vrijdag 24 mei 2024

Carnac - Rochefort-en-Terre - Rennes

Vannacht heeft Anneke eens goed kunnen doorslapen want we hadden een suite met twee aparte slaapkamers en elk een king size bed. Geen storend gesnurk van mijnentwege dus. Althans daar ging ik van uit maar ze blijkt toch niet zo goed geslapen te hebben. Wanneer we de gordijnen openen, worden we verwelkomd door een stralend schijnende zon. Heel leuk om zo wakker te worden. Vandaag rijden we naar dé attractie van deze streek. Wat Stonehenge is voor Groot-Brittannië, is Carnac voor Frankrijk - het symbool van de prehistorie op Franse bodem. De megalieten liggen verspreid over 8 kilometer in drie gehuchten: Le Menec, Kermario, en Kerlescan. Ze dateren uit het neolithicum en zijn zo'n 4500 jaar oud. In Carnac aangekomen, besluiten we écht de toerist uit te hangen. Er rijdt een treintje langs alle sites. Vroeger kon je gewoon tussen de stenen wandelen maar die tijd is voorbij. Sinds 1991 staan er hekken rond de megalieten. We zitten met 6 in een busje en krijgen een Nederlandstalige uitleg. De tumuli en dolmen waren begraafplaatsen, maar over de menhirs is minder geweten. De term is ontleend aan het Bretons, maen betekent steen en hir betekent hoog.


De stenen staan in rijen van acht tot elf, bijna evenwijdig aan elkaar. Ze variëren in grootte. Welk doel ze dienden blijft een kwestie van giswerk, hoewel ze meestal in verband gebracht worden met rituelen rond zon en maan. De stenen vormen een soort kalender die duizenden jaren geleden gebruikt werd. Of waren ze louter bedoeld als markeringen? Ook dat kan. Ze werden later door de Kelten gebruikt bij ceremonies. Ann denkt bij zichzelf ‘hoeveel stenen kan je fotograferen’ en is niet onder de indruk. Op sommige plekken staan er schaapjes, de enige bewoners die toegelaten worden achter de hekken. We zien ook dolmen. Dat zijn verzamelingen stenen, waarvan sommige rechtop staan en andere er plat op gelegd werden, als een dak. Ik vind het heel mysterieus hoe de neolithische mensen er in die tijd in slaagden de massieve, zware stenen te verplaatsen.


Na de rondleiding maken we nog een mooie wandeling naar le Géant du Manio, die 6 meter hoog is. We zijn blij dat we dit deze ochtend gedaan hebben want nu is het licht heel erg mooi. Het bos ligt er vredig bij en de vogeltjes fluiten dat het een lieve lust is. Hier in de schaduw onder de bomen hebben we het wel wat frisjes en we zijn blij wanneer we aan de grote reus komen, want deze ligt in een open vlakte waar de zon wel bij kan. Er zijn net twee dames die een foto willen nemen van ons. 


We verlaten Carnac en rijden naar Rochefort-en-Terre, dat hoog boven de rivier de Arz uittorent. Het is uitgeroepen tot een van de mooiste dorpen van Frankrijk. Op twintig minuten van het dorp houdt Ann halt bij een bakker want ze heeft honger. We hebben dan ook niet ontbeten deze ochtend. Wat ik daaruit heb geleerd? Stuur ze nooit naar een bakker wanneer ze honger heeft. Ze komt buiten met een reuze stokbrood, een croissant en een citroentaartje (voor haar alleen hé). Ik hou het bij een croissant en een éclairke. Dat scheelt ons alvast een gezoek naar een geschikt restaurant en het kost ons ook een pak minder.


Rochefort-en-Terre ligt te midden van heidevelden en bossen. We parkeren de auto en gaan te voet het autovrije dorp in. Hier is aan elk detail aandacht besteed. In de smalle straatjes komen klimop en wilde bloemen gewoon uit de stenen gegroeid. Daar hou ik wel van. We bewonderen de versierde huizen, de vele ateliers en werkplaatsen. Met haar geplaveide straten en stijlvolle uithangborden lijkt de stad op een juweeltje uit de middeleeuwen. Alles is hier kleurrijk en verzorgd. Overal kunnen we ook dingen proeven: nougat uit de streek die lekker zacht is, cashewnoten, koekjes …. Er wordt dan ook weer wat lekkers meegenomen voor thuis.


We zien echt prachtige gebouwen in Rochefort-en-Terre, waaronder het 16e eeuwse, vakwerkhuis Café de la Pente en het renaissancistische postkantoor. Place des Halles is het hoofdplein van de stad en dateert van de 17e eeuw. Het vormde destijds het economische en sociale hart van Rochefort-en-Terre, een plaats van ontmoeting, delen en uitwisseling. Er zijn veel steegjes met trappen en onze kuiten moeten weer hard werken. Ondertussen zijn we het wel gewoon om te dalen en te klimmen. We lopen binnen en buiten bij kleine galerijen en er zijn ook extreem veel juweliers in het dorp. 


De Notre-Dame-de-la-Tronchaye is tijdloos en mysterieus. De flamboyante gevel in gotische stijl en de romaanse klokkentoren zijn majestueus. Ik ga binnen even een kijkje nemen terwijl Ann zich in het zonnetje zet. Twee glas-in-loodramen uit 1926 en 1927 zijn bijzonder kleurrijk en helder. Verder is de kerk wat donker en kaal en kan ze me niet echt bekoren.


Een geweldig en onmisbaar monument van Rochefort-en-Terre is het kasteel uit de 12e eeuw waarvan de wallen en poorten ook nog steeds aanwezig zijn. Het werd in de 17e eeuw herbouwd maar pas in de 20e eeuw wordt het kasteel op initiatief van de Amerikaanse schilder Alfred Klots nieuw leven ingeblazen. Hij koopt de communes, verandert ze in landhuizen en het duurt niet lang of het dorp wordt een ontmoetingsplaats voor kunstenaars. Er zijn leuke plekjes hier binnen de muren en het is er ook lekker rustig. 


Rond vier uur rijden we verder Frankrijk in naar onze laatste bestemming voor vandaag, Rennes. Onderweg passeren we nog enkele mooie dorpjes, waaronder eentje dat bezaaid is met prachtige, reuze grote foto’s op de gevels. Ann kent me ondertussen al goed en weet dan al dat ze even moet stoppen. Gelukkig is dat hier in die verlaten dorpjes nooit moeilijk om even aan de kant te gaan staan.


Onze eerste indruk van Rennes is dat dit een hele mooie stad is, ontspannen en toch bruisend. De beste manier om de hartslag van de stad te voelen, is om er rustig in rond te slenteren. We gaan op zoek naar ons appartement en dat blijkt midden in een gezellige wijk te liggen in een aangenaam, mooi straatje. Het bevindt zich in een traditioneel huisje uit de 18de eeuw en we moeten twee etages omhoog. Eenmaal binnen zijn we aangenaam verrast. Het is gezellig ingericht maar wel niet voor grote mensen. Ik heb Ann beloofd dat ze vandaag kip krijgt en ik heb op voorhand even opgezocht waar we die best halen. We trekken dus de stad in op zoek naar La Criée Marché Central. Wanneer de man onze gebraden kip op de weegschaal legt, zie ik een prijs verschijnen van 25€. Dat kan niet, is mijn eerste gedacht, maar ja hoor …. het is een luxe kieken! Eenmaal terug in het appartement bereidt Ann een feestmaal in ons eigen sterrenrestaurant. Het grote beest wordt helemaal verorberd en er verschijnt zowaar een mega glimlach op haar gezicht. Voldaan kruipen we onder de wol in ons kleine bedje. Hopelijk wroet ik vannacht niet te veel.




Geen opmerkingen:

Een reactie posten