woensdag 27 maart 2019

Elche - El Huerto del Cura - La Mata

Wat is het fijn wanneer je ‘s morgens opstaat en je overstelpt wordt met felicitaties. Alweer een dagje ouder vandaag maar nog steeds jong van hart. De zon schijnt volop en de wind is een beetje gaan liggen, het belooft dus een fijne dag te worden. Na het ontbijt rijden we naar Elche, de palmen stad. Wanneer we de stad binnenrijden weten we gelijk waarom. In de tijd van de Moren is de stad verplaatst en omgeven door palmbomen. Deze oase is in 2000 tot Werelderfgoed verklaard en de palmbomen mogen niet worden gekapt.


Het centrum is niet erg groot maar echt gezellig, kleine straatjes, veel winkeltjes en tapa bars. Op het plein waar we de wagen hebben geparkeerd, staat een groot beeld van een vrouw met de haren in wielvorm langs het hoofd, helemaal versierd met bloemen. Her en der in de stad komen we die vrouw tegen en we zijn echt benieuwd wie het is. Na wat research komen we te weten dat deze Iberische dame het boegbeeld is van Elche. Het beeldje werd gevonden in 1897 en stamt uit 425-374 v. Chr. Het origineel is te vinden in het archeologisch museum in Madrid. Dat weten we dan ook weeral.



We wandelen naar de centraal gelegen Basilica de Santa Maria. De kathedraal imponeert aan de buitenzijde door zijn zeer zware vierkante toren, de overdadige barokke inkom en de blauwe koepel. Binnenin trekt de gaanderij, die boven rondom de kerk loopt en verschillende balkons met elkaar verbindt de aandacht. Het is een donkere kerk en daar hou ik niet echt van dus lang blijven we er niet rondhangen. Aan de uitgang is het file want een man probeert de kerkdeur te openen maar dat lukt niet zo goed. Trekken, nee dat gaat niet, duwen ja dat wel maar niet als je aan de verkeerde kant duwt. Gelukkig kan hij er zelf mee lachen en wanneer het hem eindelijk lukt, houdt hij zelfs de deur voor ons open. Aan de overkant staat er een mooi standbeeld van een soort wereldbol waarop allerlei spreuken verwerkt zijn, alsook het indrukwekkende Altamira Palace met op de achtergrond, hoe kan het ook anders,  palmbomen. 



Ondertussen hebben we stilaan een hongertje dus zetten we ons op een zonovergoten terrasje voor wat tapa’s. Hier bij La Fabrica 1984, krijg je bij elke tapa een glas wijn dus Ingrid is in haar nopjes. Ze besluit de tapa’s 1 voor 1 te bestellen. Je moet niet groot zijn maar slim. Op die manier versiert ze twee glazen wijn in plaats van eentje. Deze combinatie kost slechts 2,5 euro dus hier word je goedkoop zat! Zowel de garçon als enkele klanten op het terras doen de bijnaam die mijn vader voor de Spanjaarden heeft, alle eer aan. Hij noemt ze soms de ‘stierenvreters’ en ze hebben stuk voor stuk een piercing in de neus, de ene al wat groter dan de andere. Dat kan toch niet gemakkelijk zijn als je een verkoudheid hebt! In ieder geval het eten is super lekker en verzorgd, een adresje om te onthouden. 



Elche is dus vooral bekend voor zijn enorme palmentuinen en eentje in het bijzonder zou de moeite waard zijn, El Huerto del Cura. We weten het ongeveer liggen en gaan op zoek. Het lijkt alsof Ingrids oriëntatie er een stuk op verbeterd is, nu ze twee glazen wijn achterover heeft gekapt want zonder aarzelen wijst ze de weg. Hier links, hier rechts, ja hier zijn we gepasseerd. Na een tijdje komen we echter terug bij ons beginpunt, mmmm die oriëntatie is toch niet wat het moet zijn. Na twee pogingen halen we ons beste Spaans maar boven en vragen de weg. Blijkbaar zitten we helemaal verkeerd - we moeten opnieuw langs het gemeentehuis, dat we al twee keer gepasseerd zijn. Na een half uur zoeken, loop ik er dan nog bijna voorbij. Gelukkig is Ingrid heel even bij de pinken. 


De entree die we moeten betalen is best pittig naar Spaanse normen, 5 euro voor het jonge veulen en 3 euro voor de, hoe zal ik het zeggen, oudere dame :-) Maar wat we te zien krijgen, is echt de moeite. In dit park dat als "koelkast" moet fungeren in de hete zomermaanden, zijn duizenden palmen te vinden. We moeten gewoon de nummering volgen maar volgens ons klopt die van geen kanten of zou het dan toch aan dat gebrek aan oriëntatie liggen? Volgens Ingrid niet, ze kunnen hier geen pijlen goed zetten zegt ze.



Aan de ingang botsen we gelijk op een prachtige waterpartij met het borstbeeld van hoger vernoemde ‘La dame de Elche’. Via de mooi aangelegde wandelpaden, komen we bij ‘La Palmera Imperial’, die zijn naam dankt aan keizerin Sissi. De enorme palmboom die meer dan 165 jaar oud is, werd aan haar opgedragen. Normaal groeien er extra palmbomen aan de basis van een boom maar bij deze palmboom verschenen 8 extra palmbomen 2 meter boven de grond. Deze worden gevoed door de basispalm. Indrukwekkend om te zien. Behalve palmbomen, zijn er ook andere planten te bewonderen in het park, waaronder verschillende cactussen. Het is hier heerlijk wandelen tussen de bomen en de prachtig aangelegde waterpartijen. Ingrid spot een witte pauw en doet alle moeite om hem zo ver te krijgen zijn staart open te doen  maar dat lukt jammer genoeg niet. Met spijt in het hart verlaten we deze groene oase van rust maar we willen nog graag even langs La Mata, het nationaal park waarin het blauwe meer gelegen is. Benieuwd of we hier wat flamingo’s kunnen spotten.



Salina de La Mata is 700 hectare groot en is een belangrijk watergebied met daarbij een speciaal beschermde zone voor vogels. We parkeren de auto in het zonnetje maar wanneer we de deur openen, waaien we bijna weg. De wind is weer in alle hevigheid terug. We starten aan onze wandeling door het nationaal park via de indrukwekkende wijnvelden in de richting van het meer. Aan een houten pond zien we een hut en we besluiten even een kijkje te gaan nemen. De deur is langs buiten vergrendeld dus Ingrid doet de hendel van het slot en we stappen binnen, recht in het clubhuis van 3 jonge gasten die er een potje wiet zitten te roken. Ze doen teken dat we gerust een kijkje mogen nemen en openen zelfs een luik dat uitzicht biedt op het meer. In de verte zien we tientallen flamingo’s aan het water maar jammer genoeg is dit toch iets te ver. We nemen afscheid en stappen al lachend weer de frisse lucht in. Die gasten zullen net zo verrast geweest zijn als wij. Toen we eraan kwamen hadden we wel iemand op het dak van de hut gezien dus hij moet er aan de andere kant, via het luik zijn ingekropen want hoe kan het anders dat de deur vergrendeld was langs buiten? Op de terugweg zien we onze drie vrienden op hun mountainbike voorbij racen, blijkbaar nog zwaar onder invloed want het fietspad dat nochtans breed genoeg is, is voor hen niet breed genoeg. Ze rijden half op de weg zich van geen kwaad bewust.  



Omdat ik jarig ben, mag ik het restaurantje kiezen dus wordt het uiteraard Aziatisch. In het dorp is er een lekkere chinees volgens Ingrid. We krijgen een aperitief van het huis en wanneer het eten op tafel komt vraag ik onze garçon een foto te nemen. Iedereen weet dat Chinezen uitblinken in het nemen van foto’s. Wij hebben de enige chinees gevonden die dat niet kan! Echt ongelofelijk, hij probeert tot 10 keer toe maar het lukt hem niet. Iedereen kijkt geamuseerd toe. Mocht ik niet beter weten, ik zou denken dat Ralph Inbar hier banana split opneemt. Uiteindelijk geeft de lieve man het op! Geen foto van ons beiden dus ....



Eenmaal thuis zondig ik nog maar lekker verder want in de plaatselijke supermarkt hebben ze pasteis de nata en Ingrid is er enkele gaan halen. Heerlijk!


2 opmerkingen:

  1. Blijkbaar zijn mijn twee tips goed bevallen en daar ben ik blij om. Zo te zien heb je je verjaardag goed kunnen vieren
    en dat jaartje is er echt niet aan te zien. Tot binnenkort

    BeantwoordenVerwijderen
  2. genieten is blijkbaar jullie hobby maar het schrijven is als een prof ben er precies bij geniet nog van jullie laatste dagen L

    BeantwoordenVerwijderen