woensdag 24 september 2025

Schiereiland Paliki


We hebben nog wat brood over van gisteren dus kan ik me de ochtend fitness besparen. Wat velen niet weten, is dat Kefalonia behalve het hoofdeiland ook nog een schiereiland rijk is. Dit schiereiland heet Paliki en is met een kleine punt aan de rest van Kefalonia verbonden. Op deze plek heerst nog steeds de Griekse charme: authentieke tavernes, kleine dorpjes met een handje vol bewoners, groene berghellingen en veel geitjes.  Vandaag gaan we daar dus wat rondtoeren. We volgen opnieuw onze vertrouwde, kronkelende weg met haarspeldbochten naar boven, maar rijden dan naar het westen. Die weg leidt ons naar één van Griekenland’s mooiste stranden, Myrtos Beach. Op elke ansichtkaart van Kefalonia is dit strand te zien. Omdat we beide geen waterratten zijn, besluiten we het van bovenaf te gaan bekijken. Compleet overdonderd staren we naar de lange boog van oogverblindend wit zand, omlijst door bijna verticale kalkrotsen. We laten onze ogen zinken naar de oneindige zee die wel geschilderd lijkt in alle tinten blauw. Van hier is het strand echt adembenemend mooi.


Onze eerste stop op het schiereiland is Atheras. De weg ernaartoe is zo rustig dat zelfs een schildpad de oversteek waagt. Onderweg zien we de ravage van een bosbrand. Jammergenoeg is dat de laatste jaren schering en inslag op de Griekse eilanden. De temperaturen lopen hier tijdens de dag dan ook flink op. Het dorp is gebouwd als een balkon dat over de baai van Livadi uitkijkt. De dorpskern bestaat uit een kerk en een pleintje met café en winkel maar verder is er weinig te beleven. We besluiten daarom naar het haventje te rijden.  Hier is het betoverend mooi. We genieten even van de rust op een terrasje met op de achtergrond het kabbelende water. Het leven gaat hier net iets trager dan elders op het eiland.


Onze volgende stop is Lixoúri, de grootste stad van het schiereiland. Dat merk je meteen aan de vele toeristen want vanaf hier vertrekt de overzetboot naar Argostoli. We parkeren de wagen aan de haven en wanneer we uitstappen horen we het geluid van de vele meeuwen die wachten op een stukje vis, achtergelaten door de vissersboten. 


Dwars door het centrum loopt een riviertje gevat in een betonnen bedding. De twee stadsdelen zijn door tal van bruggetjes met elkaar verbonden. Na de aardbeving van 1953 werd de stad fantasieloos rechtlijnig terug opgebouwd. Op het centrale plein staat een bijzondere boom met daarrond een zitbank die volledig in de schaduw staat. Geen overbodige luxe voor de inwoners want ondertussen zijn we op het heetst van de dag en de temperatuur is opgelopen tot 30 graden. Pittig is dat als je zoals papa adem te kort komt. We zetten ons dus op een terrasje want we hebben vocht nodig. Het meisje dat er werkt, heeft duidelijk haar dag niet. Nadat ze al 4 keer voorbij ons tafeltje gelopen is en ik haar nogmaals roep, komt ze tegen haar zin onze bestelling opnemen. Het terras zit niet vol maar 2 watertjes brengen, blijkt heel erg moeilijk. Ik verlies een beetje mijn geduld terwijl papa er blijkbaar plezier in heeft. ‘We zijn in Griekenland’, zegt hij maar écht dit is er nu toch wel wat over.  Na twintig minuten en talloze drankjes die aanlokkelijk voorbij gebracht worden, roep ik haar terug. Geen verontschuldiging, alleen een knikje. Wat later komt ze dan met 2 platte waters. Bruis hebben ze blijkbaar niet.


Ik ga op verkenning, terwijl papa blijft zitten. Achter het plein zie ik een schattig okergeel kerkje met een opvallende kapel aan de achterkant. Wat verderop staat de oranje gekleurde kerk. Omdat deze open is, ga ik papa toch even halen want vanbinnen is ze prachtig. Lunchen gaan we hier niet doen, want dan betalen we ons blauw.  We besluiten in de richting van het zuiden te rijden want daar zijn tal van strandjes waar we zeker een leuk restaurantje zullen vinden. In Lepéda botsen we op een prachtige baai met helderblauw water en daar is een strandtentje waar we met de voetjes in het zand lunchen. De kabeljauw met skordalia is wel verschrikkelijk zout, waardoor we de rest van de namiddag verschrikkelijke dorst hebben.


Onze tocht door het schiereiland geeft toegang tot de mooiste ongerepte natuur en uiteenlopende landschappen. Het landschap is apart met hier en daar de krijtheuvels maar ook akkers, de ‘wetlands’ genoemd. Het is een typisch kustmoeras en een waar toevluchtsoord voor zeldzame vogels en veel soorten amfibieën. 


Volgens de reisgids zouden de zandstranden in het zuiden van Paliki rood kleuren, maar volgens ons heeft de auteur een roze bril want wanneer we er toekomen zien we gewoon donkerkleurig zand. Een rode gloed zien wij er niet in. Het ontbreekt hier echter niet aan kleur want her en der staan felgekleurde bijenkasten te blinken in de zon. Die beestjes daar hebben we geen last van maar van de vervelende wespen des te meer. Bijna oktober en die rotbeesten zijn er nog altijd! 


Wanneer we terug zijn in ons appartementje, krijgen we te horen dat er geen elektriciteit is. Onze gastvrouw Emma heeft ons deze ochtend gezegd dat we zeker moesten gaan eten bij Kapilio, een restaurantje hoog in de bergen in het dorp Patrikata waar enkel Grieken komen. Omdat de airco toch niet werkt en ons terras nog volop in de zon ligt, besluiten we er gelijk naartoe te rijden. De weg is een van de uitdagendste tot dusver dus we begrijpen heel goed dat de gemiddelde toerist zich hier niet aan waagt. Onderweg komen we geen levende ziel tegen, behalve dan enkele dwerggeiten. Helemaal boven op de berg aangekomen, worden we verwelkomd door de meest irritante border collie die we ooit zijn tegengekomen. De hond springt op ons lijf en haakt zich vast in de arm van onze pa. Alsof de vele blauwe plekken nog niet genoeg zijn, begint hij nog te bloeden ook. De eigenaresse zit op het terras maar doet niet veel moeite om haar beest in te tomen. Dan verkondigt ze nog eens doodleuk dat het restaurant gesloten is vanwege de panne. Blijkbaar is de elektriciteit ook hier uitgevallen. Eenmaal terug in ons appartement, horen we dat er een hevige brand woedt in de hoofdstad en dat heeft dus een globale panne veroorzaakt. Ik trek dus maar weer te voet het dorp in, in de hoop nog wat brood te vinden bij de bakker.  Het laatste exemplaar is voor mij. Ik haal ook nog wat tomaat, paprika en worstjes. Papa heeft nog olijven en kaas dus verhongeren gaan we niet doen, al had ik toch liever een warme maaltijd gehad. Rond 7 uur springt de elektriciteit terug aan. 


Geen opmerkingen:

Een reactie posten