dinsdag 1 oktober 2024

Calella de Palafrugell - Palamós

Vandaag start na ons ontbijt de derde etappe van de reis. We checken uit en wandelen naar de parking maar vertrekken kunnen we vooralsnog niet, want een auto blokkeert de uitgang. Papa beweert dat ik er tussen kan maar ik ga dat niet riskeren met die huurwagen. Terug naar binnen dus om te reclameren. De dame van de receptie blijkt de schuldige dus lang hoeven we gelukkig niet te wachten. Gezwind en gelukkig met de glimlach, verzet ze haar auto en kunnen we vertrekken. Met lichte tegenzin laten we het prachtige Cadaques achter en starten we aan de terugweg door de bergen. 


We rijden eerst naar Calella de Palafrugell, volgens een collega een van de mooiste dorpjes aan de Costa Brava. Hier bezoeken we eerst de botanische tuin van maar liefst 17 hectare groot. Cap Roig ligt 3 km verder dan het dorp zelf en wordt beschouwd als één van de belangrijkste tuinen van de Middellandse Zee. Vandaag geen korting voor  gepensioneerden, iedereen gelijk voor de wet. De ingang bedraagt 12 euro maar dat is het meer dan waard.  


De tuin wordt goed onderhouden en er bevinden zich meer dan duizend verschillende soorten planten van over de hele wereld. Omdat het op een bergtop is gelegen, moeten we best veel klimmen en dalen. Af en toe passeren we een soort ‘secret garden’ waar er bankjes staan om uit te rusten. Papa besluit zich hier te positioneren terwijl ik de tuin verder ontdek. Ik daal en klim tot ik er zelf een beetje moe van word. Achtereenvolgens passeer ik prachtige cactussen, veel geurende kleurrijke bloemen alsook een soort tuin met allerlei kruiden. Tussen de planten bevinden zich enkele kunstwerken.


Helemaal op het uiterste puntje wacht een prachtig uitzicht over de kust en het witte dorpje. Het is hier heerlijk rustig en dit is best wel een zen momentje. Ondertussen ben ik helemaal het noorden kwijt. Waar zat papa nu ook alweer? Het zoeken kan beginnen, trap op, trap af tot ik uiteindelijk een herkenningspunt zie en we elkaar terugvinden. 


Het laatste stukje moeten we opnieuw omhoog naar daar waar we gestart zijn. Het is puffen en zweten want de zon is weer volop van de partij maar eenmaal boven, zijn we moe maar voldaan en genieten we nog van een fris drankje alvorens verder te rijden. We stoppen nog even in het dorpje zelf maar kunnen het echte centrum niet vinden. Omdat we honger hebben, besluiten we om naar Palamos te rijden om daar te lunchen.


Vroeger waren vissers gewend om de zeebodem dicht bij de rotsen af te schuimen op zoek naar zee-egels en deze vervolgens op te eten, vergezeld van brood, bloedworst en wijn (ja, vreemde combinatie). Het was een ritueel en maakte van de maaltijd een sociale bijeenkomst. De zee-egels worden eerst gehalveerd. Eenmaal geopend, neemt men met een lepel het rode gedeelte (klieren) eruit en legt men dit op een sneetje brood. Ik heb gelezen dat dit de delicatesse is, die je hier moet gegeten hebben.  Uiteraard wil papa dat proeven dus gaan we op zoek naar Restaurant La Gamba waar dit op de kaart zou staan.


Wanneer we het gevonden hebben, nemen we plaats op het terras zonder eerst even de kaart te checken. Het blijkt een peperduur restaurant maar terug opstaan durven we niet goed. Er staan wel degelijk gevulde, gegratineerde zee-egels op het menu. Papa heeft zijn keuze dus snel gemaakt maar bij mij duurt het net iets langer. Er zijn geen tapas dus dan maar een visje … tarbot … prijzig maar ja we leven maar één keer zeker. We krijgen wel een soepje van het huis met heerlijk zelf gebakken brood.


Groot is echter onze verbazing wanneer er in plaats van een stekelig beestje, 4 kommetjes geserveerd worden met daarin een soort mousse van zee-egel, groenten en kaas. Papa vindt het lekker maar wat flauw. Mijn tarbot is subliem maar dat mag ook wel voor de prijs van 31 euro. Wanneer we afgerekend hebben, starten we met een kleine wandeling door de stad. Het is flink beginnen waaien, het weer is stilaan aan het veranderen. Morgen verwachten ze zelfs een beetje regen.


Het centrum van Palamos ligt direct achter de haven. In de oude wijk Barrio de Pedró dwalen we door smalle, kronkelende straatjes. Hier staat de Iglesia Danta Maria del Mar. De bouw van deze kerk startte in 1334 en heeft kenmerken uit de renaissance alsook de gotische periode.


Helemaal boven zien we La Rosassa L’Ocul, dat deel uitmaakte van het oude klooster. Het had een decoratieve functie en maakte de verlichting van het schip van de kerk mogelijk.  Van hier hebben we een prachtig uitzicht over de haven.

Met een grote, centrale rol voor het vissers- en zeeleven mag een bezoek aan de oude vissershaven absoluut niet ontbreken. Het beste moment van de dag is in de namiddag, wanneer de vissersboten terugkeren naar de haven en de verkoop van de verse vangst begint maar we moeten nog wel een uurtje rijden naar Girona dus besluiten we naar de auto terug te keren.


Rond vijf uur checken we in bij Hotel Costabella in Girona waar we 3 nachten zullen verblijven. Een lookalike van Erwin ontvangt ons vriendelijk en bezorgt onze sleutel. We overnachten in een ruime kamer met zicht op de stad die we morgen gaan ontdekken. 

Geen opmerkingen:

Een reactie posten