vrijdag 26 april 2019

Aqaba

Wat een nacht! De eerste uren liggen we wakker van de hitte maar daar wil ik niet over klagen want alles is beter dan de kou, maar dat lawaai. OMG! Het lijkt wel of ons bed staat in de soeks. Getoeter, Arabische muziek, geloei van sirenes, kakelende Arabieren. Dit heb ik nog maar zelden meegemaakt. Alle Jordaniërs zetten een stapje in de wereld vannacht. Ik introduceer mijn oordopjes aan Ria want zonder is het echt niet te doen. Aanvankelijk staat ze hier wat weigerachtig tegenover maar na enkele minuten gaat ze toch overstag. Uiteindelijk vallen we dan toch in slaap. Deze ochtend draaien wij ons eerst nog verlekkerd om want we hebben alle tijd en soezen nog wat. We genieten van de stilte, die kakelende Arabieren liggen waarschijnlijk nog in hun bed of zijn althans niet op straat te vinden. Om half 5 vanmorgen weerklonk wel het gebed en ook dat was luider dan elders. We hebben om 9 uur afgesproken aan het ontbijt. In de ontbijtruimte zijn we aangenaam verrast. Daar is alles wel netjes en er is best wel wat keuze. Alleen een sapje moeten we uit ons hoofd zetten want die bakken zijn leeg. Dan maar een theetje. Wat de service in dit hotel betreft, kunnen we kort zijn: die is super! Ria gaat aan de receptie zeggen dat er geen wc papier meer is en tegen de tijd dat wij met de lift op het vijfde zijn, liggen er al 2 rollen op de kamer. 


Vandaag hebben we een vrije dag in Aqaba en dat mogen we letterlijk nemen want vrijdag is hier zoals bij ons zondag. Overal veel volk dus! De temperatuur is zalig. Blijkbaar is het hier altijd ongeveer 10 graden hoger dan in de rest van Jordanië dus sommigen kiezen ervoor om te gaan zwemmen maar ik wil de stad verkennen en 3 van de 5 Jordan Girls denken er net zo over. Alleen Kim gaat met de anderen mee om te relaxen aan het zwembad. De moedertjes geven hun surrogaat dochter even aan de andere groepsleden die beloven er goed zorg voor te dragen. Adel heeft ervoor gezorgd dat ze naar het Zuid strand mogen gaan op kosten van Djoser omdat het zwembad van ons hotel gesloten is.


Aqaba, gelegen aan de Rode Zee, is de enige havenstad van Jordanië en het is een belastingvrije zone. Ria wil nog wat souvenirs kopen voor thuis dus trekken we eerst naar de lokale markt, de soeks van Aqaba. Deze puilt uit van de exotische waren en allerlei aroma's komen ons tegemoet: de geur van gefrituurde falafel, gekarameliseerde ui, gebakken brood, noten en verse kruiden. Bij de slagers hangen gevilde schapen en geiten in glazen vitrines maar ook gewoon op straat, zonder koeling. Vergissen kun je je niet, want de koppen zitten er nog aan. Dat kan je je bij ons echt niet voorstellen. In Zahran Street wandelen we langs kleurrijke souvenirshops. Onderhandelen zit de Jordaniërs in het bloed en in de soeks krioelt het dan ook van kooplustigen. Ze keuren zorgvuldig de waren, kiezen het beste uit en beginnen dan flink af te dingen op de prijs. De gele watereenden zijn hier volgens mij in de aanbieding want we zien heel wat locals passeren met zo’n opblaasbaar exemplaar onder de arm. 


In één van de kruidenwinkels roept een vriendelijke Jordaniër ons binnen en laat ons van alle kruiden proeven en vertelt erbij waarvoor we ze kunnen gebruiken. De man ziet dat die aanpak resultaat oplevert en biedt ons ook een theetje aan - thee die hij uiteraard ook verkoopt. We slaan met z’n allen wat specerijen in voor thuis. Afdingen doen we niet want het is sowieso niet duur. In de plaatselijke boekenwinkel zien we bijna alle boeken ook in het Nederlands. In België heb ik me rot gezocht naar het Nederlandse boek van de Nieuw Zeelandse dame die in Petra met een bedoeïner trouwt ‘Ik woonde in een grot’. Deze was nergens te vinden, zelfs niet on line. Hier een heel rek vol! Maurina koopt het zodat ze wat lectuur heeft voor in het vliegtuig. 


Van dat slenteren hebben we dorst gekregen dus zetten we ons op een terrasje voor een lemon munt.  Daarna vervolgen we onze weg door de vele levendige straten in de richting van het strand. Binnen een weekje begint de ramadan in Jordanië dus iedereen is druk bezig met het inslaan van voeding.  Tussen het strand en de markt ligt de witte Al-Sharif Al-Hussein bin Ali moskee. Deze werd in opdracht van koning Abdullah gerenoveerd. We worden terecht gewezen wanneer we binnenwandelen. Om 4 uur mogen we terugkomen wanneer het gebed voorbij is en de gelovigen allemaal naar huis zijn.


Aan het plaatselijke parkje zitten enkele moslima’s op een deken wat te keuvelen. Een van hen spreekt ons aan en wil met ons op de foto. Voor we het weten heeft elke moslima een foto genomen met ons erbij. Nu weten we even hoe het voelt om steeds een fototoestel tegen je neus geduwd te krijgen, maar we doen het met veel plezier tot hilariteit van de dames. Ze kunnen zo goed als geen Engels maar we verstaan elkaar. Ik moet naast de mama gaan zitten op het deken en opnieuw worden er foto’s genomen. Iedereen is hier zo extreem vriendelijk. 


We lopen naar het openbare strand, gelegen aan de brede King Hoessein Street achter palmen en moestuintjes waar de inwoners hun eigen groenten kweken. Hier zien we hoe de plaatselijke bevolking het strand beleeft. Het grootste gedeelte van de zandstrook is bezaaid met overdekte prieeltjes waaronder iedereen in de schaduw geniet van elkaar. Mannen lopen rond in zwembroek terwijl de meeste vrouwen gesluierd zijn. Er zitten zelfs vrouwen in het water, vlak aan de vloedlijn gesluierd en helemaal in het zwart gekleed. Enkel hun tenen beroeren het water. Hier komen we ook meer vrouwen in boerka tegen. Ik vermoed dat veel van deze totaal gesluierde vrouwen uit het nabijgelegen Saoedi-Arabië komen waar deze vorm van godsdienstwaanzin nog heel gangbaar is. Als westerse vrouw zou ik me hier niet echt op mijn gemak voelen in badpak of bikini. Om als toerist te zwemmen, snorkelen en zonnen ga je beter naar de stranden aan de zuidkust zoals onze medereizigers vandaag doen. Hier en daar zien we wel buitenlandse vrouwen die in bikini paraderen maar wij zouden ons daar niet echt prettig bij voelen. We vinden de blikken die we nu krijgen al niet aangenaam en we zijn echt wel deftig gekleed. Het valt ons op dat de vrouwen hier in tegenstelling tot elders in Jordanië heel lelijk zijn. Hun neus is spitser en groter met heel grote neusgaten, Dumbo is er niets tegen. 


Aan het einde van de boulevard besluiten we iets te gaan drinken. We zijn de enige toeristen tussen de plaatselijke bevolking en hebben best wat bekijks. Het is heel opvallend dat bijna alle vrouwen hier de waterpijp roken. Zelf rook ik niet en de geur maakt me soms misselijk maar de sheesha of ‘hubble bubble’ (spreek uit: habbelie-babbelie) ruikt redelijk zoet en we zijn er ondertussen al aan gewend geraakt. Tania en ik moeten naar het toilet. Via een klein deurtje aan de zijkant van de toog, stap ik binnen in een soort grote badkamer. Er staan drie vrouwen met hoofddoek die zich uitgebreid staan te schminken. Het toilet staat er ook zonder een deur dus even weet ik niet wat te doen maar ik moet dringend dus besluit ik toch maar mijn gène opzij te zetten. De dames doen verder met wat ze bezig zijn en wanneer ik mijn handen was, vraagt één van de drie ‘you Arabic’? Ik ontken maar ze bevestigt nog eens ‘you look Arabic’. Ik begin een uitleg maar het is duidelijk dat deze 2 zinnetjes het enige Engels zijn dat ze kennen. Ik verwittig Tania die buiten staat te wachten. Ook zij verlegt haar grenzen en besluit toch te gaan plassen. We hebben zicht op het water en het is hier in de schaduw aangenaam zitten. De plaatselijke suikerspin verkoper komt af en toe voorbij. 


We arriveren aan het fort van Aqaba of het Kasteel van de Mammelukken dat oorspronkelijk gebouwd werd door sultan Qansweh Al Ghuri in de 14de eeuw. Het fort was het vertrekpunt van de legendarische Britse officier T.E. Lawrence beter bekend als Lawrence of Arabia om de Arabische opstand (1916-1918) te melden. We staan echter voor een gesloten deur maar een man met grijze baard en gekleed in een lange bruine djellaba ziet ons door de tralies naar binnen gluren. Hij wenkt ons en laat ons toch even binnen. Het fort zijn ze aan het restaureren. Wanneer we via de imposante inkom met zware houten deur en de Arabische inscripties op de muur op het binnenplein komen, zijn we verrast door de grootsheid en de dikke muren. Indrukwekkend!


We wandelen terug in de richting van de winkelstraat want Ria wil graag zo een Jordaanse rood-wit geblokte hoofddoek en bij het winkeltje waar we vanmorgen onze kruiden hebben gekocht, hebben ze de zachte en warme variant in tegenstelling tot de katoenen, harde en machinale exemplaren die ze in de meeste toeristenwinkels aan de man willen brengen. Ze staat er beeldig mee!


Ondertussen is het bijna 2 uur en hebben we honger. Ik krijg bijna een appelflauwte en besluit snel een stukje chocolade te gaan kopen. We passeren een snoepwinkeltje waar alles mooi is opgestapeld in bakken, soort per soort. Ik kies iets met nougat en vraag de man hoeveel het kost ‘You taste it for free’ is zijn antwoord. Zalig dat dat hier allemaal kan. Ik wandel gelukkig naar buiten maar aan de hoek van de straat bedenk ik me en loop ik toch terug. Zo een vriendelijke man en oké, ik moet toegeven, ook een knappe man. Dus ik koop een zakje van de lekkere chocolade. We besluiten een restaurantje te zoeken met airco want de temperatuur is flink opgelopen en we moeten even afkoelen. Als aperitief kiezen we opnieuw voor onze godendrank en dan bestellen we iets kleins. Wanneer we terug buiten komen valt de warmte op ons. Het is bijna 40 graden dus gaan we even naar het hotel voor een korte siësta.


Rond vijf uur trekken we naar de moskee maar deze is in tegenstelling tot wat de man vanmiddag zei, gesloten. Ook in Jordanië hebben ze prachtige graffiti. Dat brengt onmiddellijk sfeer in het straatbeeld. Plots ruiken we het heerlijke aroma van versgebakken brood. De plaatselijke bakker roept ons binnen en laat ons allerlei lekkers proeven. De zachte zoete smaak van iets wat lijkt op baklava kan me wel bekoren. Groot is mijn verbazing wanneer hij ons zegt wat het hoofdingrediënt is. Kaas!!! De man is helemaal in de wolken bij het zien van Ria’s tattoo en laat die van hem zien. Een ‘match made in heaven’. We kopen een paar van de zoetigheden voor straks. 


We eindigen de dag op een plaatselijke ambachtelijke markt, een beetje vergelijkbaar met de markt van morgen die maandelijks in Antwerpen gehouden wordt. De locals stellen hun zelfgemaakte producten voor die je aan een schappelijke prijs kan aankopen. Het is ondertussen acht uur voorbij en het is nog steeds 29 graden. Hoe later op de avond, hoe meer mannen. De vrouwen verdwijnen uit het straatbeeld. Door de late lunch heeft niemand nog honger maar we hebben nog wat achter de hand van de bakker dus zetten we ons in de gezellige lobby om te genieten van onze zoete zonde. Daarna gaan we naar de kamer. De airco is gemaakt dus het is al een pak frisser in de kamer. Dat is toch al 1 van de 2 ongemakken opgelost. 


3 opmerkingen:

  1. Toch een beetje grenzen verleggen... kaas eten !!!! Dus het einde van de reis nadert. Hopelijk een nacht zonder lawaai. Dikke knuffel

    BeantwoordenVerwijderen
  2. Jij kaas eten wie had dat gedacht.Jullie waren precies alleen
    als buitenlanders. Vele kruiden en Ria haar hoofddoek is heel
    mooi en chocolade heb je doch gevonden. Slaap lekker en geniet nog van de warmte want hier morgen en zondag veel regen.Als ik jullie in Brecht moet komen halen geen probleem
    laat maar iet weten geniet nog dikke knuffels voor allen

    BeantwoordenVerwijderen
  3. De magische toets is hier blijkbaar niet meer te vinden in al die drukte. Maar ook al die geuren en de vriendelijkheid van die mensen heeft ook z'n charme. En aan warm weer nu geen gebrek !!! Geniet nog van de laatste momenten. Ik begin af te tellen zondag. Groetjes met veel regen uit Hoevenen 👋☔

    BeantwoordenVerwijderen