zaterdag 18 mei 2024

Le Tréport - Veules les Roses - Etretat

We hebben zalig geslapen onder de fluffy dekens van Villa Brigitte en het is al 7 uur wanneer ik de ogen open. Ann is al een tijdje wakker. Buiten is het grauw en grijs en het regent. Gisteren hebben we het ontbijt al gereserveerd maar dat kon pas tegen half 9. Het wordt netjes op tijd op de kamer geserveerd. We moeten wel even wennen aan het Franse ontbijt dat voornamelijk bestaat uit zoet. Er zijn wel heerlijke croissantjes en super vers brood. 


Na het ontbijt rijden we verder door het mooie Franse landschap. In plaats van Franse chansons knalt er Nederlandse muziek door de boxen. Anneke is goed wakker maar als dat de enige opoffering is deze week, dan kan ik daar wel mee leven. De playlist van Rob de Nijs brengt me even terug naar mijn jeugd, lang geleden dat ik die liedjes nog eens mee gekweeld heb. Witte krijtrotsen, kiezelstranden, weelderig groene landschappen - je raadt het al, het is de regio Haute-Normandie die ons vandaag verwelkomt.


We passeren Le Treport en rijden tot helemaal boven waar er een uitzichtpunt is en van waar we met een telefrique naar de benedenstad kunnen. De regen is gestopt dus besluiten we hier even te stoppen. Aan één blik hebben we genoeg, we gaan stappen … beter naar beneden en dan zien we wel of we straks opnieuw te voet gaan of toch steil de berg opgaan met de telefrique. 


Na maar liefst 377 trappen komen we aan de haven waar de vissers hun vers gevangen vis verkopen in een grote vishal. De typische visgeur kruipt in onze neus. De grote variatie aan vissoorten is indrukwekkend. Op de kade is er ook een marktje, iets wat ik altijd wel leuk vind in het buitenland, omdat het daar is dat je de lokale bevolking terugvindt. We wandelen via de pier naar de vuurtoren. Hier staan enkele mannen te vissen en zo te zien hebben ze al wel wat vis bovengehaald.


De indrukwekkende witte kliffen grenzen aan een breed keienstrand met leuk uitziende strandhuisjes in pastelkleurtjes. 


Rond de middag is de hemel helemaal opengetrokken en komt de zon erdoor. We nemen de telefrique terug naar boven. Deze is trouwens volledig gratis en moet je zelf bedienen. Hij gaat steil de klif omhoog en na amper 5 minuten staan we terug aan de auto. We rijden verder naar Veules les Roses. De auto parkeren we op een parking ver boven de stad waar een wandelpad start. In de diepte zien we de zee en de machtige krijtrotsen waar deze kuststreek bekend voor staat. Op de pier genieten we van de zeebries, de zon en het mensjes kijken op het strand.


Het schilderachtige stadje is een onontdekt pareltje langs de Côte d’Albâtre. Wat ons betreft is het pittoreske Veules-les-Roses de moeite waard om te bezoeken. Het innemend dorpje heeft veel charmante vakwerkhuizen en is gelegen aan de kortste rivier van Frankrijk, de Veules met een lengte van iets meer dan 1100 meter.  Ze stroomt door het dorpscentrum en mondt uit in zee. De naam rivier is misschien iets te veel eer voor de Veules. Het is meer een rustig kabbelend beekje dat door het dorp stroomt. Alleen bij een draaiend waterrad is de rivier wat wilder.


In de middeleeuwen bestond het dorp van de visserij. Het is een van de oudste dorpen in de regio. Tot de 18e eeuw bleef de visvangst de belangrijkste inkomstenbron. Door de opkomst van de spinnerijen werd het dorp welvarend. Daarnaast stortten de boeren zich op de productie van koolzaadolie. Beroemde schrijvers en kunstenaars, zoals Victor Hugo en Camille Marchand waren dol op Veules-les-Roses Ze deden er inspiratie op voor hun meesterwerken. Toen ook de Parijse adellijke kringen het dorp ontdekten, werd het een kleine maar mondaine badplaats. In het dorp verrezen statige villa’s met grote tuinen. 


We wandelen door de pittoreske smalle straatjes en ontdekken de plaatselijke architectuur. Wat het meest opvalt is die heerlijke geur van de vele rozenstruiken die onze neus binnendringt. Heerlijk! Elk huis heeft hier wel prachtige bloemen staan. Op een terrasje proeven we alvast de specialiteit van Normandië, de crêpe. Eerlijk? Wij vinden die van thuis duizend keer lekkerder. Hij is taai en bovendien ook niet warm. We hebben dus al beter gegeten.


Vanavond logeren we bij La Famiglia. De aankomst in het stadje zelf is best spannend. Het is 6 uur en een drukte van jewelste. Families slepend met zee- en strandspul én kinderen komen net van de zee. We parkeren de auto op een parking net buiten het dorp en gaan te voet op zoek naar ons appartementje. Dit blijkt pal in het midden van het dorp op slechts 200 meter van de zee te liggen. Julia liet ons weten dat we de sleutel ter plekke uit een kastje met code konden halen. Dat ben ik even vergeten en de deur gaat zelfs na 4 keer de code in te geven niet open. Gelukkig komt er een echtpaar voorbij die ons erop attent maakt dat we de sleutel uit het kastje moeten halen. 


Het stadje zelf is zeker de moeite: het is niet groot, maar enorm charmant. Het lijkt wel alsof de tijd er heeft stil gestaan. Op een strandje tussen hoge kliffen ligt er een goed bewaard gebleven kapel op de top en dat blijkt een toeristische trekpleister te zijn. We zien een lint van mensen omhooglopen als mieren naar hun nest. Wij aanschouwen het tafereel vanop de boulevard. Heel jammer dat de kapel in de steigers staat. Waarschuwingsborden (alleen in het Frans) maken ons erop attent dat het verboden is de keitjes mee te nemen. Het is eb en alle bootjes liggen op het droge. Er staat een mensenmassa te wachten op de ondergaande zon.


We hebben nu echt wel een reuze honger en zetten ons op het terras van een brasserie aan het water. Thuis zou ik nooit lotte of tarbot bestellen vanwege het dure prijskaartje maar hier valt dat wel mee. Niet goedkoop naar Franse normen maar wel heerlijk. 


Geen opmerkingen:

Een reactie posten