Ik heb de wekker gezet om 5 voor 6 maar ik word wakker door de commotie in de vrouwenkamer. Blijkbaar beweert Agnes dat het al 10 na 6 is. Ik ben er echter gerust in .... en inderdaad het is nog maar net 10 voor! We zijn sowieso blij dat het tijd is om op te staan want iedereen heeft het berekoud gehad en niemand heeft goed geslapen. De wagens en bussen op de parking werden vannacht ook een paar keer gestart om er voor te zorgen dat de benzine niet zou bevriezen. In het restaurantje wordt er gezorgd voor het ontbijt: pannenkoeken met banaan.
De kachel rookt weer heel fel dus de deuren staan weer open .... niemand geraakt echt opgewarmd. De thermometer in de bus geeft ondertussen -9°C aan. Pas rond 8 uur komt de zon er door en kan iedereen weer een beetje opwarmen. De verwarming in de bus is stuk.... dat blijkt na enkele uren. Annelies merkt dat haar rugzak nat is .... De linkerkant van de bus staat volledig onder water. Wanneer we lunchen in het kleine dorpje Tingri, wordt de bus nagekeken en gerepareerd. Na de lunch wandelen we nog wat in het dorpje - we merken op dat er hier enorm veel wilde honden rondlopen. De mensen hebben het hier niet zo begrepen op honden en schoppen ze als ze ongewenst in de buurt komen. Er is net een hond aangereden en de andere honden geven een serenade van jewelste. Heel ontroerend om te zien. De inwoners maken er echter niet veel van ... een man sleurt de bloederige hond de struiken in - opgeruimd staat netjes. Iedereen is er stil van. We gaan weer verder op pad via de Friendship Highway. Deze rit is de mooiste van heel de reis. We steken eerst de La Lung La op 5124 m en daarna de Tong-La op 5120 m over. Dit is echt wel de mooiste pas die we tot op heden hebben gezien ... we hebben van hieruit wederom een magnifiek uitzicht op de toppen van de Himalaya. Pelgrims hebben ook hier overal gebedsvlaggen opgehangen. Jammer genoeg is dit het laatste contact met het Tibetaans plateau.
Daarna rijden we naar Zhang Mu via duizelingwekkende haarspeldbochten – het is prachtig weer en de weg er naartoe is echt betoverend. We zien zelfs prachtige watervallen! Wanneer we in de late namiddag Zhang Mu bereiken is iedereen heel blij verrast met het luxehotel. Eindelijk een warme douche na 2 dagen stinken. De mensen van het hotel zijn niet zo gelukkig met onze komst … wanneer onze koffers uit de bus worden gehaald, zijn ze stoffig en ze zien er echt vies uit. Ja die tocht via de onaangelegde wegen van het natuurreservaat eist z’n tol! Een bediende van het hotel krijgt de opdracht om elke koffer afzonderlijk af te stoffen – ocharme. Zhang Mu zelf is niet echt om over naar huis te schrijven – een vies grensstadje met overal louche hotelletjes, Tibetaanse zakenmannen die hun waar proberen in te klaren, hoertjes voor de deur… We eten in het restaurantje aan de overzijde van het hotel. Iedereen is snel bediend behalve diegenen die een steak hebben besteld.... die moeten ze volgens mij nog ontdooien want het duurt echt lang. Na het avondeten kunnen we bij de plaatselijke geldwisselaars onze yuans inruilen tegen roepies.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten