zondag 27 juni 2021

Kortrijk - Triënnale

Het is bijna acht uur wanneer we naar beneden gaan voor het ontbijt. Er staat een mooi buffetje klaar en iedereen heeft een eigen grijptang gekregen waarmee je het brood kan nemen. Alles goed ‘corona-proof’ geregeld dus. De eigenaar komt ons melden dat we wel even een kijkje mogen nemen in de oude molen en neemt en-passant nog even een foto van ons bij de oude stoof. De man heeft echter geen vaste hand want ook al staan wij stil, de foto is behoorlijk bewogen.

Wanneer we uitchecken is het net negen uur geweest en we rijden in de richting van de stad voor een cultureel dagje. Vanaf gisteren is het namelijk triënnale voor actuele kunst in de stad. In het internationale kunstproject Paradise, staat de utopische droom van het paradijs centraal, met een waaier aan interpretaties van dat concept. 


We starten onze wandeling aan de Leie bij Moeder aarde die verzonken ligt in het malse gras. Het zusje van de moeder aarde die we vorig weekend in Sint Martens Latem zagen. Het Guido Gezellepad brengt ons naar een zijarm van de rivier tot bij de Broeltorens.


Hier en ook wat verderop in het begijnhof komen we bij de eerste kunstwerken. In ‘The wonderful world of abstraction’ nodigt de kunstenaar het publiek uit om te verdwijnen in een kleurrijke zee van linten. Aan de buitenkant komt het kunstwerk tot leven door mensen die in en uit de kleurvelden meanderen. Wanneer je het kunstwerk zelf betreedt, word je volledig opgenomen en onzichtbaar voor anderen. Het voelt zalig om tussen de satijnen linten te lopen op zoek naar een uitgang. 


Het begijnhof zelf is een stad binnen de stad en een oase van rust. Het ruisen van de linten in de wind is toepasselijk voor de locatie. We flaneren wat tussen de prachtig wit geschilderde huisjes en houden ook even halt aan het standbeeld van het oudste begijntje, Marcella Pattyn.


Het museum Kortrijk 1302 in het Begijnhofpark is vandaag gratis te bezichtigen omdat er ook enkele kunstwerken van de triënnale te zien zijn. Kunst met de grote K is het niet maar zoveel kleur in de stad is toch wel leuk. 


Bij het Baggaertshof, een beschermd binnenhofje staat het kunstwerk ‘wish tree’ van wel een heel bijzondere dame, namelijk Yoko Ono. Met deze wensboom nodigt ze mensen van over de hele wereld uit om na te denken over hun persoonlijke wensen. Je kan deze noteren en in de wensboom hangen. Die kans laten we niet aan ons voorbij gaan … baat het niet, dan schaadt het niet. Al deze wensen reizen achteraf naar Ono herself en worden begraven aan de voet van ‘the imagine peace Tower’, een permanente installatie in IJsland, opgedragen aan haar overleden echtgenoot. Blikvangers hier zijn echter ook de eeuwenoude kapel en de prachtige kruidentuin vol geurende planten en bloemen. 


Lunchen doen we op de Veemarkt en we eindigen ons weekendje Kortrijk op de Grote Markt met een mega ijscoupe, een late traktatie voor Viviane’s verjaardag van vorige week. Alles is net op wanneer de lucht gitzwart wordt en we naar de auto spurten. Net op tijd voor het onweer losbarst. Kortrijk, een van de oudste steden van België,  is echt een stad in verandering, vol historische gebouwen en verborgen plekjes met een bruisende sfeer. 


zaterdag 26 juni 2021

Kortrijk

Het heeft heel wat voeten in de aarde gehad om eindelijk nog eens op citytrip te kunnen. Het geplande weekendje met Viviane kon in 2020 niet doorgaan want de lockdown strooide roet in het eten. Nu het ergste van de coronacrisis voorbij is en de meesten onder ons al een prik hebben gekregen, kunnen we gelukkig ook het reizen langzaam terug opstarten. We trekken naar Kortrijk, een kleurrijke stad die heel wat te bieden heeft, zo herinner ik me van mijn vorige bezoekje. Ik kijk er naar uit om deze stad, ooit het strijdtoneel van de Guldensporenslag, te herontdekken. 


We logeren in het prachtige D-Hotel, opgetrokken rond een authentieke windmolen uit 1841. De oude elementen worden verenigd met een strak nieuwbouwcomplex en veel design. Omdat onze kamers nog niet klaar zijn, geven we alvast de bagage af en rijden we naar de historische binnenstad. We parkeren aan de broeltorens en wandelen naar het begijnhof waar we bij Huyse Begga alvast een theetje gaan drinken op het terras. Wanneer het zachtjes begin te miezeren, besluiten we ons nog maar een drankje aan te schaffen. Specialiteit van de dag is een café macchiato met frangipane smaak. Het smaakt me zo goed, dat ik er nog een tweede neem.


Wanneer de lucht opentrekt, wandelen we naar de winkelstraten voor een nieuwe zomergarderobe. Winkeltje in, winkeltje uit, mondmaskertje op, mondmaskertje af … het bekomt me niet en rond een uur of twee ben ik zo misselijk dat ik bijna flauwval. We zoeken daarom de rust op en gaan even zitten bij barcycliste. Dit is gelegen tussen de historische Onze Lieve Vrouwekerk en het begijnhof, hartje stad dus maar zonder de drukte. Hier staan twee stoeltjes klaar waarin ik lekker onderuit kan zakken en de oogjes even kan sluiten. Ondertussen schijnt de zon volop en loopt het kleine café vol. De bediening is super vriendelijk en de dienster informeert naar onze bevindingen van de stad. Ik drink, heel atypisch voor mij, een cola en Viviane gaat voor de plaatselijke cocktail met picon met de toepasselijke naam Picon Hélène, vernoemd naar de uitbaatster. Hier blijven we bijna twee uur zitten want de misselijkheid gaat maar niet over. Ik voel me alsof ik op een draaimolen zit. Gelukkig moet Viviane wat bekomen van de alcohol en vindt ze het dus niet erg om onderuitgezakt wat naar de artistieke types te kijken die het terras en de tuin vullen. Wanneer ik min of meer terug op mijn plooi kom, kruipen we uit de lage kuipstoeltjes en wandelen terug de drukte in. 


Kortrijkzanen zijn net zo’n noeste werkers als de andere West-Vlamingen. Dat blijkt ondermeer uit de zeer korte tijdspanne waarin de inwoners van Kortrijk hun stad in een nieuw kleedje hebben gestoken.  Van een ingeslapen stadje is het getransformeerd naar een hippe en bruisende stad. En wat ons het meest opvalt, wat is het hier proper! Dwars door het centrum loopt de rivier de Leie en de verlaagde oevers zijn de perfecte plek om te dineren in het laatste avondzonnetje. Bij mister spaghetti schuiven we de voetjes onder tafel. Van het ene terrasje naar het andere dus. In tegenstelling tot de dame die naast ons plaatsneemt, weten wij wel waarvoor we hier zijn. Hilarisch … de dame vraagt namelijk aan de serveerster of ze ook spaghetti serveren. Je zou denken dat het al lachend gevraagd wordt maar de dame is bloedserieus. Wanneer het enorme bord spaghetti voor onze neus gezet wordt, zijn we het er beide over eens … dit is een goede keuze.


Na het eten wandelen we in de avondzon terug naar de auto en rijden we naar het hotel. De molen is bij aankomst al mooi verlicht. Gelukkig is het lekker fris in de kamer. Ik hoop dat ik lekker slaap en morgen verlost ben van die misselijkheid. 





zondag 20 juni 2021

Sint Martens Latem

Na het zien van het vtm programma ‘Latem Leven’, waren zowel Vivke als ik getriggerd om eens naar dit prachtige dorpje te rijden. In Libelle verscheen er kort daarna een artikel met daarin de wandelroute ‘Albijn Van den Abeele’ en die gaan we vandaag doen! We smeren onze beentjes goed in want het is maar liefst 9 km. Rond 10 uur vertrekken we in Boechout en rijden we naar de Palepelstraat waar onze tocht zal beginnen. We parkeren de wagen aan een kleine parking en maken nog eerst even een korte sanitaire stop. 

Begin twintigste eeuw vormde zich in Latem een kunstenaarsgroep, de zogenaamde ‘Latemse scholen’ die talrijke, impressionistische meesterwerken maakten, die vaak de omgeving met een eigen karakter als motief hebben. De wandeling is uiteraard opgebouwd rond Albijn Van den Abeele, stamvader van die ‘Latemse scholen’. Hij heeft er mee voor gezorgd dat Sint-Martens-Latem is uitgegroeid tot een heus kunstdorp want ook vandaag wonen er in deze regio nog veel kunstenaars.


Het eerste stukje gaat door het pittoreske dorpje zelf. Hier staat het geboortehuis van Albijn Van den Abeele (1835-1918). De plechtige dorpswoning was een belangrijk trefpunt voor de Latemse schilders, dichters en beeldhouwers, die hier graag aan tafel schoven voor een borrel of een tas koffie. 

Even verder komen we aan de monumentale Sint-Martinuskerk. Rond 1900 kreeg het brede middenschip van deze dorpskerk, na ingrijpende verbouwingen, het aanzien van drie gotische hallen. De kerk is echt prachtig en we blijven even zitten om te genieten van de mooie muziek die er speelt op de achtergrond. Op het kerkhof zouden Van den Abeele én ook George Minne begraven liggen, in een hoek voorbij de westelijke ingang. Na twee rondjes om de kerk moeten we helaas bekennen dat we de graven niet gevonden hebben. 


De Leiestreek is heel groen, wondermooi en een beetje romantisch. In St.-Martens-Latem is het rivierenlandschap van de Leie met zijn meanders tot op de dag van vandaag in zijn originaliteit bewaard gebleven. We wijken even af van onze route en wandelen rechts richting de steiger. Het uitzicht bij de steiger, met aan de overkant vlakke, groene weiden met knotwilgen en aan onze kant het Tempelhof en het huis van Valerius de Saedeleer, is ronduit indrukwekkend en zeer Instagramwaardig. Weinig andere plekken in de regio werd door kunstenaars zo vaak vereeuwigd als deze plek. Her en der staan er ook gedichten op de muren geschilderd. We besluiten om even van de omgeving te genieten en zetten ons op een bankje. Vivke voelt zich onmiddellijk thuis en wil hier wel wonen. 


Na de culturele kant van de wandeling, duiken we via het knuppelpad de natuur in. Hier komen we echt tot rust in de Latemse Meersen, een prachtig natuurgebied van 130 hectare met 8 kilometer aan wandelpaden. Dit gebied ligt 6 à 7 meter boven de zeespiegel, amper één meter boven het gemiddelde peil van de Leie. De maaivelden staan er in het voorjaar waarschijnlijk heel kleurrijk bij, maar vandaag zijn het vooral grassen en af en toe wat klaprozen die het landschap kleuren. Vogels als de blauwe reiger, wilde eend, ooievaar, kieviet, buizerd en kiekendief zijn hier thuis, zowel op de weilanden als in de waterrijke zones. De schattige schaapjes komen ons tegemoet en zijn niet bang. 

Wanneer we in de verte de Koutermolen spotten, weten we dat we bijna ten einde zijn. De Latemse Koutermolen of Sint-Baafsmole is een houten staakmolen die toebehoorde aan de Gentse Sint-Baafsabdij. Hier bevinden we ons echt op de kouter, het vroegere akkergebied van Sint-Martens-Latem. 


Om de dag in stijl af te sluiten, rijden we naar Zandhoven voor een lekker diner in ons lievelingsrestaurantje ‘Het Boothuys’.