vrijdag 15 oktober 2010

Kathmandu

Heel goed geslapen maar nog steeds ziek - gelukkig geen koorts meer maar de buikloop is verschrikkelijk - nog nooit heb ik daar last van gehad - meestal het tegenovergestelde. Maar het moet eerst de eerste keer zijn zeker. Hopelijk is het morgen over want dan vliegen we naar Lhasa. We rijden vandaag naar Patan, ook wel de stad van de schoonheid genoemd en dat klopt want er gaat toch een betoverende charme uit van deze stad. Ze ligt op 6 km van Kathmandu en hier is het ook al veel drukker geworden dan 2 jaar geleden. Gelukkig is Durban Square nog steeds autovrij. Op dit levendige plein staat het Koninklijk Paleis en een tiental tempels gewijd aan verschillende goden. De ene tempel is al mooier dan de andere maar de helft van de groep is ziek dus veel fut hebben we niet om er rond te lopen. De Gouden tempel die ik iedereen aanraad, staat in de steigers en wordt momenteel gerestaureerd. Toch besluiten we naar binnen te gaan en daar ben ik blij om want het is nog steeds prachtig en toch wel de mooiste tempel van Patan.

We aanschouwen de prachtige zilversmeedkunst die teruggaat tot de 12de eeuw. Er hangt een aangrijpende, religieuze sfeer. Daarna lopen we nog wat door de smalle straatjes op zoek naar de Maha Bouddha of tempel met de 9000 boeddha’s. Jammer genoeg kunnen we deze niet terugvinden en de weg vragen hier is hopeloos. Bijna niemand spreekt Engels. Ik koop een mooie Shiva van het bot van een yak voor slechts 6,5 Euro!

Na Patan rijden we naar het hotel om ons wat op te frissen en dan trekken Annelies en ik terug de stad in - we nemen een riksja naar Thamel - het toeristische centrum van Kathmandu. Wanneer je door de straten loopt, word je elke 5 sec aangesproken: Hello where are you from? Look - buy ... , Hasiesss? In de vele souvenirwinkels vind je alles. Na al dat shoppen hebben we dorst gekregen en dan komen we voorbij de Pumpernikel - een cafeetje waar ik 2 jaar geleden wel wat tijd heb doorgebracht ... Het is onherkenbaar geworden! Het kleine bungalowachtige huisje is een prachtig etablissement geworden en het is er nog steeds even lekker. We zoeken nadien de groep op om samen te gaan eten. Het wordt Thai vanavond en het is heel lekker zoals steeds ... ik ga maar weer voor veilig en neem droge witte rijst met gebakken kip ook al staat er zo veel lekkers op het menu! Paula houdt nog een kleine speech voor Anil want na vandaag zien we hem niet meer terug. Hij krijgt 6000 Rp = 60 Euro - blijkbaar het gangbare maar wat een verschil met Ashok die toen heel wat meer kreeg. Hij was dan ook een veel betere gids! Mijn roommate voor vannacht Agnes was niet mee gaan eten en ligt nog steeds ziek in bed als ik in het hotel toekom.

 

 

donderdag 14 oktober 2010

Bakhtapur

Het wakker worden is prachtig - we openen onze gordijnen en genieten in ons bed van het prachtige uitzicht - de zonsopgang over de vallei Op het terras nemen we ons ontbijt - mijn buik rommelt serieus dus ik besluit het maar bij toast te houden. Jammer want het buffet ziet er heel lekker uit. Vandaag staat er weer een hele stevige wandeling te wachten. Marcel taped mijn knie helemaal in zodat ik deze keer toch opnieuw een poging kan wagen om mee te gaan. Het is af en toe berg op maar meestal berg af ... mijn knie doet het goed maar toch voel ik wel dat er iets mis is. In het dorpje zien we hoe een yak wordt geslacht en het vlees netjes wordt verdeeld tussen al de dorpsleden. Iedereen krijgt een afzonderlijk hoopje – vlees, vel en zelfs ingewanden.

Overal zien we kindjes spelen op de zelfgemaakte schommels uit bamboe. Deze staan er enkel tijdens het dashain festival dus ze genieten er volop van. We hebben een tussenstop in een prachtig oud klooster. De weg er naartoe is bezaaid met souvenirwinkeltjes. Ik zie sjaals hangen van 100% Yakwol en als ik daar aan voel is dat net dezelfde kwaliteit als het dekentje van mijn zusje .... Ik besluit er maar alvast 2 van mee te nemen - ik begin dus druk te onderhandelen - hij begint bij 1000 Rp per stuk en uiteindelijk betaal ik 550 Rp voor 2. Waarschijnlijk nog te veel maar ik ben best tevreden. Wanneer we uit het klooster komen, staat de plaatselijke bus ons op te wachten. Ik en Annelies hebben nog een zitplaats achteraan in de bus - dat beklaag ik me later! Wel 50 mensen springen op de bus - de meeste van onze mannen gaan op het dak zitten- zij hebben ten minste frisse lucht. Bij elke stop worden er zo'n 6 mensen meer in de bus gepropt. Ongeveer 45 min later arriveren we in Bhaktapur. Hier heb ik lang naar uitgekeken want dit vond ik toch wel de mooiste stad van de vallei, maar wat een teleurstelling - 2 jaar geleden was het hier rustig - kon je genietend door de smalle straatjes slenteren maar dat is nu helemaal anders – verkeersvrije stad – yeah right …. Claxonnerende brommertjes rijden je rakelings voorbij en het is net of heel Nepal hier is toegestroomd.

Toch is Bhaktapur wel bijzonder – het heeft nog steeds de sfeer van een fantastische soek weten te bewaren, de meeste straatjes zijn nog steeds geplaveid zoals vroeger. Het is de stad van landbouwers en ambachtslieden welke bezaaid is met tempels en oude pittoreske huisjes. We besluiten te gaan shoppen want heb nog wel wat geschenkjes te kopen - en beloofd is beloofd. Tegen 5 uur ben ik stikkapot - koorts, buikkrampen en hoofdpijn - Paula's bacterie heeft mij ook aangestoken. Ik besluit dus naar de kamer te gaan - gelukkig slaap ik vandaag alleen. Ik neem een koude douche en leg me op het bed onder het warme yak dekentje en val onmiddellijk in slaap. Na een uurtje kleed ik me opnieuw aan en ga ik mee naar het restaurant. Dat had ik beter niet gedaan want het gaat van kwaad naar erger en bovendien zijn de voorbereidingen van het Dashein festival in volle gang waardoor de restaurants onderbemand zijn - het duurt dus uren .... Yves is zo slim om 2 hoofdgerechten te bestellen - hij dacht dat de loempia net zoals bij ons een voorgerecht is .... Hij krijgt 2 reuze exemplaren en nadien nog een soort beignet van kip .... hij krijgt dit natuurlijk niet op. Ik neem soep en chowmein en die is gelukkig wel lekker - ik krijg het echter niet op want voel me steeds zieker worden. Ik kruip dus rond 10 u onder de wol met 2 aspirines en een immodium. Gelukkig val ik vlug in slaap.

 

 

woensdag 13 oktober 2010

Nagarkot

De wekker loopt af om 6 uur - Agnes wil de zonsopgang zien maar ik draai me nog eens om. Daarna kruipt zij terug in bed en valt als een blok in slaap - ik lig uiteraard klaarwakker. Ik besluit dan maar op te staan en maak me klaar. Op ons terras hebben we vanmorgen wel een prachtig zicht over de bergen en het zonnetje schijnt al heerlijk. Ook op het dakterras waar we ontbijten is het uitzicht prachtig. Lekkere toast met een eitje en een mangosapje. Rond half 12 vertrekken we richting Nagarkot. In de bus zit ik naast zieke Paula dus hoop dat ik ook niet ziek word. Rond 1 u komen we aan in Nagarkot. Dit op 2000 m hoogte gelegen dorp biedt ook een adembenemend uitzicht op 8 van de 10 hoogste toppen van Nepal. Achter de groene rijstterrassen tekenen de witte pieken van het himalayagebergte zich af. Het hotel ligt op de heuvel met een prachtig uitzicht over de valei.

Ons kamertje is klein maar gezellig. Onze lunchboxes stellen niet zo veel voor en bovendien zijn ze er ook 2 vergeten - ik offer me op en eet die dingen op die de anderen laten liggen - koude friet en een banaan. De meesten maken nog een kleine wandeling in de omgeving maar ik besluit gewoon van het uitzicht te genieten en op Annelies te wachten die de grote wandeling meedoet. Krachten sparen voor morgen ... De wandelaars komen aan om half 4 en zijn doodmoe. Op de kamer net voor we gaan eten sla ik plots een gil .... een mega spin op onze muur - echt zo'n groot exemplaar heb ik nog nooit in't echt gezien. Annelies wil geen tijd verliezen en staat al klaar met haar schoen maar ik neem nog vlug een foto. Bij het diner gelooft Yves niks van ons verhaal - jullie zullen wel overdrijven.... Pffff ja onze fout - we hadden er maar een bankbiljet moeten naast houden dan was het duidelijk geweest hoe groot het exemplaar wel was. Om wat van de schrik te bekomen neem ik alvast een aperitiefje - 2 euro voor een cocktail - daar kan ik niet voor sukkelen en hij is nog lekker ook! Het buffet is zoals gewoonlijk - volledig mijn smaak - en super lekker. Wanneer we wat later in bed liggen hoort Annelies plots iets ritselen achter de houten wand van ons bed ... een muis ? een kakkerlak? iets anders? Zal ons een zorg wezen - we zijn zo moe dat we als een blok in slaap vallen - zelfs aan de spin heb ik niet meer gedacht

 

dinsdag 12 oktober 2010

Dhulikel

Na deze verschrikkelijke nacht ontbijten we in het opkomende zonnetje omstreeks 7 uur op het dakterras - mijn humeur verbetert zienderogen. De meeste hebben slecht geslapen maar de lekkere toast en omelet maken veel goed. Na het ontbijt vertrekken we voor een 7u durende wandeltocht door de rijst- en maïsvelden. We komen vrouwen tegen die op hun hoofd grote manden met brandhout meesleuren. Wat een leven! Al snel hangt bij iedereen - met uitzondering van enkele ‘die hard’ wandelaars - de tong op de tenen. De wandeling is zwaar, heel zwaar - constant hele steile hellingen over smalle paden. We moeten de Namobuddha heuvel bereiken en die ligt op 1700 m. Wanneer we in het dorp aankomen, besluit Patrick om me een handje te helpen bij het fotograferen van mensen .... hij trommelt een heleboel monniken op om samen met mij op de foto te gaan. Het lukt hem nog ook .... Vanaf het kleine dorpje volgt er nog een steile klim naar de heuvel ... en ik moet meer dan eens stoppen om even op adem te komen. Naast me loopt een meisje op laquéschoentjes de berg op of het niks is ... Na 3 uur wandelen, bereiken we de top en komen we in een prachtig pelgrimsoord met duizenden gebedsvlaggen - een stoepa en een klooster.

Dit had ik niet willen missen - wow ik heb er bijna geen woorden voor. Annelies heeft voor mij een gebedsvlaggetje afgesneden - wat eigenlijk niet mag maar gelukkig heeft niemand het gezien. Boven op de heuvel lunchen we en ik twijfel of ik het tweede stuk nog mee ga - het wordt nog zwaarder en nog steiler volgens Anil. Dit is een opwarmertje voor morgen zegt hij want dan komt pas echt een zware wandeling. Ik besluit dus - tegen beter weten in - om vanmiddag niet op te geven en morgen misschien te passen. Fysiek gaat het goed - waarschijnlijk door die start to run maar mijn knie doet pijn. Na een uurtje voel ik iets knakken in mijn knie - een pijnscheut doet me de tranen in de ogen krijgen. Nadine die kinesist is en naast me loopt ziet onmiddellijk dat het ernstig is. Ze zegt me dat ik niet verder mag gaan want dat ik dan meer kwaad dan goed doe. Anil wordt er bij gehaald en hij besluit bij mij te blijven en belt de eigenaar van het vorige hotel dat die ons moet komen halen. Agnes die het ook heeft gehad, besluit mee naar het hotel te gaan. Ik krijg zalf van Anil en een steunverband. Na 1 uur komt de auto eindelijk aan - het is geen sinecure om tot boven op de berg te geraken met een gewone auto. Het wordt een belevenis op zich - over het smalle pad, bezaaid met rotsblokken banen we ons een weg naar de grote weg beneden waar de andere wandelaars Anil opwachten. Op een gegeven ogenblik kruisen we een 4x4 en moeten we langs de rand van de afgrond - ik zie de stenen afbrokkelen en ben er niet gerust in - ik vraag dan ook om mij uit de auto te laten. Eens met beide voeten op de grond zien we de ongelofelijke rijkunst van die Nepalezen... je krijgt er geen vinger meer tussen. Ik zet me daar snel nog achter de bosjes om te plassen want in de auto is het net een kermisattractie en dat is niet goed voor mijn blaas. Na een uur bereiken we de anderen - ze zien er allemaal moe uit maar iedereen zet toch door - ik bewonder hen mateloos. De meeste geven echter wel hun zware rugzakken mee met ons - dat loopt wat makkelijker. Bij aankomst in het hotel in Dhulikhel neem ik een warme douche en voel me op slag een pak beter. We wachten de anderen op en drinken alvast een aperitiefje op het terras. Dhulikhel is befaamd om zijn uitzicht op de Himalaya maar jammer genoeg is er redelijk veel bewolking en is het zicht beperkt.

Plots wordt de hemel zwart en in enkele minuten tijd valt de regen met bakken uit de hemel. Wat voel ik me nu schuldig - dankzij mij zijn ze allemaal een half uur later in het hotel waardoor ze uiteraard nat zijn geworden. Niemand neemt het me echter kwalijk en iedereen is erg bezorgd. De groep is echt super - iedereen op zich is tof en er is niemand bij waar ik me aan erger. Helemaal anders dan twee jaar geleden - dat wel - nu doen we veel meer samen en er zijn niet echt groepjes gevormd. Tijdens het avondeten wordt duidelijk dat iedereen het zwaar heeft gehad en slechts 6 moedige medereizigers durven de wandeling van morgen aan. Zelfs Nadine die al meermaals trekkingen heeft gedaan in Nepal vindt dat Koning Aap hier echt in de fout is gegaan. In de brochure werd gezegd dat de wandeling goed is voor iedereen die af en toe wandelt maar plat of klimmen is een hemelsbreed verschil! Onze gids Paula lijkt een beetje teleurgesteld maar de reis duurt nog wel even en de meesten willen uitgerust in Tibet aankomen. Na een heerlijk buffet gaat iedereen slapen en het vooruitzicht om morgen uit te kunnen slapen is geweldig. Ik doe nog wat zalf aan de pijnlijke knie en hoop dat het morgen allemaal beter zal zijn.

 

 

maandag 11 oktober 2010

Panauti

Vandaag met de bus naar Panauti - een historisch stadje. Maar we maken nog twee tussenstops. De eerste is het dorpje Khokana. Het is net of de tijd hier is blijven stilstaan. Khokana zou volgens de Nepalezen "scary place" betekenen. Reden hiervoor is dat hier regelmatig mensen werden geofferd. Zij werden dan op een paal boven één van de waterbronnen in de stad gebonden en vervolgens door de gehele bevolking middels steniging om het leven gebracht. Vooral jonge meisjes werden hiervoor gebruikt. Tegenwoordig schijnt de traditie nog steeds in stand gehouden te worden maar er worden jonge geitjes gestenigd in plaats van jonge meisjes, gelukkig. Het Dashain festival staat voor de deur en de dieren worden geslacht op rituele wijze - dat gebeurt gewoon op het marktplein. De mensen laten zich gewillig fotograferen en dat levert weer prachtige beelden op.

We slenteren door de straatjes en bewonderen de kleine - meestal vervallen huisjes met het prachtige houtsnijwerk. Hier wonen echt kunstenaars. Voor diegenen die op zoek zijn naar houtsnijwerk is ‘this the place to be’ volgens de gids. Het tweede dorpje dat we bezoeken is Bungamati. In dit middeleeuws uitziend Newari dorpje liggen de straatjes er iets minder armoedig bij. De voornaamste bezienswaardigheid is de Rato Machhendranath (rato is rood en Macchendranath is de regengod) Temple. Het is een witgepleisterde tempel, welke midden op het centrale plein ligt. De groep heeft al snel door dat mensen fotograferen mijn specialiteit is - waarbij sommigen enige schroom hebben om de inwoners op papier vast te leggen, heb ik daar minder problemen mee. Enkele beloon ik met 5 rp = 0.05 Euro - peanuts voor mij maar zij zijn er blij mee. De meeste vragen echter geen geld. Rond 14 uur arriveren we in Panauti en al snel wordt duidelijk dat we hier geen luxe moeten verwachten. Het hotel heeft slechts enkele kamers met badkamer - de anderen moeten het zonder doen. Ik ben één van de gelukkigen. De wc ligt 1 verdieping lager en de douche staat in de wc. Het ruikt er dan ook niet echt fris. Ah het is slechts voor 1 nacht en vermits ik alleen slaap vannacht - heb ik mijn eigen wc gefabriceerd maar dat zijn zorgen voor later. Eerst gaan we de stad in - we vallen van de ene verbazing in de andere - prachtige kleine tempeltjes liggen verscholen achter de huizen. In de 10de eeuw was dit stadje dan ook een koninkrijk. Panauti, na Bhaktapur het best bewaarde Newariplaatsje, ligt tussen de riviertjes Punyamati en Roshi. Eerst wandelen we naar de Tribeni Ghat en zien daar de tempel van Brahmayani. Deze tempel ligt de bewoners van Panauti na aan het hart. Hij dateert van de 17de eeuw en werd in 1981 door een team Fransen gerestaureerd. We bezoeken ook de tempel met drie daken – de Indreshwor Temple. Deze shivatempel dateert uit de 15de eeuw en is vandaag waarschijnlijk de oudste tempel van het land die nog in originele staat verkeert. Acht leeuwen verzekeren een oplettende wacht. De ruwhouten maar heel fijn bewerkte stutten stellen alle goden en godinnen van de Mahabharata voor. Hier lopen er heel wat kindjes rond die ons al lachend vergezellen.

Ze willen ook heel erg graag met ons op de foto. We dwalen verder door de kleine, nostalgische straatjes van Panauti en plots zien we een bordje met Art Galery. We besluiten een kijkje te gaan nemen maar de galerij blijkt echter gesloten. Een meisje komt aangelopen met de sleutel dus kunnen we niet anders dan het te bezoeken - 100 rp per persoon = 1 euro dus daar kunnen we niet voor sukkelen. Maar binnen is er geen kunst te zien - slechts enkele gebruiksvoorwerpen, muziekinstrumenten en allerlei rommel dat ze nog in de kelder gevonden hebben. Zelfs een galblaas van de olifant wordt er tentoongesteld. Dit noemen ze nu in't zak gezet worden! We kunnen er echter allemaal mee lachen - Bokrijk op z'n Panauti's! Na ons culturele uitstapje - steunen we nog even de plaatselijke economie – op het centrale plein kopen we alle 7 koekjes en water voor onze tocht van morgen. Daarna gaan we naar het hotel om onze rugzak voor morgen in te pakken. De elektriciteit valt geregeld uit dus het is behelpen met de pillamp af en toe. De kamer doet me denken aan een cel - kale, afgebladderde muren met een bed – of beter een plank met dunne matras en een spaarlamp aan de muur. Na een typisch Nepalees buffet kruipt iedereen vroeg onder de wol want morgen wordt zwaar. Ik kan de slaap niet vatten - er is zoveel lawaai - blaffende honden, lachende mensen en rond 4 uur besluit er iemand z'n stereo open te zetten. Ben dus blij dat deze nacht snel voorbij is.

 

 

zondag 10 oktober 2010

Kathmandu

Vandaag gaan we alvast Kathmandu verkennen. De typische Hindu muziek schalt uit de luidsprekers, de vrouwen lopen in kleurige sari’s en we rijden links van de weg. In tegenstelling tot de vorige keer, wordt er nu wel besloten om de bezienswaardigheden in groep te doen. Onze persoonlijke bus brengt ons dus eerst naar de Swayambhunath. Dit is de oudste, boeddhistische tempel van Kathmandu en wordt ook wel de apentempel genoemd omdat er zo veel apen bivakkeren. Ik weet van de vorige keer dat je de beestjes best niet in de ogen kijkt want dat kunnen ze als bedreigend beschouwen. We blijven dus op gepaste afstand. De tempel ligt op een heuvel dus beginnen we aan de steile klim naar de stoepa boven. Deze is pas enkele maanden geleden gerestaureerd dus in tegenstelling tot 2 jaar geleden, heel veel goud en glitter. Op de enorme stoepa zien we de ogen van Boeddha. Het vraagteken tussen de ogen zou het cijfer 1 voorstellen in het Sanskriet en symboliseert de bevestiging van de goddelijke eenheid in het hindoeïstische veelgodendom. Een mond zie je niet, dat komt omdat Boeddha die alles ziet en weet, nooit praat. Rond de stoepa laten de gelovigen de gebedsmolens draaien waarin heilige teksten zitten. Telkens de gelovigen aan een gebedsmolen draaien, voert de wind het gebed of mantra mee en zorgt er zo voor dat hun gebeden naar de hemel gaan. We krijgen wat vrije tijd om rond te dwalen in dit boeddhistisch heiligdom en genieten van de speciale sfeer die er hangt. Op de achtergrond spelen ze nog steeds de mantra ‘Om Mani Padme Hum’ dat toch weer in mijn hoofd blijft hangen. Daarna rijden we naar Bodhnath aan de rand van de stad - dwars door Kathmandu en ik kan jullie verzekeren dat het verkeer er op die 2 jaar niet minder op geworden is. Onze chauffeur verdient dan ook een pluim - zo rakelings langs al die brommers en fietsen pffff .... doodsangsten zou ik uitstaan mocht ik daar moeten rijden. Bij aankomst in Bodhnath is het lunchtijd dus gaan we eerst op zoek naar een terrasje dat uitzicht heeft op de enorme stoepa. De chowmein heb ik echt gemist dus ik moet geen twee keer nadenken! Het is super lekker en met een volle maag gaan we Bodhnath verkennen. De inwoners zijn vooral Tibetanen die naar Nepal zijn gevlucht na de Chinese invasie. Op het middenplein staat een hele grote stoepa met een omtrek van 100 m en deze bestaat uit 5 terrassen. Twee jaar geleden konden we deze nog beklimmen maar nu is enkel het eerste en tweede terras geopend voor het publiek. We zien hoe de Tibetanen hun pelgrimsronde lopen met de klok mee - de stoepa moet steeds aan je rechterkant liggen. Rond de stoepa vind je tal van souvenirwinkeltjes. Hier nemen we een kijkje in de schilderschool waar ze mandala’s maken. Mandala’s zijn symbolische weergaves van het hemelse paleis van een heiligheid. Sommige van deze mandala’s zijn 3D voorstellingen maar de meesten zijn gewoon geschilderd op een thangkha. Mandala is het Sanskriet voor cirkel. Een mandala, en in het bijzonder het midden, kan tijdens de meditatie worden gebruikt als object om de aandacht op te richten. De symmetrisch, geometrische vorm zorgt ervoor dat de aandacht automatisch op het midden wordt gericht. Het is een zenuwslopend werkje om de hele dag mandala’s te schilderen – hier zijn echt geniën aan het werk. De prijzen zijn dan ook navenant! Na Bodhnath rijden we richting Pashupatinath aan de oevers van de Bagmati, die uitmondt in de Gagnes en dus ook een heilige rivier is. Hier kunnen we de lijkverbrandingen aanschouwen welke wel iets minder indrukwekkend zijn dan die in Varanasi. De brandstapels liggen op vierkante stenen en de lichamen worden gericht naar het noorden, in de richting van de Himalaya, de wieg van de goden. Anil geeft ons een heel verhelderende uitleg over het rituele verbranden van de lijken. De oudste zoon steekt de brandstapel van zijn overleden vader aan na eerst water in zijn mond te hebben gegoten. Is de overledene de moeder dan voert de jongste zoon het ritueel uit. Er worden goud en muntstukken in de mond van de overledene gestoken. Nadat het lichaam verbrand is, dat duurt ongeveer 4 uur, worden de resten in de rivier gegooid. Waarop de armen in het water springen om de muntstukken en het goud te zoeken. Luguber maar dat is het leven hier! Pashupati is één van de vele namen van de grote god Shiva. Annelies en ik trotseren de 300 trappen naar de hoger gelegen Shiva tempeltjes die ik absoluut nog een keer wou zien. Vermoeiend maar het loont de moeite en tenslotte moeten we wat oefenen voor Tibet. Boven gekomen zijn ze net de aapjes die ook hier talrijk aanwezig zijn, aan het voederen - een leuk tafereel! Er lopen heel wat saddhu’s op bedevaart rond – of moet ik zeggen bedelaars met een neus voor zaken? De prachtig versierde mannen willen tegen betaling wel op de foto. Gelukkig is een gewaarschuwd mens er twee waard en laat niemand zich hieraan vangen. Tegen 6 uur keren we terug naar het hotel. We eten vanavond in het trekkers restaurant midden in Thamel. Hier had ik 2 jaar geleden het afscheidsdiner met de India/Nepal groep. Toen hebben we ook een voet beschilderd en opgehangen maar ik kan deze jammer genoeg niet meer vinden. Later vertelt Anil me dat het restaurant verplaatst is … vandaar.

 

 

zaterdag 9 oktober 2010

Brussel – Londen – Delhi - Kathmandu

Eindelijk is het dan zover …. Ik kan vertrekken! Bij aankomst op de luchthaven van Zaventem staan er reeds een aantal mensen te wachten die ook ingeschreven hebben voor de Koning Aap reis naar Nepal/Tibet. Leuk om al op voorhand kennis te maken want helemaal alleen naar Kathmandu reizen is toch anders. We wachten nog even tot we quasi compleet zijn en gaan dan inchecken. Een eerste probleem duikt op… we hebben geen visum voor India en kunnen dus in principe niet over Delhi vliegen. Er wordt echter gebeld met Koning Aap en na een kwartiertje komt de hostess ons vertellen dat het probleem opgelost is en dat we in Delhi in de transitruimte zullen moeten wachten op onze tickets. De bagage zou rechtstreeks doorgestuurd worden naar Kathmandu. We zijn benieuwd. De eerste vlucht naar Londen gaat snel voorbij – t’is maar een uurtje vliegen. Van Londen naar Delhi – daar doen we 8 uur over maar deze vlucht valt super mee want ik zit net achter business class en heb heel veel beenruimte. Dit dankzij Hubert die graag naast zijn vrouw wil zitten en waarmee ik gewisseld heb. Bij aankomst in Delhi volgen we de pijlen richting transit. Daar worden we opgewacht door een hostess die ons verzekert dat de bagage doorgaat naar Kathmandu en dat we snel de tickets zullen krijgen. Iedereen is moe en legt zich op de grond om wat te slapen. Na enkele uren kunnen de tickets afgehaald worden aan de balie – blijkt dat het ticketapparaat niet echt goed functioneert. We kunnen niets anders doen dan geduldig afwachten. Veel later dan gepland komen we aan in Kathmandu. De douaneformaliteiten nemen wel wat tijd in beslag …. Eerst papiertjes invullen en dan netjes aanschuiven in de rij. Namaste Nepal! De groep valt mee - het is een allegaartje van mensen van verschillende streken en verschillende leeftijden. Onze reisleidster Paula is een vrouw van mijn leeftijd die al redelijk veel van de wereld gezien heeft. Ze wacht ons op buiten het luchthavengebouw samen met onze Nepalese gids, Anil. Ik ben uiteraard wel een beetje teleurgesteld dat het niet opnieuw Ashok is maar Anil spreekt iets beter Engels dus dat zal wel meevallen. We logeren dit keer niet in Thamel zelf maar in een poepsjeik hotel aan de rand van Kathmandu – Hotel Shanker. Omdat we met 3 alleenstaande vrouwen zijn, wordt er beslist een beurtrol toe te passen zodat iedereen af en toe alleen kan liggen. Mijn eerste room mate is Annelies, een lieve vrouw van Brasschaat. Het is toch altijd even afwachten of het klikt en dat valt dus super goed mee.