donderdag 3 december 2015

Polonaruwa - Gerithale

Wanneer s' morgens de wekker gaat en ik mijn oorstoppen uit doe, merk ik pas de jungle geluiden rondom mij. Niet zo goed geslapen dankzij een bloed zoekend monster dat mij de halve nacht heeft wakker gehouden. Niet het geluid maar wel de jeukende bulten op mijn lijf. Vol goede moed het bed uit en na het ontbijt bestaande uit vers fruit en toast met mierzoete confituur, rijden we naar een plek waar olifanten uitstapjes maken met toeristen want iedereen wil eens op de rug van een olifant. Ook al had ik me voorgenomen nooit meer op de rug van deze lieve dieren plaats te nemen, ga ik maar mee want alleen achter blijven zonder alternatief is geen optie. De gids verzekert ons echter dat de olifant in Sri Lanka een heilig dier is en dat ze bijgevolg nooit echt moeten werken en heel goed behandeld worden. De eerste 5 nemen plaats op de grootste olifant, Rani genoemd en Ria, Maria, Eddy en ikzelf krijgen een kleiner exemplaar, ook Rani genoemd. Hoe origineel! Uiteraard worden er snoepjes verkocht voor de olifanten, in dit geval zijn dat overrijpe mango's en ik ben de pineut want ik zit het dichts bij haar slurf. Rani gooit die om de haverklap krullend omhoog. Ze lijkt wel uitgehongerd en telkens moet ik de kleverige vrucht in haar slurf steken. Daarbij ademt ze zeer zwaar en produceert ze een verschrikkelijk slechte geur. Maria merkt op dat zo'n beest geen tandenborstel heeft. Er wordt heel wat afgelachen op de rug van Rani. We zitten er nog maar 5 min op en iedereen wil er al af. Tja ik had hen verwittigd dat het geen 'walk in the park' zou zijn. Maria schuift constant naar voor en wordt regelmatig op de vingers getikt dat ze ons evenwicht moet behouden. Ria zit met haar zijkant tegen de ijzeren bar van de stoel waarop we zitten en roept al giechelend dat ze er zeker blauwe plekken aan over zal houden. Ondertussen heeft één van de begeleiders mijn fototoestel in de mot en wil graag wat foto's nemen van ons. Wanneer hij het eenmaal in zijn handen heeft, wil hij het niet meer afgeven. Ik leg me er dan maar bij neer en roep hem constant toe wat hij moet fotograferen. Hij luistert gelukkig wel maar een goede fotograaf zal hij wellicht nooit worden.

De olifanten worden via een smalle weg langs het Thabale meer geleid. De omgeving is prachtig en af en toe stopt de begeleider om ons te wijzen op een leguaan, een speciale vogel of een aap. Maria tracht deze te fotograferen maar dat lukt niet zo goed al wiebelend op de rug van Rani. Geen nood, ik roep wel even naar ons ventje op de grond. Wanneer we na een uurtje terug bij ons vertrekpunt komen en ik terug grond onder mijn voeten voel, moet ik heel wat overredingskracht aan de dag leggen om mijn fototoestel terug te krijgen zonder te betalen. Tja het was te verwachten natuurlijk. Maar Azar komt ons ter hulp en geeft de mannen elk een kleine fooi uit de pot. We overleven de "elephant walk" en ook de blauwe plekken lijken nog mee te vallen. Onze lachspieren daarentegen ...

We kruipen terug de bus op en rijden verder naar Polonaruwa, de tweede hoofdstad van het oude Sri Lanka. De route gaat langs allerlei kleine dorpjes. We zien nu veel beter de grote verschillen in armoede. Vanaf de grote weg lijkt Sri Lanka redelijk welvarend en ook daarbuiten komen huizen voor die meer lijken op kleine bungalows, maar we zien ook genoeg huisjes die zijn opgebouwd uit een paar golfplaten. Af en toe steekt er een varaan de straat over. Best wel grote beesten maar gelukkig heel vredelievend, al zou ik toch geen klap van zijn staart willen.

De historische stad van Polonnaruwa bestaat uit verschillende ruïnes en staat op de werelderfgoedlijst van UNESCO. Het Vejayanta Pasada of koninklijk paleis straalt nog altijd fierheid uit ook al zijn er nog maar twee van de zeven verdiepingen over. Hier waren god en koning gelijk. Twee mannen staan bovenop de gigantische muren van bijna 2,5 m dik onkruid te wieden. Ieder zijn job zou ik zeggen maar ik krijg al hoogtevrees enkel door naar hen te kijken. We gaan verder naar de Kumara Pokuna, een terrasvormig bekken waar het water uit de muilen van twee krokodillen spuit. Net daarnaast ligt de Parakrama Bahu. Olifanten, roofdieren en kleine figuren vormen een lange kring rond dit sierlijke drie verdiepingen tellende gebouw. Er ligt een mooie maansteen bij de ingang en de zuilen op het platform droegen vroeger een houten dakconstructie. De ruïnes liggen zo verspreid dat Azar ons voorstelt om naar het volgende stuk te rijden. Wanneer we aankomen bij het terras van de tand gaan we eerst de plaatselijke frisdrank even proeven. Sinaasappelsap met veel suiker en soda water. Lekker en verfrissend!

Daarna mogen we de tempels van de tand gaan verkennen. Bij elke tempel moeten onze schoenen weer uit. Nu zullen jullie denken, dat maakt toch niets uit, dan loop je toch lekker op blote voeten. Nou, de werkelijkheid is toch even anders. Ten eerste ligt er op de grond een soort grof zand dat best wel pijn doet aan onze eeltloze, westerse voetjes. Ten tweede moeten we ook nog een granieten trap op met kiezeltjes. Ten derde is de grond gloeiend heet. Maar we zijn voorbereid en hebben allemaal extra sokjes bij. Rondom ons horen we echter in alle talen au, au, heet, heet, au, au. We denken niet dat die toeristen van de ruïnes genieten. De meest indrukwekkende tempel is de Vatadage.

Deze is bereikbaar via trappen, die versierd zijn met prachtige maanstenen en wachters die in een herkenbare hindoestijl zijn uitgehouwen. Vier zittende Boeddha's kijken naar de vier hoofdwindrichtingen. De Hatadage aan de overkant zou in 60 dagen gebouwd zijn. De tand van Boeddha werd lange tijd in deze tempel bewaard. Ook in de Atadage tempel werd de reliekschrijn met de tand van Boeddha nog bewaard. Via een gerestaureerde zuilengang kom je bij een mooie staande Boeddha. De beelden hier zijn werkelijk prachtig en de site kan me uitermate bekoren.

Een familie aapjes zit naast één van de tempels. We bewonderen ze van op een afstandje want ze kunnen soms wel agressief uit de hoek komen. Wanneer we bij de grootste pagode komen, begint het te druppelen maar gelukkig is het maar wat bangmakerij. We wandelen op kousenvoetjes rond de enorme stoepa want dat zou geluk brengen. We ronden ons bezoek aan de site af bij de Kalu Gal Vihara, ongetwijfeld het wonderlijkste monument van Polonnaruwa. Vier reusachtige beelden werden namelijk uit de granieten wand gehouwen. Alleen jammer dat er een lelijk metalen dak over werd gemaakt. De liggende Boeddha, die ik het mooist vind, is dood en heeft een serene glimlach op zijn gelaat. Op één dij zie je de kogelinslagen nog die een Brit veroorzaakte in de 19de eeuw. De schutter vluchtte de wildernis in maar botste daar op een wraakzuchtige olifant die hem met één trap van zijn poot vermorzelde.

We lunchen pas om half 2 en maken nadien een "ballade" in Gerithale. Azar houdt ervan een promenade "ballade" te noemen. Het liedje "La ballade des gens heureux" van Gerard Lenorman spookt dan ook regelmatig door ons hoofd. Echt fout is het niet maar voor ons is het toch ongebruikelijk om een wandeling van dit kaliber te bestempelen als "een tochtje". Vandaag blijft de regen gelukkig achterwege waardoor we echt kunnen genieten van de omgeving. We wandelen langst de rivier met zicht op de indrukwekkende groene rijstvelden, kindjes komen ons af en toe tegemoet en poseren gewillig voor een foto.

Hun moeders wassen zichzelf en hun kleding in de rivier. Onderweg zien we weer allerlei dieren, zelfs een slang die echter snel wegkruipt in het struikgewas. De temperatuur is opgelopen tot boven de 35 graden en de vochtigheid is enorm waardoor het zweet van onze rug loopt. Na drie uur wandelen is iedereen moe en we zijn dan ook blij wanneer we de bus zien verschijnen. In ons resort heeft het heel erg geregend want het ligt er vol met plassen. We nemen een heerlijke douche en dineren opnieuw op het terras, ondertussen gewend geraakt aan de enorme vleermuizen die het buffet insectenvrij houden. Ria tracht Azar te doorgronden. Hij kan nogal vrouwelijk met zijn kontje draaien en is heel erg into fashion want heeft elke dag iets anders aan. Maar daartegenover staan de avances naar mij toe dus beginnen we te twijfelen. Is hij homo of hetero? Vrouwe Justitia is Ria goed gezind vanavond. Wanneer zijn telefoon gaat, hoort ze in de verte een kinderstemmetje. Hij reageert heel vertederend dus Ria zet haar meest vragende blik op en vraagt of dat stemmetje van zijn kindje is. Hij knikt bevestigend en toont fier de foto's van zijn vrouw, een mooie moslima, en van zijn dochtertje. Mysterie opgelost, onze gids is niet gay maar getrouwd met een prachtige vrouw en zijn mooie dochtertje maakt het familieplaatje compleet.

Moe maar voldaan kruipen we in ons bedje. We liggen nog maar goed en wel neer of het licht gaat, na wat geknetter uit. Ria besluit even naar de receptie te gaan en komt terug met 4 mannen om ons probleem te verhelpen. Ze zijn echter niet zo technisch aangelegd en zeggen ons dat het een groot defect is maar dat ze de elektricien gaan bellen en binnen 10 min terug komen. Ondertussen is het wel al 20 voor 11 dus we besluiten de noodlamp te doven en toch maar de ogen te sluiten want Sri Lankaanse 10 min kunnen wel eens een uur of 4 zijn.

 

 

2 opmerkingen:

  1. Wat een temperatuur. Zo te zien heb je er toch niet zoveel last van.
    Nadine op een olifant, het is toch weer wat anders !!
    Het is toch weer een reis naar je tand hé.
    Groetjes

    BeantwoordenVerwijderen
  2. Hopelijk heb je terug licht.Het lezen van je blog is alsof we erbij zijn.
    Denk wel dat jullie genieten en de foto op de olifant is mooi en veronderstel
    dat het een hele belevenis is op de rug van zo een groot beest.
    Vele groetjes en genieten.

    BeantwoordenVerwijderen