie gaan we eens uitgebreid ontbijten. Toast met olijfolie, tomaat en jamon, meer moet dat niet zijn.  We zitten nu in Teulada op 2 km van Moraira, het dorpje dat we vandaag gaan bezoeken. Rond half 10 rijden we er naartoe. Moraira is een vergeten dorpje op een steile klif naast de zee. Het compacte centrum bevindt zich vlak naast de jachthaven en heeft maar een twintigtal straten. Het stadje wordt zo veel mogelijk autoluw gehouden dus parkeren we de auto op de gratis parking net buiten het centrum.


Het dorpje leeft vooral van de vishandel. Tot voor kort kwamen de vissersboten iedere werkdag aan bij de visafslag  en in de Lonja werd de vers gevangen vis geveild. Wanneer we informeren, wordt ons gezegd dat dit tegenwoordig niet meer gebeurt. Jammer want we waren speciaal heel vroeg naar hier gekomen om dit mee te maken. In de kleine haven liggen prachtige zeiljachten. 


De zon voelt als een warm deken en we genieten want thuis wacht ons de koude. De palmbomen wuiven ons toe. De sinaasappelbomen roepen ons en ook de golven fluisteren zachtjes dat de zee op ons wacht. Op de wandelboulevard nabij het kleine fort van meer dan 200 jaar oud, staat een opmerkelijk standbeeld ‘Giant of Salt’. Het is een ode aan de mens die in staat is grote hindernissen te overwinnen. De zoutreus heeft door tal van Europese steden gereisd met als doel kunst dichter bij de mensen te brengen. 


We zetten onze wandeltocht verder tot aan het uiterste puntje van de dijk waar we ons op een terrasje zetten om even te genieten van de ruisende zee en het adembenemende zicht. Daarna wandelen we terug in de richting van het centrum. We passeren het  elegante Moraira park. Het is maar zo’n 10 tot 15 meter breed maar wel 200 meter lang. Een lange rij palmbomen brengt ons terug naar de kust. 


Het kleine centrum is charmant en gezellig en er zijn best wel wat leuke boetiekjes maar we hebben honger gekregen en ik wil graag naar Bar La Cabana, het restaurant van de eerste eigenaars van mijn lievelingsresto in Antwerpen, Lollapalooza. Hier komen enkel ongecompliceerde levensgenieters met een gemiddeld hoger inkomen en dat merk je aan de prijzen. Voor één keertje mag dat wel! Stiekem hoop ik op pasta Lolapalloza op de kaart maar dat staat er jammer genoeg niet op. Wanneer de eigenaar voorbij komt, vraag ik hem ernaar en hij zegt ons dat hij de pasta zo beu gegeten was dat hij het van de kaart heeft gehaald. Het stond er dus ooit wel op!  We gaan dan maar voor tapas. Het eten is hier lekker maar het is vooral de locatie die ons kan bekoren. 


We rijden vervolgens naar Calpé. De autorit alleen al is prachtig. Deze 16 km lange weg is wellicht de mooiste route van de Costa Blanca. De prachtige vergezichten op de Middellandse Zee wisselen elkaar af, van steile rotsen en kliffen over idyllische baaitjes tot stroken pijnboombossen.  Calpé is niet voor niets de plek waar gepensioneerden komen overwinteren. Van oorsprong is het een vissersdorpje maar door de jaren heen is het uitgegroeid tot een levendige badplaats. 


Het voormalige vissersdorp heeft een klein maar schilderachtig centrum. De oude binnenstad is iets hogerop gelegen en is een wirwar van smalle straatjes met gezellige cafeetjes en boetiekjes. Hier en daar zien we ook muurschilderingen op huizen die verwijzen naar de stadsgeschiedenis. In de Carrer de Puchal bewonderen we de traditionele Spaanse huisjes waar de trappen geverfd zijn in de kleuren van de Spaanse vlag. 


Peñón de Ifach is een grote indrukwekkende rots die trots 332 meter uitsteekt boven het helderblauwe water van de Middellandse Zee. De rots is verbonden met het vasteland door een landengte. Peñón de Ifach is één van de kleinste natuurreservaten van Europa, maar trekt jaarlijks meer dan 100.000 bezoekers. De kalkstenen rots wordt ook wel gezien als het symbool van Calpe en domineert haar skyline. Wij houden wel van een stevige wandeling maar we zijn het er beide over eens dat de rots nu beklimmen, niet meer voor vandaag zal zijn. 


Naast witte stranden, blauw water, het eeuwige zonnetje en de geur van de zee, komen we ook naar hier om de machtige Muralla Roja, wat letterlijk de rode muur betekent, te bewonderen. Het is een postmodern appartementencomplex dat in 1973 ontworpen werd door de Spaanse architect Ricardo Bofill. Het is een waar kunstwerk, een prachtig openlucht meesterwerk. Het ontwerp verwijst naar de architectuur van de Noord-Afrikaanse kasba’s. De appartementen worden met elkaar verbonden door trappen en bruggen. De mooie kleur steekt prachtig af tegen de rotsen en het lijkt wel of La Muralla Roja vanuit de bergen oprijst. Net ernaast is er ook een groen appartementsgebouw opgetrokken, ‘Xanadu’ genaamd. Het werd ontworpen door dezelfde architect.


Na twee prachtige dagen, is het tijd om terug naar Pilar te reizen. Gelukkig kunnen we het grootste gedeelte van onze reis via de autostrade doen. Na 1 uur en 40 minuten komen we thuis. Piet en Wiske nodigen ons uit om even iets te komen drinken. De limoncello gaat er goed in maar ik sta direct op mijn kop. Niet gewoon van te drinken hé! 


maandag 17 oktober 2022

Pasarelle de Relleu - Atea

Vandaag gaan we op avontuur in Relleu. Het binnenland van de Costa Blanco heeft sinds 2022 een indrukwekkende wandeling langs de rotsen, de Ruta del Plantà de Relleu. We vertrekken redelijk vroeg in de ochtend want we moeten toch zo’n 1,5 uur rijden. We parkeren aan het gemeentehuis en van daar volgen we de aangegeven route. De groen-witte markeringen zijn duidelijk aangebracht. Het is nog een beetje bewolkt wanneer we aan de wandeling beginnen maar deze namiddag belooft het mooier te worden. Ingrid die wel gewend is om lange wandelingen te maken heeft er voor gezorgd dat ik genoeg water mee heb en dat is wel nodig. De route loopt door ongerepte natuur langs amandel- en olijfbomen en we dalen best veel dus we houden ons hart al vast voor straks. We wandelen het eerste stuk helemaal alleen, enkel wij en veel vervelende vliegen.


Halverwege komen de vier verschillende wandelpaden samen en zijn we niet meer alleen. De andere bezoekers blijken ook allemaal Vlamingen. Na een goed 1,5 uur hebben we de 5 km tot bij de Pasarela de la Presa afgelegd. Hier betalen we 2,5 € inkom (Ingrid uiteraard minder want in Spanje worden gepensioneerden in de watten gelegd) en dan mogen we het houten vlonder pad aan de rotswand betreden. Het pad zelf is maar 200 meter lang en op het eind komen we aan een platform met glazen bodem. Daaronder zien we de 40 meter diepe ravijn van de Rio Amadorio. Gelukkig heb ik geen hoogtevrees. Het uitzicht op de vallei en het stuwmeer is wel heel mooi. Van het pad zelf hadden we meer verwacht. We hadden gedacht dat de krakende houten planken voor een adrenaline stoot zouden zorgen maar zo spectaculair is het niet. 


De terugweg verloopt iets minder vlot. Alles wat we naar beneden hebben gewandeld moeten we nu dus terug omhoog en in tegenstelling tot deze ochtend brandt de zon. Na 10 minuten ben ik al oververhit. Een Hollands boerinnetje is er niets tegen, twee rode wangen steken af tegen mijn kleedje. Wat ben ik blij wanneer we eindelijk terug in Relleu arriveren. Moe maar voldaan!


We besluiten om onmiddellijk door te rijden naar Altea. Het landschap verandert vliegensvlug, van een verstedelijkte omgeving naar eentje met Grand Canyon allures: opmerkelijke rotsformaties, diepe kloven en wilde bossen. In Altea aangekomen, ploffen we neer op een terrasje voor wat tapas. Daarna gaan we de stad verkennen maar eerst wil Ingrid even naar de zee. Het strand is bezaaid met grote, witte kiezelstenen en er staat een fris windje. Zalig!

Een beetje afgekoeld, starten we met onze klim. Het oude centrum is een bezienswaardigheid op zich. Het wordt ook wel Casco Antiguo genoemd en is gebouwd op een heuvel met heel wat kronkelige straatjes en de typische witgekalkte huisjes. Het doet me een beetje denken aan de gezellige witte dorpjes in Puglia.


Het is niet erg groot maar een heerlijke plek om rond te slenteren en te verdwalen. Ik val als een blok voor dit pittoreske stadje. Die Spaanse sfeer, de prachtige balkons en deurgevels versierd met kleurrijke bloemen. Niets is zo leuk als kijken hoe het dagelijkse Spaanse leven aan ons voorbij trekt.  Hier word ik zo gelukkig van!


Midden in de wirwar van smalle straatjes springt de hoog gelegen kerk Iglesia Parroquial de Nuestra Senora del Consuelo onmiddellijk in het oog. De koepels zijn  belegd met blauwe tegels.  Er zijn meerdere straten die op het plein voor de kerk samenkomen.


Om ons dagje Altea af te sluiten, trekken we nog even naar de Altea Hills waar de allerrijksten wonen. Hier vindt je de heel bijzondere Iglesia Ortodoxa Rusa. Dit is de allereerste Russisch-orthodoxe kerk die in Spanje werd gevestigd. Ze werd door Russische arbeiders gebouwd en is een kunstwerkje op zich. Het gebouw bestaat voornamelijk uit hout en heeft één toren en vier prachtige ingangen. Het lijkt zo uit een sprookje te komen. De toegangsprijs is 2€ maar Ingrid is duidelijk niet van plan dit te betalen, geen haar op haar hoofd dat er aan denkt om Rusland te steunen. Ze krijgt het nog gedaan ook. 


Rond half 8 rijden we door naar Moraira waar we een hotelletje gereserveerd hebben, Casa Lili. Daar aangekomen, blijken we niet alleen. Het restaurant zit afgeladen vol maar gelukkig is er voor hun hotelgasten wel nog een tafeltje vrij want ik zie er echt tegenop om nog ergens anders naartoe te rijden. Bovendien is het een Aziatisch restaurant en daar zeg ik nooit nee tegen. Het is wel al 10 uur voorbij wanneer we eindelijk terug naar de kamer kunnen

zondag 16 oktober 2022

Abanilla

Opnieuw een dagje vol verrassingen want we trekken naar Abanilla, een niet zo bekende stad, althans ik ken niemand die het er ooit over gehad heeft. Deze stad staat bekend als 'het Murciaanse Palestina' vanwege zijn palmbomen, woestijn en moslimerfgoed. Wanneer we arriveren, lijkt de stad bijna verlaten dus we vinden snel een parkeerplekje. We dwalen een beetje rond en initieel willen we rechtsomkeer maken en terug vertrekken. Maar dan zien we enkele mensen in gesprek en besluiten we de weg te vragen naar de kerk. De dame spreekt Frans en wijst ons hoe we moeten wandelen. Zo komen we op de Plaza de la Constitución waar het Ayuntamiento (1762) of stadhuis staat.


Rechts daarvan loopt er een trap omhoog en wat voor een! De trap is meer dan 30 meter hoog en beschilderd door kunstenaars. We kunnen niet anders dan klimmen. Het brengt ons naar het hoogste punt, het Lugar Alto. Vroeger was dit de site van de Moorse vestingwerken die ooit onderdak boden aan de boerengemeenschap maar vandaag de thuisbasis van de imposante figuur van Sagrado Corazón de Jesús.


Boven bevindt zich ook nog een mooi parkje en Lugar Alto is zeker de plek voor een prachtig uitzicht over de stad beneden, de sierras en de gebieden eromheen. We klimmen op de muur en genieten van het zicht op de smalle middeleeuwse straatjes en de Moorse architectuur. Abanilla is dichtbij, maar voelt als een andere wereld. Er hangt een aangename sfeer. Wat een leuke plek voor de inwoners om hier te komen relaxen op een bankje in de schaduw. Het is nog redelijk vroeg en de meesten  zitten waarschijnlijk in de kerk voor de ochtend mis maar we kunnen ons wel voorstellen dat het hier in de namiddag veel drukker zal zijn. Helemaal achteraan in het park staat een huisje en het verbaast ons dat daarachter best wel veel afval werd gedumpt. Onbegrijpelijk dat deze mooie plek zo wordt vervuild. 


We dalen terug af via de steile trap en genieten van de prachtige tekeningen in felle kleuren. Hoe langer we kijken, hoe meer leuke dingen we zien.  Heel veel bloemen, een maanlandschap, verschillende dieren en zelfs een flamingo danseres. 


Eenmaal beneden, gaan we een kijkje nemen in de straatjes rond het Plaza de la Constitución. Casa Pinta was oorspronkelijk een adellijk huis, gebouwd in de 16e eeuw buiten de middeleeuwse muren die ooit Abanilla omringden. Het werd wel gerestaureerd in de 17e en 18e eeuw. Buiten de kenmerkende kleur, beschikt de gevel ook over een opmerkelijke hoofdingang omringd door een rechthoekig fries, met wapenschild van de familie die hier ooit woonde, los Enriquez. De rest van de gevel is eigenlijk vrij eenvoudig. Casa Cabrera kan alleen vanaf de straat worden bewonderd. Het is een enorm gebouw met boven de hoofdingang het stenen wapen van de familie Requena / Cambrera. Het is een van de grootste in de regio Murcia met een afmeting van 315 bij 85 cm. De geit is hierin duidelijk te zien.


Hier tegenover ligt de barokke Iglesia Parroquial de San José (1712). De mis is net gedaan en er zitten nog enkele parochianen in de kerk dus echt rondwandelen kunnen we niet. De kerk is wel rijkelijk versierd en dan vooral het altaar. Een van de meest interessante locaties in de stad is verborgen achter de kerk, het enige openbare washuis dat nog steeds in de hele regio actief is. Wanneer we er toekomen, zijn twee dames aan het wassen. In deze moderne tijd, is dit een ontnuchterende herinnering aan hoe moeilijk het leven van een vrouw was vóór de komst van elektriciteit, stromend water in huis en wasmachines.


We wandelen nog even verder over de Calle Mayor naar de Plaza de las Cortes, ongeveer 30 meter bergopwaarts, waar een prachtige betegelde fontein te zien is. Hoewel dit tegenwoordig een decoratieve fontein is, was het de eerste die in 1792 werd geïnstalleerd als de belangrijkste bron van drinkwater voor de stad nadat de vorige fontein achter het Moorse kasteel, opdroogde. Ik dacht me hier even te verfrissen maar het water is warm. 


Het stadje is ook beroemd om het fruta de masa gebak maar jammer genoeg is het zondag en zijn alle panaderias gesloten. Ook eten gaan we hier niet vinden dus moeten we voor de lunch toch op zoek naar een andere locatie. We rijden naar Restaurant La Esquina de San Anton in Fortuna en bestellen de paella con conejo. Deze wordt vers bereid maar veel konijn zit er niet in en volgens ons hebben ze er het zoutvatje in laten vallen. De hele namiddag hebben we dorst!


Wat verderop ligt de Mahoya-woestijn, ook bekend als de Abanilla-woestijn.  Ik kon er zo goed als niets over vinden op internet. Het enige dat ik weet is dat er een wandeling is die Ruta La Huerta - Los Barrancos noemt. We proberen dit in Waze in te geven en ja hij kent het. Het gebied is ook bekend als het "Maanlandschap van Murcia". Het is een enorme uitgestrektheid van land aangetast door sterke erosie, doorploegd door diepe geulen waar planten schaars zijn. Tot tien miljoen jaar geleden was het de zeebodem.


We voelen ons klein wanneer we er met de wagen doorrijden. Plots zien we de wegwijzer dus ik ga in de remmen. Een Spanjaard komt naast ons rijden en vraagt of we een probleem hebben. Nee hoor we willen hier gewoon de wandeling starten. Wel lief dat ze even informeren want we zitten echt in the middle of nowhere. Aan de andere kant van de weg kunnen we de auto kwijt en we gaan van hier te voet verder. We wandelen in een maanlandschap van rotsformaties.  De Abanilla woestijn laat ons sprakeloos achter!




zaterdag 15 oktober 2022

Bolnuevo - Mazzaron - Cartagena

Vandaag rijden we via de kuststrook van Murcia, de Costa Cálida, naar Bolnuevo. Dit heet niet voor niets de ‘warme kust’ want hier schijnt de zon ruim 300 dagen per jaar. Ook vandaag is het zonnetje van de partij. We nemen de autostrade waar we weliswaar tol moeten betalen, maar dat resulteert in een compleet verlaten weg. Niemand te zien … het lijkt wel autoloze zondag. Nochtans is het zaterdag en zou je denken dat alle Spaanse families uitstapjes plannen. Niets is dus minder waar. Wat een zaligheid om te rijden in deze contreien. Eens van de autostrade, zwiert de weg zich door een rustig landschap. 


Bolnuevo is een oud vissersdorpje met een mooi, lang strand. We parkeren de auto vlakbij de bezienswaardigheid van de streek, namelijk de erosies, opgebouwd uit fijne materialen zoals gele klei en zandsteen, maar ook grovere materialen. Deze paddenstoelvormige rotsen aan de voet van het beschermde natuurgebied Sierra de las Moreras, werden duizenden jaren geleden uitgesleten en gevormd door water en wind. De Spanjaarden noemen het natuurwonder ‘La Ciudad Encantada - de betoverende stad’.


We maken een mooie wandeling door de ‘oase van Bolnuevo'. Een prachtig ongerept gebied met verborgen baaien en rode rotsachtige heuvels. Ondertussen is de temperatuur opgelopen tot bijna 34 graden en buiten een eenzame wandelaar met hond zien we hier niemand. In de heuvels hier en daar een prachtige villa.


We dalen terug af en wandelen nog even naar het eind van het dorp waar een grote schommel staat die uitkijkt over een prachtige baai. We laten het kind in ons los en blijven hier even ‘spelen’. Daarna is het hoog tijd voor een verfrissend drankje met zicht op zee.


In Mazzarón, even verderop bevindt zich een verlaten mijn. In de gloriedagen werden hier zink, lood, aluin, zilver en mineralen gewonnen. De mijn ligt vlak bij de kust en betreden is op eigen risico maar wat is het hier mooi. Ik hou wel van die verlaten stukjes industrie te midden van een prachtige natuur. Het lijkt wel of we zijn in een andere wereld terechtgekomen. De rotsen hebben schakeringen van geel, zwart en rood, ontstaan door oxidatie van mijnafval. Roestige overblijfselen van een ongetwijfeld trots industrieel verleden. 


Op sommige plaatsen ruiken we nog de solfer. Het lijkt wel een openlucht museum met de restanten van een eens zo florerende industrie met half ingestorte gebouwen en nog zichtbare mijningangen. We moeten wel goed zien waar we onze voeten zetten en opletten want de rotsen brokkelen af. Te hoog klimmen doen we dus niet en we proberen goed te kijken van waar we gekomen zijn zodat we straks de juiste weg nog terug vinden.


Ondertussen is het weer bijna één uur voorbij en begint onze maag te knorren. We dalen af naar Puerto de Mazarrón, een klein en gezellig kustdorpje. Op de berg pronkt een Jezusbeeld dat waakt over het dorp. Van op het terras aan Playa de La Ermita hebben we een prachtig zicht over de baai. We besluiten voor tapas te gaan om zo min mogelijk tijd te verliezen.


Rond drie uur stappen we terug de auto in en rijden we naar Cartagena, een bijzonder unieke Spaanse stad van meer dan 2000 jaar oud met een rijke geschiedenis. Het vervallen centrum werd onlangs volledig gerenoveerd en opgewaardeerd. Opvallend is dat deze toch wel grote stad een sfeer van ruimte en rust uitstraalt. Alle interessante plekken en monumenten liggen op loopafstand van elkaar. 


Het kasteel is ongetwijfeld de blikvanger van de stad. We nemen de lift in een hoge metalen toren. Eenmaal boven op de kantelen zien we de geschiedenis van de stad letterlijk voor ons liggen: de natuurlijke haven waar de Fenicische handelaars hun schepen aanmeerden. Van op een uitkijkplatform zien we het Teatro Romano, een knappe reconstructie van hoe het oude Romeinse theater er ooit uitgezien moet hebben. Het origineel exemplaar had wel nog zuilen en een zuilengang die toeschouwers en acteurs beschermden tegen zon en wind. Vroeger zouden er ook tuinen rond het theater gelegen hebben. Het is moeilijk te geloven maar gedurende meer dan 2000 jaar lag het theater enkele meters onder de grond verstopt. Pas in 1987 bij de afbraak van een 19de eeuw paleis werden er Korinthische zuilen gevonden en gingen de archeologen aan de slag om het theater opnieuw bloot te leggen. 


We wandelen terug naar beneden en komen zo aan het stadhuis. Dit is gevestigd in het Palacio Consistorial de Cartagena, een prachtig en indrukwekkend paleis, gebouwd begin 20st eeuw. De koepel in zink en de versieringen in marmer springen meteen in het oog. Het wapenschild van de stad en de kroon tooien de buitenkant. 


Achter het stadhuis staat het herdenkingsmonument voor de gesneuvelden tijdens de Spaans-Amerikaanse oorlog. Het is niet alleen mooi maar het staat op een prachtige locatie vlakbij de haven. Het bronzen beeld El Zulo is sinds 2009 een van de opvallendste kunstwerken bij de haven. Het beeld is een eerbetoon aan de slachtoffers van terrorisme en stelt een naakte man voor die teneergeslagen zijn benen omhelst. Ik vind het prachtig en het lokt toch enige emotie bij me los. Er zijn veel pasteleria’s in de stad en ik besluit toch nog even een pastel con pollo te proberen. Op een bankje verorber ik deze lekkernij. Lekker en goedkoop. 


De stad bulkt van de prachtige art-decohuizen maar door de smalle straatjes zijn ze moeilijk op beeld vast te leggen. Zo ook in de Calle Major, de hoofdstraat en tevens lange winkelstraat van de stad. 


Spanje zonder tapas is als een café zonder bier! Wie in Cartagena wil genieten van lekkere traditionele tapas kan overal terecht. Vermits we onze tapas al gehad hebben, besluiten we voor een andere specialiteit te gaan. De churros zijn blijkbaar een lekkernij in het etablissement net over het stadhuis. Twee dikke exemplaren komen op tafel en dat vergezeld van een lekkere granita doet ons alweer genieten. Wat kan het leven mooi zijn! 

vrijdag 14 oktober 2022

Orihuela - Murcia

Vandaag rijden we het mooie binnenland in richting de Orihuela bergen. Aan de voet hiervan ligt de gelijknamige stad. Het is de thuishaven van de Spaanse poëet Miguel Hernández. Hier heerst nog een sterke Spaanse sfeer. 


We parkeren de wagen in de ondergrondse parkeergarage en starten onze wandeling aan de brug over de Rio Segura, de rivier die dwars door de stad loopt. De rivier geeft de stad een uniek karakter. Aan de rivier heeft elk huisje een andere kleur, schilders komen kleuren te kort. Ja, de bontgekleurde huizen aan de rivier zijn heel fotogeniek. Er zijn echter ook heel wat minder goed onderhouden gebouwen.


We zijn terechtgekomen in een typisch Spaans provinciestadje met ouderwetse winkeltjes zonder echt begerenswaardige dingen. Wat verderop staat het Bisschoppelijk Paleis dat nu het museum van sacrale kunst huisvest. Het is één van de belangrijkste musea van de stad dus besluiten we toch even binnen te gaan, te meer omdat we gelezen hebben dat het een prachtig gebouw is. Er zijn heel wat paleizen in Orhuela en dit is het grootste maar daar is dan ook alles mee gezegd. De binnenkant is een beetje vergane glorie maar ach voor 4€ zijn we niet echt teleurgesteld.


Spanje is een katholiek land en dat is wel heel erg duidelijk in deze stad want er liggen maar liefst 5 kerken op onze route. Het stadje zelf heeft veel oude geplaveide straatjes en het is zalig om hier rond te wandelen, ver weg van de drukke steden. Op een verlaten plekje zien we een prachtige fontein met blauw geglazuurde tegeltjes. 


De Bourgondiër in ons trekt zich de haren uit want we zijn al bijna 2 uur aan het stappen en nog steeds zijn we geen enkel restaurantje tegengekomen. Het is dan ook al 1 uur voorbij wanneer we eindelijk ergens een terrasje buiten zien staan. We vragen de kaart en bij het bestellen van de drank loopt het al mis. Het is tot dit gedeelte van de wereld blijkbaar nog niet doorgedrongen dat Engels wereldwijd de voertaal is. De Spaanse jongen die ons bedient, spreekt geen enkele andere taal en meestal kan ik me best uit de slag trekken met mijn jommekesspaans maar hier verstaan ze ‘un agua con gas’ blijkbaar niet. Een platte dan maar … ook goed. We bestellen de dorade, maar na bijna twintig minuten komt de ober ons zeggen dat de dorade op is. Ja het duurt hier blijkbaar even alvorens hun euro valt. Zalm en kabeljauw dan maar … Wanneer we bijna 3 kwartier later nog geen eten op tafel hebben gekregen, worden we een beetje ongeduldig. De ober ziet ons ongenoegen en brengt prompt wat chips en 5 min later een bordje mosselen. We zien groen van de honger wanneer de vis eindelijk op tafel komt. Genoeg is het zeker maar niet echt lekker … hij heeft iets te lang op het vuur gestaan … maar wij zijn al lang blij dat we kunnen eten. 


In het binnenland wordt de siësta nog als hoogste goed beschouwd wat wil zeggen dat er tussen 2 en 4 niemand meer op straat is. Tijd dus om naar de arbeiderswijk San Isidro te wandelen. Al sedert de jaren zeventig worden in de straatjes kleurrijke muurschilderingen aangebracht. Het openluchtmuseum bevindt zich boven op een heuvel en met de middagzon hoog aan de hemel, 32 graden en zo goed als geen schaduwrijk plekje hangt onze tong al snel op onze tenen. De muurschilderingen hebben verschillende thema's: de dichter Miquel Hernandez komt vaak terug, anti fascisme, vrouwenrechten, enz …


De smalle straatjes liggen er redelijk verlaten bij en het is er stil tot er plots een bloeddorstig monster ons wakker schut. Een afschrikwekkende grote hond verschijnt al blaffend boven ons hoofd en we zijn echt bang want het lijkt wel of hij elk ogenblik over de muur gaat springen. We maken ons snel uit de voeten en dalen terug de heuvel af. Dit was alvast het leukste moment van de dag. Ingrid moet me wat intomen want hier zou ik uren kunnen rondlopen. 


Op de weg naar Murcia, passeren we even bij het Castillo de Monteagudo. Dit kasteel staat op een rots die 149 meter boven de zeespiegel uitsteekt en het omliggende landschap domineert. Op de top van de heuvel staat een groot standbeeld van Christus van maar liefst 14 meter hoog.  


In Murcia willen we onze wagen aan de rand van de stad op een gratis parking zetten. Enkele Afrikaanse jongeren proberen er een centje bij te verdienen en lopen de benen onder hun lijf om een plekje te vinden. We zijn echter niet zo snel tevreden: in een smalle doorgang, nee bedankt. Hij loopt wat verder en doet teken dat ik me daar wel kan tussen wringen … ik denk het niet! Uiteindelijk ziet Ingrid iemand naar haar auto wandelen en volgen we haar. De Afrikaanse parkeerwachter ‘at interim’ kijkt ons wat beteuterd aan. We geven hem dan maar een euro en daar is hij zichtbaar blij mee.


We starten onze wandeling aan de Jardines del malecón, een mooi parkje dat uitkomt aan een indrukwekkende voetgangersbrug over de Rio Segura. Op een terrasje drinken we een granita, crushed ijs met een citroensmaakje.  Verfrist, wandelen we verder langs de rivier tot bij de tuin van het 18de eeuwse bisschoppelijk paleis. Op de Plaza del Cardinal Belluga staat de indrukwekkende kathedraal van Murcia. Ze dateert uit de 14de eeuw en heeft een mooie barokke voorgevel. De toegang is gratis dus nemen we een kijkje. Ook binnen staan we verwonderd te kijken naar zoveel schoonheid. 


Murcia is een aangename stad met leuke straatjes en veel winkeltjes. We zijn even afgeleid en lopen volledig verloren. Het duurt even alvorens we terug op het juiste pad zijn. De zon begint langzaam onder te gaan dus wandelen we terug naar de auto. Het is al bijna half 9 wanneer we terug in Pilar zijn. De doggy bag van gisterenavond wordt opgewarmd en dan is het bijna tijd om in ons bedje te kruipen. Met meer dan 21000 stappen, meer dan verdiend

donderdag 13 oktober 2022

Pilar de la Horadada

De winter is bijna in aantocht dus ga ik nog even genieten van de Spaanse zon. In Zaventem is het redelijk rustig dus het inchecken verloopt vlot. Alleen aan de gate is het even drummen, een vrouw duwt Ingrid bijna omver, wat haar een kleine opmerking tussen de tanden oplevert. Wanneer haar man zijn rolwagentje compleet vergeet, slaat karma toe. We zwijgen in alle talen. Helaas zijn er nog wel mensen van goede wil en wordt de man enkele meters verder toch gewezen op het feit dat zijn rolwagentje wat verderop is achtergebleven. De regels zijn wederom gewijzigd en we moeten een mondmaskertje dragen op de vlucht. Gelukkig had ik er nog snel eentje in de handbagage gestopt.


Hoog boven de wolken schijnt de zon en weerkaatst op de sneeuwwitte vlakte, altijd een speciaal momentje vind ik. Van zodra we door het wolkendek breken, zien we het mediterrane landschap met in de verte de azuurblauwe zee. We landen op Alicante Airport om kwart na vier. Van zodra we voet op Spaanse bodem zetten, overvalt me die stressloze mañana sfeer. Dat heerlijke gevoel van niets hoeft. We gaan lekker onthaasten in het land van de siësta. Ik kijk er al naar uit!

Onze uitvalsbasis is Ingrid’s appartementje aan de Costa Blanca in het Zuidoosten van Spanje. Deze regio, ook wel de gouden driehoek genoemd, kenmerkt zich door gouden stranden en beschutte baaien, ruige rotsformaties en prachtige vissersdorpjes. Zonde dus om onze vakantie dus alleen op het strand door te brengen. Wat mij betreft, wordt het dus geen luilekker vakantie, nee hoor, dat weet ze wel. Mijn ideale combo is een leuk autootje, de wind in de haren, zon, gezellige stadjes en de zee. Het wordt een roadtrip om u tegen te zeggen. Mijn reisprogramma ligt al klaar. Gelukkig kan Ingrid zich er wel in vinden. Ik heb wel beloofd om af en toe een rustpuntje in te lassen. We halen onze auto op en dat gaat bijzonder vlot. We hebben een Citroën C3 dus ik voel me gelijk thuis. We bollen richting Torrevieja. On the road, Pilar de la Horadada here we come!


Het is net zes uur geworden wanneer we het domein oprijden. Na het uitladen, rijden we naar het stadje om ergens een hapje te eten. We kiezen restaurant Asia, een Chinees waar we vorige keer ook geweest zijn. Voor amper 13€ eten we voorgerecht, hoofdgerecht, dessert vergezeld van een glaasje wijn. Eens op pensioen, zou een mens zot zijn om in België te blijven. Met ons buikje vol en een goodie bag rijden we terug naar het appartementje.