zondag 28 oktober 2012

Cuzco

Vandaag zoals altijd opgestaan om 7 uur. Na het ontbijt trekken we nog even de stad in en botsen eigenlijk onverwachts op een voorbereiding van een processie. We blijven wat op het pleintje hangen en zien ze een half uurtje later vertrekken. Een twintigtal mannen, die een groot beeld naar buiten dragen gevolgd door een resem blootvoetse vrouwen met wierookvaten. We krijgen een paars lintje opgespeld en geven een donatie. Stephan en Claire komen er ook net aan. We wandelen verder naar de Plaza de Armas waar ook een ceremonie bezig is. We gaan opnieuw naar het cafeetje waar we gisteren gezeten hebben zodat we van bovenuit op de eerste rij kunnen meegenieten van de festiviteiten op het plein. Wanneer we doorgaan, zie ik Claire beneden in het winkeltje het hoedje kopen dat ik gisteren gepast heb. Had het niet gekocht omdat ik niet echt een hoedenmens ben. Maar soms is het al wel eens handig wanneer de zon hevig schijnt. Wat blijkt nu ... ze heeft het hoedje voor mij gekocht vanwege het voorvalletje op de Wayna Picchu. Super lief van haar! Daarna zwerven we nog wat door de straatjes van Cuzco maar met onze warme kledij is het echt niet te doen. Rond 12 uur gaan we naar het hotel en drinken ons laatste drankje in de bar. Om 13 uur vertrekken we naar de luchthaven en nemen we een binnenlandse vlucht naar Lima. Daarna vliegen we door naar Madrid en vervolgens naar Brussel. Terug thuis na een prachtige reis!


zaterdag 27 oktober 2012

Cuzco

Vannacht ziek geweest - waarschijnlijk veel te veel gegeten gisteren maar ik laat het niet aan mijn hartje komen want ook al voel ik me wat slapjes, het is vandaag de laatste dag in Cuzco en daar gaan we van genieten. Tijd dus om de stad echt te gaan verkennen. De Inca's beschouwden hun stad als de 'navel der aarde', zij wisten immers niet beter dan dat Cuzco het middelpunt van hun rijk was. De Spanjaarden hadden weinig respect voor de Incacultuur. Veel religieuze tempels werden dan ook met de grond gelijk gemaakt waarmee de Spanjaarden ruimte creëerden om hun barokke kerken en rijk versierde huizen te bouwen. Talrijke Incabouwwerken moesten het ontgelden en dienden alleen nog als fundament. Deze mengeling aan bouwstijlen kun je goed zien in de vele steegjes rondom de Plaza de Armas. In de stad is er van alles te beleven en we prefereren de buitenlucht daar het zonnetje weer schijnt. We wandelen de berg op (het klimmen gaat ons steeds beter af) naar San Blas, de kunstenaarswijk.
Boven gekomen, zien we dat de Peruviaanse vrouwtjes nog allemaal bezig zijn met het opzetten van hun kraampjes. We zetten ons dus nog even op een bankje en kijken wat naar al die bedrijvigheid. Wanneer alles geïnstalleerd is, begeven we ons tussen de lokale kraampjes en vergelijken koopwaar en prijzen. We besluiten echter nog niets te kopen en te wachten tot we naar de ambachten markt gaan later op de middag. Daar zou, volgens Fabian, alles te koop zijn en aan goedkopere prijzen. Het is wel een leuke buurt om in rond te wandelen. We komen voorbij een klein fruitbarretje waar we een vers banaan-appelsiensapje drinken. Daarna gaan we langs de supermarkt om pisco te kopen want ook thuis willen we kunnen genieten van de lekkere cocktail pisco sour. Hopelijk krijg ik de fles veilig en heel thuis! Ook het enige overgebleven Incapaleis, de Qoricancha, willen we niet missen. Door de laatste aardbeving in 1950 werden de muren van het klooster en de kerk van Santo Domingo ernstig beschadigd waardoor geheel onverwacht de robuuste muren van één van de drie nog bewaard gebleven Incapaleizen weer te voorschijn kwamen! Rond de middag zakken we af naar de grote souvenir markt van Cuzco. Daar eten we een heerlijk aspergesoepje met brood en beginnen dan aan onze koopjesslag ... althans dat dachten we. Er is echter helemaal niets dat we mooi vinden. Slechts in 1 kraam zien we een tafeldoek die de moeite is maar de man vraagt er 200 soles voor. Hij zakt vrij vlug naar 150 soles. Ik bied 100 maar wil maximaal 130 soles betalen. Uiteindelijk eindigen we op 140 en we gaan door. We zijn de markt al af en aan de overkant van de straat wanneer het venteke plots achter mij loopt. We sluiten af op 135 soles. Nadien zien we dezelfde tafeldoek in een mooie winkel voor 280 soles. Ik helemaal blij! Na de markt wandelen we nog even naar de Plaza de Armas voor een koffietje op een terras.
Voor mij een pannenkoek met appel en honing want ik voel me weer helemaal ok. Annelies gaat voor een Irish Coffee. Komt de serveerster toch niet af met een Ice Coffee zeker ... tja die Peruvianen spreken niet echt vloeiend Engels. Na wat gemor brengt ze toch de gevraagde Irish Coffee en hij is super lekker ... net als mijn pannenkoek. In de late namiddag gaan we opnieuw naar het hotel om alles netjes in te pakken. Morgenvroeg moeten we vroeg van de kamer en ik moet toch nog wat herschikken. We eten vanavond voor de allerlaatste keer allemaal samen en Fabian heeft weer een schitterend restaurantje uitgezocht. Tijdens ons aperitiefje lees ik eerst mijn gedichtje voor, waarin alle groepsleden en uiteraard Fabian als reisleider voorkomen. Daarna krijgt Fabian van ons ook nog een boekje waarin ieder van ons een tekstje heeft geschreven en uiteraard ook een kleine bijdrage voor zijn ongelofelijke capaciteiten als gids. Malika overhandigt alles met trots. Fabian had haar al lachend gezegd dat hij haar zou missen, daar is ze nu al dagen over bezig. Volgens mij is ze er heilig van overtuigd dat Fabian smoorverliefd is op haar!
Na een heerlijke maaltijd wandelen we naar de Plaza de Armas maar daar aangekomen is er vuurwerk. Leuk voor onze laatste avond maar ben er niet echt gerust in want het vliegt alle kanten op. Brenda en Jules blijven nog even kijken maar wij wandelen naar het hotel. Plots horen we achter ons een gil en daarna geween. Blijkt dat Malika gevallen is. Gelukkig niet al te erg - een geschaafde arm maar ze is wel geschrokken. Na een bewogen reis is het tijd om ons laatste nachtje in Peru door te brengen. Morgen gaan we naar huis.


vrijdag 26 oktober 2012

Cuzco - Heilige Vallei

Vanmorgen gaan Paula en Achiel ons verlaten. Zij vliegen al door naar Lima om nog 2 dagen door te brengen met hun vrienden. Daarom gaan we vroeg ontbijten om nog afscheid van hen te kunnen nemen. We zien ze uiteraard terug binnen 2 dagen wanneer we vanuit Lima naar huis vliegen ... maar toch. Na het ontbijt nemen we de bus naar de Heilige Vallei van de Inca's. Deze begint in Pisac en volgt de bedding van de Urubamba tot in Ollantaytambo. Deze streek is aangenaam, veel ongerepter en minder toeristisch dan Machu Picchu. Eerst stoppen we in Awanakancha, dat 'The house of weaving' betekent. Hier hebben 420 families van weven hun voornaamste activiteit gemaakt. We zien er de alpaca, de lama en de vicuñas weer. We krijgen een uitleg over de kwaliteit van de wol en de kostprijs, alsook hoe de wol wordt gekleurd. Er zitten ook wat dames te weven - waarschijnlijk netjes uitgedost voor de toeristen maar we krijgen toch een beeld van hoe de delicate alpacawol geweven wordt.
Uiteraard is er ook een winkeltje waar je de dure spullen kan kopen, maar het moet gezegd, we zien duidelijk dat de kwaliteit van de wol echt top is. Malika heeft al een half uur in de winkel rondgedwaald en niks gekocht. Ik neem Annelies even mee binnen om haar mening te vragen over iets, ga naar de kassa en wie staat er met net hetzelfde binnen de twee seconden naast mij denken jullie? Juist ja .... grrrrr word gek van dat mens! Nog twee dagen te gaan ... gelukkig! Aan de Mirador de Taray zien we de heilige vallei onder ons liggen. Het uitzicht is prachtig. Daarna is het tijd om Pisac te bezoeken. In deze Inca Site zien we de overblijfselen van de politieke, administratieve en godsdienstige structuren die verdeeld zijn over de pieken van de heilige bergen. Wanneer we terug naar de bus gaan, missen we Brenda. Blijkt dat zij nog aan het filmen was en dat er plots een toerist de afgrond in viel, ze zag het gebeuren en is helemaal overstuur. Er vloeien traantjes, waarschijnlijk ook de combinatie moe, geschrokken en het feit dat ze al 4 dagen haar Jules niet heeft gezien. By the way ... de dame kon wel op het nippertje gered worden. We rijden daarna naar de voet van het gebergte naar het dorp zelf. Hoewel in het dorp vooral koloniale gebouwen voorkomen, heeft het toch zijn oorspronkelijke inca plattegrond bewaard. Hier vinden we een grote souvenirmarkt waar we nog wat rondlopen maar eigenlijk meer foto's maken van de kleurrijke mensen dan dat we hun koopwaar aanschouwen.
De lunch plek is een toeristisch restaurantje waar een buffet geserveerd wordt voor 35 soles (voorgerecht, soep, hoofdgerecht, drank en een pisco sour) daar kunnen we niet voor sukkelen. Na de lunch rijden we door naar Ollantaytambo. Wanneer we daar aankomen is er op het dorpsplein net een feest bezig met dansers in traditionele klederdracht. Annelies en Claire willen graag stoppen maar de gids is vastberaden en zegt de chauffeur door te rijden. Aan de site gekomen, zien we opnieuw trappen ... Beide dames hebben er geen zin meer in om weeral trappen te doen en dan al helemaal niet na het bezoek aan de Machu Picchu, wat toch het summum is van de Inca sites. Uiteindelijk krijgen ze hun zin. Zij blijven beneden en gaan wat rondwandelen in het dorp. Brenda en ikzelf willen de site wel zien en Malika ja .... die staat daar maar te twijfelen, net zo lang tot de rest al weg is en ze tot het besef komt dat ze mee omhoog moet. Brenda is een beetje boos dat de anderen er stiekem vandoor zijn gegaan en Malika niet hebben meegenomen. Ik begrijp hen echter volkomen ... vind het alleen jammer dat ze nu bij ons is. Om tot helemaal boven te geraken naar de tempel van de zon, moeten we de vele hoge Inca treden beklimmen. Ik voel de spieren in mijn dijbeen trekken ... Boven gekomen zien we een grote muur die uit 6 blokken van roodachtige stenen vervaardigd werd met hierop een stuk van het Inca kruis. Op 21 juli wanneer de zon schijnt, is deze plek verlicht. We wandelen langs boven over de rotswand naar de andere kant van de site waarbij we in de rotsen duidelijk een Inca gezicht kunnen waarnemen. Van hierboven hebben we een prachtig zicht op de stad onder ons.
Na een uurtje is de rondleiding voorbij en vervoegen we ons terug bij de rest van de groep. Met de bus rijden we in 2 uurtjes terug naar Cuzco, waar Brenda herenigd wordt met Jules. Hij heeft een schitterende tijd gehad en vertelt er vol vuur over tijdens het diner. We eten in een geweldig restaurant - alweer. Wat hebben we toch een geluk dat Fabian een echte "local" is en alle goede restaurants kent. De Peruviaanse keuken is werkelijk subliem - de smaken zijn zeer verfijnd en de keuze is enorm. Morgen onze laatste dag in Cuzco. Hopelijk opnieuw met prachtig weer!

donderdag 25 oktober 2012

Machu Picchu

Deze morgen is Annelies weer vroeger op want zij vertrekt al om kwart na 7, wij pas om half 9. Ik zie haar nog even aan het ontbijt en ze vormt nu een groepje met 3 Oostenrijkse dames. Na het ontbijt nemen we één van de 25 busjes die omhoog slingeren naar de ingang van de heilige Incastad Machu Picchu, die nooit door de Spanjaarden werd ontdekt. De weg is smal en er is ook geen reling aan de zijkant. Gelukkig zijn de bussen redelijk nieuw en zijn er geen tegenliggers. Aan de ingang krijgen we een prachtige stempel in ons paspoort van Machu Picchu, een leuk souvenir. Fabian neemt ons helemaal mee naar boven. Hier vergapen we ons aan de stad die haast omarmd lijkt door Pachamama, 'moeder aarde'. Ik had het mooi verwacht maar dit overtreft toch mijn verwachtingen. Annelies had het gisteren al gezegd maar je moet het zien om het te geloven.
Iets voor 10 reppen we ons naar de Wayna Picchu die we, met uitzondering van Malika, gaan beklimmen. Aan de ingang staan vele mensen te wachten maar de zon brandt dus ik wil me toch even insmeren. De meesten van de groep staan vooraan en zijn dus 20 minuten voor Claire, Stephan en mezelf binnen. Binnen de kortste keren verdwijnt ook Stephan dus Claire en ikzelf bengelen achteraan maar dat is niet erg - ieder doet het op zijn eigen tempo. We moeten ons inschrijven in een soort logboek en mogen dan één voor één door de ingang de jungle in. Het pad dat naar de top van deze berg leidt, begint aan de uiterste noordwestelijke punt van de ruïnes. Claire heeft een goede conditie maar heeft hoogtevrees, ik net het omgekeerde. We besluiten dus de klim samen tot een goed einde te brengen. De beklimming is verschrikkelijk zwaar en op enkele plaatsen moet je handen en voeten gebruiken. Er zijn een aantal plotse bochten en steile klimpartijen. Maar de moeilijkste momenten beleven we op de nauwe doorgangen boven de afgrond. Af en toe moet ik blijven staan om op adem te komen en even te drinken.
Na 45 min klimmen komen we aan een uitkijkpunt. Het uitzicht is uiteraard adembenemend met Machu Picchu aan onze voeten. Hier komen we de rest van de groep tegen die we dus mooi hebben ingehaald. Daarna kunnen we blijkbaar nog verder maar daarvoor moeten we door een nauwe grot. Claire ziet dat niet zitten en durft niet verder. Ik zit een beetje in tweestrijd want wil haar aan de ene kant niet achterlaten en aan de andere kant wil ik wel de top bereiken. Ze zegt dat ik moet gaan en zal hier op me wachten. Ik wring me door de nauwe doorgang en moet dan nog serieus klimmen om uiteindelijk helemaal boven uit te komen. De inspanning wordt beloond met een grandioos uitzicht. De rest van de groep daalt echter terug af langs de andere kant van de berg en plots realiseer ik me dat de weg die ik gekomen ben, helemaal niet de weg terug is. Ik vind echter dat ik geen keuze heb en dat ik langs dezelfde weg opnieuw moet afdalen omdat ik Claire beloofd heb terug te komen. Ondanks het feit dat de daling langs die weg redelijk gevaarlijk is, waag ik het er dus toch op. Ik kruip terug door de nauwe grot al roepend 'coming down' om eventuele tegenliggers te verwittigen. Wanneer ik uit de grot kom gekropen is er van Claire echter geen spoor. Hoe kan dit nu? Zonder mij is ze toch niet naar beneden gegaan met haar hoogtevrees? Blijkbaar heeft ze Stephan gezien op een ander platform en is ze in paniek beginnen roepen. Ze had namelijk ook gezien dat er geen mensen terugkwamen door de grot en toen besefte ze dat ik waarschijnlijk ook niet zou terugkomen. Stephan is er dan toch in geslaagd tot bij haar te geraken en samen zijn ze aan de afdaling begonnen. Geen Claire dus ik ga dan ook maar verder. Plots zie ik ze beiden iets onder me - we dalen dus toch samen verder af. Tijdens de afdaling begint het te regenen en we worden kletsnat. Op zich niet zo erg maar ook de stenen worden nat en dat maakt de afdaling uiterst gevaarlijk. Gelukkig heb ik steun van de stokken die Ingrid me heeft meegegeven. Eenmaal beneden klaart de hemel weer op en wordt het weer lekker warm. We wandelen nog wat rond door de ruïnes en nemen dan het busje terug naar beneden. Nu hebben we wel af en toe een tegenligger. Ben heel erg blij dat we weer in Aguas Calientes arriveren. Annelies was daar al om 1 uur en heeft zich laten verwennen met een heerlijke Inca massage. Het was zalig zegt ze ... jammer maar daar hebben we geen tijd meer voor. Nog even langs de Franse bakkerij om lekkere croissantjes te halen voor in de trein. Fabian heeft vandaag een medaille verdiend voor zijn geduld en inlevingsvermogen want hij heeft heel de dag doorgebracht met Malika. Honderden foto's heeft hij van haar moeten nemen, op elke hoek van de ruïne en hij heeft ook meerdere keren mogen uitleggen hoe het reisschema er de komende dagen nog zal uitzien. We feliciteren hem als we beneden komen maar hij legt ons uit dat hij een schoonbroer heeft die schizofreen is en dat hij best het geduld kan opbrengen. Chapeau! De treinreis naar Cuzco duurt nu een half uurtje langer want het is bergop! Moe maar voldaan komen we in het hotel aan waar Annelies ondertussen ook al is gearriveerd.

Aguas Calientes

Annelies is vanmorgen om 5 uur vertrokken om aan haar Inca Trail te beginnen. Ze was verschrikkelijk zenuwachtig en lag al van 2 uur wakker. Wij mogen iets langer slapen want ons busje vertrekt pas om kwart voor 7. Deze brengt ons vanuit Cuzco naar het stationnetje van Poroy. De weg slingert omhoog en heb eigenlijk al spijt dat ik geen pilletje genomen heb. In Poroy aangekomen zien we de trein al binnenrijden. Hij dateert van 1966 maar ziet er nog prima uit. We hebben allemaal vaste plaatsen - ik zit naast Paula maar rij wel achteruit. Eerst denk ik dat dat niet zo'n probleem zal zijn maar het is echt een boemel en hij schokkelt verschrikkelijk. De trein naar Aguas Calientes rijdt al zigzaggend naar de Heilige Vallei. We krijgen een snackje (gezouten schijfjes banaanchips en 2 chocolade bonbons) en een drankje. Na een korte stop op het station van Ollantaytambo volgt de trein de bochten van de Urubamba-rivier. De trein heeft een glazen dak dus we zien de hoge bergen boven ons. De omgeving is prachtig ... Na een kleine vier uur komen we aan in het levendige stadje Aguas Calientes. Dit stadje werd speciaal gebouwd voor de toeristen die Machu Picchu komen bezoeken. Er is geen enkele weg er naartoe, enkel de spoorweg. Het bestaat dan ook uitsluitend uit hotels, bars, restaurants en souvenirwinkeltjes.
De natuur is hier helemaal anders want we zitten nu opnieuw een heel pak lager en midden in de jungle. Daar wij pas morgen de ruïnes van Machu Picchu bezoeken, hebben we in de namiddag tijd om de tropische omgeving van Aguas Calientes te verkennen. Eerst checken we in - simpel hotel, simpel kamertje. Daarna gaan we lunchen op een - gelukkig overdekt terras want we zitten nog maar net neer of de hemelsluizen worden opengedraaid. Het water valt met bakken uit de hemel. Mijn gedachten gaan onmiddellijk naar Annelies - ocharme op die steile hellingen klimmen in de regen. Ik hoop vurig dat het boven wel droog is. Na de lunch klaart het op dus besluiten we een kleine wandeling te maken. We wandelen naast de rivier met daarin, door het water prachtig uitgesleten rotsblokken. De machtige bergen steken boven ons uit en zijn omgeven door een dichte mist. Hopelijk trekt deze mist snel op want Annelies moet van bovenuit Machu Picchu zien liggen en nu gaat dat zeker nog niet lukken. Ook voor ons morgen, geldt hetzelfde. Fingers crossed dus ... Wanneer we aan de brug van de Machu Picchu komen, barst er weer een tropische bui los. Malika heeft haar zondagse schoenen aan en haar handtasje aan de arm zoals steeds ... nee het is geen wereldreizigster in hart en nieren. Ze heeft in het hotel zo een doorschijnende plastieken poncho gekocht. T'is echt geen gezicht! We zijn doorweekt wanneer we terug aan het hotel komen. Tijd voor een middagdutje zodat mijn kleren kunnen drogen. Na 15 min komen Claire en Stephan kloppen met de vraag of ik mee iets warms ga drinken. Dat is maar een woord ... natte kledij terug aan en weg zijn we. Over het hotel drinken we een heerlijke warme chocolademelk. Na een tijdje klaart de hemel een beetje op en besluiten we naar de overdekte markt te lopen. Hier vinden we hopen souvenirs die we elders ook al gezien hebben maar ik ben een vrouw met een missie. Ik ben zo fier op Annelies dat ik voor haar een geschenkje wil kopen als beloning voor haar Inca Trail tocht. Ik heb een idee in gedachten, iets dat ze ooit eens gezegd heeft tijdens de reis dat ze mooi vond. We moeten lang zoeken maar eindelijk zie ik het, een klein wandtapijtje met 3 Peruviaanse vrouwtjes. Ondertussen is het helemaal terug opgeklaard en wandelen we nog wat door het dorp. Rond 4 uur ga ik terug naar het hotel om Annelies op te wachten. Lang duurt het niet ... ze komt een kwartiertje later de hotelkamer binnen, helemaal doorweekt maar oh zo blij dat ze het heeft gedaan. Ze is zo enthousiast - ik word er zelf ook helemaal blij van. Uiteraard heeft ze ook veel regen gehad maar op het moment dat het moest, is de zon er door gekomen waardoor ze de Inca stad Machu Picchu in al haar glorie onder zich zag opduiken. Vanavond gaan we eten met de groep maar het avondeten van Annelies zit in haar ticket inbegrepen dus zij gaat elders. Het is een super leuke plaats en het eten is subliem, net als de pisco sour! Na een uurtje krijgt Fabian telefoon, er is iets met Annelies dus hij moet even weg. Wanneer hij terug komt vertelt hij dat de groep waarmee ze vandaag op stap was eigenlijk een privé tour had besteld en daar kan ze morgen niet meer mee op stap. Dat was al een domper op de vreugde maar de gids wou Annelies morgen alleen de bus op sturen naar Machu Picchu en daarmee is zij het niet eens - terecht natuurlijk. Fabian laat zijn slechte kantje bovenkomen en geloof me .... hij kan furieus worden als iets hem niet gaat. Resultaat, na heel wat palaveren krijgt Annelies nu dus een andere groep en zij mag bepalen wanneer ze wil vertrekken. 's Avonds op de kamer is ze er toch nog niet gerust in maar ik denk wel dat alles goed zal komen.




dinsdag 23 oktober 2012

Cuzco

Vanmorgen weer vroeg wakker. Gewekt door het zonnetje dat ondanks het regenseizoen toch van de partij is. In het winkeltje van ons hotel zie ik een mooie ring ... dus die besluit ik mezelf cadeau te doen. Malika is er als de kippen bij, neemt het eerste het beste in de etalage en staat in no time naast me aan de kassa. Gelukkig was er maar één zo'n ring. Ongelooflijk maar waar ... my shadow is back! We hebben besloten vandaag de 4 inca sites rondom Cuzco te bezoeken. Paula en Achiel gaan op verkenning in Cuzco zelf en Malika hebben we ervan kunnen overtuigen dat het bezoeken van de inca sites veel te zwaar is voor haar. Zij blijft dus gelukkig in de stad! We blijven dus nog met z'n 5 over want Brenda staat er de komende vier dagen alleen voor. Jules heeft een wandeltocht geboekt en is vanmorgen vroeg vertrokken. Daar we niet met 5 in een taxi passen, besluiten we met het openbaar vervoer te gaan. Na het ontbijt brengt Fabian ons naar het plaatselijke busstation. Een kaartje kost ons slechts 2,5 sol en het is best comfortabel. Het busje zelf is wat verouderd en gaat moeilijk de berg op maar alles is beter dan 12 km de berg op klimmen. De eerste site is Tambomachay die op 3700 meters boven zeeniveau ligt. Deze plaats werd 'baden van de Inca's' genoemd. Het was een belangrijk centrum voor verering van water. Bij de ingang zitten opnieuw veel verkoopstertjes en ze zijn meer opdringerig dan elders. We hebben echter al genoeg van die plaatselijke rommel gezien en lopen ze straal voorbij. Het complex is samengesteld uit goedbewerkte kanalen, muren en vensters die de buitengewone architecturale talenten van de Inca's tonen. De tweede site Puca Pucara ligt aan de andere kant van de weg. Puca in Quechua betekent 'rood' en Pucara betekent 'fort'. Het was gevestigd op een strategisch punt langs de weg en diende als controlepost op de Inca weg. Van hieruit hebben we een prachtig zicht op de bergketens rondom Cuzco. Annelies raakt vertederd door twee jonge lammetjes en neemt ze mee op de foto. Toch wat voorzichtig want misschien laten ze wel iets vallen ...
De volgende site ligt 10 km lager dus besluiten we om een busje te nemen. Ik zie in de verte het busje aankomen en zet het op een lopen, gevolgd door de rest. Net op tijd ... anders hadden we 15 min moeten wachten. De bus zet ons af bij Qenqo. Dit is de tempel van een orakel. Deze kleine archeologische plaats bestaat uit kalksteen en heeft een grote gesneden rots en een halfronde plaza. Iedereen krijgt een beetje honger dus zoeken we ons een leuk plekje om onze meegebrachte boterhammetjes op te eten. Na deze picknick lunch wandelen we verder de berg af naar de laatste Inca site voor vandaag, Sacsayhuaman. We wandelen langsheen uitgestrekte eucalyptus bossen en de geur hiervan dringt diep in onze neusgaten ... heerlijk! Boven op de berg staat een soort Christusbeeld net zoals er eentje in Brazilië staat. Het torent boven de immense stad Cuzco uit en van hierboven hebben we een prachtig zicht op de Plaza de Armas dat beneden aan onze voeten ligt. De Inca's noemde de site 'het huis van de zon' en het werd gebouwd door de Andes bevolking. Het bestaat uit 3 platformen die bovenop elkaar gebouwd zijn met enorme keien. Indrukwekkend is wel dat die worden samengehouden zonder voegwerk. Het moet dus in die tijd een enorme prestatie geweest zijn om dit te bouwen. Hier is het ongelofelijk rustig en helemaal bovenaan op het hoogste punt hebben we een spectaculair uitzicht over de stad.
Na deze laatste site dalen we te voet af langs een steile weg die uitkomt op de Plaza de Armas. Dit prachtige plein ligt in het midden van de stad en is omgeven door overdekte wandelgangen met zuilen en bogen. Onder deze galerijen zijn winkeltjes en cafeetjes gevestigd. Hier zien we ook de kathedraal en de jezuïetenkerk La Compañia, de mooiste kerk van Cuzco. We besluiten deze echter te bezoeken op onze laatste dag in Cuzco want nu is het nog mooi weer en is het leuker om wat in de straatjes rond te dwalen. Fabian heeft me verteld dat ik de wandelstokken die Ingrid me heeft meegegeven om mijn voetje te sparen, niet mag gebruiken op de Machu Picchu want de stalen punten kunnen de stenen beschadigen. Ze zijn daar nogal streng dus moet ik op zoek naar plastiek rubbertjes voor op de stokken. In één van de vele winkeltjes vind ik wat ik zoek. Nu kan ik met een gerust hartje uitkijken naar overmorgen. Mijn voet doet 's namiddags een beetje pijn van al dat klimmen en dalen dus we besluiten naar het hotel te gaan om wat te rusten. 's Avonds eten we weer allemaal samen in een gezellig restaurantje waar we zelf onze pisco sour mogen maken. Iedereen krijgt een shaker en de ingrediënten: 3 eenheden pisco, 2 eenheden suikerwater, 1 eenheid limoensap en eiwit. Vier ijsblokjes in de shaker en dan alle andere ingrediënten toevoegen. Daarna 3 min shaken tot je geen ijsblokjes meer hoort. Mmmmm lekker! Malika shaked er op los maar mag het natuurlijk niet drinken ... Fabian is er goed mee en krijgt een extra glaasje. Bij deze kunnen jullie een gezicht plakken op mijn schaduw ....

maandag 22 oktober 2012

Copacabana - Cuzco

Super geslapen vannacht dus volledig uitgerust aan het ontbijt. Vandaag vertrekken we terug naar Peru dus komt een klein taxi busje ons ophalen aan het hotel om naar de grens te rijden in Kasani. Iets voor de grens is er weer een blokkade want de weg is dicht voor wegenwerken. Gelukkig weet onze chauffeur weer een binnenweg. Rustig manoeuvreert hij zijn busje de heuvel af onder het toeziend oog van Fabian, want alle koffers liggen mooi opgestapeld op het dak en ze zijn niet vastgemaakt. Het laatste wat we willen, is dat er weer een koffer verdwijnt. Aan de grens wisselen we de laatste bolivios voor soles alvorens naar het immigratie kantoor te gaan. Dit gaat stipt om half 9 open en wij zijn de eerste van de dag. Het verloopt allemaal vlot en we wandelen door de poort de heuvel af naar Peru. Daar staat er een splinternieuwe bus ons op te wachten (slechts 7000 km op de teller en hij ruikt nog naar nieuw). We rijden langs de zuidoever van het Titicacameer, dat met dit heldere weer een prachtig uitzicht biedt op de besneeuwde zesduizenders van de bergketen Cordillera Real. Dwars door de Altiplano langs maïs- en quinoavelden afgewisseld met stukken braakliggend land. In Puno stoppen we om de achtergebleven koffer van Paula en Achiel op te pikken. Nadat we de drukke stad Juliaca gepasseerd zijn, rijden we door het gebied waar eens de Pukura-cultuur heerste, op weg naar de ruim 4300 meter hoge pas La Raya. Daar lunchen we ... heel gezellig allemaal buiten op het binnenplaatsje van een winkeltje, omringt door de plaatselijk toiletten. Maar dat is de enige plek waar we rustig kunnen genieten van ons broodje in de zon. Plots zie ik Fabian een ijsje eten - daar snak ik nu al heel de vakantie naar. Het is een soort magnum dus veilig .. dat is genieten! Na de lunch verandert het landschap en vergapen we ons aan het landelijke leven dat aan ons voorbijtrekt. We komen op een gegeven ogenblik voorbij prachtige gletsjers en even verderop zien we de plaats waar de Amazonerivier ontspringt. Beneden ons loopt de spoorweg naar Cuzco, parallel met de weg. Voor een treinkaartje betaal je 298 USD en je doet er 11 uur over terwijl je via de weg er slechts 5 uur over doet. De trein zit dan ook volgestouwd met rijke Amerikanen die niet beter weten. Om en rond het station zie je dan ook veel souvenirverkopers en mooi geklede dames met lama's aan hun zij.
We dalen af richting Cuzco en de sfeer in ons busje zit er goed in. Malika speelt voor waarzegster en is er van overtuigd dat Brenda volgend jaar zwanger wordt. Zij begint er niet meer aan zegt ze want ze neemt haar gerief. Stefaan wil weten wat ze daarmee bedoelt ... Op de duur ligt bijna heel haar privéleven op tafel. Er wordt een beetje met haar gelachen maar dat heeft ze niet echt door - hilarisch! Nadat Fabian alles bijna 2 keer heeft uitgelegd betreffende de komende dagen (1 keer voor ons, 1 keer voor Malika) moeten er knopen doorgehakt worden. We zijn 5 dagen in Cuzco en er is best wel wat te zien ... bovendien zijn er ook leuke excursies die we kunnen maken. Daar moeten we straks even over nadenken. Maar eerst inchecken in ons hotel. Dit ligt midden in het centrum en de kamers zijn best mooi. Om half 7 heeft Annelies briefing over haar beklimming van de Machu Picchu. Ze ziet het helemaal zitten! De meesten zijn al vertrokken naar een restaurant dus wij offeren ons op om met Malika te gaan eten 's avonds. We kiezen een klein straatje nabij de Plaza de Armas waarin zich tientallen restaurantjes bevinden. Er biedt er eentje gratis pisco sour aan dus dat slaan we niet af - te meer omdat wij er eentje extra hebben dan want Malika drinkt als goede moslima geen alcohol ... maar dat vinden wij helemaal niet erg! Het eten is ook lekker en het gesprek valt wel mee nu we maar met ons drieën zijn.


zondag 21 oktober 2012

Copacabana

La Paz ontwaakt en het zonnetje is weer van de partij. Vandaag ons laatste dagje in Bolivië! We rijden naar Copacabana aan het Titicaca-meer. Helemaal gepakt en gezakt komen we om kwart na 8 beneden. Blijkt dat iedereen al in de bus zit ... vertrekuur was normaal 8u30. Het is een klein, pittoresk, typisch Boliviaans busje dat al wel wat heeft meegemaakt denk ik. Het is de grote zondagsmarkt in La Paz dus verschrikkelijk druk want hier komen meer dan 10.000 mensen op af. Volgens Fabian niet echt veilig voor toeristen dus stoppen we niet. Het duurt wel even voor we de stad uit zijn. We rijden voorbij het vliegveld van La Paz met de op één na langste landingsbaan ter wereld. Het blijkt heel moeilijk landen en stijgen te zijn op deze hoogte en het feit dat de vliegtuigen dateren van lang vervlogen tijden zal er ook wel iets mee te maken hebben. Gelukkig nemen we hier geen vliegtuig! Ben wel avontuurlijk aangelegd maar het moet toch veilig blijven. Halverwege de rit stoppen we op een uitkijkpunt over het Titicacameer waar we al geruime tijd naast rijden trouwens. In de verte zien we twee eilandjes die beide in Peru liggen. Eentje daarvan noemt 'eeuwig leven' en naar verluidt zouden daar het merendeel van de mensen boven de 100 jaar zijn. Toeval? Wanneer we in Tiquina aankomen, nemen we een bootje om het meer over te steken. We gaan samen met de locals de boot op - naast me zit een klein vrouwtje met bolle wangen die volgens mij haar hele hebben en houwen mee heeft in een felgekleurde sjaal. Ben wel blij dat de overtocht erop zit want de boot wiebelt wat te veel naar mijn zin. De bus gaat op een aparte duwbak het Titicacameer over.
Het is een schiereiland maar we gaan niet via de weg omdat je dan door Peru moet. Fabian introduceert het salteñja broodje, gevuld met vlees, groenten en een hardgekookt ei. Het is lekker maar wel een smosboel want er zit redelijk wat vocht in. Rechthouden dus dat ding tenminste als je nog propere kledij wil voor de rest van de dag. Tja bij Malika is dat dus niet gelukt. Wanneer ook de bus aan de overkant is, moeten we nog 3 kwartier rijden door de bergen. Mijn gedachten dwalen onmiddellijk af naar mijn allerbeste vriend ... ja Schumacher is er niks bij vergeleken met deze chauffeur . Hij scheurt door de bochten en in een mum van tijd ben ik misselijk pffff . In de verte zien we de stad opduiken. Kleine, kleurrijke huisjes die tegen een berg aangebouwd zijn. Bij aankomst in Copacabana zou de rust normaal over ons neer moeten dalen maar er is een soort feest aan de gang waardoor harde muziek uit de luidsprekers knalt. Dit dorpje telt slechts 6000 inwoners maar het lijkt wel of elke toerist die zich in Bolivië bevindt, hier is neergestreken. We checken eerst in. Het hotel ligt pal aan het water en de kamers zijn mooi ruim en gezellig ingericht. Lang kunnen we er echter niet van genieten want Fabian regelt voor ons lunch in één van de tentjes aan het water. We eten een grote zalmforel vers uit de zee met frietjes voor 2 euro. Daar kunnen we in België alleen maar van dromen. Na de lunch maken Annelies en ik ons snel uit de voeten vóór Malika ons kan volgen. We wandelen de winkelstraat in die uitkomt op een mooi plein waar de imposante Moorse kathedraal staat die boven Copacabana uittorent. Eigenlijk is ze veel te groot voor dit stadje maar ze is wel prachtig.
Aan de kathedraal staat er een hele resem wagens die rustig hun beurt afwachten om gezegend te worden. Iedere Boliviaan die een nieuwe wagen koopt, komt langs Copacabana om hem te laten zegenen. De wagens worden versierd met bloemen. Maar het zijn hier niet alleen de auto's die gezegend worden - ook Annelies wordt gezegend want wanneer we in de kathedraal binnengaan, is er net een dienst bezig. Plots gaat iedereen naar voor en Annelies denkt dat het de communie uitreiking is en besluit ook te gaan. Wat blijkt ... de priester zegent haar met een roos gedoopt in wijwater. Eerst de handen en dan het hoofd. Een beetje daarna staan we op de hoek van een straatje ons plan te lezen en net als we doorgaan, valt er een grote ijzeren plaat naar beneden, net op de plaats waar wij stonden. Het heeft dus geholpen die zegening! We wandelen het centrum uit naar de 'Cerro Calvario'. Deze berg is best pittig om te beklimmen maar de beklimming van 4000 m wordt beloond met een prachtig zicht over het Titicacameer. De vrouwtjes die boven allerlei spulletjes verkopen doen deze klim alle dagen - dan toch maar BASF! Ze steken ons voorbij alsof het niets is - het lijken wel kleine berggeitjes. Halverwege zien we Claire en Paula genieten op een bankje - de mannen zijn wel helemaal naar boven en die komen we dan ook tegen wanneer wij stijgen en zij dalen. Boven zien we de baai van Copacabana in al z'n schoonheid en er zijn ook enkele ceremonies bezig die half Andes en half Christelijk zijn. Mensen steken kaarsen aan om hun huis, wagen of andere bezittingen te zegenen. Het was vermoeiend maar we hebben er geen spijt van!
De Inca's geloofden dat hun zonnegod ooit werd geboren op het heilige eiland van de zon, Isla del Sol, voor de kust bij Copacabana in het Titicacameer. Geen onaardige plek om geboren te worden. Wanneer we terug afdalen, vervoegen we ons bij Claire, Stefaan, Paula en Achiel om samen nog iets te gaan drinken op één van de vele gezellige terrasjes. Een echt vers sinaasappelsapje mmmm super zoet! Nadien kuieren we nog wat op de plaatselijke overdekte markt want we moeten ons lunchpakket voor morgen nog kopen. Annelies ziet ook nog een paar prachtige oorbellen voor geen geld: 30 bol maar ze dingt af tot 20 bol - ja het onderhandelen gaat haar steeds beter af! 's Avonds eten we in het beste hotel van de stad - sjeik maar super lekker. Annelies gaat voor de zalm carpaccio - een echte aanrader en misschien een ideetje voor Kerstmis! Ik onthoud vooral het dessert - crème brulée met munt! Volgens Fabian ook het enige restaurant dat de moeite is. We moeten om half 10 ten laatste terug in het hotel zijn want anders kom je er niet meer in. In de kamer horen we het ruisen van de golven - heel aangenaam om zachtjes in slaap te vallen.


zaterdag 20 oktober 2012

La Paz

Om 3u30 loopt de wekker af. Er is namelijk weer een wegblokkade aangekondigd en daar moeten we voor 9u voorbij zijn want anders kunnen we ons namiddagje La Paz wel vergeten. Wanneer we beneden komen, is het nog stil in het hotel. Fabian heeft 3 lagen kleding aan, een jas en een muts. Zou het nu echt zo koud zijn? Buiten blijkt het nog mee te vallen maar in de bus neem ik toch maar een dekentje voor de zekerheid. De lichten gaan uit en iedereen probeert nog wat te slapen. Het is inderdaad koud in de bus dus ik neem er nog maar een extra dekentje bij. Rond half 8 wordt het licht en ontwaakt iedereen. Wanneer we in het dorpje Challapati aankomen, is het er al heel druk maar er is nog geen blokkade, we kunnen gelukkig mooi doorrijden. We stoppen slechts 1 keertje om de benen te strekken. Na de lange rit over de Altiplano zien we plots de 6300 meter hoge berg Illimani weer opdoemen. Een teken dat La Paz vlakbij is. De lucht is niet meer zo blauw, het is licht bewolkt. Jammer maar gelukkig regent het niet. Nadat we ingecheckt zijn, gaan we op zoek naar de kathedraal van La Paz. Prachtig vanbuiten maar binnen kunnen we niet - gesloten. We steken de drukke hoofdweg over en wandelen naar de andere kant van de stad. Hier zien we geen toeristen meer maar heel veel Bolivianen in typische klederdracht. Hun voornaamste bezigheid bestaat erin sjaals te haken of truien te breien om in hun vaak kleine winkeltjes te hangen in de hoop dat een lieve toerist hun kunstwerkjes koopt.
In een klein kerkje is er net een doopsel bezig dus besluiten we even te blijven. Netjes opgeklede dames en heren komen het kerkje binnen maar voor de rest is de dienst redelijk chaotisch. Op een pleintje zien we een ouderwets fotokraampje waar pasfoto's genomen kunnen worden - ja hier staan ze zeker 30 jaar achter in de tijd. Hier, ver weg van het toeristische centrum zien we ook veel bedelaars en blinden en dat is toch wel wat confronterend. Vaak zijn het kleine kindjes die met hun hele hebben en houwen op de stoep zitten te wachten op een aalmoes.
Af en toe laten we ons hart spreken en geven enkele van hen een centje. We wandelen terug in de richting van de winkelstraatjes en doen alvast wat inkoopjes voor thuis. Eindelijk toch een paar spulletjes gevonden om cadeau te doen. Voor het eerst ervaar ik de boosheid van de Boliviaanse vrouwtjes wanneer een fototoestel op hun gericht wordt ... bijna krijg ik een appel naar mijn hoofd gegooid. 's Avonds spreken we af met de groep om te gaan eten. We splitsen echter op omdat wij graag naar het steakhouse willen en Brenda en Jules geen vlees eten. Het is super lekker maar wel hele grote porties. Bovendien stinken we uren in de wind wanneer we er doorgaan. Na het eten moet er nog heel wat gereorganiseerd worden in de bagage om al onze geschenkjes weg te steken.


vrijdag 19 oktober 2012

Potosi

Vandaag staat een bezoekje in de mijn van Potosi op het programma. Op dit moment werken er nog steeds tienduizenden mijnwerkers voor de mijncoöperaties. De mijnwerkers werken in barre omstandigheden en kauwen de hele dag op cocabladeren om het zware werk onder de grond langer vol te houden. Annelies gaat mee maar ik blijf, zoals reeds gezegd, in het hotel. Ben wel benieuwd naar haar verhalen wanneer ze terug komt. Ik slaap lekker uit en neem een laat ontbijt. Daarna besluit ik het museum Casa nacional de Moneda te bezoeken. Volgens de reisgids een must wanneer je in Bolivië bent. Het is inderdaad een mooi museum, ondergebracht in een imposant koloniaal gebouw met 5 patio's. Alle machines van de afgelopen 300 jaar staan er tentoongesteld. Sommige van hout en destijds door ezels aangedreven. Uiteraard vind je er ook oude munten terug, mineralen en indrukwekkende schilderijen. Ik krijg een persoonlijke gids want er zijn geen andere Engelstalige bezoekers. Enig minpuntje is dat het er ongelofelijk koud is binnen. Na dit cultureel intermezzo ga ik dus buiten wat opwarmen - ik zet me op een bankje op het hoofdplein en geniet van de bedrijvigheid die er heerst. Annelies is terug rond 13 uur, een hele ervaring rijker! Dit zijn haar bevindingen: Om 9 uur vertrek naar een marktje waar we voor de mijnwerkers een zak kopen met cocabladeren en frisdrank. Er kan nog extra dynamiet, sigaretten en alcohol gekocht worden maar dat doen wij niet. Daarna brengen ze ons naar een plaats waar we een speciaal pak, laarzen en helm met koplamp krijgen alvorens we naar de mijn kunnen vertrekken.
In de mijn kunnen we nog eerst even rechtop lopen maar al snel moeten we ons bukken om door de smalle gangen te wandelen. In de gang liggen rails waarover met de hand ertswagentjes geduwd worden, we moeten ons regelmatig tegen de wand aandrukken als er een wagentje voorbij komt. Af en toe stoot ik mijn hoofd - dit doet geen pijn dankzij de helm maar het is toch telkens even schrikken. Bijna aan het eind komen we bij een beeld van El Tio (oompje), de god van de onderwereld die al sinds de Inca tijd vereerd wordt. Hier offeren we, net als de mijnwerkers, sigaretten en cocabladeren. De mijnwerkers vragen hem vooral om goede concentratie en bescherming. In de mijn is geen enkele mechanische ventilatie en het is er dan ook warm en benauwd door het stof, de verbrandingsdampen van dynamiet en carbid en andere gassen. De mijn ligt op 4200 meter hoogte en er is daarom sowieso al niet veel zuurstof, maar zo'n 60% van wat op zeeniveau aanwezig is. Door het gebrek aan ventilatie en de gassen wordt dit nog verergerd. We gaan vervolgens een niveau naar beneden door onvoorstelbaar nauwe en lage gangen, spleten en gaten. Voorzichtig op onze hurken schuifelen we zo'n 30 meter naar beneden. De omstandigheden waaronder de mijnwerkers hun werk moeten doen zijn werkelijk onvoorstelbaar, het is erg zwaar werk op zeer nauwe plekken met steeds het gevaar van instortingen en de giftige gassen en het stof die hun gezondheid ruïneren. Het is er een geweldige stofboel waar je letterlijk geen hand voor ogen ziet. Het is geen wonder dat bijna geen enkele mijnwerker zijn pensioen haalt, ze gaan allemaal voor hun vijftigste dood aan silicose (stoflongen). Daarna moeten we terug naar het bovenste niveau. Op een gegeven moment bekruipt me de gedachte: "Wat als me hier iets overkomt". Er is geen enkele mogelijkheid om je met brancards of iets dergelijks naar buiten te dragen, als er iets gebeurt ben je helemaal op jezelf aangewezen. Stinkend en vies komen we na zo'n twee en een half uur weer boven, het leek veel langer. Een onvergetelijke maar schokkende ervaring. In het hotel vertelt Fabian ons nog dat ten tijde van de Spanjaarden de negerslaven opgesloten werden in de mijn. Via een luik kregen zij voor het zilver in ruil een maaltijd. Sommige werden in de mijn geboren en gingen er ook dood zonder ooit daglicht gezien te hebben. Mensonterend! Na de middag is het tijd om wat te relaxen in de prachtige binnenstad. De vroegere Spaanse rijkdom laat zich in Potosí zien in talrijke kerken, kathedralen, kloosters en koloniale huizen die vaak in de kleur terracotta zijn opgetrokken als eerbetoon aan de kleur van de Cerro Rico.
Terecht dat de Unesco de stad in 1987 op de Werelderfgoedlijst plaatste. Annelies trakteert met gebak (lekkere bananencake) omdat ze blij is dat ik meegekomen ben naar Peru/Bolivië. Het mag gezegd ... ik ben ook heel blij met mijn room-mate hoor! Daarna zakken we af naar de centrale markt waar we wederom met de neus op de feiten gedrukt worden ... vlees kan je hier best niet eten. Het hangt aan haken in vuile stalletjes vol met vliegen brrrr ... We gaan er maar van uit dat het vlees in de restaurants niet van deze markt komt.
Daarna bezoeken we het Convent Santa Theresa. We moeten een tijdje wachten alvorens onze gids arriveert. We denken dat de rondleiding een half uur tot een uur zal duren ... valt dat even tegen. Onze gids, het moet gezegd de dame doet het met heel veel overgave, neemt ons mee gedurende een twee uur durend bezoek door het klooster. De binnenpleintjes zijn mooi maar het klooster zelf is niet echt ons ding. 's Avonds dineren we weer in El Fogon met de ganse groep. Daarna snel naar het hotel voor een wel hele korte nachtrust.



donderdag 18 oktober 2012

Potosi

Vanmorgen om 9 uur vertrek naar Potosi via de juist geopende geasfalteerde snelweg (7 weken pas in gebruik) dus dat betekent dat we er in plaats van 13 uur normaal maar 4 uurtjes over zullen doen. Hebben wij even geluk! We rijden door werkelijk prachtige landschappen. De rotsformaties worden steeds grilliger en kleurrijker. Dit is de regio waar de legendarische ‘outlaws’ Butch Cassidy en The Sundance Kid hun laatste treinoverval pleegden, voordat ze door het Boliviaanse leger werden gevangen en gedood. Uiteraard stoppen we in het stadje Pulacayo om dat eens van dichtbij te bekijken. Het bijna verlaten dorpje is mooi om te zien. Sinds kort is er terug bedrijvigheid - door de aanleg van de nieuwe weg werd de mijn opnieuw in gebruik genomen. We wanen ons in een cowboy en western film. Hier kunnen we de laatste trein bewonderen die Butch Cassidy en Sundance Kid overvallen hebben. Het weer is opnieuw super. Wat hebben we toch geluk, nog geen druppel gezien en heel aangename temperaturen. Af en toe een windje maar dat nemen we er graag bij. Onderweg komen we weer heel wat lama's en vicuña's tegen. Ben niet echt een beestjesmens maar vind ze toch echt wel schattig. De lokale indianen (indígenas) leven hier op hoogte in adobe-huisjes gemaakt van gedroogde klei, riet en uitwerpselen. Dat houdt de warmte beter vast dan beton. Aan Tica Tica slingert de bergweg langs diepe ravijnen vol met cactussen. Het landschap is echt heel afwisselend en adembenemend mooi en ik geniet hier echt zo van - de busrit is dus alles behalve saai!
We gaan weer boven de 4000 m dus veel drinken... gelukkig hebben we een bus met wc aan boord. Ik ben diegene die er wederom het meeste gebruik van maak .. madam pipi! Na een schitterende tocht bereiken we het historisch belangrijke Potosi. Wat een teleurstelling, bij aankomst willen we er zo snel mogelijk weg - wat een troosteloze, vuil uitziende stad maar Fabian zegt ons niet te voorbarig te zijn want het centrum zou prachtig zijn. We checken in en het hotel is al veelbelovend, grote kamers. Paula is jammer genoeg ziek geworden en moet forfait geven. Annelies en ik trekken er op uit de stad in. Het blijkt een heel karaktervolle stad te zijn waar we prachtige koloniale gebouwen ontdekken die dateren van de tijd dat deze hoogste stad ter wereld groter was dan Londen en Parijs. Ooit was dit de rijkste stad van Zuid Amerika. Dit had ze te danken aan de aanwezigheid van de zilvermijnen. Ook nu nog vind je her en der in de stad winkeltjes die zilver verkopen. Ook ik voel me een beetje draaierig maar we stoppen af en toe en dan gaat het wel weer. Ja die hoogte is echt niet te onderschatten. We wandelen naar het 10 november plein (vraag ons niet waarom het zo noemt) waar de mooie kathedraal van Potosi staat maar ze is gesloten. We zetten ons even op een bankje en kijken wat naar de mensen. Het is er lekker chaotisch en druk. Overal zien we van die ouderwetse ijsstalletjes maar daar moeten we af blijven - jammer want het zou smaken zo'n ijsje.
Na dit rustmomentje, wandelen we verder naar het Convento de San Francisco, een klooster met een mooi binnentuintje dat gesticht werd in 1547. Daar aangekomen vraag ik of we het klooster kunnen bezichtigen. Dat is geen probleem, we moeten een klein dametje volgen ... ze spreekt echter enkel Spaans. Het moment van de waarheid. Ze vertelt over het klooster en het gaat nog redelijk goed om wat ze zegt te vertalen voor Annelies. Ze neemt ons mee het dak op voor een prachtig zicht over de stad. Overal duiken kerktorentjes op tussen de prachtige rode daken van de huizen. De koepels van het klooster bestaan uit gebogen dakpannen die door de toenmalige slaven gevormd werden op hun dijbenen. De sfeer doet een beetje aan Firenze denken, vindt Annelies. Hoog boven de stad torent de zilverberg Sumay Orcko uit, Quencha voor ‘de mooiste berg’.
Rond vier uur wordt het frisser dus gaan we terug naar het hotel om iets warmers aan te trekken. In de stad ben ik nog snel even een apotheek binnengestapt om iets tegen de verkoudheid te halen. Loop nu toch al een hele week met een snotneus rond. Ze geeft me een neusspray en heel grappig, ik krijg ook een blister met pilletjes, zonder doosje of bijsluiter... en moet er maar vanuit gaan dat het weldegelijk pillen zijn tegen het snot. Ik meende me te herinneren dat snot moco is in het Spaans dus ze heeft me wel verstaan denk ik. 'Typirec Lafar' - dat zoeken we even op en het geneesmiddel is wel degelijk tegen verkoudheid ... gelukkig! We spreken af met Claire, Stefaan en Achiel om iets te gaan eten in El Fogon, een restaurantje dat Fabian ons aangeraden heeft. Wanneer we beneden komen, blijkt ook Malika aan de receptie te staan ... tja we hebben geen keuze dan haar ook mee te nemen. Ik weet dat het meisje er niks kan aan doen maar het is echt vervelend dat je geen gesprek met haar kan aanknopen, ze praat constant naast de kwestie, begint over de meest onbenullige dingen. Nu ook weer ... zitten we lekker te keuvelen over onze reis en de prachtige indrukken die we al hebben opgedaan, zegt zij opeens: 'An van Elsen gaat scheiden ... ah ja haar man bedriegt haar al jaren'. Hé? Wat kan ons dat nu schelen? Annelies is een heel geduldig iemand maar nu begint ze toch ook stilaan haar geduld te verliezen. De laatste tijd heeft ze meer en meer zin om te gillen .... als dat maar goed komt! Morgen ben ik even alleen in de voormiddag want Annelies gaat op excursie naar de mijn maar daar pas ik, vanwege claustrofobie liever voor. Wanneer Malika dat hoort, vraagt ze natuurlijk onmiddellijk of we dan iets samen kunnen doen. No thanks!



woensdag 17 oktober 2012

Uyuni zoutvlakte

Eindelijk we mogen uitslapen want we vertrekken pas om half 11. Om 8 uur zijn we al wakker en gaan ontbijten. Toch nog wat voorzichtig zijn dus enkel toast en thee. Vandaag één van de hoogtepunten van de reis want we bezoeken de Salar de Uyuni, een 12.000 km2 grote zoutvlakte. Zonnebril, zonnecrème, veel water en camera in onze rugzak ... meer hebben we niet nodig. We worden opgepikt aan het hotel met 2 jeeps waarin telkens 5 personen kunnen plaatsnemen. Wij zitten samen met Malika, Paula en Achiel. Eerst bezoeken we het treinkerkhof met treinen uit lang vervolgen tijden. De mijnwerkers gebruikten de treinen van 1918 tot en met de jaren 60. Nu staan ze te vervallen in de hete woestijnzon. In eerste instantie was ik niet zo gebrand om hier naartoe te komen maar ik moet zeggen, het is eigenlijk wel de moeite. Mooie locatie, die verroeste treinen met de woestijn en de blauwe lucht als achtergrond.

Mijn schaduw volgt me weer pffff .... Claire heeft echter een lumineus idee, ze zegt: 'kruip op één van de wagons - daar kan zij toch nooit op'. Nood breekt wet dus ik klauter op een wagon, het kost me best wat moeite maar de schaduw druipt af ... oef! Daarna rijden we naar het dorpje Colchani gelegen aan de oevers van de zoutvlakte, waar lokale families het zout ‘oogsten’. Met de blote handen worden de zoutzakken gevuld en toegebrand. Alles is voor consumptie in Bolivië zelf want er is zout genoeg in de wereld. Na deze twee korte tussenstops is het tijd om de echte zoutvlakte te ontdekken. De jeeps rijden achter elkaar de witte woestijn in - wat een spectaculaire rit - overal waar je kan zien, niets dan witte vlakte met op de achtergrond de prachtige bergketens.

Af en toe zien we wat water op het zout liggen en dit verandert het witte zout in een betoverende spiegel. Ook zien we bergjes zout die daar liggen te drogen gedurende 15 dagen alvorens ze naar de zoutfabriekjes worden gebracht. Rond de middag heeft Fabian een verrassing voor ons ... alle reisorganisaties lunchen op het eiland Inca Wasi maar wij niet ... we stoppen te midden van de witte vlakte. Onze begeleiders halen tafel, stoelen, gasflessen en kookgereedschap van het dak van de jeeps. Onze persoonlijke kokkin Lydia maakt voor ons een heerlijke lunch van pasta, groenten en kip. Wat een locatie om te lunchen - echt één van de hoogtepunten van de reis. Zo kunnen we langer genieten van de zoutvlakte. Terwijl Lydia kookt, doen wij aan 'spielerei' - we gebruiken al onze fantasie om idiote, grappige, speelse foto's te maken in de witte vlakte: de ganse groep die op me komt staan, Annelies en ik die op een fles staan, een dinosaurus die we tegenkomen ... Het resultaat van onze foto reportage kunnen jullie thuis bewonderen. De lunch is trouwens schitterend en iedereen is het er over eens dat dit voor herhaling vatbaar is. Na de lunch rijden ook wij naar het vulkanische eiland Inca Wasi waarop zich meters hoge reuzencactussen bevinden. Er is een wandelroute voorzien dus smeren we nog wat extra zonnecrème en stiften we onze lippen wat bij want de zon brandt hier enorm. Vanaf de top van dit eiland ontvouwt zich een panoramisch uitzicht dat elke omschrijving tart.

Het lijkt wel of de witte zoutvlakte één grote ijspiste is. Toch is dit prachtige landschap voor honderden mannen de witte hel, namelijk voor diegenen die er jaar in jaar uit in moeten hakken en graven om briketten ongejodeerd zout naar boven te halen. Ze krijgen slechts 0,60 € per ton zout. Op hun hoofd staat een bivakmuts, op hun neus een donkere bril tegen de onverdraaglijke lichtweerkaatsing. Hun handen en voeten zijn verbrand en aangevreten door het zout. Volgens specialisten ligt onder de zoutlaag meer dan de helft van de wereldvoorraad aan lithium. Deze plek is in theorie wel beschermd maar de huidige regering wil de minerale rijkdommen van het land graag uitvoeren. Hopelijk duurt het nog even zodat vele na ons nog van dit natuurschoon kunnen genieten. Vervolgens rijden we via het zouthotel, geheel opgetrokken uit zoutblokken, terug naar Uyuni. Het is vervallen en je kan er dus niet meer overnachten maar de locatie is wel prachtig. Terug in het hotel merk ik pas hoe mooi bruin ik ben geworden van dat ene dagje ... mijn gezicht is wel wat verbrand ondanks het vele smeren ... ja die hoogtezon is verraderlijk! 's Avonds eten we pizza in ons hotel. Moe maar voldaan kruipen we in ons bedje ... we zijn het er beide over eens - dit was tot op heden één van de mooiste dagen van de reis.



dinsdag 16 oktober 2012

La Paz - Uyuni

Deze dag staat er een lange reisdag over de Altiplano op het programma dus vertrekken we vroeg. Om 7 uur zit iedereen al in de bus. Het eerste traject gaat over goede asfalt, maar na een kleine twee uur komen we in een wegblokkade terecht. Waarschijnlijk stakende mijnwerkers van Ururu. Fabian werd al gewaarschuwd door een bevriend reisleider van Shoestring maar er zou een sluipweg zijn. Wanneer we daar aankomen, zien we wat vrouwtjes net stenen leggen zodat die sluipweg ook afgesloten wordt, ja dom zijn ze niet. Fabian springt uit de bus en onderhandelt met hen, mits betaling en omdat we buitenlanders zijn, mogen we door. We rijden door een veld tussen het vuilnis. Ururi is echt een grote vuilnisbelt waar een stad op gebouwd werd, als je het zo kan noemen. Het is meer een bouwwerf, overal onafgewerkte of vervallen huizen. Wanneer we weer aan de hoofdweg uitkomen, zien we de bus van Shoestring staan - opnieuw een blokkade. De groepsleider van die bus heeft ondertussen al onderhandeld met een taxichauffeur die een weg weet om toch nog de stad uit te geraken en heeft op ons gewacht. Weer volgt er een route langs het woeste landschap dwars door de vuilnisbelten en wonder boven wonder het lukt! We are back on track! Blijkbaar komen deze blokkades zo'n drie keer per week voor hier. Maar wij hebben dan nog geluk ... de mensen van de vorige Koning Aap reis hebben er toen 22 uur over gedaan om in Uyuni te geraken en het is ook al voorgekomen dat mensen stenen naar de bus gooien en de banden platsteken. In het dorpje Challapati moeten we stoppen. Twee militairen komen de bus op - een man en een vrouw. Ze vragen ons paspoort en gaan nadien terug van de bus. Fabian vertelt ons dat er hier vorige week een ware oorlog is losgebarsten waarbij ook doden zijn gevallen. Reden is dat in dit dorp bijna alle auto's gestolen zijn in Chili en illegaal de grens met Bolivië zijn overgekomen. Dat gaat al jaren zo maar nu vond de regering het welletjes en wou de auto's terughalen. Dat gebeurde natuurlijk niet zonder slag of stoot. Nu is er hier dus extra beveiliging. We lunchen in het dorpje Huari. Fabian heeft een heus buffetje voor ons samengesteld, er zijn lekkere broodjes, kaas, hesp, tomaten, komkommer, vruchtensap, banaan en yoghurt. Heerlijk zo in het zonnetje met al die schoolkinderen die ons aanstaren. Jammer dat ik me helemaal niet lekker voel dus kan er niet echt van genieten. Het rommelt in mijn buik en ik ben misselijk. Hopelijk gaat dit snel weer over. Na de lunch rijden we in één ruk door naar Uyuni. Nu begint de avontuurlijke route over een onverharde weg dwars door het verlaten woestijnachtige landschap. We zien prachtige rotsformaties en ik hou me bezig om hierin figuren te ontdekken in afwachting van de volgende stop.
Op 85 km van onze bestemming hou ik het niet meer. Gelukkig moet Claire ook naar het toilet en vraagt om te stoppen... net op tijd! Een uurtje later arriveren we in het troosteloze stadje Uyuni. We komen echter niet voor het stadje maar wel voor de gelijknamige zoutvlakte, die we morgen gaan bezoeken. Al bij al toch nog meegevallen - we hebben er 9 uur over gedaan. Wanneer we ingecheckt zijn, gaan we op ontdekking. Er is één hoofdstraat maar zelfs die stelt niet veel voor. Na een twintig minuutjes maken we dus rechtsomkeer en gaan we terug naar het hotel waar we ook eten.



maandag 15 oktober 2012

La Paz

In ons hotel is er vanmorgen weer een uitgebreid buffet voorzien. Mijn buik is terug beter en heb geen kwaaltjes meer behalve dan de verkoudheid die me op grote hoogte altijd parten speelt. Om half 9 komt een busje ons oppikken voor een prachtige excursie naar Chacaltaya, ooit de hoogst gelegen skipiste ter wereld. Verwacht niet je ski's direct onder te kunnen binden, want de gletsjers zijn verijst en de skilift wordt al jaren niet meer onderhouden. Onze gids voor vandaag is Carlos, een klein mannetje die wat op Danny de Vito lijkt. Onze chauffeur noemt Johnny en moet ons met zijn busje hoog boven La Paz brengen want Chacaltaya ligt op 5600 m boven zee niveau. Eerst hebben we nog asfalt maar hoe hoger we gaan, hoe smaller de weg en hoe meer zand en stenen. Achteraan het busje wordt er weer heel wat afgelachen als Johnny in de putten rijdt. Carlos noemt dit 'the dead Road' dus dat beloofd. De afgronden zijn inderdaad heel erg diep en geen enkele gewone auto waagt het om de berg op te rijden. De uitzichten zijn echter adembenemend en onderweg stoppen we af en toe om alvast wat aan de hoogte te wennen of wanneer we een kudde lama's of alpaca's tegenkomen. We hebben geluk want het is prachtig weer. Blauwe lucht en zeker 19 graden. Eergisteren heeft het hier nog gesneeuwd! Boven gekomen hebben we een prachtig zicht op de besneeuwde bergketens maar dan begint het nog maar. We zitten op 5200 m maar kunnen een wandeling maken tot aan de top op 5600 m. De drie mannen van de groep, Brenda en ikzelf wagen de klim. Volgens Fabian niet zo steil maar geloof me ... het was mega steil! Bovendien trappen we op onze adem want we zitten boven de 5000 m dus dat is geen lachertje. Het is slechts 300 m maar wij doen er zeker 40 min over. Halverwege wil ik opgeven maar Jules en Brenda manen me aan om rustig te blijven en op eigen tempo verder te gaan. Wat ben ik blij dat ik geluisterd heb want eens boven worden we beloond met een spectaculair uitzicht op de Altiplano, het Titicacameer en de Cordillera Real met zijn talloze pieken van boven de 6000 meter. De besneeuwde top van de Huayna Potosí met zijn 6088 meter kun je haast aanraken. We nemen een groepsfoto zodat we later kunnen terugblikken op deze geweldige ervaring. If you can make it here - you can make it anywhere!
We wandelen terug naar de rest van de groep en worden met applaus begroet. Ook de gids is trots en belooft een surprise voor de twee vrouwen die zich aan de klim hebben gewaagd ... we zijn benieuwd! Dan is het tijd om opnieuw naar beneden te rijden ... veel indrukwekkender en beangstigender dan naar boven. Af en toe hoor ik een gil van Claire als Johnny wat te dicht bij de afgrond komt. Carlos ligt te slapen dus hij is er gerust in. In de bus leren we Jules wat Antwerpse woorden ... dat is lachen geblazen. Tof koppel trouwens die Nederlanders! We dalen af tot de middenstad waar we gaan eten. Hier woont de middenklasse. La Paz is de enige stad ter wereld waar het bovenste en onderste gedeelte 800 m in hoogte verschilt. Hoe hoger, hoe kouder en hoe armer de mensen. Onderweg zien we een heus feest van de patroonheilige. Mensen in prachtige klederdracht zitten te keuvelen, lachen en eten op straat. We stoppen even om dit schouwspel van nabij te bekijken. Stefaan mengt zich zelfs tussen hen en eet met hen mee, tot grote hilariteit van de oude vrouwtjes.
In het restaurant aangekomen, krijgen we een volledig buffet voor 50 bolivos (6,25 euro) spotgoedkoop dus. We drinken een mega verse fruitsap met peche, ananas en passievrucht - zo lekker. Na het eten biedt de eigenaar nog een drankje aan dat we in één teug moeten uitdrinken. Het blijkt een soort schnaps ... Carlos laat een bokaal zien met een megaslang in ... maar het was best lekker. Na het eten gaan we naar de beneden stad waar het zo'n 30 graden is. Hier bezoeken we Moon Valley, zo genoemd door Neil Armstrong die er de maan in herkende. Het water van de canyon van de Maanvallei heeft de brokkelige rotswand aangetast, met honderden stalactieten en hoge smalle rotsformaties tot gevolg. Wat een prachtige locatie - hier zou ik uren in kunnen rondlopen maar omdat de lunch wat is uitgelopen hebben we maar een half uurtje. Enkele van ons besluiten toch de volledige toer te doen maar de zon brandt en het is in een hoog tempo dat we rondwandelen.
Ben doodmoe als we aan de bus komen maar wat ben ik blij dat ik dat gezien heb - echt een aanrader als je in La Paz bent. Wanneer we terug in het hotel zijn, doen we snel iets frisser aan om toch nog wat van La Paz zelf te ontdekken. Het straatbeeld van La Paz wordt bepaald door een mengeling van Europees geklede 'zakenlui' en cholitas, de zo kenmerkende Boliviaanse vrouwen met hun fraai geborduurde plooirokken (zogenaamde polleras) en 'dansende' bolhoedjes die op straat hun koopwaar aanprijzen. Alles is hier te koop maar zoals reeds gezegd ga ik met geen souvenirs naar huis komen, veel te druk en te kleurrijk. Wanneer we de kleine straatjes op en neer lopen, moeten we af en toe stoppen want er rijden hier heel wat oude auto's rond die een zwarte rookwolk achterlaten. Er is hier al zo weinig lucht dus kunnen we elke inspanning in dergelijke vervuiling wel vergeten. Af en toe stoppen en naar adem happen dus. 's Avonds regelt Fabian een tafel in een Mexicaans restaurant omdat we twee vegetariërs bij ons hebben. Eens we daar zijn, vertrekken zij echter terug want er staat blijkbaar niets naar hun zin op de kaart. Het is wel lekker maar zwaar - zeker na die menu van vanmiddag ... ze gooien ze er weer aan de kilo's! Malika, Annelies en ik wandelen terug naar het hotel. Daar aangekomen vraagt Malika haar paspoort uit de kluis - ze krijgt er 3 en mag kiezen ... dat kan alleen in Bolivië. Morgen vertrekken we weer vroeg en nu naar 'the middle of nowhere' - dus enkele dagen geen blog vrees ik. Jullie horen me terug binnen een dag of 2.



zondag 14 oktober 2012

La Paz

Vanmorgen wat gerommel in de buik dus een licht ontbijt ondanks het uitgebreide ontbijtbuffet. Hier in Peru hebben ze zo veel verschillende soorten cereals met aardbeien yoghurt en honing dus er is keuze genoeg. Ik laat de lekkere eitjes, worstjes en pancakes aan mij voorbij gaan. We zetten onze bagage beneden in de lobby en vertrekken dan met een wel heel speciaal vervoersmiddel naar de Uros Rieteilanden. Buiten staan 5 echte bakfietsen ons op te wachten. Per twee nemen we plaats en dan kunnen we door de straten van Puno naar de Puno Bay rijden. Speciaal is wel dat wij vooraan zitten en de chauffeur achter ons, net omgekeerd dus dan in Azië. Veel leuker ook want nu zie je tenminste iets. Het is lekker rustig want het is zondag. Het Peruviaanse leven komt stilaan op gang, het is nog frisjes maar de lucht is blauw en er staat al een flauw zonnetje. In de haven nemen we de boot en wanneer we de eilanden naderen begint de zon volop te schijnen. Aangekomen op deze drijvende eilanden, krijgen we een uitleg over hoe de Uros-indianen vroeger leefden, al willen de mensen op de eilanden zelf en onze plaatselijke gids ons wel doen geloven dat de mensen er nu ook nog leven. Dat is echter niet het geval en dat merk je aan alles. Van zodra we voet aan wal zetten - vreemd gevoel trouwens want de onderkant rot zachtjes weg - worden alle mogelijke souvenirs uitgepakt en tentoongesteld. De mensen laten zich ook gewillig fotograferen maar we voelen wel een lichte drang om te kopen. Alles is hier zo goedkoop dat iedereen wel een kleinigheidje koopt ook al hebben ze niet echt dingen waarvan je zegt 'goh dat wil ik nu echt graag hebben'. Ja jullie lezen het goed ... koopzieke Nadine gaat niet met veel naar huis komen.
Na de excursie nemen we de boot terug naar Puno en gaan dan de bus op richting Bolivië. Fabian is er al helemaal op gekleed en heeft een T-shirt aangetrokken van de Boliviaanse voetbalploeg ... kwestie van op zeker te spelen. Wanneer we bijna aan de grens komen zegt Fabian ons nogmaals dat we hem daar niet mogen aanspreken als gids, want dan komt hij in de problemen. Bolivië is namelijk zo corrupt als de pest en het is absoluut verboden zelf te gidsen. Als je een gids wil, moet je een Boliviaan inhuren! Dat heeft Koning Aap dan ook gedaan ... Grace, een kleine, vriendelijke dame staat ons dan ook al op te wachten. Eerst gaan we dollars omwisselen in bolivos, de plaatselijke munt van Bolivië. Annelies geeft me haar slechte 100 USD biljet en we gaan proberen. Ik vraag om te wisselen in kleine coupures. We zitten nog in Peru en Fabian geeft ons weinig hoop maar wonder boven wonder ... ze accepteren het. Daarna moeten we de grensformaliteiten trotseren maar dat gaat allemaal heel vlot. Ik zat er wel wat mee in want plots realiseerde ik me dat ik nog steeds de coca bladeren in mijn tas heb zitten. Fabian stelt me echter gerust Bolivië is hét land van de cocaïne en alles maar dan ook alles mag de grens over - er is hoegenaamd geen controle ... alleen gidsen daar zijn ze allergisch voor. We ondervinden inderdaad geen problemen. Aan de andere kant in Bolivië staat onze bus ons al op te wachten. Plots is er paniek ... Achiel roept Paula uit de bus ... blijkbaar is hun koffer er niet bij. Volgens Paula zat ze wel in de bus bij vertrek in Puno en volgens Fabian kan ze nooit aan de grens verdwenen zijn. Er worden wat telefoontjes gedaan maar na een half uurtje is er nog geen uitsluitsel. De buschauffeur zegt dat er geen koffer meer in zijn bus zit en het hotel in Puno kan Fabian niet bereiken. Er zit niks anders op dan af te wachten maar de sfeer is plots wel wat bedrukt. Malika vraagt wel 5 keer aan Fabian of haar roze koffertje er wel in zit ... tactvol als altijd ... maar ja ze weet niet beter. Ben er wel van overtuigd dat ze een gouden hart heeft (dat dat uit mijn pen komt, ben er zelf verbaasd over). 'Als Paula een BH nodig heeft', zegt ze, 'dan mag ze er altijd eentje bij mij komen lenen want ik heb er toch 15 bij'. Lief toch - alleen Paula zou er in verdrinken. Eens over de grens zien we het landschap veranderen. We rijden de hele tijd naast het Titicacameer, het grootste bevaarbare meer ter wereld en 8550 km2 groot. De grens tussen Peru en Bolivië loopt ook door het meer - 60% Peru en 40% Bolivië. Wanneer we uitstappen, komen de kindjes al naar ons toegelopen.
Geen lama's en alpaca's meer - wel schaapjes, koeien en ezels. Het eerste dorp in Bolivië dat we binnenrijden is groezelig, vuil en je ziet gewoon dat hier de armoede enorm is. De chauffeur van onze bus is net Fred Flinstone .. die denkt dat hij met de Flinstone mobiel rijdt, het gaat maar niet vooruit en Fabian wordt een beetje ongeduldig. Meer dan een half uur later arriveren we op het uitkijkpunt van de stad La Paz. Van hierboven zie je pas hoe groot deze stad is. Daarom ook dat de bewoners van La Paz steeds zeggen dat hun stad de hoofdstad is van Bolivië alhoewel dat niet zo is. Sucre is de officiële hoofdstad maar hier gaan we niet naartoe tijdens deze reis. Wanneer we uiteindelijk La Paz binnenrijden, laat dit ook geen verpletterende indruk na ... bakstenen en betonnen huizen met een dak en daar is dan ook alles mee gezegd. La Paz ligt in een V - d.w.z. dat de hoofdstraat beneden ligt en dat dan aan weerszijde de straten omhoog gaan. Loop je dus verloren, altijd naar beneden wandelen en dan heb je een oriëntatiepunt. Ons hotel ligt midden in het centrum. We checken in en dan horen we plots op de gang een man roepen en tieren in het Spaans. We openen even de deur van de gang en Malika staat daar doodsbang voor een man die duidelijk of dronken, of stoned is. Blijkbaar had Malika haar deur op slot gedaan en toen kon ze niet meer buiten, ze raakte in paniek en begon aan de deur te trekken. Dat was te veel lawaai voor die man en hij begint haar uit te maken. Zij is helemaal ondersteboven en geschrokken en kan haar tranen niet bedwingen. Ocharme heb er medelijden mee. Gelukkig komt Jules zich even moeien en druipt de man af. 's Avonds gaan we eten bij La Luna y Sol, een restaurant dat uitgebaat wordt door een Nederlander maar met een Antwerpse kok in de keuken. Ze hebben hier alles wat ze thuis ook hebben. Tijd dus voor mijn lievelingsgerechtje ... Fabian gaat voor de kroket met nasi - 't is dan ook een Nederlander! Na het eten bedanken Paula en Achiel ons voor het geduld en medeleven van vanmiddag en trakteren ons - ze hebben super goed nieuws gekregen, de koffer is terecht. Ze zullen deze wel pas in Peru terugzien over 9 dagen maar het is wel een opluchting. Na het eten is het tijd voor de inspanning van de dag. Het restaurant ligt beneden en wij slapen boven. Klimmen dus ... en geen klein beetje. We zitten op een hoogte van 3800 m dus trappen we al gauw op onze adem. Morgen uitslapen want we gaan pas om 8 uur weg.