Luxe want onze dag begint vandaag later dan gewoonlijk. Om half 11 komt onze persoonlijke gids Paul ons oppikken aan het hotel. We hebben een minibusje voor ons alleen. We vertrekken naar het schiereiland Otago in de Stille Oceaan voor een dag gevuld met natuur-ervaringen. We gaan eerst op 'birdspotting'. Paul is goed op de hoogte van welke vogels er hier in Nieuw-Zeeland leven en we zien er ook verschillende. Diegenen die mij het meeste zijn bijgebleven zijn de Pukeko, een mooie blauwe vogel met rode bek en grappige hoge poten en de Kingfisher, een klein blauw vogeltje met een oranje/gele borst. Die laatste zouden heel schichtig zijn maar wanneer ik uit het busje stap, kan ik toch redelijk dichtbij komen. De grootste bezienswaardigheid op het eiland is echter de kolonie albatrossen aan Taiaroa Head op het uiterste puntje van het schiereiland - de enige plek ter wereld waar deze vogelsoort op het vasteland broedt. Het eerste ei werd gelegd in 1920 en tegenwoordig telt de kolonie ongeveer 100 vogels. We kunnen ze observeren vanuit het 'Royal Albatross Centre'. Paul zet ons hier af want we krijgen een rondleiding. Onze gids verteld ons eerst wat algemeenheden over deze prachtige vogel: De vleugels van de albatros kunnen een spanbreedte van 3 meter bereiken. Hiermee kunnen ze op efficiënte wijze lange afstanden afleggen door al zwevende gebruik te maken van opstijgende luchtstromen en dit af te wisselen met lange glijvluchten. Hun snelheid kan tot 120 km per uur gaan. Na 7 maanden wegen de vogeltjes al 10 tot 12 kg, een volwassen exemplaar weegt slechts 8 tot 9 kg. Maar hun 'babyvet' raken ze snel kwijt wanneer ze zelf naar voedsel moeten zoeken. Na deze kleine introductie mogen we mee de berg op naar het observatiecentrum. Vanuit een glazen kamer zien we een volwassen albatros op zijn nest.
Rond deze tijd van het jaar worden de kuikentjes geboren. Van zodra de kleine albatrossen geboren worden en kunnen vliegen, komen ze de eerste 5 jaar niet meer aan land. Ze eten, drinken en slapen op het water. Op dit meest zuidelijke puntje van het Zuideiland broedt ook de zeldzame 'Stewart Island aalscholver'. De vogel is eenvoudig te herkennen aan zijn zwartwitte veren. Van op de klip hebben we een prachtig zicht op deze dieren. Na de lunch komt Paul ons opnieuw ophalen en brengt hij ons naar het 'Penguin Place Conservation Reserve' voor een kennismaking met de zeldzame en meest bedreigde pinguïn ter wereld, de 'Yellow Eyed Pinguïn'. De eigenaar heeft op zijn domein een heel gangensysteem gegraven onder de grond waardoor de pinguïns ons niet zien aankomen. Via kijkgaten kunnen we de pasgeboren geeloog pinguïns bewonderen. Van de gele kleur is nog geen sprake - die komt pas op volwassen leeftijd - nu is het al dons wat je ziet - heel grappig ... De volwassen pinguïns zijn naar zee om eten te gaan halen voor de kindjes en de meeste van die baby pinguïns slapen dus dat is wel jammer maar er is één exemplaar dat met plezier even voor mijn lens komt paraderen. Het is net een fotomodel. Dit beestje is 1 jaar oud en ook nog niet volwassen maar het dons is toch al zo goed als verdwenen.
Het hele project wordt gesponsord door de geleide wandelingen die ze hier dagelijks doen en omvat vooral het rehabiliteren van de natuurlijke habitat, de bescherming tegen roofdieren zoals o.a. fretten en ratten, research en er is ook een on-site hospitaal voor de zwakkere, gekwetste en zieke pinguïns. Onze gids brengt ons na deze spectaculaire ervaring naar 'Wellers Rock' voor een boottocht zodat we ook aan de andere kant van de rots de dieren kunnen bewonderen. De redelijk kleine boot is in een mum van tijd helemaal gevuld met een bende joelende schoolkinderen. Gelukkig waren wij eerst aan boord en hebben we een goed plaatsje helemaal vooraan in de boot.
We passeren een kolonie zeehonden en zien dan over ons hoofd de albatros voorbij zweven. Wat een indrukwekkend dier! De schipper maakt ons ook attent op een dwergpinguïn - de kleinste ter wereld. Net als veel andere zeedieren maken dwergpinguïns gebruik van camouflage. De bovenkant (rug, kop, staart) is donker, zoals het zeeoppervlak. De onderkant (buik, hals) is zilverwit zoals de reflectie van het licht in het water. Hierdoor kunnen bijvoorbeeld roofvogels vanuit de lucht en haaien vanuit de zee de dwergpinguïn niet herkennen als prooi. Hij komt piepen tussen de rotsen maar met zijn 30 cm kunnen ook wij het beestje amper zien. De zee is heel wild en de boot gaat flink op en neer. Op een gegeven moment guts het water in de boot en ben ik dus helemaal nat! Gelukkig schijnt de zon volop en kunnen mijn kleren snel drogen. Marleen zit ondertussen al achteraan op de boot waar er minder wind is. Na een goed uurtje varen we terug naar Wellers Rock en gaat iedereen van boord behalve wij 2 en nog een Nieuw-Zeelandse dame die in Londen woont maar hier op familiebezoek is. Wat een rust! De schipper brengt ons helemaal terug naar Dunedin - deze anderhalf uur durende Cruise in het zonnetje is de perfecte afsluiter van een geweldige dag.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten