zaterdag 14 september 2019

Nicsik - Ostrog Klooster - Virpazar

Vandaag hebben we een lange reisweg voor de boeg, want we trekken naar het Zuiden. Eerst nog even ontbijten. Papa zijn omelet staat al klaar. Roerei, het zal voor thuis zijn. Onbegrijpelijk toch want het staat wel degelijk op de kaart met een foto. Gisteren heb ik het dus aangewezen en zelfs dan heeft ze het nog niet begrepen. We nemen afscheid van onze norse gastheer en -vrouw en vertrekken richting Nicsik. Na al die adembenemende natuur hebben we zin in wat stadsschoon. Er is een snelle weg maar wij gaan voor het alternatief – de trage weg want deze zou ook de mooiste zijn. En ‘traag’ is echt niet gelogen want over de bochtige bergweggetjes kunnen we gewoon niet snel rijden. Op de weg naar onze nieuwe bestemming, besluiten we langs het Ostrog Klooster te rijden. Tijdens de lange rit blijven we allerminst op onze honger zitten. Een pastorale ontvouwt zich voor onze wielen. Geelgroen grasland, kalkstenen creaturen, blozende bergflanken. De weidsheid is indrukwekkend, de variatie groot.


De bekendste bezienswaardigheid van Niksic ligt enkele kilometers ten oosten van de stad.  Gebouwd in een massieve grote rots op 900 meter hoogte vind je het Ostrog klooster, een glanzende witte parel. De weg is wat men noemt ‘uitdagend’ en slechts enkele rotsblokken fungeren als vangrail. Vooral de laatste 10 kilometer is bij momenten angstaanjagend want de weg is enorm smal en de auto’s persen zich langs elkaar heen. Een autobus blokkeert de weg en de chaos is compleet. Na een beetje wringen geraken we toch boven. 


Wanneer we de auto geparkeerd hebben, beginnen we aan de steile klim naar het klooster.  De wandelweg gaat zo’n twee kilometer omhoog. Dit is de route die ook de pelgrims afleggen. De klim valt ons tegen want in tegenstelling tot Zabljak, is de temperatuur hier echt zomers te noemen. We moeten af en toe gaan zitten. Tegen de tijd dat we boven zijn, zijn we bijna gesmolten en doodmoe maar onze klim wordt beloond. Het Upper Monastery werd stak tegen de verticale rotswand gebouwd. Het huidige uiterlijk werd in 1923-1926 aan het klooster gegeven, nadat een brand het grootste deel van het complex had vernietigd. Rondom de kerk zijn er kloosterwoningen gelegen, die samen met de kerk en de natuurlijke omgeving alle bijdragen tot de schoonheid en charme van deze plek. We zijn erg onder de indruk van de honderden gelovigen die hier de nacht doorbrengen. Het lijkt wel een vluchtelingenkamp, overal matrassen op de grond en slapende pelgrims. Zelfs de schaarse parkeerplekken moeten eraan geloven. Zij wachten waarschijnlijk tot morgenvroeg om als eersten de kerk te betreden. 


Naast de Orthodoxe religie, is het ook een heilige plaats voor zowel Moslims als Katholieken, waardoor het een ontmoetingsplaats is voor alle geloofsbelijdenissen. Een traditie die door sommige pelgrims wordt nageleefd is om de 3 kilometer lange weg van het lagergelegen klooster blootsvoets naar het hoger gelegen klooster te lopen. Voordat de kerk Crkva Vavedenja Bogorodice betreden wordt om te bidden voor de Heilige Basiliek van Ostrog, maken pelgrims vaak een donatie van kleding, dekens of verbruiksartikelen zoals zeep aan de monniken. We zien volle manden passeren en begrijpen er niets van. In een grot branden de gelovigen massa’s kaarsen.


We sluiten aan in de rij wachtende pelgrims om de kerk te bezoeken. Ze hebben enkele paraplu’s gezet maar veel schaduw bieden die niet. Na twintig minuten wachten in de brandende zon, beseffend dat we nog zeker een uur zullen moeten aanschuiven, geven we het op. Het Ostrog Monastery is een bijzonder plek maar zo veel geduld hebben we niet. We dalen terug af en zetten ons op een terras om te lunchen. Er staat een grote BBQ die af en toe wat rook onze richting uitblaast. We bestellen vis, denken we want ook hier geen Engels. Alle locals die na ons komen, krijgen hun eten dus reclameer ik even. Gelukkig staat het daarna redelijk snel op tafel. We krijgen een flinke forel met frietjes. Prijs 4,5 € ondanks de nabijheid van een toeristische bezienswaardigheid.  Na mijn toiletbezoek hou ik er wel een natte broek aan over want bij het doorspoelen van het Franse toilet, loopt de wc vloer helemaal onder. De souvenirwinkels doen hier gouden zaken. 


We rijden verder naar onze accommodatie nabij het Skadarmeer. We volgen de aanwijzingen van ons reisbureau maar missen een afslag waardoor we plots op een uiterst smalle bergweg terechtkomen. Links van ons zien we het prachtige Skadarmeer. Een roestig stuk vangrail zorgt voor een mooi kleurrijk contrast maar niet overal want soms is er gewoon geen omheining en het is hier diep, heel diep. We beseffen dat we fout gereden zijn en besluiten te draaien. Wanneer er een auto aankomt, breekt het zweet me toch even uit maar hij wacht geduldig en het lukt me wonderwel om te draaien op de smalle bergweg. 


In de late namiddag komen we dan eindelijk aan bij landhuis Boljevici en we zijn aangenaam verrast. De landelijk gelegen B&B wordt uitgebaat door een zeer gastvrij Montenegrijns gezin en we worden uitermate vriendelijk ontvangen door de gastheer Marco. Hij spreekt trouwens perfect Engels en we hebben een gemeenschappelijke hobby: reizen. Hij was dit voorjaar net als ik in Jordanië en ook helemaal enthousiast over het land. We zetten onze koffers op de kamer en wandelen de 1,5 km naar het dorpje Virpazar. Het is niet veel meer dan een plein en een rivier vol met waterlelies en bootjes maar het is wel de poort naar het Skadarmeer. Op dit moment is Virpazar een kleine stip op de kaart, maar dat was vroeger wel anders. Tijdens de Turkse bezetting bouwden zij een groot fort op de heuvel boven de stad. Virpazar had namelijk een erg strategische locatie. Na de Turkse ondergang was het nog voor jarenlang een belangrijke handelsstad met een levendige haven. Momenteel moet het stadje het vooral hebben van het toerisme, met name de toeristen die het Skadarmeer bezoeken. Er zijn in het stadje dan ook vooral restaurantjes en overnachtingsplekken te vinden. De zon brandt genadeloos en we zijn blij ons te kunnen zetten op een schaduwrijk terras. Er klinkt zalige jazz muziek door de boxen, een verademing na de traditionele muziek die we elders horen. 


Montenegrijns is nu de officiële taal, het Servisch dat hier evenveel van verschilt als het Antwerps van het Gents is een erkende minderheidstaal. De taal kon voor ons net zo goed Chinees zijn. Enkel de jongeren spreken een mondje Engels en ons Servisch, Kroatisch en Montenegrijns is niet om over naar huis te schrijven. De mensen komen in eerste instantie nors en afstandelijk over, ze lachen weinig, maar blijken toch heel vriendelijk en hulpvaardig.


We eten nog een soepje en wandelen dan terug naar onze B&B waar ondertussen nog een Frans echtpaar ingecheckt heeft. Marco neemt ons alle 4 mee voor een korte rondleiding.  Hij is een kleinschalige wijnboer en produceert zo’n 100 flessen per jaar. Vol trots laat hij ons zijn wijnranken en wijnkelder zien. Uiteraard mogen we ook proeven en het moet gezegd, de wijn is heerlijk! Nadien krijgen we ook nog een zelfgestookte raki. Voor papa ‘the real thing’ en voor mij aangelengd met iets zoets. Het brandende goedje voel ik zo naar beneden lopen. 


Voor morgen heeft Marco nog een verrassingsontbijt in petto maar wat eten betreft hou ik niet zo van verrassingen dus fluistert hij mij reeds in het oor wat het wordt.  Ik kan er mee leven, mits een kleine aanpassing voor mij. 


2 opmerkingen:

  1. Die verassing bij het ontbijt zal dan wel iets zoets zijn 😂en de beschrijving van je autorit jaagt mij de stuipen op het lijf. Ik hoop echt dat je extra voorzichtig zult zijn. Kusjes

    BeantwoordenVerwijderen
  2. Amai wat verhalen zou daar niet durven rijden denk ik.
    Je beschrijven over het land doet mij dromen.Eten en drinken
    mooie landschappen en mooi weer meer moeten jullie niet hebben.Geniet nog en wees voorzichtig met je auto.
    Dikke knuffel

    BeantwoordenVerwijderen