We worden wakker vóór de wekker afgaat, dus om 8 uur zitten we al aan het ontbijt. Het buffet is lekker uitgebreid, echt alles is er! Normaal ontbijten we geen van beide maar vandaag is het echt vakantie dus laten we ons helemaal gaan tot ons buikje bijna ontploft.
Op de planning staat alweer een museumbezoekje. We trekken naar het Museum Voorlinden. Dit ligt op maar 20 minuutjes rijden van Leiden dus ideaal om het dit weekend mee in te plannen. Ik ben er al eens geweest maar vond het toen zo leuk, dat ik graag nog eens terugga. We hebben afspraak om 10 uur voor de stilte op sokken tour. Daar aangekomen, blijken we niet alleen maar toch is het nog lekker relaxed want er mogen slechts 50 mensen het museum binnen tussen 10 en 11. Het is heerlijk … genieten van kunst in alle rust.

Het is de ideale manier om de kunstwerken écht in ons op te nemen, zonder afleiding. Tania zorgt wel voor een kleine opschudding want haar telefoon blijkt bij het nemen van elke foto een klik te produceren. Een van de bewakers maant haar aan om het af te zetten maar dat is gemakkelijk gezegd dan gedaan. Het lukt ons niet dus die kleine klikjes zullen de andere bezoekers er maar moeten bijnemen. Zo luid is dat nu ook weer niet. Sommige kunstwerken heb ik al gezien zoals het zwembad, de mini liftjes, het caracolevormige labyrint en het strandtafereel met reuzen, maar er zijn er toch nog best veel bijgekomen. Een simplistische kamer waar het zonlicht binnenvalt, een muur van kleurrijke boeken, een introductie tot New YorK en een blokhut waar het water binnenstroomt.

Verder is er ook een prachtige kleur en lichtinstallatie van Jacco Olivier, waar we helemaal zen van worden. Revolution heet het en het brengt statische schilderkunst in beweging. Het is een hypnotiserend panorama vol zwevende sterren, ronddraaiende planeten en spiraalvormige sterrenstelsels. Door het grote formaat van de videoprojectie worden we opgeslorpt, net alsof we een onderdeel zijn van dit oneindig veranderend universum.

De tijdelijke tentoonstelling is volledig gemaakt van suiker. Met schuimpjes, spekken en snoepkettingen bouwt Simone Post haar ouderlijk huis na, compleet met knuffels, stapelbed en haar moeders naaiatelier. Alles wat we zien in ‘Sweet Memories’, van vloerkleed tot wasmachine, is gemaakt van snoep. Het ruikt er heerlijk en het is bovendien heel verleidelijk, maar daar hebben ze hier in Voorlinden iets op gevonden. Aan de ingang van het suikerhuis, staat een man met een mand vol spekken. Op die manier zijn ze zeker dat de mensen niet stiekem de installatie oppeuzelen.
Voorlinden stelt opnieuw niet teleur. Bijna 2 uur later, wanneer het museum zich al gevuld heeft met een mensenmassa mét schoenen aan, ruilen we het moderne gebouw in voor een wandeling in de prachtige tuin. Naast de vijver, drinken we nog een lekker theetje. In de namiddag rijden we terug naar Leiden om wat rond te kuieren in de stad en de belangrijkste bezienswaardigheden te bekijken.
Tania spot een typische Leidse lekkernij waar zij verzot op is, namelijk de Leidse kletskop. Om het in het Leidse dialect te zeggen: Dat syn van die platte, ronde dinghen, die ons de ‘schorftenhoofden’ noemt, se syn met botter, suijker en caneel bebloemt; noyt beter cost en hebt ghy gheten! Ze stuift binnen en vraag maar liefst zes stuks. De man hoort dat ik ze nog nooit gegeten heb en geeft er prompt eentje om te proeven. Ik ben me van geen kwaad bewust, wanneer ik er mijn tanden in zet. Weet ik veel dat dit keihard is en van zodra ik erin bijt, brokkelt er een stuk af en dat valt pardoes op de grond. Verschrikt kijk ik dan man aan maar hij zegt lachend: ‘mijn infrastructuur niet bevuilen hé’. Plichtbewust raap ik het stukje op maar het belandt wel in de vuilbak. Het is wel lekker maar hoteldebotel ben ik er niet van. Tania is in ieder geval wel blij met haar gevuld doosje.

We trekken naar de Oude Haven en bezoeken de Leidse Stadstimmerwerf waar een tijdelijke tentoonstelling plaatsvindt. Bij de Molen De Put staat het standbeeld van Rembrandt Van Rijn. Hier gaan we de brug van het Galgewater over, waar vroeger veel galgen stonden waar misdadigers werden opgehangen. Vandaag is het één van de meest pittoreske plekjes van Leiden.

Ondanks ons uitgebreid ontbijt, hebben we toch een klein ‘goestingske’, dus zetten we ons op het terrasje van Tabú, een Mexicaans restaurantje naast het water. De taco’s hier zijn heerlijk maar dat vinden de wespen ook. Heel vervelend! Misschien zijn het onze zoete drankjes waar ze op afkomen. Wanneer de serveerster met de rekening komt, blijkt dat ze er ook nog twee glazen wijn heeft opgezet, maar die waren voor onze lieftallige Spaanssprekende buurvrouwen. Die zijn er echter al lang vandoor, waarschijnlijk met een veel kleinere rekening dan ze hadden verwacht. Met de glimlach, wordt onze rekening aangepast. Nederlanders zijn toch altijd super vriendelijk.

Naast de grachten zijn ook de hofjes typerend voor de stad Leiden. Deze zijn verspreid over het hele centrum van de stad. Er zijn er maar liefst 35 waarvan het eerste dateert uit 1467. De meesten zijn gewoon te bezoeken maar je moet het wel weten want ze zitten vaak verscholen achter een gesloten poort. Stuk voor stuk zijn het kleine paradijsjes om te ontdekken. Meestal mag je wel vooraan een kijkje nemen maar echt rondlopen tot vanachter mag niet, omdat je de rust van de bewoners moet respecteren. In één van de hofjes zitten twee dames buiten een theetje te drinken en ze spreken ons aan. Blijkt dat het 2 zussen zijn waarvan de ene dus hier woont en de andere, die op bezoek is, woont in Schilde. We krijgen nog wat leuke tips, nemen een foto van een kunstwerk waar we beide verliefd op zijn en zeggen dan vaarwel. Later die dag komen we ze nog tegen in de stad en worden we begroet alsof we vrienden zijn. Heel leuk!

Al kuierend door de stad, passeren we de oudste botanische tuin van Nederland, Hortus. Sinds 1590 is dit de studietuin van de Universiteit Leiden. We wandelen eerst door de grote kassen waar diverse orchideeën staan. Al die verschillende kleuren en vormen, zo mooi. De meest bijzondere plant is echter de reuzenaronskelk, ook wel de penisplant genoemd. Hij staat bekend om zijn immense bloeiwijze die wel 3 meter hoog kan worden. Al fronsen we daarbij toch even onze wenkbrauwen, geen vergelijking volgens ons, maar misschien zegt dat meer over ons? De bloem verspreidt een penetrante geur en het is niet echt aangenaam om eraan te ruiken.

Alle tuinen hier zijn mooi maar de Chinese tuin vinden we echt prachtig met een mooie vijver vol waterlelies en een bamboebos. We struinen verder door de Mediterrane-, kruiden-, rozen-, tulpen- en varentuin. Her en der staan banken waar mensen uitrusten, op het gras tussen de planten liggen koppeltjes op een deken te genieten van elkaar en het groen. Het is echt een geweldig plek om te vertoeven.
Na meer dan twee uur verlaten we Hortus en wandelen we richting de Botermarkt. De wekelijkse zaterdagmarkt loopt hier op haar einde, de marktkramers rijden stilaan naar huis en de bezoekers zoeken een plekje aan het water voor het diner. Wij hebben gereserveerd bij Buddha, mijn favoriete Thaise restaurantje in Leiden. Het eten is hier werkelijk subliem. De zalm in Chili is nog steeds even lekker als in mijn gedachten. Voldaan wandelen we in de late avondzon richting ons hotel.