zondag 27 april 2025

Durbuy

We ontwaken voor een laatste keer in de Belgische Ardennen en opnieuw schijnt de zon. Volgens onze gastvrouw Louise, staat er elke zondag een hele grote markt in het dorp. Na het ontbijt, maken Sofie en ik een mooie wandeling langs de Ourthe om eens een kijkje te gaan nemen.


We lopen door de weiden waar het hoge gras bedekt is met dauw en in een mum van tijd hebben we natte voeten. Gelukkig is het mooi weer en zijn ze snel weer droog. Bij het eerste kraam waar we stoppen om iets te passen, laten we alvast wat nat gras achter. Ja, die man kan zijn kraampje kuisen straks. Om 11 uur pikt Yves ons op en rijden we terug richting Durbuy. Vandaag is het een pak drukker dan gisteren en meer dan eens houden we onze adem in wanneer er weer een motorrijder ons rakelings passeert. In Durbuy kuieren we terug wat door de straatjes want het is nog iets te vroeg om te lunchen.


Rond 12 uur is het dan eindelijk tijd voor de lunch, want we hebben gereserveerd bij het restaurant Wagyu van Wout Bru. Wanneer we de zaak binnenkomen, overvalt ons een zekere rust. De inrichting is prachtig, maar het zonnetje schijnt, dus willen we graag op het terras zitten. Dat is geen enkel probleem. We krijgen heerlijk brood, wat crackers, humus en een bruine pasta waarvan we oorspronkelijk niet weten wat het is. Het blijkt een pasta van bloedworst en tot mijn verbazing vind ik die heel erg lekker. We bestellen alle 3 ribbetjes met frietjes. Wanneer dit op tafel komt, zijn we toch wel wat verbaasd. Ook al ruikt het heerlijk, de ribben zien er niet echt uitnodigend uit. Het vlees lijkt uitgedroogd. Ze zijn wel lekker maar we hebben toch al veel lekkerder gegeten. Gelukkig heb ik zoete aardappel frietjes want die zijn heerlijk krokant, in tegenstelling tot de gewone frietjes want die werden maar één keertje gebakken en zijn echt niet lekker. Met een score van 14 op 20 in de Gault Millau hadden we toch op meer perfectie gehoopt. De prijs valt mee. We betalen zo’n 40€ pp. 


Na de lunch zoeken we de rust op en rijden we naar Château de Petite Somme, een uniek kasteel waar we ons spiritueel gaan verrijken. Van zodra we het terrein oprijden, wanen we ons een beetje in India. Het kasteel dat perfect binnen het landschap van de Ardennen past, stamt uit het einde van de negentiende eeuw. In 1979, op het moment dat het kasteel flink vervallen was, kocht de Internationale Gemeenschap voor Krishna-bewustzijn ISKCON het kasteel op en transformeerde het tot een spirituele oase. Sindsdien staat het kasteel bekend onder de naam Radhadesh.


Wanneer we ons willen aanmelden aan de receptie, blijkt deze gesloten. Het is net 2 uur en blijkbaar is het lunchtijd hier. Iedereen zit aan de achterkant in een grote tent en overal lopen mooi Indische meisjes en mannen in oranje gewaden rond. Onze rondleiding start pas om 3 uur dus we hebben nog wel wat tijd om het domein wat te verkennen.


Om 3 uur maken we kennis met onze gids. Tijdens een ruim één uur durende rondleiding leren we veel over de Hare-Krishna beweging en de geschiedenis van het kasteel. In veel hindoeïstische stromingen wordt Krishna beschouwd als een incarnatie van Vishnoe, in andere als de Allerhoogste Persoonlijkheid. De voormalige jachtvertrekken zijn omgetoverd tot kleurrijke ruimtes met schilderijen waar onder andere Krishna op afgebeeld staat. Op het landgoed wonen ongeveer 120 volgelingen van Krishna.


Voor we de tempelkamer betreden, moeten we onze schoenen uitdoen. Het kleurige altaar doet ons denken aan een kermiskraam. Aanhangers van Krishna lopen binnen en buiten. Sommige in oranje gewaad, met half afgeschoren haar, dit zijn de celibatairen. Sommige in wit gewaad, dit zijn de getrouwde mannen. Vrouwen hebben meestal Indische kledij aan. 


Onze gastheer laat ons horen hoe je Krishna, de enige echte god volgens hun religie, toezingt en nodigt ons uit om mee te doen. De liederen en gebeden die door de Hare-Krishna-aanhangers volop gebruikt worden, zijn vooral herhalingen van de verschillende namen van Krishna. Moeilijk is het dus niet maar het lied blijft wel in ons hoofd zitten. De rondleiding eindigt in de bakkerij waar we een koekje mogen proeven. We drinken nog iets in het café en keren dan huiswaarts. 




zaterdag 26 april 2025

Durbuy - Bohon

Heerlijk geslapen in mijn kingsize bed en zonder stoppen in mijn oren deze keer, want oh wat is het hier rustig. We ontbijten op het gemakske en rijden dan richting Durbuy. Parkeren doen we net buiten het stadje en we wandelen vervolgens langs de Ourthe naar de Falize rots ook wel Anticlinaal geheten. Deze ‘anticlinaal’ is een rotswand waarin een zeer duidelijke opwaartse plooiing van de gesteentelagen is te zien. De anticlinaal is zo’n 350 miljoen jaar geleden gevormd. De Ourthe heeft later een deel van de heuvel weggesleten, zodat de plooiing van de gesteentelagen zichtbaar werd.


Op deze magische plek begint de wandeling langs Bohon die, ondanks de korte afstand van 5.5 km echt supermooi en volledig bewegwijzerd is met groene rechthoeken. Ze voert ons door een variëteit aan landschappen. Eerst lopen we een kort stukje door de bossen en dan doemt de Ourthe op. De wandeling gaat over een mooie promenade met aan onze linkerhand de Ourthe en aan onze rechterhand de mooie natuur. Dit is echt een heel rustig stukje waar we alleen kajakkers, fietsers en wandelaars tegenkomen.


Even verder passeren we La Roche aux Corbeuax, vertaald in het Nederlands de Ravenrots. Dit is een meters hoge rots die wordt gebruikt door klimmers. Voor de rots staat een oude boom waar veel mensen hun naam in gekerfd hebben. Het is echt een mooie plek om even uit rusten.


Na de rots lopen we langs een groene weide waar de koeien staan te grazen. Van de tegenovergestelde richting komt er en groep Vlamingen ons tegemoet. We vragen hen om een foto van ons drietjes te nemen. We zien ze denken ‘hoe zit dat hier in elkaar’? Beleefd vragen ze of Sofie en ik zussen zijn. Yves heeft er al spijt van dat hij niet tussen ons is gaan zitten om het mysterie compleet te maken. Hij houdt er wel van om mensen te misleiden. 


We volgen de bewegwijzering en gaan rechtsaf richting Bohon. Yves had gisteren last van zijn rug maar vandaag gaat het dankzij een extra ibrufen stukken beter. Ziet em gaan, ziet em gaan met zijn wandelbottinekes aan! Ik loop op mijn eigen tempo achter hem aan de berg op. Af en toe blijf ik staan om op adem te komen en te genieten van de omgeving. Sofie heeft de beste fysiek van ons drietjes en voor haar is dit een ‘walk in the park’. Na een stevige klim komen we in het centrum van Bohon. We lopen hier langs een B&B waar er een gezellig terrasje buitenstaat. Omdat dit het enige cafeetje is op de route, besluiten we hier iets te drinken en we nemen alvast een aperitief hapje om de eerste honger te stillen.


Na dit intermezzo, lopen we het dorp uit en komen we bij een rotonde waar we rechts afslaan in de richting van Durbuy. Ook deze weg stijgt langzaam en we lopen langs de koeien. Die staan hier lekker te grazen in het zonnetje. Ik weet niet wat het is met die Ardeense koeien, maar ik vind ze prachtig van kleur. Sommige kijken me geïnteresseerd aan.


Na enkele kilometers komen we bovenaan op het plateau uit en genieten we van een mooi zicht op het oude centrum van Durbuy. We volgen wederom de groene rechthoek en gaan voor de woningen rechtsaf een grindpad op. Onderaan lopen we richting het bos en daar slaan we linksaf naar de trappen die leiden naar het centrum van Durbuy. Het stadje is één van de hoogtepunten in de Ardennen en wordt regelmatig het kleinste stadje ter wereld genoemd, een bewering die je ook in menig reisgids tegenkomt maar dat is niet het geval. Die eer gaat namelijk naar het Kroatische stadje Hum, dat slechts 30 inwoners heeft. Beneden is het lekker druk, maar nog niet zo druk dat er geen plekjes meer zijn op de zonovergoten terrasjes. We strijken neer bij het Italiaanse restaurant Limone e Tartufi en eten een heerlijke pasta. De porties zijn niet groot en redelijk prijzig maar we zitten dan ook op het centrale plein. 


Na de late lunch trekken we het gezellige centrum in. Geplaveide, smalle straatjes, historische gevels en sfeervolle terrassen maken dit een van de mooiste stadjes in de Ardennen. We passeren leuke winkeltjes en stoppen bij Marilia voor een ijsje. Inge had me gezegd dat het Snickers ijs hier heerlijk is, maar dat hebben ze niet meer. We nemen twee andere smaakjes. De man zet mijn potje op de toonbank maar er moet nog slagroom op dus ik wil hem het potje dichterbij schuiven. Wat ik niet gezien heb, is dat het toogje maar net zo breed is als het potje waardoor het pardoes achter de toonbank valt op de kassa. De man is snel als de bliksem en na amper 5 seconden staat het terug voor mijn neus. We kunnen er om lachen.  We moeten toegeven dat dit heel lekker ijs is.


We nemen een kijkje bij La Vraie Confiture de Durbuy. Dit delicatessenzaakje zit in het centrum en heeft een groot assortiment aan lekkere producten uit de regio. Biertjes, maar bijvoorbeeld ook confituur, sapjes, koeken en bijzondere oliën. Een ander leuk adresje is Traiteur Boucherie Bodson. Hier kun je terecht voor lokale vleeswaren, maar ze hebben ook lekker kazen, brood en speciaalbier. Het perfecte adresje om een goede borrelplank samen te stellen. Je herkent dit zaakje aan het varken dat naar binnen gluurt.


Het Kasteel van Durbuy, dat hoog boven de Ourthe-vallei uittorent, is een van de meest iconische bezienswaardigheden van de stad. Dit indrukwekkende bouwwerk stamt uit de 11e eeuw en is sindsdien verschillende keren gerenoveerd. Hoewel het kasteel privébezit is en niet toegankelijk voor het publiek, biedt de buitenkant een prachtig uitzicht.


We wandelen nog even terug naar de imposante rotspartij. Ze heeft een beetje de vorm van een regenboog. In tegenstelling tot deze ochtend, staan de fonteinen nu wel aan. Ze maakt het idyllische plaatje compleet.  


Rond een uur of vijf rijden we terug naar ons penthouse waar we in een ligstoeltje ploffen in het zonnetje. De bediening is hier nog steeds chaotisch en we storen ons mega aan het feit dat alle tafeltjes bezaaid zijn met lege glazen. Ze zien het gewoon niet. Initieel wou Yves hier graag een borrelplankje bestellen maar ziet daar toch maar vanaf want dan zitten we hier om 8 uur nog. In ons appartementje stellen we zelf een borrelplankje samen. Daarna kruipen we nog even in onze eigen sauna. Lekker warm en met rozige wangen ploffen we na een heerlijke douche in de zetel voor een gezellig tv avondje. 


vrijdag 25 april 2025

Huy - Bomal sur Ourthe

Voor een geslaagde vakantie hoef je niet ver weg te reizen. Vakantie betekent soms genieten van mooie plekjes dichtbij, zoals de Belgische Ardennen. Sofie, Yves en ikzelf trekken vandaag naar Durbuy, het hart van Wallonië. Alvorens we naar het huisje rijden, stoppen we in het schilderachtig stadje Huy, een juweel aan de oevers van de Maas. Met een rijke geschiedenis die teruggaat tot de middeleeuwen, ademt deze charmante bestemming een mix van historische pracht en culturele schatten. Van de glooiende heuvels rondom de stad tot de kronkelende straatjes vol karakter in het centrum.


We parkeren in parking Batta, één van de vele gratis parkings in Huy. Langs deze kant van de Maas zien we het indrukwekkende fort al liggen. We hebben ook zicht op de Collegiale kerk Onze-Lieve-Vrouw en Domitianus van Huy en de brug Pont Roi Baudouin. We wandelen langs het water tot aan de kabelbaan halte Batta. Hier kiezen we voor een combiticket voor de kabelbaan met een bezoek aan het fort. De oorspronkelijke kabelbaan van Huy werd geopend in 1957 in aanloop naar de wereldtentoonstelling Expo 58. In 2012 werd de kabelbaan zwaar beschadigd door een helikopterongeval. Het duurde maar liefst twaalf jaar tot de kabelbaan weer openging in april 2024. 


Eenmaal daar beseft Yves dat hij zijn rugzak vergeten is in de auto dus loopt hij even terug. Wij wachten geduldig tot hij terug is. We zetten ons in de cabine en deze vertrekt quasi onmiddellijk. De kabelbaan brengt ons over de Maas en biedt een spectaculair uitzicht op de stad en haar omgeving.


Eenmaal boven, stappen we uit aan het Fort van Huy. Het is bewolkt en droog maar best nog wat mistig. Toch is het uitzicht mooi. Vanop de hoge heuvel waar de Citadel zich bevindt, krijgen we een panoramisch zicht op het groene landschap rond de Maas. We zien er zelfs de drie koeltorens van de kerncentrale van Tihange. 


Net voor we in het fort willen afdalen, ontstaat er paniek. Yves mist zijn jas en dat is nu toch wel zijn meest favoriete kledingstuk om te golfen, dus besluit hij even terug naar beneden te gaan. Na een kwartiertje krijgen we telefoon. Opnieuw paniek: Yves zit in de cabine maar deze gaat de andere kant uit, de heuvel op. Eerst denken we dat hij ermee lacht maar het is effectief zo. Eenmaal boven, kan hij niet meer naar beneden want als hij dat doet, dan mag hij niet meer naar boven met hetzelfde ticket. Hij moet dus wachten. Gelukkig bevestigt een kuisman hem wel dat zijn jas gevonden is. Sofie en ik wandelen door het fort dat gebouwd werd tussen 1818 en 1823 en in de Tweede Wereldoorlog ingenomen werd door het Duitse leger. Het museum belicht de barre leefomstandigheden van de gevangenen en in de audiovisuele ruimte krijgen we getuigenissen van deze pijnlijke periode te horen. Er staan prachtige schilderingen op de muren.


Na ons bezoek aan het fort willen we de kabelbaan verder omhoog nemen naar de halte Sarte waar Yves dus op ons wacht. We nemen de lift naar boven, maar er is geen spoor van een cabine. Het lijkt wel of de kabelbaan in staking is. Plots zien we een bord waarop staat dat de volgende cabine binnen 4 minuten komt, alleen richting Batta en daar moeten we niet naartoe. We laten dus de cabine voorbij gaan. Op het bord komt de aankondiging dat de volgende er binnen 7 minuten zal zijn maar die gaat volgens het bord ook naar beneden. Er hangt een rode knop om met een technieker te spreken dus druk ik daar op. Een Franse stem klinkt door de luidspreker. Ik stel hem de vraag hoe die cabines hier werken want we verstaan er niets van. We willen naar boven. ‘Vous devez attendre’ zegt hij bot. Plots wijzigt het bord naar ‘Sarte 1 minuut’ en even later zoeven we met ons tweetjes de berg op. 


Bij Station Sartre heeft Yves zich al geïnstalleerd in het enige restaurant op de berg, Le Cortina. We bestellen Luikse balletjes met frietjes. Krachtvoer om straks de muur van Huy te trotseren, een legendarische klim in de wielersport en bekend van de jaarlijkse wielerwedstrijd de Waalse Pijl. Met de fiets is het een pittige klim omhoog. Gelukkig ‘trotseren’ wij hem in omgekeerde volgorde, namelijk naar beneden. Onderweg genieten we van het uitzicht en moedigen we passerende wielrenners wat aan tijdens hun tocht omhoog. De klim is een echte kuitenbijter.


Eenmaal in het centrum steken we de Place de St Denis over en wandelen we de Rue Vankeerberghen in. Aan onze linkerkant passeren we het Museum van Huy, dat gevestigd is in een historisch kloostergebouw met mooi binnenplein. Na het museum gaan we linksaf de Rue des Frères Mineurs in. Dit smalle steegje maakt deel uit van het oude Huy dat gekenmerkt wordt door geplaveide straatjes en muren in breuksteen. We passeren er onder andere het Maison près la Tour, het oudste huis van de stad uit de 13-14e eeuw en de kerk Saint-Mengold. We kuieren door de Middeleeuwse steegjes en laten ons verrassen door deze oude Maasstad.


Op het kerkplein draaien we linksaf een smal steegje in en zo komen we aan op de Grote Markt. Op dit plein valt onmiddellijk het Stadhuis en de fontein Li Bassinia op. Dit is het kloppend hart van de stad. We besluiten even uit te rusten op een terrasje. Na de verfrissing, gaat Yves zijn jas ophalen terwijl Sofie en ik op kunstwandeling gaan. De route is maar twee kilometer lang maar brengt ons langs verschillende beeldhouwwerken zoals “Le lecteur au journal” van Silvana Belletti waar we daarstraks ook voorbij zijn gekomen. We passeren de Collegiale Kerk Onze-Lieve-Vrouw en Sint-Domitianus. Deze indrukwekkende kerk is één van de belangrijkste religieuze gebouwen in de stad. Binnen zijn er prachtige glas-in-loodramen. Het meest indrukwekkende is Li Rondia, een rozet met een gracieus bloemenmotief. Deze heeft een diameter van maar liefst negen meter.  


Na het einde van de wandeling verlaten we het centrum via de brug Pont Roi Baudouin zodat we terug aankomen in wijk Batta en naar de parking wandelen. We rijden door naar Bomal sur Ourthe, nabij Durbuy. We hebben het onlangs gerenoveerde Penthouse: immersion dans la nature geboekt. Het beschikt over 2 slaapkamers, een volledig uitgeruste keuken, een badkamer met een inloopdouche en een sauna. Ook het uitzicht vanuit het grote raam in de living is prachtig. Het is een echte beestenboel hier. Er zijn schattige geitjes, prachtige highland koeien, kippen en varkens met 3 verschillende kleuren. 


We installeren alles en trekken dan naar La Guinguette, een boerderijbar op het domein die vandaag opengaat. Dit is een open tent in de tuin. Het zonnetje schijnt nu volop en het is hier aanvankelijk dus prima zitten. Na 3 weken tandenbijten kan ik toch niet weerstaan aan het lekkere hoeve ijs dat hier wordt verkocht. De pistache is heerlijk en de zonde meer dan waard. Yves wil het vlees van hun eigen highland koeien wel eens proeven en bestelt een hamburger terwijl Sofie en ik snel een soepje gaan eten in ons appartement. Nadat we omgekleed zijn, trekken we terug naar de tent waar Yves nog altijd wacht op zijn hamburger. Ondertussen is de zon weg en is het verschrikkelijk koud. Tijd dus om op te stappen en de warmte op te zoeken.






zondag 20 april 2025

Aartrijcke - Oostduinkerke

Het is nog stil in de kamer als ik mijn ogen open. Geen gezoem, geen irritant geluid zo anders dan thuis. Enkel in de verte het geblaat van de schaapjes. Greta slaapt nog want we hebben geen wekker gezet. Gisteren hebben we besloten om uit te slapen vandaag en pas om 9 uur te gaan ontbijten. Het weer is omgeslagen en er schijnt geen zonnetje de kamer binnen. Net even anders dan gisteren. Bij het ontbijt ligt er in ieder tasje een paashaas in chocolade. De laatste zonde van dit weekend. 


Na het ontbijt trekken we met Achiel naar de stal om de lammetjes een laatste keer melk te geven. Inge viel die eer nog niet te beurt dus krijgt zij de fles in de handen gedrukt. Het eerste lammetje werkt niet echt mee. Ze houdt haar lippen stevig op elkaar en weigert te drinken. Gelukkig is lammetje twee wel heel enthousiast. 


We trekken nog even naar de wei waar Achiel zijn toverwoordjes uitspreekt en alle schaapjes onmiddellijk komen aangerend. Toch nog even knuffelen want binnen een half uurtje laten we ze achter, wetend dat ze binnen een paar maanden naar de slachtbank gaan. We nemen afscheid van Paula en Achiel en rijden naar Oostduinkerke, deelgemeente van Koksijde.


Deze kustgemeente is de thuisbasis van de garnaalvissers te paard, beter gekend als de Paardenvissers. Om hen bezig te zien, moeten we vroeger opstaan maar we besluiten te lunchen bij Estaminet de Peerdenvisscher. Sinds 2004 baten Johan en Corinne Casier, afkomstig uit een paardenvissersfamilie pur sang, het stemmig volkscafeetje uit. Omdat je er niet kan reserveren, is het afwachten of er plaats zal zijn. Bij aankomst, zit het terras al goed vol. Inge wil binnengaan, maar wordt tegengehouden door een dame met een papier in de hand. We worden op de lijst gezet en kunnen plaatsnemen op het terras zegt ze. Jullie worden geroepen wanneer er plek is. Het druppelt en het is best koud maar volgens Paula is het het wachten echt wel waard, dus zetten we ons onder de grote rode paraplu’s. We zitten aan zee dus lijken garnaalballetjes als aperitiefhapje ons wel wat. Garnalen die vannacht gevangen zijn en deze ochtend gepeld, liggen nu al op ons bord en dat proef je. Wat een verschil, die volle smaak, hemels! Dat belooft voor straks …


Ons geduld wordt na een uurtje beloond. De dame komt ons inderdaad halen, net op het moment dat we bijna verkleumd zijn. Er is een beperkte kaart, maar de garnaalkroketten en de slibtongetjes zouden hier top zijn. Beide worden dus besteld en inderdaad, niets hier stelt teleur. De garnaalkroketten zitten nokvol garnalen en hebben een heerlijke smaak maar ook de sliptongen zijn perfect klaargemaakt. Aan de muur hangen prachtige foto’s van de garnaalvissers en de sfeer hier is volks en gezellig. Met een gelukzalig gevoel verlaten we het cafeetje.


Naast de Peerdenvisscher bevindt zich het vernieuwde visserijmuseum Navigo. De nieuwe museumopstelling vertelt het verhaal van de visserij in al haar facetten: van lokale helden zoals de IJslandvaarders en de strandvissers, tot de visserijfamilies en hun leven op zee en aan wal. Wonderbaarlijke visvangsten in de Tweede Wereldoorlog, jongens van twaalf die hun leven waagden als IJslandvaarder, het soms harde en eenzame leven van vissersvrouwen. Aan de hand van de collectie – bestaande uit eigen materiaal en mooie stukken in bruikleen van het MAS, het Abdijmuseum Ten Duinen of uit andere kustcollecties – geeft het visserijleven zijn geheimen prijs.


Enkele vaste waarden zoals het houten visserschip Oostduinkerke 1 Martha en de aquaria met Noordzeevissen zijn gebleven. De renovatie en herinrichting van Navigo kostte zo’n 7 miljoen euro. Potvis Valentijn is de blikvanger van het vernieuwde visserijmuseum. Het dier spoelde op 12 februari 1989 levenloos aan op het strand, de gemeente begroef het dier bij de abdijhoeve, maar haalde vijf jaar geleden het 17 meter lange skelet weer naar boven. Nu hangt het op in de potvisvleugel, een mausoleum voor Valentijn zeg maar. Wetenschappers van de Universiteit van Gent zijn lang bezig geweest met de reconstructie van het skelet van potvis Valentijn. Alle verhalen die errond bestaan, dat zit in het DNA van de inwoners hier. Het is erfgoed van de gemeente. Valentijn’s volledige skelet kreeg dus een nieuwe thuis in een op maat ontworpen vleugel van het NAVIGO Visserijmuseum.


Voor sommige zalen, zoals die in het teken van de strandvisserij, is intensief samengewerkt met de erfgoedgemeenschappen: garnaalvissers te paard, kruiers en stekers bepaalden mee het gezicht van deze ruimte, die meegaat op de getijden van eb en vloed. Verderop confronteert de kunstige opstelling van de collectie van strandjutter Aäron Fabrice de Kisangani, in dialoog met de getuigenissen van vissers en zee-experten, ons met de prangende vraag: wat is de toekomst van onze zeeën en de Vlaamse visserij? De uitdagingen van de visserij zijn van alle tijden. Hoe kan de mens de uitdagingen ook nu weer het hoofd bieden?


In een aparte zaal verder in het museum wordt de collectie van de strandjutter tentoongesteld. Je kan het zo gek niet bedenken of het is wel eens achtergelaten in zee of op het strand. Een andere vaste waarde is het vissershuis. Dit iconische huisje vormt het middelpunt van de museumsite en komt vandaag nog meer tot zijn recht in de nieuwe architectuur. Via het opgefriste decor en een recent geïnstalleerde akoestische omgeving met geluiden van een huishouden, wanen bezoekers zich moeiteloos bij een vissersfamilie van begin 20ste eeuw.


Als we bij het onthaal de trap naar boven nemen, komen we in de ruimte voor tijdelijke tentoonstellingen terecht. En we hebben geluk want de expo van Stephan Vanfleteren met zijn portretten van enkele Oosduinkerkse paardenvissers loopt hier nog tot januari 2026.  Ik ben sowieso al een grote fan van zijn werk, dus de zwart-witte karakterfoto’s kunnen me ook nu opnieuw bekoren.


Rond een uur of 4 laten we de Westhoek achter ons en rijden we terug richting Antwerpen. Wat heb ik weer genoten van onze ‘family time’. Ouder worden heeft zijn voordelen want je word je bewuster van de kwetsbaarheid van alles. Ik weet dat dit niet voor eeuwig is en daarom apprecieer ik het meer dan vroeger. 


zaterdag 19 april 2025

Knokke

Na een goede nachtrust, zitten we al om 8u aan tafel voor het ontbijt. Daarna rijden we naar Knokke want we hebben kaartjes gekocht voor de tentoonstelling van Panamarenko Zoo aan Zee, de allereerste tentoonstelling die het dier in Panamarenko’s kunst centraal stelt. In deze bijzondere expo komen zijn iconische, mechanische wezens tot leven: van wonderlijke vliegende constructies tot eigenzinnige hybride schepsels die balanceren tussen droom en realiteit. Een artistieke beestenboel waarin techniek, fantasie en natuur elkaar ontmoeten—speels, visionair en onmiskenbaar Panamarenko.


Panamarenko werd geboren in België onder de naam Henri van Herwegen. Panamarenko is een pseudoniem en een samentrekking van ‘Pan American Airlines and Company’. Beweging is zijn passie. Zijn oeuvre bestaat uit werken die vooral de zwaartekracht kunnen trotseren, te land, te water en in de lucht. Naast kunstenaar was Panamarenko best te omschrijven als poëtisch visionair uitvinder-ingenieur. Het samengaan van kunst en techniek, gekoppeld met zijn fascinatie voor wetenschap en technologie, loopt als een rode draad door zijn werk.


De culturele as van Knokke-Heist loopt richting La Réserve, het grootste hotel van Knokke-Heist, met prachtig uitzicht op het Zegemeer. In het water weerspiegelen de wuivende krabben van Panamarenko. Het is een technisch waterballet met heel veel poëzie. Aan de basis ligt een herinnering aan een reis naar het grensgebied tussen Zambia en Zimbabwe, waar Panamarenko in 1975 de Victoriawatervallen aanschouwde. Het geheel uit 2011 bestaat uit drie drijvende eilanden. Ze zijn vervaardigd van smalle banden hoogwaardig spiegelinox. Zes kleurrijke rode krabben, gemaakt van roestvrij staal, wuiven met hun geopende grijpscharen vanop de eilanden in de wind. Het ensemble, drijvend gehouden door grote drijvende pontons, is in omvang het grootste werk dat Panamarenko ooit realiseerde.


Daarna rijden we naar het centrum van Knokke voor de lunch. Parkeren hier blijkt niet echt gemakkelijk dus zetten Thomas en Inge ons af aan de dijk. We installeren ons op een bankje in de zon en wachten tot ze een plekje gevonden hebben. Wat blijkt, ze staan terug aan het cultuurcentrum want dichterbij was er geen enkel plekje meer vrij.


We  lunchen bij Van Bunnen en wandelen daarna nog wat over den dijk langs de vele prachtige galerijen. Af en toe zien we een kunstwerk waar we wel van houden maar de prijzen hier, zijn niet voor ons. 


Rond vier uur rijden we terug naar de Artiriacumhoeve om ons op te frissen voor het diner. We hebben gereserveerd bij het Koetshuys in Zedelgem om Greta’s verjaardag nog eens echt te vieren. Paula en Achiel gaan met ons mee. De bediening is niet echt wat we gewoon zijn. De ober denkt dat hij grappig is maar dat nemen we er met plezier bij. Ons voorgerecht wordt geserveerd maar brood hebben ze niet dus eten we scampi’s met de lepel want we willen de saus niet verloren laten gaan. We gaan net als vorige keer tafelgrillen. Buiten Inge en mezelf gaat iedereen voor de meat love. Wij eten vis. Het is  lekker maar veel. Slechts 3 moedige eters bestellen nog dessert. De jarige krijgt er vuurwerk bovenop. 




vrijdag 18 april 2025

De Haan - Aartrijcke

Greta is jarig en heeft ons uitgenodigd om mee te gaan naar de Westhoek. Ik ben er nog maar net geweest maar het is nooit een straf om die richting uit te gaan. Als je Westhoek zegt, zeg je ook de zee dus voor we naar Artiriacum rijden, trekken we nog eerst naar de kust. Inge en Thomas zullen ons later vervoegen maar die hadden nog verplichtingen deze ochtend. 


Omdat De Haan mij vorige keer zo goed bevallen is, wil ik nog wel eens een bezoekje brengen aan deze geweldige kustgemeente. Bovendien kunnen we daar gratis parkeren dicht bij het centrum en dat is mooi meegenomen. Er bestaat een erfgoedwandeling van slechts drie kilometer die ons langs verschillende mooie plekken brengt en ik denk dat dat net haalbaar is voor de oudjes. De route staat aangegeven met klinknagels (het zijn er maar liefst 120) op de weg en start aan het overbekende historisch tramstationnetje. Ze neemt ons mee door de pittoreske 'Concessie', langs typische cottages en villa's met hier en daar een verrassend modernistisch accent. Oké, de wandeling gaat grotendeels door dezelfde straten als de wandeling die we 2 weken geleden maakten met een gids maar toch zie ik vandaag weer andere dingen die ik óf niet opgemerkt heb óf waar we toch niet geweest zijn. We stappen de namiddagzon tegemoet en voelen de warme stralen op ons gezicht.


De villawijk kwam dus tot stand op een groot stuk duingrond dat in 1889 in erfpacht werd gegeven aan de S.A. Le Coque-sur-Mer. De ondernemers hadden grootse plannen met het gebied dat ze voor 90 jaar in concessie kregen. De bedoeling was om er een romantische belle epoque-wijk aan te leggen. Tegenwoordig is het nog steeds een villapark en er zijn strenge eisen om er te mogen bouwen. Zo moet er bij nieuwe gebouwen rekening gehouden worden met begroeiing en slechts één zesde van de grond mag worden bebouwd. Dit om ervoor te zorgen dat het groene karakter van de gemeente behouden blijft.


Tussen al de Belgische badsteden met hun kust die volledig volgebouwd is met hoge appartementsgebouwen, is De Haan echt een verademing. Prachtige statige gebouwen kleuren samen met de pittoreske villa’s het stadsbeeld. Bij de Normandiëlaan gaan we nu wat verder om het standbeeld van Albert Einstein te bewonderen. Het standbeeld herinnert aan de tijd dat Einstein hier in 1933 verbleef, op de vlucht voor het opkomende naziregime in Duitsland. In De Haan heb ik bijwijlen de indruk dat de tijd is blijven stilstaat.


Dit keer wandelen we iets langer op de dijk want ik wil graag het beeld ‘De l’amour’ zien. Het is echt genieten van al die mooie kunstwerken die her en der opduikenFlaneren op de dijk met zicht op het water, is altijd een zaligheid, zeker als je daarna lekker kan gaan eten. We genieten van het geluid van de golven, de overscherende meeuwen die hun menu uit de strandplassen halen, en de vissersboten op zee met een zwerm meeuwen erachter.


Het weer is prachtig en er is zo goed als geen wind. We doen er een klein uurtje over om de wandeling af te ronden, de beentjes zijn goed gestrekt en we hebben genoten van de gezonde zeelucht. Dit was een prachtige manier om het mooie badstadje “De Haan’ te ontdekken. We besluiten bij panos een broodje te eten want vanavond gaan we met z’n allen eten en twee keer warm vinden we toch wat te veel.


Rond half twee rijden we richting Artiriacum, behaaglijk verscholen in het groen, waar Paula en Achiel ons al staan op te wachten met heerlijke taartjes voor de jarige. De schaapjes dartelen nog steeds in de wei en er zijn weer enkele nieuwe lammetjes bijgekomen. 


Uiteraard gaan we even een kijkje nemen in de stal en ik maak een sprongetje van blijdschap wanneer ik hoor dat het schaapje dat ik twee weken geleden met veel liefde melk heb gegeven, het overleefd heeft. Ze dartelt nog steeds door de stal en lijkt blij ons te zien. Papa mag ook even de fles geven en ze drinkt weer gretig. 


Om 4 uur rijden Inge en Thomas de werf op. Ze hebben er maar liefst 2 uur over gedaan want er was best wel wat file rond Antwerpen. Dan hadden wij deze ochtend meer geluk. Tijd dus voor een taartje om het leed wat te verzachten. Daarna nog even naar de stal met Inge om de lammetjes te knuffelen. Een lammetje kruipt van blijdschap bijna uit het hok en plaatst zichzelf wel in een heel moeilijke positie. Grappig om te zien!


S’Avonds eten we bij Drie Koningen in Torhout, een plaatselijke bistro waar Paula ons naartoe heeft gestuurd. Wanneer we de zaak binnenkomen, zijn we niet echt overtuigd want we moeten best lang wachten maar wanneer het eten uiteindelijk op tafel komt, zijn we mega verrast. Het eten is subliem en de porties heel erg groot. Na het eten maken Inge, Thomas en ik nog een wandeling door de weien en genieten we van de zon die ondergaat en de schaapjes die al blatend de nacht ingaan. 




zondag 6 april 2025

De Haan

Na het ontbijt heeft Paula een inspirerende wandeling langs het architecturale erfgoed van De Haan geregeld en vermits ik echt hou van deze badstad, kijk ik er erg naar uit. Het is een charmante badplaats met een pittoreske uitstraling. Anders dan de meeste kustgemeenten heeft De Haan een tijdloze charme weten te behouden en is het niet overspoeld door hoogbouw, getuige al die authentieke villa’s. We worden om 10 uur verwacht aan de historische tramhalte De Haan Aan Zee die deel uitmaakt van de Kusttram, de langste tramlijn ter wereld die de gehele Belgische kustlijn bedient. Omdat Achiel nog verhinderd is, rijden wij al naar het huis van Paula en komt hij achter. Net op tijd pikt hij ons op en rijden we naar de tramhalte. Dit is echt een fotogeniek stukje geschiedenis en schept een nostalgische sfeer die goed past bij de rest van de gemeente. 



We maken kennis met onze gids die eerst wat algemene dingen vertelt over De Haan. We zijn met een redelijk grote groep en wandelen doorheen de pittoreske villawijk van de Haan. De wandeling brengt ons langsheen het architecturale erfgoed van De Haan, maar met focus op enkele verrassende elementen uit haar geschiedenis. We maken kennis met de Concessiewijk. Deze wijk is een van de meest iconische gebieden van De Haan. Ze bevindt zich tussen de tramlijn en de zee. De gronden werden in 1889 voor 90 jaar in erfpacht (concessie) gegeven aan particulieren en ze mochten er enkel bouwen volgens strenge bouwvoorschriften. Hierdoor werd de wijk volledig ontworpen in Anglo-Normandische stijl.


Na afloop van de concessieperiode verwaterde de strenge bouwvoorschriften waar heel wat protest tegen kwam. In 1995 werd de wijk beschermd dorpsgezicht waardoor de bouwvoorschriften weer strenger werden. De wijk staat bekend om zijn prachtige villa’s en kronkelende lanen. Een wandeling door deze wijk is als een reis terug in de tijd, met goed bewaarde architectuur en een rustige sfeer die je uitnodigt om te genieten van de prachtige tuinen en pittoreske straatjes.


Hier dus geen hoogbouw, maar charmante huizen met karakteristieke rode daken, erkers en balkons die bijdragen aan de unieke sfeer van De Haan. De wijk is ook autoluw, wat zorgt voor rust en het ontspannen gevoel. We zien heel wat stukwerk maar al snel wordt duidelijk dat dit niet echt is. De gids noemt het pseudo stukwerk want het zijn geen echte houten balken maar geschilderde exemplaren. 


In de Shakespearlaan, bij huisnummer 5 zien we het huis waar Albert Einstein destijds verbleef tijdens zijn tijd in De Haan, op de vlucht voor het opkomende naziregime in Duitsland. De Villa Savoyarde is niet open voor het publiek, maar we kunnen het wel bewonderen van buitenaf en proberen ons voor te stellen hoe Einstein hier zijn dagen doorbracht, wandelend door de rustige lanen en genietend van de kust. Er staat nog een foto van hem achter het raam.  Na zijn verblijf in De Haan reisde hij door naar Amerika.


Daarna gaat de wandelroute verder door de villawijk. Deze zijn stuk voor stuk echte architecturale pareltjes. Veel van deze villa’s zijn nog steeds privéwoningen of vakantiewoningen, maar hun exterieurs zijn een lust voor het oog. De gemeente paalt aan Vlissegem en Klemskerke, de twee oudste dorpen van de Belgische kust. Langsheen het parcours schetst de gids de tijdsgeest van eind 19de en begin 20ste eeuw; een periode van revolutionaire ontdekkingen maar ook van Oorlog. Ze belichten er naast Einsteins realisaties in de fysica ook de diplomatieke nalatenschap van Paul Henri Spaak, twee belangrijke persoonlijkheden die ooit in De Haan verbleven.


Een bezoek aan De Haan zou natuurlijk niet compleet zijn zonder een bezoek aan het strand dus trekken we richting de zee. Het zandstrand is één van de mooiste aan de Belgische kust. Hoewel het vandaag een trekpleister is voor zonnekloppers, beoefenden de kustbewoners hier vroeger volop de strandvisserij. De voorbijtrekkende schepen langsheen de einder nodigen uiteraard uit om iets meer te weten te komen over onze kust, de havens en de uitdagingen vroeger en nu. Op de zeedijk zien we een mooi kunstwerk.


Het gemeentehuis van De Haan werd in 1898 gebouwd als het luxueuze Grand hotel du Coq-sur-Mer. Recht tegenover het gemeentehuis ligt het domein La Potinière. In dit gezinsvriendelijk park vind je onder andere tennisterreinen, minigolf, speelpleinen en een paviljoen met café en restaurant. De wandeling was een reis terug in de tijd naar een tijdperk van elegantie en de nostalgische activiteit eindigt rond half 12.


We hebben gereserveerd bij Beaufort om te lunchen. Nog een laatste theetje bij Paula thuis en dan zit onze tijd aan de Westkust erop.