donderdag 10 september 2020

Vlaamse Ardennen: Annevoie, Hastière en Maredsous

Op vakantie is het ontbijt de maaltijd waar ik het meest naar uitkijk, dus na een zalige nachtrust gaan we snel naar beneden. Het ontbijtbuffet is uitgebreid en gevarieerd. Gelet op de coronaproblematiek, vinden wij de zaal wel wat klein maar er wordt in shiften ontbeten en er staat ook veel handgel. Doe mij maar een stevige portie spek met eieren terwijl Marleen voor een light ontbijtje kiest met fruit en yoghurt. Er wacht ons een fijne dag, de zon schijnt en de vogels fluiten. Na het uitgebreide ontbijt kunnen we een stevige work-out wel gebruiken om al die calorieën er terug af te krijgen. Tijd dus voor een stevige wandeling. 


De Maas en het charmante dorpje Anhée is niet ver weg. Op 10 minuutjes rijden van het hotel bevinden zich de Tuinen van Annevoie. Deze tuinen in de Maasvallei werden in de 18de eeuw aangelegd en ze zijn opgenomen in het erfgoed van Wallonië. Het zijn de enige watertuinen in België en behoren tot de mooiste van Europa. Onze gps is even het noorden kwijt maar ik meen me te herinneren dat we gisteren een wegwijzer tegenkwamen en ja hoor hij staat er inderdaad. De weg leidt ons door de velden en wordt steeds smaller. Even een lichte twijfel maar alle wegen leiden ergens heen dus zetten we dapper verder en zo komen we in het dorp Annevoie terecht. Het dorp telt een kerk en slechts enkele huisjes.


Hier wordt onze driekleur verdedigd want het hoekhuis heeft een felgekleurde garagepoort in zwart geel rood. De vriendelijke bewoonster vertelt ons dat de tuinen zich om de hoek bevinden. We hebben reeds tickets gekocht on-line om verrassingen te voorkomen maar wanneer we de parking oprijden, zien we dat deze voor slechts een vierde vol staat. Alleen zullen we niet zijn maar een overhoop wordt het gelukkig ook niet.


De vele waterpartijen werken zonder pompen en dat is toch wel indrukwekkend. Het water stroomt dankzij natuurlijke hoogteverschillen. Er is een route uitgestippeld die ons langs alle mooie plekjes brengt. Achter elke bocht ontdekken we een nieuw landschap met achtereenvolgens een Engelse, Franse en Italiaanse sfeer. Het is een prachtig geheel met idyllische plekjes. De indrukwekkende, oude bomen zorgen voor schaduw. Het enige dat we een beetje spijtig vinden is dat de zogenaamde beelden geen echte beelden zijn. Er werd gebruik gemaakt van de trompe d’oeil techniek maw de beelden zijn slechts schijven in reliëf. Mochten ze daar nog wat in investeren, zou de tuin wat ons betreft helemaal perfect zijn. 


De Engelse tuin is een landschapstuin die in de mode kwam in de tweede helft van de 18de eeuw. Hier stapt men af van de idee dat de natuur beheerst moest worden door de mensen. De tuinen werden aangelegd zonder symmetrie en evenwicht. Hier zijn er weinig beeldhouwwerken maar wel veel doorkijkjes. 


Dan gaan we over naar de Franse stijl. De Franse tuinen of de baroktuinen moeten overschouwd kunnen worden als een schilderij. Hier vinden we vooral symmetrie, grote grasvelden, geschoren buxus hagen en strakke lijnen terug. 


En dan ‘last but not least’ de intieme charme van de Italiaanse stijl. In tegenstelling tot de andere stijlen, worden bochten en niveauverschillen hier behouden en geïntegreerd in het landschap. Water is een belangrijk esthetisch gegeven in de Italiaanse tuinarchitectuur.  Water wordt immers gezien als de ziel van de tuin. De basis ingrediënten van een Italiaanse tuin zijn ontworpen om bezoekers te verbazen en te fascineren.


Op het domein bevindt zich ook een prachtig kasteel, dat oorspronkelijk  in de eerste helft van de 17e eeuw werd gebouwd. Op het einde van die 17e eeuw kwam het in handen van de familie de Montellier. Het wordt momenteel volledig gerenoveerd. Vooral de achterzijde van het gebouw die weerspiegelt in de grote vijver is prachtig.  Vreemd dat de gevel niet recht is maar licht gebogen. Volgens ons hebben we alvast een telg van de familie ontmoet. Een knappe man komt ons uitleggen wie er begraven ligt in de grafkapel op het domein. In de vijver zwemt een familie zwanen ons rustig voorbij en de drie kleintjes, donsveertjes nog intact, snateren dat het een lieve lust is. Het zijn lieve beestjes al zou ik niet graag hun uitwerpselen opkuisen, man wat laten die een troep achter! 


Op deze plek, waar het water al meer dan 250 jaar stroomt, luisteren we naar de kabbelende watervallen en de ruisende bladeren. Even vergeten we de beslommeringen van alledag en geven we ons over aan een zen momentje op een van de vele bankjes in de zon, maar dan blijkt die rust toch niet helemaal compleet want af en toe horen we een boomzaag en dat geluid gaat door merg en been. Natuurlijk moet er gewerkt worden, dat begrijpen wij ook maar kunnen ze dat niet doen na de sluitingsuren van de tuinen?


We rijden door Het drukke Dinant naar het kleine dorpje Hastière waar we bij de kerk in restaurant La Revanche gaan lunchen. De pasta met scampi is heel erg lekker maar wel mega groot. We moeten dus terug op wandel om alles wat te laten zakken. Dit dorpje is heel charmant en dat komt voornamelijk door de vele bloemen in het straatbeeld. Ik ben nu wel geen fan van geraniums maar hun vrolijke rode kleur maakt ons instant gelukkig. Er zijn nog veel idyllische plekjes en de tijd lijkt hier stil te staan, getuige enkele oude kauwgumbakken.


Het dorp wordt gedomineerd door de abdijkerk van Hastière-par-Delà, gelegen aan de andere oever van de Maas. Vanbinnen is ze niet zo indrukwekkend als van buiten maar de plaatselijke fotoclub is net een tentoonstelling aan het voorbereiden. We krijgen al een voorsmaakje.  De vergezichten hier aan de oever zijn indrukwekkend. Op het water is geen enkel bootje te bespeuren alhoewel de rivier hier heel erg breed is. We begrijpen er niets van. 


Onze laatste stop wordt de Abdij van Maredsous dus stappen we opnieuw de auto in en volgen het traag stromende water langs bossen, velden, rotsen en indrukwekkende huizen tot aan de abdij. Als er na het irritante geluid van de boomzaag van daarstraks nog een laatste beetje stress in ons lichaam is achtergebleven, wordt dat er hier per direct uitgehaald. De abdij werd in 1872 door benedictijnenmonniken gesticht in de vallei van de Molignée. Ze is een typisch voorbeeld van de neogotiek en past harmonieus in de beboste en glooiende omgeving van de streek. De gebouwen van de abdij ademen spiritualiteit, in een sfeer van rust en toewijding. De kerk die boven het klooster uittorent, het klooster zelf, de bibliotheek en de bijgebouwen, vormen een harmonieus geheel dat ons uitnodigt tot wandelen en bezinning.


We sluiten onze heerlijke ontspannende tweedaagse af op het zonovergoten terras. De abdij staat bekend om zijn kaas en bier en laat dat nu net de twee dingen zijn die ik absoluut niet lust. Ook al drinkt bijna iedereen hier dus bier, wij houden het bij een watertje en ja ik kan het niet laten ... ik neem er een pruimentaartje bij.



1 opmerking:

  1. Prachtige foto's en mooie tekst.Ja het weer was prachtig en
    de omgeving ook mooie tuinen.Jullie hebben er van genoten
    en wij ook van onze 2 daagse in Bouillon.

    BeantwoordenVerwijderen