dinsdag 3 oktober 2017

Doha - Denpasar - Candidasa

Ik ken eigenlijk niemand die zegt helemaal fris en fruitig uit een vliegtuig te stappen. Echt ontspannen is het natuurlijk niet, om urenlang 'opgevouwen' op een kleine en oncomfortabele vliegtuigstoel te moeten zitten maar al bij al is de vlucht goed verlopen. Wat kleine turbulentie onderweg maar niets om wakker van te liggen. We landen om 18u00 op Denpasar Airport in het Zuiden van Bali. Thuis is het nu 12u00 (6 uur vroeger). Zodra we het vliegtuig uitstappen, zien we al de prachtige hindoeïstische entree en ruiken we in de verte de zee. Maar wat een drukte! Er komen een aantal vliegtuigen tegelijk aan en al die mensen moeten door de douane. Een visum hebben we niet nodig maar we krijgen wel een stempel in ons paspoort. Buiten staat het ook vol mensen, die ons toeroepen maar we worden opgehaald door onze privé gids, Surya die ons de hele reis zal vergezellen. Hij is zo een beetje onze persoonlijke butler die dag en nacht voor ons beschikbaar zal zijn. Hij valt zeer goed mee - hij draagt de plaatselijke kledij, heeft een hemelsbrede glimlach, is goedgezind en, niet onbelangrijk, hij spreekt zeer goed Engels. We hadden op voorhand best wel schrik dat we de ganse dag naar dat vermoeiend Indisch klinkende Engels zouden moeten luisteren. Oké het accentje heeft er wat van weg maar het is goed verstaanbaar. We voelen ons onmiddellijk veilig bij deze knuffelbeer. Eerst nog even geld uit de muur halen.  Nadien is het net of we zijn miljonair want de hoeveelheid briefjes die we in ruil voor onze 50 euro krijgen, is immens! 


Wanneer we buiten komen is het al donker. Daar Bali vlak bij de evenaar ligt, duren de dagen en de nachten even lang, 12 uren licht en 12 uren donker. Surya gaat de auto halen en terwijl wij wachten op een klein autootje, stopt er naast ons een luxe auto met getinte ruiten en prachtige, zwarte leren zetels. Het duurt even voor we beseffen dat dat ons vervoer is voor de komende weken. Onze gids laadt met zijn forse armen onze zware reistassen in de koffer en verliest daarbij nooit zijn stralende glimlach. Hoe mooi zou de wereld zijn als alle mensen zo behulpzaam en vriendelijk zouden zijn. We leren alvast de magische woorden ‘suksma’, wat dank u wel betekent in het Balinees.


Van zodra we in de auto zitten, zien we dat ook hier, net zoals in andere Aziatische steden, de verkeerschaos enorm is. Brommers met soms wel 4 mensen erop, scheuren als gekken over de weg en als onze auto even stil staat voor een verkeerslicht, staan ze als een zwerm muggen om ons heen. Het verkeer op Bali rijdt links en het is zeker niet aan te raden om hier zelf te rijden. Het is lekker fris in de auto en dat is maar goed ook want we moeten nog 2 uur rijden naar ons hotel. De thermometer op het dashboard geeft 31°C aan, dus de gedachte aan een frisse douche straks biedt meteen mooie perspectieven. We zijn beide ontzettend moe.


We rijden naar het ongerepte Candidasa, dat in het Indonesisch 'tien tempels' betekent. Dit toeristenplaatsje in het oosten van Bali is eigenlijk een vissersdorpje, waar in de loop der tijd steeds meer voor toeristen werd gebouwd. Jammer genoeg zien we helemaal niets want verlichting is hier nergens te bespeuren, zeker niet wanneer we de hoofdstad Denpasar verlaten. Surya vertelt alvast wat over ons programma. Uiteraard zijn wij maar naar 1 ding nieuwsgierig. Hoe zit het met de vulkaan? Er verschijnt een lachje rond zijn mond en hij stelt ons meteen gerust. De activiteit is een beetje verminderd maar sowieso gaan we er geen last van hebben volgens hem. 


We verblijven twee nachten in het Alila Manggis, gelegen aan de zee met zicht op de majestueuze vulkaan waar we zo’n angst voor hebben, namelijk de Mount Agung, de meest heilige berg van Bali. Wanneer onze gids de auto uitlaadt staan we letterlijk te popelen om ons hotel te verkennen. Een onmiskenbaar gevoel van opwinding maakt zich van ons meester. Wanneer je een vlucht van ruim zeventien uur achter de rug hebt, is het lekker als je direct in een omgeving komt waar je heerlijk relaxed aan je vakantie kunt beginnen. Exact dat gevoel hebben we wanneer we aankomen in ons prachtige hotel. Onze koffers worden naar de kamer gebracht terwijl wij in de adembenemende lobby een welkomstdrankje krijgen (sprite met kaneel en sap van een lokale vrucht - super verfrissend). We komen hier onmiddellijk tot rust. Surya geeft ons de sleutel van kamer 117 met een knipoog. ‘Not 007’, zegt hij er al lachend bij. Allé een man met humor! De kamers zijn met donker hout en marmer ingericht. Het oogt strak maar voelt warm aan. Zalig om alvast zachtjes te acclimatiseren en te wennen aan de Bali lifestyle.  We hebben best wel wat honger dus wandelen we door de prachtig verlichte tropische tuin naar het restaurant in openlucht. Aan tafel horen we het geluid van de golven. We kiezen een typisch Balinees gerecht met kip, veel citroengras en look. Heerlijk! Na ons diner wassen we het plakkerige zweet van ons af en kruipen we onder de wol. Morgen gaan we op verkenning en hopen we een eerste blik te kunnen werpen op Mount Agung. 


4 opmerkingen:

  1. Kevin, Prisca en Alynne3 oktober 2017 om 08:43

    Klinkt super! Geniet ervan en slaapwel xxx Kevin, Prisca en Alynne

    BeantwoordenVerwijderen
  2. Weeral een prachtige beschrijving.Gelukkig dat jullie gids meevalt en dan worden jullie nog behandeld als
    vips met zulke auto en in een prachtig hotel.
    Een verdiende nachtrust en morgen genieten volop.

    BeantwoordenVerwijderen
  3. Wat een schitterend begin.Een limousine en een privé gids, soms de Lotto gewonnen!!! Zo te lezen wordt het een zeer mooie reis. Genieten is dus de boodschap.xxxx

    BeantwoordenVerwijderen
  4. Als ik dat zo lees, is dat meer dan in orde. Geniet er ten volle van :-) x

    BeantwoordenVerwijderen