donderdag 29 mei 2025

Terceira - Agra do Heroismo

Wanneer ik tegen mensen zei dat ik naar de Azoren op vakantie zou gaan, kreeg ik vaak een vragende blik want weinig mensen weten echt waar de Azoren liggen. Ik moet bekennen dat ik het ook niet wist, tot een vriendin daar haar vakantie ging doorbrengen. Door haar reisverhalen werd ik super benieuwd. De Azoren is een eilandengroep die tot Portugal behoort maar eigenlijk ver weg ligt van de Portugese kust. Zo’n 1370 kilometer ten wensten van het vasteland, ergens in de Atlantische Oceaan. Op een wereldbol zijn de eilanden maar lastig te spotten met het blote oog. Ze noemen de Azoren wel eens het Hawaï van Europa vanwege de kleurrijke bloemenpracht, met groen overdekte kraters en ruwe kliffen, maar dan wel een pak goedkoper en veel minder lang vliegen. Deze archipel heeft zijn bestaan te danken aan vulkanische activiteit en bestaat uit 9 aparte eilanden, waarvan er 8 bewoond zijn. We hebben gehoord dat, hoewel ze tot dezelfde archipel behoren, ze toch stuk voor stuk heel divers zijn. We hebben dus besloten om te eilandhoppen. De inwoners gaven elk eiland een kleur. En hoewel de vegetatie bijna overal intens groen is, zijn ook andere kenmerken van de eilanden in aanmerking genomen.


Starten doen we met het Paarse eiland Terceira dat bekend staat om zijn vulkanische geografie, rijke flora en fauna en de prachtige lila hortensia’s die de groene landschappen accentueren.  Ik was vandaag al heel vroeg uit de veren want om iets voor 3 in de ochtend moet ik naar Sonja vertrekken. Dee Dee is zo lief om ons naar de luchthaven te brengen, waar we om 6 uur opstijgen. De zon komt net op. Omdat we nog een tussenstop in Lissabon hebben, doen we er in totaal maar liefst 9 uur over. De eerste vlucht gaat vlot en na 2,5 uur zetten we voet op Portugese bodem. Eenmaal in het luchthavengebouw wacht een man ons op met de vraag wie een connecting flight heeft. Dat zijn wij. ‘Waarnaartoe?’ vraagt hij. Terceira zeggen we in koor. Hij kijkt ons vreemd aan en raadpleegt zijn gsm. Eh? We zijn toch in Portugal, niet? ‘Kijk maar op de borden’, zegt hij. We hebben nog wel even. De geur van pasteis de nata komt ons tegemoet wanneer we naar de centrale hal wandelen. Doet ze het of doet ze het niet? Nee, nog even op de tanden bijten. Na drie uurtjes start de laatste etappe. In een bloedhete bus worden we over de tarmac gereden. Hier schijnt de zon volop. Eenmaal aan boord worden we al voorbereid op het weer op onze eindbestemming. De airco blaast koude lucht de cabine in. De afkoeling doet ons goed. Het is 1 uur ’s middags wanneer we eindelijk de daling inzetten. Er is een tijdsverschil van 2 uur dus is het al 3 uur in de namiddag voor ons.


Van zodra we in de kleine, eenvoudige luchthaven op Terceira aankomen, hebben we al een goed gevoel. De piloot meldt ons dat het 22 graden is en bewolkt. De zon is dus niet op de afspraak. Wanneer we eindelijk uit het vliegtuig mogen, begint het te regenen maar een bus brengt ons naar het luchthavengebouw. Nat worden we vooralsnog niet. Het is helemaal niet druk en we moeten zelfs niet wachten op onze bagage, want die staat er al. Eigen vervoer op de Azoren is een must, dus hebben we een auto gehuurd. De man aan de balie droomt luidop over het winnen van de grote euromillions pot van 250 miljoen en zegt me dat ik een miljoentje krijg als hij het wint. Hij heeft alvast mijn telefoonnummer! We krijgen een witte Opel Corsa.  Het is geen splinternieuwe wagen (er staan 67000 kilometers op de teller) maar hij ziet er toch nog redelijk goed uit. Hier en daar zijn er wat kleine schrammen, die de man minutieus op zijn documentje tekent. Onderweg naar ons hotel krijgen we nog geen indruk van het eiland, want er hangt een dichte mist. We zien wel de groene weilanden die omrand zijn met stenen muurtjes. Het doet denken aan de ‘dry stone walls’ in Engeland.


We logeren de eerste 4 dagen in hotel Zenite, gelegen in het centrum van Angra do Heroísmo, de historische hoofdstad van de Azoren. Onze eerste indruk is er eentje van ‘rust’ tot we de straat van ons hotel inrijden. Deze is ontzettend smal en steil bovendien en wanneer ik de stem van de gps ‘bestemming bereikt’ hoor zeggen, vraag ik me luidop af waar in hemelsnaam ik moet parkeren.  Achter mij een file, dus rijden we nog maar een rondje. Sonja belt ondertussen met het hotel. Er zijn 3 parkeerplaatsen voor de deur zegt de receptioniste. Wanneer we even later opnieuw de straat inrijden, is er inderdaad 1 plekje vrij. Ik parkeer met de wielen half op het trottoir en klap mijn spiegels in, want in die smalle straat wil ik geen risico nemen. We worden vriendelijk ontvangen door de receptioniste. Onze kamer is niet echt groot maar wel degelijk. Sonja neemt alvast een frisse douche en dan trekken we de stad in op zoek naar een restaurantje. We hebben zin in vis dus dan is de haven de beste gok. De regen is inmiddels wel gestopt dus maken we een rondje langs de jachthaven, de Marina d’Angra. Deze werd gebouwd in 2004 en er liggen heel wat zeilbootjes verlaten te dobberen in het water met op de achtergrond de bergen die volledig in de mist gehuld zijn.


Overal zien we speelse graffiti en eendjes zwemmen in het water. Van hieruit hebben we ook een mooi zicht op de kleurrijke huisjes van de binnenstad. We kunnen ons moeiteloos voorstellen hoe prachtig de kleurtjes zullen afsteken als het zonnetje schijnt. Maar dat is jammergenoeg nog niet voor vandaag of morgen. Tja, het wisselende klimaat hier op de Azoren en de soms dikke mist moet je erbij nemen. Je kan er 4 seizoenen op 1 dag meemaken, zo zeggen de locals. Geen gezellige restaurantjes hier dus trekken we de stad in.


Op een steenworp van de haven staat het standbeeld van Portugese ontdekkingsreiziger Vasco da Gama. Het is alsof we een ansichtkaart bekijken. Net zoals elders in Portugal, ben ik weer helemaal gecharmeerd door de prachtige zwart witte trottoirs in de binnenstad. Ook de pleinen zijn met zwart witte kasseien bekleed met hierin mooie tekeningen.


Het is wel klimmen en dat voelen we in onze kuiten. Waarschijnlijk heeft de vermoeidheid hier ook wel wat mee te maken. We passeren een leuk restaurantje met de naam ‘Tasca das Tias’, de taverne van de tante. Aan de muur een levensgrote foto van de tante en op de menukaart lekkere Portugese gerechten. Sonja gaat voor de plaatselijke vis, de heek en ik neem een spaghetti met gamba’s. Beide zijn prachtig op smaak gebracht met heel veel look. Morgen ruiken ze ons al van ver aankomen! Omdat we niet veel geslapen hebben, kruipen we vroeg onder de wol zodat we morgen fris en fruitig aan de dag kunnen beginnen. 






1 opmerking:

  1. Dat ziet er voor de eerste dag heel goed een beetje bewolkt maar
    zeer lekker eten . De omgeving is ook ok denk ik.
    Geniet van jullie slaap en hopelijk goede betten en lekker ontbijt
    en morgen veel wandelingen en bezienswaardigheden
    Slaapwel

    BeantwoordenVerwijderen